Metingen en controle. 5.2.1 De in de vergunning vermelde waarden voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) en maximale geluidniveaus (LAmax), voor zover betrekking hebbend op een woning of ander geluidgevoelig object, gelden op de gevel van de woning of het object.
Metingen en controle. 3.1.1 Binnen 3 maanden na het verstoken van andere gassoorten dan Gasuniegas c.q. Groningengas, dient vergunninghoudster aan Gedeputeerde Staten te rapporteren omtrent de werkelijk afzonderlijk gemeten emissies naar de lucht per installatie van de nieuwe gassoort. De metingen dienen overeenkomstig het bepaalde in het Besluit emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A, plaats te vinden.
Metingen en controle. 3.4.1 Vergunninghoudster dient voor 1 december 2004 en vervolgens iedere 4 jaar een meet- en rekenplan op te stellen voor de inrichting. Het meet- en rekenplan mag onderdeel uitmaken van het milieujaarprogramma. In het plan moet zijn aangegeven welke niet-produktgebonden emissies zullen worden bemeten, met vermelding van componenten, frequentie en wijze van meten, alsmede van welke produktgebonden emissies een geactualiseerde berekening zal worden gemaakt. Het meet- en rekenplan moet voorafgaand aan de uitvoering de goedkeuring van Gedeputeerde Staten hebben en ten minste voldoen aan de uitgangspunten van de NeR en algemeen verbindende regelingen.