Provisieregeling Voorbeeldclausules

Provisieregeling. 1. De in functieomschrijving van koster-beheerder voorkomende werkzaamheden verbonden aan de exploitatie van buffet en/of keuken worden overeenkomstig het bepaalde in artikel I uitgevoerd met inachtneming van een provisieregeling indien de medewerker is aangesteld voor een volledige werkweek. Wanneer werkgever en medewerker een regeling inzake de exploitatie van buffet en/of keuken zijn overeengekomen, die dateert van vóór 1 januari 1995, kan deze gehandhaafd blijven tot het einde van de arbeidsovereenkomst, indien één der partijen dit wenst of partijen dit in onderling overleg bepalen. 2. De provisie bedraagt 15,3% van het totaal van de omzet en de opbrengst van de verhuur. Voor de berekening van de omzet gelden de prijzen zoals aan derden in rekening wordt gebracht, met dien verstande dat er geen provisie over BTW wordt berekend van omzet en opbrengst van verhuur van kerken en gemeenten, die BTW-plichtig zijn. 3. Indien de omzet en de opbrengst van verhuur per jaar meer bedraagt dan €52.925,- worden kosten van de door de werkgever ingeschakelde hulpkrachten in mindering gebracht op de grondslag voor de berekening van de provisie met dien verstande dat de provisie wordt berekend over een bedrag van tenminste €52.925,- 4. De kosten van de ingeschakelde hulpkrachten als bedoeld in lid 4 omvatten de salariskosten vermeerderd met de ten laste van de werkgever komende premies voor de werknemersverzekeringen. 5. De medewerker ontvangt per maand een reëel vastgesteld voorschot op de hem toekomende provisie. Aan het einde van het jaar vindt de afrekening plaats. Wijzigingen in de exploitatie in de loop van het jaar, uitgezonderd als gevolg van ziekte, leiden tot aanpassing van het voorschot. 6. De aan de medewerker toekomende provisie maakt deel uit van het salaris. De vakantietoeslag alsmede de eindejaarsuitkering worden derhalve berekend over het salaris inclusief de provisie. 7. Indien de arbeidsduur bij een volledige werkweek meer dan 45 uur bedraagt, zal door de werkgever extra werkkracht beschikbaar worden gesteld.
Provisieregeling. 1. De koster-beheerder die werkzaamheden verricht ter exploitatie van keuken, buffet en/of zaalverhuur heeft betreffende die werkzaamheden recht op provisie. 2. De provisie bedraagt 7.5% van van de omzet en de opbrengst van de keuken, buffet en/of verhuur waarvoor de koster-beheerder werkzaamheden heeft verricht. Onder omzet wordt begrepen de gerealiseerde omzet zoals blijkt uit de factuur betreffende de exploitatie van de keuken, het buffet en/of de verhuur. Omzet die is gerealiseerd uit interne activiteiten (zoals onder andere kerkelijke vergaderingen, bijeenkomsten onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad) komt niet voor provisie in aanmerking. Er wordt geen provisie over BTW berekend van gemeenten die BTW-plichtig zijn. 3. De aan de medewerker toekomende provisie maakt deel uit van het salaris. De vakantietoeslag alsmede de eindejaarsuitkering worden derhalve berekend over het salaris inclusief de provisie. 4. De medewerker ontvangt per maand een reëel vastgesteld voorschot op de hem toekomende provisie. Na het einde van het jaar vindt de afrekening plaats. Wijzigingen in de exploitatie in de loop van het jaar, uitgezonderd als gevolg van ziekte, leiden tot aanpassing van het voorschot. 5. De koster-beheerder ontvangt in een jaar aan totaal van salaris en provisie niet meer dan het maximum(bruto)jaarbedrag uit schaal 16. 6. Werkgever en werknemer kunnen bij schriftelijke overeenkomst van de regeling uit dit artikel afwijken.
