Verontreinigingen Voorbeeldclausules

Verontreinigingen. Verontreinigingen zijn er in twee soorten: macro-verontreinigingen en micro-verontreinigin- gen. Macro-verontreinigingen zijn niet-hout delen die mee zijn gechipt dan wel op een andere manier tussen het materiaal terecht zijn gekomen. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om ander organisch materiaal dat met snoeihout is mee vrijgekomen en gechipt (naalden, bladeren, grasachtig materiaal) of om stenen. Micro-verontreinigingen zijn bijvoorbeeld chemicaliën, lijm of verfresten aanwezig in B-hout. Macro-verontreinigingen hebben vooral een negatief effect op het functioneren van de in- stallatie, micro-verontreinigingen veroorzaken ongewenste emissies.
Verontreinigingen. Geconstateerde verontreinigingen in het ingezamelde huishoudelijke verpakkingsglas kun- nen leiden tot afkeur en weigering van de gehele partij. Onder verontreinigingen worden verstaan alle materialen anders dan het huishoudelijke verpakkingsglas zelf. Informeer bij de afvalstoffenafdeling of dienstverlener in welke restfractie de navolgende verontreini- gingen thuis horen. Het zogenaamde hittebestendige of keramische glas, zoals glazen ovenschalen, glazen kookplaten, glazen pannendeksels, laboratoriumglas en glas afkomstig uit deuren van magnetrons en wasmachines. Dit glas is anders van samenstelling dan het huishoudelijke verpakkingsglas. Het smeltpunt van hittebestendig of keramisch glas ligt hoger dan dat van huishoudelijk verpakkingsglas, waardoor het latere productieproces van huishoudelijk verpakkingsglas ernstig zal worden verstoord. Met de huidige stand van de techniek is ma- chinale sortering van hittebestendig of keramisch glas nog niet mogelijk. De aanwezigheid van hittebestendig of keramisch glas in het ingezamelde huishoudelijke verpakkingsglas is niet toegestaan. Indien aanwezig kan dit leiden tot afkeur en weigering van de gehele partij. Het zogenaamde vlakglas, zoals glazen ruiten (inclusief autoruiten en “kassenglas”). Dit glas is eveneens anders van samenstelling dan het huishoudelijke verpakkingsglas. De aanwezigheid van vlakglas in het ingezamelde huishoudelijke verpakkingsglas is niet toe- gestaan. Indien aanwezig kan dit leiden tot afkeur en weigering van de gehele partij. Het zogenaamde KSP (of te wel keramiek, steen en porselein), zoals stenen kruiken, servies- goed, schotels, tegels, etc. Dit is geen glas en hoort niet in de glasbak thuis. Ongebroken objecten van KSP zullen in de meeste gevallen redelijk tot goed detecteerbaar zijn, mits beperkt tot enkele stuks per vracht. Dit in tegenstelling tot gebroken en kapotte objecten van KSP, waarbij met name de kleine fracties (kleiner dan 12 mm) tot ernstige verstoringen in het latere productieproces van huishoudelijk verpakkingsglas kunnen leiden. Indien aan- wezig kan dit leiden tot afkeur en weigering van de gehele partij. Metaal hoort niet thuis in de glasbak. Metaal is in de meeste gevallen detecteerbaar en verwijderbaar. De aanwezigheid hiervan in het ingezamelde huishoudelijke verpakkings- glas zal, mits beperkt blijvend tot enkele stuks, niet leiden tot afkeur. d.m.v. blaaslucht. De aanwezigheid van kunststof in het ingezamelde huishoudelijke ver- pakkingsglas zal, mits beperkt...
Verontreinigingen. Is het u bekend dat de bodem verontreinigd is of dat er een reden is om te vermoeden dat de bodem verontreinigd is? Ja / nee Heeft de Gemeente of de Provincie u een onderzoeks- of saneringsbevel opgelegd? Ja / nee (bijv. art. 55 Wet Bodembescherming) Is er een (ondergrondse) huisbrandolietank aanwezig of aanwezig geweest? Ja / nee Zo ja, waar bevindt zich deze olietank? Is deze tank gesaneerd (KIWA gecertificeerd) Conform BOOT besluit? Ja / nee Zijn er in, op of om het pand asbesthoudende materialen verwerkt? (golfplaten dakbedekking, isolatiemateriaal, eternietbeplating, beschoeiing, etc) ja / nee Is de gevel ooit gereinigd? Ja / nee Zo ja, volgens welke methode? droog (met grid, zand) nat (met chemicaliën) anders, Blijft er in het pand zeil achter, al dan niet vastgelijmd, welke dateert van een periode van 1960 en 1982? Ja / nee
Verontreinigingen a. Is het u bekend of de bodem verontreinigd is, of dat daar een sterke kans op bestaat? Zo “ja”, kent u de veroorzaker van deze verontreiniging Zo “ja”, waarom is daar een sterke kans op? ja ja nee nee b. Heeft de gemeente of de provincie u een onderzoeks- of saneringsbevel opgelegd? ja nee c. Is of was er een olietank in de grond aanwezig? Zo “ja”, is deze geleegd / geschoond / verwijderd? Graag documenten toevoegen waaruit e.e.a. blijkt zoals een KIWA-certificaat) ja ja nee nee d. Is/zijn er in het pand (en/of in de schuur) eternietplaten of asbesthoudend materiaal aangebracht? Zo “ja”, waar? ja nee
