Vaste inrichting Voorbeeldclausules

Vaste inrichting. (1) Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "vaste inrichting" een vaste bedrijfsinrichting waarin de onderneming haar werkzaamheden geheel of gedeeltelijk uitoefent. (2) De uitdrukking "vaste inrichting" omvat in het bijzonder : (a) een plaats waar leiding wordt gegeven; (b) een filiaal; (c) een kantoor; (d) een fabriek; (e) een werkplaats; (f) een mijn, een steengroeve of enige andere plaats waar natuurlijke rijkdommen worden gewonnen; (g) de plaats van uitvoering van een bouwwerk of van constructiewerkzaamheden waarvan de duur twaalf maanden overschrijdt. (3) Een vaste inrichting wordt niet aanwezig geacht indien : (a) gebruik wordt gemaakt van inrichtingen, uitsluitend voor de opslag, uitstalling of aflevering van aan de onderneming toebehorende goederen; (b) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor de opslag, uitstalling of aflevering; (c) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor de bewerking of verwerking door een andere onderneming; (d) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend om voor de onderneming goederen aan te kopen of inlichtingen in te winnen; (e) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend voor reclamedoeleinden, voor het geven van inlichtingen, voor wetenschappelijk onderzoek of voor soortgelijke werkzaamheden, ten behoeve van de onderneming, die van voorbereidende aard zijn of het karakter van hulpwerkzaamheden hebben. (4) Een persoon -niet zijnde een onafhankelijke vertegenwoordiger in de zin van paragraaf (5)- die in een overeenkomstsluitende Staat voor een onderneming van de andere overeenkomstsluitende Staat werkzaam is, wordt als een in de eerstbedoelde Staat aanwezige vaste inrichting beschouwd, indien hij die Staat een machtiging bezit om namens de onderneming overeenkomsten af te sluiten en dit recht aldaar gewoonlijk uitoefent, tenzij zijn werkzaamheden beperkt blijven tot de aankoop van goederen voor de onderneming. (5) Een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat wordt niet geacht een vaste inrichting in de andere overeenkomstsluitende Staat te bezitten op grond van de enkele omstandigheid dat zij aldaar zaken doet door middel van een makelaar, een algemeen commissionair of enige andere onafhankelijke vertegenwoordiger, op voorwaarde dat deze personen in de normale uitoefening van hun bedrijf handelen. (6) De enkele omstandigheid dat een vennootschap die inwo...
Vaste inrichting. 1. Voor de toepassing van dit Verdrag betekent de uitdrukking „vaste inrichting” een vaste bedrijfsinrichting door middel waarvan de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden verricht. 2. De uitdrukking „vaste inrichting” omvat in het bijzonder: a. een plaats waar leiding wordt gegeven; b. een filiaal; c. een kantoor; d. een fabriek; e. een werkplaats, en f. een mijn, een olie- of gasbron, een (steen)groeve of elke andere plaats waar natuurlijke rijkdommen wor- den gewonnen of geëxploiteerd. 3. De uitdrukking „vaste inrichting” omvat eveneens een plaats van uitvoering van een bouwwerk of van constructie-, montage- of installatiewerkzaamheden of daarmee verband houdende toezichthoudende activi- teiten, indien een dergelijke plaats van uitvoering, of de werkzaamheden of dergelijke activiteiten blijft voort- bestaan respectievelijk voortduren voor een tijdvak van meer dan 183 dagen. 4. Niettegenstaande de bepalingen van het eerste, tweede en derde lid, wordt onder de uitdrukking „vaste inrichting” geacht mede te zijn begrepen: a. het verlenen van diensten, daaronder begrepen diensten van adviserende aard, door een onderneming door middel van werknemers of andere personeelsleden die door de onderneming daartoe zijn aange- steld, maar alleen indien dergelijke werkzaamheden (voor hetzelfde of een daarmee samenhangend pro- ject) in een verdragsluitende staat voor een tijdvak dat of tijdvakken die in een tijdvak van twaalf maanden beginnend of eindigend in het desbetreffende belastingjaar in totaal meer dan 183 dagen voortduurt of voortduren; b. het verrichten van diensten in een verdragsluitende staat door een natuurlijke persoon, evenwel uitslui- tend indien de natuurlijke persoon zich in de andere staat bevindt voor het verrichten van deze diensten gedurende een tijdvak dat of tijdvakken die in een tijdvak van twaalf maanden beginnend of eindigend in het desbetreffende belastingjaar in totaal meer dan 183 dagen voortduurt of voortduren; 5. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel wordt de uitdrukking „vaste inrichting” niet geacht te omvatten: a. het gebruikmaken van inrichtingen uitsluitend voor opslag, uitstalling of aflevering van aan de onderne- ming toebehorende goederen of koopwaar;‌ b. het aanhouden van een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen of koopwaar, uitslui- tend voor opslag, uitstalling of aflevering; c. het aanhouden van een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen of koopwaar,...