Provisieregeling. Er bestaat een uniforme provisieregeling ter hoogte van 3% van de bruto buffet***omzet minus BTW per werknemer per loonperiode, met dien verstande dat: a. de desbetreffende bedragen per bioscoop/bioscoopcomplex in een pot worden gestort, b. 2 procentpunt door de werkgever of diens gemachtigde per een of drie loonperiode(n) en per bioscoop wordt geëffectueerd: - aan alle betrokken werknemers of - in verhouding tot de deelname van de betrokken werknemer(s) aan de buffet verkoop / inclusief de bevoorrading. CAO Bioscoopbedrijf 1 januari 2014 – 1 juli 2016 De keuze tussen een regeling voor alle betrokken werknemers of een beperkte groep werknemers (d.w.z. de betrokken werknemer(s) aan de buffet verkoop inclusief bevoorrading) is een afweging die op bedrijfsniveau wordt gemaakt. c. 1 procentpunt door de werkgever of diens gemachtigde wordt gereserveerd ter compensatie van kastekorten aan het buffet; dit procent per drie loonperioden wordt geëffectueerd, zoals onder b omschreven, na aftrek van bovengenoemde tekorten; voor zover deze tekorten meer bedragen dan het door de werkgever of diens gemachtigde gereserveerde bedrag (bedoeld wordt hier de 1%), er geen uitkering zal plaatsvinden; het aldus ontstane tekort voor rekening komt van de werkgever, d. het aldus per werknemer te betalen bruto - bedrag bij het geldende salaris wordt opgeteld en dat over het totaal de normale inhoudingen plaatsvinden, e. indien kastekorten zijn ontstaan door aantoonbaar ernstig verwijtbaar gedrag van een werknemer kunnen deze tekorten op de werknemer worden verhaald. De werkgever of diens gemachtigde dient zorg te dragen voor een registratie van de kastekorten aan het buffet, waarbij ontstane tekorten door hem en de werknemer gezamenlijk dienen te worden afgetekend. De werkgever of diens gemachtigde draagt er zorg voor dat werknemers bij aanvang van een buffetdienst voldoende tijd hebben om de buffetvoorraad te tellen. f. de buffetprovisie wordt berekend per loon/betaalperiode. *** Een buffet is nadrukkelijk niet de plaats of de gelegenheid, in of bij de bioscoop/filmtheater, als ware het een (volledige) horeca activiteit.
Provisieregeling. Voor werknemers die voor 1 juli 2018 de functie uitoefenden van manager vleesdetailhandel en die deze functie met ingang van 1 juli 2018 voortzetten, hetzij onder dezelfde functienaam hetzij onder een andere functienaam, kan boven het functieloon een provisieregeling uitsluitend schriftelijk, op straffe van nietigheid, worden overeengekomen.
Provisieregeling. 1. De in functieomschrijving Koster II/III voorkomende werkzaamheden, verbonden aan de exploitatie van een buffet en/of keuken, kunnen worden uitgevoerd met inachtneming van onderstaande. 2. Indien werkgever en werknemer zijn overeengekomen de provisieregeling toe te passen, gelden onderstaande bepalingen: a. de (te verwachten) provisie is gelijk of hoger aan 25% van het bruto maandsalaris zoals genoemd in artikel 15a. b. de provisie bedraagt 25% van het totaal van de omzet en de opbrengst van de verhuur. Voor de berekening van de omzet gelden de prijzen zoals aan derden in rekening worden gebracht; c. de medewerker ontvangt per maand een voorschot op de hem toekomende provisie. Arbeidsvoorwaardenregeling kosters 2017/2018 December 2016 10 Aan het einde van het jaar vindt een definitieve afrekening plaats; d. de aan de medewerker toekomende provisie maakt deel uit van het totale bruto inkomen.
Provisieregeling. De koster-beheerder die werkzaamheden verricht ter exploitatie van keuken, buffet en/of zaalverhuur heeft betreffende die werkzaamheden recht op provisie.