Verontreinigingen. Wanneer men spreekt over verontreinigingen in houtbrandstoffen onderscheidt men macro verontreinigingen en micro verontreinigingen. Macro-verontreinigingen hebben vooral een negatief effect op de kwaliteit van de pellets en op het functioneren van de installatie, micro-verontreinigingen veroorzaken ongewenste emis- sies. Verontreinigingen van de brandstof kunnen worden voorkomen door selectie van het juiste uitgangsmateriaal (géén B-hout), en zorgvuldig opwerking en opslag van de houtbrand- stof (zie hoofdstuk 3). N.B. In sommige gevallen gebruiken pelletproducenten additieven om de structuur en me- chanische eigenschappen van de houtpellet te verbeteren (m.n. bij gebruik van loofhout). Dit kunnen plantaardige oliën zijn, meel of andere chemicaliën. Bij gecertificeerde pellets (ENplus, DIN) heeft de controlerende instantie (auditor) getoetst welke additieven zijn ge- bruikt, en vastgesteld dat deze geen schadelijke invloed hebben op de samenstelling van de pellets [10]. Dit hoofdstuk gaat over de keten van houtselectie, houtbewerking, pelletproductie, pellet- opslag en tenslotte het gebruik van pellets in een bio-energieinstallatie. De nadruk ligt hierbij op praktische aspecten en maatregelen die van belang zijn voor het produceren, leveren en toepassen van goede kwaliteit pellets [3, 9, 11, 17, 22]. Achtereenvolgens gaat dit hoofdstuk in op: • selectie van het juiste hout (paragraaf 3.1); • het productieproces van pellets (paragraaf 3.2); • transport en opslag van pellets (paragraaf 3.3); • monitoring van de kwaliteit van pellets (paragraaf 3.4).
Verontreinigingen. Binnen de stad Tilburg zijn meerdere grondwaterverontreinigingen aanwezig. Ten noorden van de Piushaven is een VOCl-verontreiniging aanwezig (zie Figuur 9). Dit betekent dat er vluchtige chloorkoolwaterstoffen in de bodem zitten. Ze zijn en werden vaak toegepast als oplosmiddel en/of ontvettingsmiddel in de metaal- en galvanische-, de elektronische- en de grafische industrie. Daarnaast als reinigingsmiddel bij chemische wasserijen. Het wordt verwacht dat de verontreiniging geen belemmering vormt, maar dat bij de positionering van de bronnen met deze verontreiniging rekening gehouden dient te worden. Tevens moet er rekening worden gehouden met het Gebiedsgericht grondwaterbeheer die geldt in Tilburg. Echter de exacte status, omvang en diepte van de verontreiniging is in de huidige studie niet bekend. Hiervoor dient nadere informatie ingewonnen te worden bij de gemeente. In dit stadium wordt er nog niet gerekend aan de verplaatsing van de verontreiniging. Om een gefundeerde uitspraak te kunnen doen wat het risico op verontreiniging van het oppervlaktewater is, dient ook meer informatie over het oppervlaktewater ingewonnen te worden. Hierbij zijn onder andere zaken zoals drainerende of infiltrerende effecten, en de weerstand van de bodem en de kade belangrijk. Een eerste inschatting is dat de invloed (aanzuigende werking) van de WKO het oppervlaktewater niet zal verontreinigen, maar dat het oppervlaktewater er juist voor zorgt dat de verplaatsing door het oppervlaktewater gedempt wordt. Andere verontreinigingen in de buurt van het Fabriekskwartier vormen geen belemmering voor een WKO + TEO systeem.
Verontreinigingen. Is voorzover u bekend, de bodem veront- reinigd of is er reden om te vermoeden dat de bodem verontreinigd is? =ja=/nee Heeft de gemeente of de provincie u een onderzoeks- of saneringsbevel opgelegd? Is er voozover u bekend een olietank in de grond aanwezig? =ja=/nee =j=a/nee
Verontreinigingen. Wanneer men spreekt over verontreinigingen in houtbrandstoffen onderscheidt men veelal macro-verontreinigingen en micro-verontreinigingen. Macro-verontreinigingen hebben vooral een negatief effect op het functioneren van de in- stallatie, micro-verontreinigingen veroorzaken ongewenste emissies. Verontreinigingen van de brandstof kunnen worden voorkomen door selectie van het juiste uitgangsmateriaal (géén B-hout), en zorgvuldig opwerking en opslag van de houtbrandstof (zie hoofdstuk 3). Dit hoofdstuk gaat over praktische maatregelen die partijen kunnen nemen om ervoor te zorgen dat uit hout goede kwaliteit chips worden geproduceerd, geleverd en toegepast. Deze maatregelen strekken zich uit over de gehele keten van houtoogst, -bewerking, - opslag en gebruik van houtchips in de bio-energie installatie. Achtereenvolgens gaat dit hoofdstuk in op: • selectie van het juiste hout; • opslag van vers hout; • bewerken van vers hout; • opslag van houtchips; • invoer van houtchips in de bio-energie installatie; • monitoren van de houtchips kwaliteit.