Vaste inrichting. Voor de toepassing van dit Verdrag betekent de uitdrukking „vaste inrichting” een vaste bedrijfsinrichting door middel waarvan de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden verricht.
Vaste inrichting. § 1 Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "vaste inrichting" een vaste bedrijfsinrichting met behulp waarvan de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend. § 2 De uitdrukking "vaste inrichting" omvat in het bijzonder: a) een plaats waar leiding wordt gegeven;
Vaste inrichting. 1. Voor de toepassing van dit Verdrag betekent de uitdrukking ,,vaste inrichting’’ een vaste bedrijfsinrichting door middel waarvan de werk- zaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk xxxxxx uitgeoe- fend. 2. De uitdrukking ,,vaste inrichting’’ omvat in het bijzonder: a) een plaats waar xxxxxxx wordt gegeven; b) een filiaal; c) een kantoor; d) een fabriek; e) een werkplaats; en f) een mijn, een olie- of gasbron, een steengroeve of een andere plaats waar natuurlijke rijkdommen xxxxxx gewonnen. 3. A building site or construction or installation project or supervisory or consultancy activities connected therewith and which are carried out at that site or project constitutes a permanent establishment only if it lasts more than nine months. 4. Notwithstanding the preceding provisions of this Article, the term ‘‘permanent establishment’’ shall be deemed not to include: a) the use of facilities solely for the purpose of storage, display or delivery of goods or merchandise belonging to the enterprise; b) the maintenance of a stock of goods or merchandise belonging to the enterprise solely for the purpose of storage, display or delivery; c) the maintenance of a stock of goods or merchandise belonging to the enterprise solely for the purpose of processing by another enterprise; d) the maintenance of a fixed place of business solely for the purpose of purchasing goods or merchandise or of collecting information, for the enterprise; e) the maintenance of a fixed place of business solely for the purpose of carrying on, for the enterprise, any other activity of a preparatory or auxiliary character; f) the maintenance of a fixed place of business solely for any com- bination of activities mentioned in subparagraphs a) to e), provided that the overall activity of the fixed place of businesss resulting from this combination is of a preparatory or auxiliary character. 5. Notwithstanding the provisions of paragraphs 1 and 2, where a per- son – other than an agent of an independent status to whom paragraph 6 applies – is acting on behalf of an enterprise and has, and habitually exercises, in a Contracting State an authority to conclude contracts in the name of the enterprise, that enterprise shall be deemed to have a perma- nent establishment in that State in respect of any activities which that person undertakes for the enterprise, unless the activities of such person are limited to those mentioned in paragraph 4 which, if exercised through a fixed place of busines...