Related to Provisieregeling

  • Annuleringsregeling 10.1 In geval van annulering door de opdrachtgever wordt het volgende tarief in rekening gebracht: a. 2 weken voor de aanvangsdatum: volledige bedrag zoals in de opleidingsovereenkomst staat. b. 1 maand tot 2 weken voor aanvangsdatum: helft van het bedrag als in de opleidingsovereenkomst staat.

  • Burgerlijk wetboek 1. De werknemer behoudt het recht op het naar tijdruimte vastgestelde loon indien hij de overeengekomen arbeid niet heeft verricht door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen. 2. Indien de werknemer krachtens enige wettelijk voorgeschreven verzekering of krachtens enige verzekering of uit enig fonds waarin de deelneming is overeengekomen bij of voortvloeit uit de arbeidsovereenkomst, een geldelijke uitkering toekomt, wordt het loon verminderd met het bedrag van die uitkering. 3. Indien het loon in geld op andere wijze dan naar tijdruimte is vastgesteld, zijn de bepalingen van dit artikel van toepassing, met dien verstande dat als loon wordt beschouwd het gemiddelde loon dat de werknemer, wanneer hij niet verhinderd was geweest, gedurende die tijd had kunnen verdienen. 4. Het loon wordt echter verminderd met het bedrag van de onkosten die de werknemer zich door het niet-verrichten van de arbeid heeft bespaard. 5. Van lid 1 kan voor de eerste zes maanden van de arbeidsovereenkomst bij schriftelijke overeenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan ten nadele van de werknemer worden afgeweken. 6. In geval van elkaar opvolgende arbeidsovereenkomsten als bedoeld in artikel 668a kan een afwijking als bedoeld in lid 5 voor ten hoogste in totaal zes maanden worden overeengekomen. 7. Bij collectieve arbeidsovereenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan kan de periode, bedoeld in lid 5, voor bij die overeenkomst of regeling te bepalen functies worden verlengd, mits de aan die functies verbonden werkzaamheden incidenteel van aard zijn en geen vaste omvang hebben. 8. Bij regeling van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan op verzoek van de Stichting van de Arbeid worden bepaald dat op bepaalde bedrijfstakken, of onderdelen daarvan, lid 5, 6 of 7 niet van toepassing is. 9. Elk beding dat ten nadele van de werknemer afwijkt van dit artikel is nietig.

  • Garantieregeling Er is een garantieregeling van kracht voor werknemers waarvoor per 1 januari 2003 een nieuw functiewaarderingssysteem is overeengekomen. De regeling luidt als volgt: • De werknemer die op 31 december 2002 ingeschaald is als vakarbeider en na invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem ingedeeld wordt naar functiegroep III, behoudt het recht op een maximale uitloop van € 1877,- per maand (niveau 31-12-2002), dit bedrag wordt verhoogd met de reguliere loonaanpassingen. Dit betekent een maximale uitloop per 1 januari 2018 van € 2393,89. De maandelijkse maximale uitloop wordt met ingang van: 1 januari 2018 € 2.393,89 1 juli 2018 € 2.423,81 1 januari 2019 € 2.454,11 1 juli 2019 € 2.492,15 1 januari 2020 € 2.530,78 1 november 2020 € 2.556,09 • De werknemer die op 31 december 2002 ingeschaald is als vakarbeider A en na invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem ingedeeld wordt naar functiegroep IV, behoudt het recht op een maximale uitloop van € 1981,- per maand (niveau 31-12-2002), dit bedrag wordt verhoogd met de reguliere loonaanpassingen. Dit betekent een maximale uitloop per 1 januari 2018 van € 2.541,64. De maandelijkse maximale uitloop wordt met ingang van: 1 januari 2018 € 2.541,64 1 juli 2018 € 2.573,41 1 januari 2019 € 2.605,58 1 juli 2019 € 2.645,96 1 januari 2020 € 2.686,98 1 november 2020 € 2.713,85 • Overige werknemers die door de invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem worden ingedeeld op het maximum van een nieuwe loonschaal, ontvangen, indien dat maximum lager is dan het functiejaren-loon conform de cao op 31-12-2002, een bruto garantietoeslag ter hoogte van het verschil tussen het oude functiejaren-loon en het nieuwe schaalmaximum. Voor deze categorie werknemers wordt het feitelijk loon (cao-loon plus garantietoeslag) aangepast met de helft van de in deze cao overeengekomen loonaanpassingen. Omdat het cao-loon stijgt conform de in deze cao opgenomen loonschalen, neemt de garantietoeslag (het verschil tussen het feitelijke loon en de betreffende cao-loonschaal) af. Het toekennen van verlaagde loonaanpassingen wordt gestaakt zodra de bruto garantietoeslag geheel is afgebouwd. Werkgever en werknemer kunnen in goed overleg aanvullende en/of afwijkende afspraken maken. Het functiehandboek is niet gewijzigd ten opzichte van het handboek dat bij het ministerie SZW is ingediend bij de cao voor het Hoveniersbedrijf voor de periode 1 januari 2014 tot en met 29 februari 2016. Dit handboek vormt integraal onderdeel van deze cao (Artikel 4). U kunt het handboek opvragen via Branchevereniging VHG, Xxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxx.

  • Beperking uitkeringsverplichting De uitkeringsverplichting van verzekeraar is beperkt indien sprake is van schade die verband houdt met het terrorismerisico overeenkomstig de Clausule terrorismedekking, zoals vermeld in Hoofdstuk Terrorisme.

  • Regeling De Regeling overgang personeel bij overgang vervoerscontracten (hierna te noemen: OPOV-regeling) is van toepassing op een aanbesteding zoals bedoeld in 1.1n. Voor de navolgende situaties geldt de regeling ‘Overgang van personeel bij contractwisseling’ (OPBC) zoals is opgenomen in bijlage 2b: a) Vervoerscontracten, welke het gevolg zijn van een aanbesteding zoals opgenomen onder 1.1n, die tussentijds eindigen of beëindigd worden, waarbij een derde partij het beëindigde of geëindigde vervoerscontract geheel of gedeeltelijk overneemt of voortzet, uitgezonderd faillissementssituaties, zoals bedoeld onder de ‘Regeling bij faillissementen’, zoals opgenomen in bijlage 2c. b) Een contractpartij aan wie een vervoerscontract, welke het gevolg is van een aanbesteding zoals opgenomen onder 1.1n, werd gegund, die tijdens de looptijd van dat vervoerscontract de daadwerkelijke uitvoering daarvan verwezenlijkt of laat verwezenlijken door één of meer andere vervoerders dan de vervoerder of vervoerders die het vervoer bij aanvang van het betreffende vervoerscontract uitvoerden. Het kan hierbij gaan om de situatie dat een contractpartij de samenwerking met de vervoerder of vervoerders beëindigt of dat de vervoerder of vervoerders de samenwerking met een contractpartij beëindigt resp. beëindigen. c) Een vervoerscontract, welke het gevolg is van een aanbesteding zoals opgenomen onder 1.1n, geëindigd is, voordat de nieuwe aanbesteding definitief is gegund en waarbij direct aansluitend aan de beëindiging van het vervoerscontract middels een tijdelijke voorziening het vervoer wordt uitgevoerd door een andere contractpartij/vervoerder. Voor de navolgende situaties geldt de ‘Regeling bij faillissementen’ (RBF) zoals is opgenomen in bijlage 2c: a) Vervoerscontracten, welke het gevolg zijn van een aanbesteding zoals opgenomen onder 1.1n, die tussentijds eindigen of beëindigd worden als gevolg van een faillissementssituatie van een contractpartij, waarbij een derde partij het beëindigde of geëindigde vervoerscontract geheel of gedeeltelijk overneemt of voortzet. b) Een contractpartij aan wie een vervoerscontract, welke het gevolg is van een aanbesteding zoals opgenomen onder 1.1n, werd gegund, die tijdens de looptijd van dat vervoerscontract de daadwerkelijke uitvoering daarvan verwezenlijkt of laat verwezenlijken door één of meer andere vervoerders dan de vervoerder of vervoerders die het vervoer bij aanvang van het betreffende vervoerscontract uitvoerden, als gevolg van een faillissementssituatie van de vervoerder of vervoerders die het vervoer bij aanvang van het betreffende vervoerscontract uitvoerden. 2.1 Uiterlijk 8 werkdagen na publicatiedatum, waarin ten minste een deel van het door de huidige contractpartij/vervoerder verzorgde vervoer aan de orde is, dient deze contractpartij/vervoerder schriftelijk opgave te doen van het betrokken personeel bij het vervoerscontract dat aanbesteed wordt. De huidige contractpartij/vervoerder dient een volledige opgave te doen aan SFT van: Personeel dat ingezet is bij het vervoerscontract, gerangschikt per perceel / basepoint, per vervoerder (inclusief eigen personeel of dat van ingeschakelde onderaannemers of van een uitzendonderneming) met daarbij de volgende gegevens: a. Voorletter(s), achternaam b. Adresgegevens en telefoonnummer c. Emailadres d. Geboortedatum e. Aantal gewerkte uren per maand/periode/week