Vaste inrichting. 1. Voor de toepassing van dit Verdrag betekent de uitdrukking ,,vaste inrichting’’ een vaste bedrijfsinrichting met behulp waarvan de werk- zaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden uitgeoe- fend. 2. De uitdrukking ,,vaste inrichting’’ omvat in het bijzonder: a. een plaats waar leiding wordt gegeven; 1. Au sens de la présente Convention, l’expression «résident d’un Etat contractant» désigne toute personne qui, en vertu de la législation de cet Etat, est assujettie à l’impôt dans cet Etat, en raison de son domi- cile, de sa résidence, de son siège de direction ou de tout autre critère de nature analogue. Toutefois, cette expression ne comprend pas les per- sonnes qui ne sont assujetties à l’impôt dans cet Etat que pour les reve- nus de sources situées dans cet Etat ou pour la fortune qui y est située. 2. Lorsque, selon les dispositions du paragraphe1, une personne phy- sique est un résident des deux Etats contractants, sa situation est réglée de la manière suivante: a) cette personne est considérée comme un résident seulement de l’Etat où elle dispose d’un foyer d’habitation permanent; si elle dispose d’un foyer d’habitation permanent dans les deux Etats, elle est considé- rée comme un résident seulement de l’Etat avec lequel ses liens person- nels et économiques sont les plus étroits (centre des intérêts vitaux); b) si l’Etat où cette personne a le centre de ses intérêts vitaux ne peut pas être déterminé, ou si elle ne dispose d’un foyer d’habitation perma- nent dans aucun des Etats, elle est considérée comme un résident seule- ment de l’Etat où elle séjourne de fac¸on habituelle; c) si cette personne séjourne de fac¸on habituelle dans les deux Etats ou si elle ne séjourne de fac¸on habituelle dans aucun d’eux, elle est considérée comme un résident seulement de l’Etat dont elle possède la nationalité; d) si cette personne possède la nationalité des deux Etats ou si elle ne possède la nationalité d’aucun d’eux, les autorités compétentes des Etats contractants tranchent la question d’un commun accord. 3. Lorsque, selon les dispositions du paragraphe1, une personne autre qu’une personne physique est un résident des deux Etats contractants, elle est considérée comme un résident seulement de l’Etat où son siège de direction effective est situé. Eutablissement stable 1. Au sens de la présente Convention, l’expression «établissement stable» désigne une installation fixe d’affaires par l’intermédiaire de laquelle une entreprise exerce tout ou par...
Vaste inrichting. 1. Voor de toepassing van dit Verdrag betekent de uitdrukking ,,vaste inrichting’’ een vaste bedrijfsinrichting door middel waarvan de werk- zaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk xxxxxx uitgeoe- fend. 2. De uitdrukking ,,vaste inrichting’’ omvat in het bijzonder: a. een plaats waar xxxxxxx wordt gegeven; b. een filiaal; c. een kantoor; d. een fabriek;
Vaste inrichting. § 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "vaste inrichting" een vaste bedrijfsinrichting met behulp waarvan de werkzaamheden van een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend in de andere overeenkomstsluitende Staat. § 2. De uitdrukking "vaste inrichting" omvat in het bijzonder : a) een plaats waar leiding wordt gegeven; b) een filiaal; c) een kantoor; d) een fabriek; e) een werkplaats en f) een mijn, een olie of gasbron, een steengroeve of enige andere plaats waar natuurlijke rijkdommen worden gewonnen. § 3. De plaats van uitvoering van een bouwwerk of van constructiewerkzaamheden is slechts dan een vaste inrichting indien de duur daarvan twaalf maanden overschrijdt. § 4. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel wordt een "vaste inrichting" niet aanwezig geacht indien : a) gebruik wordt gemaakt van inrichtingen, uitsluitend voor de opslag, uitstalling of aflevering van aan de onderneming toebehorende goederen; b) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor de opslag, uitstalling of aflevering; c) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor de bewerking of verwerking door een andere onderneming; d) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend om voor de onderneming goederen aan te kopen of inlichtingen in te winnen;
Vaste inrichting. Overeenkomst voor de overdacht van auteursrechten
Vaste inrichting. 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking ″vaste inrichting″ een vaste bedrijfsinrichting met behulp waarvan de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend. 2. De uitdrukking ″vaste inrichting″ omvat in het bijzonder : a) een plaats waar leiding wordt gegeven; b) een filiaal; c) een kantoor; d) een fabriek; e) een werkplaats; en f) een mijn, een olie- of gasbron, een steengroeve of enige andere plaats waar natuurlijke rijkdommen worden gewonnen. 3. a) De plaats van uitvoering van een bouwwerk of van constructiewerkzaamheden, met inbegrip van werkzaamheden van toezicht daarop, is slechts dan een vaste inrichting indien de duur daarvan twaalf maanden overschrijdt.