  • Burgerlijk verhaal De vorderingen tot schadeloosstelling ingediend door u tegen één of meerdere derde(n) op grond van een extra-contractuele burgerlijke aansprakelijkheid. Onze bijstand wordt u eveneens verleend om uw rechten te laten gelden ten opzichte van het “Fonds voor Hulp aan Slachtoffers van Opzettelijke Gewelddaden”.

  • Overwerktoeslag Voor werknemers, werkzaam in de bedrijfscatering is de matrix overwerktoeslag van bijlage A2 van toepassing.

  • Statutenwijziging 16.1 De statuten van de stichting kunnen worden gewijzigd door een besluit van de raad van bestuur, na voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht. 16.2 De leden van de raad van toezicht worden daartoe bijeengeroepen op een termijn van ten minste twee weken, waarbij de tekst van de voorgestelde statutenwijziging woordelijk in de oproeping voor de vergadering is opgenomen. 16.3 Een besluit tot goedkeuring van een statutenwijziging kan slechts worden genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering van de raad van toezicht waarin ten minste twee/derde van het aantal in functie zijnde leden van de raad van toezicht aanwezig of vertegenwoordigd is. 16.4 Indien in de vergadering waarin een voorstel tot statutenwijziging zou worden behandeld, niet het vereiste aantal leden van de raad van toezicht aanwezig of vertegenwoordigd is, kan na zeven dagen maar uiterlijk binnen drie weken na de eerste vergadering, een tweede vergadering worden gehouden, waarin het besluit tot goedkeuring kan worden genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de in die vergadering geldig uitgebrachte stemmen, ongeacht het aantal leden van de raad van toezicht dat aanwezig of vertegenwoordigd is. 16.5 Een besluit tot wijziging van de statuten treedt pas in werking nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt. Ieder lid van de raad van bestuur en de raad van toezicht is bevoegd tot het doen verlijden van de notariële akte van statutenwijziging. 16.6 Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op besluiten tot juridische fusie, juridische splitsing en omzetting van de stichting.

  • Bemiddelingsregeling 1. De zorgaanbieder hanteert een op de wet Kwaliteit Klachten en Geschillen Zorg (WKKGZ) gebaseerde en voldoende bekend gemaakte regeling voor de opvang, en afhandeling van klachten en behandelt de klacht overeenkomstig deze klachtenprocedure. 2. Onderdeel van de klachtenregeling is de door de WKKGZ bedoelde klachtenfunctionaris. Deze zorgt o.a. voor opvang van de klacht, kan bemiddelen en een oplossing voor de klacht aandragen. Deze klachtenfunctionaris werkt onafhankelijk van de directie / raad van bestuur / eigenaar van de zorgaanbieder. Naam en contactgegevens van deze functionaris staan in de boven bedoelde klachtenregeling. 3. De klachtenregeling is makkelijk vindbaar geplaatst op de website van de zorgaanbieder. Indien gewenst ontvangt de cliënte hiervan een papieren versie.

  • Klachtenregeling Artikel 17 - Geschillen