Related to Verontreinigingen

  • Verontreiniging a. De aanwezigheid van een stof in of op de bodem of het oppervlaktewater in een zodanige concentratie dat de toepasselijke overheidsnormen (streefwaarde of een overeenkomstige waarde) die gelden op het moment dat de aanwezigheid van de stof zich manifesteert, worden overschreden. b. De aanwezigheid van asbest in een zodanige concentratie dat de toepasselijke overheidsnormen die gelden op het moment dat de aanwezigheid van asbest zich manifesteert, worden overschreden.

  • Prijswijzigingen 1. Als binnen drie maanden na het sluiten van de overeenkomst maar nog vóór aanvang van de educatieve dienst een prijswijziging optreedt, zal deze geen invloed hebben op de overeengekomen prijs. 2. U heeft recht op ontbinding van de overeenkomst als ná drie maanden na het sluiten van de overeenkomst, maar nog vóór aanvang van de educatieve dienst de prijs wordt verhoogd. 3. Lid 1 en 2 zijn niet van toepassing op prijswijzigingen die uit de wet voortvloeien.

  • Wijzigingen C.7.1 Opdrachtnemer is gerechtigd om de beschikbaar gestelde applicaties gedurende de looptijd van de Overeenkomst naar eigen goeddunken aan te passen. Indien een aanpassing leidt tot een aanzienlijke wijziging in functionaliteit, zal Opdrachtnemer zich inspannen om Opdrachtgever daarvan op de hoogte stellen. Alleen indien zulks technisch mogelijk is en geen onevenredige inspanning van Opdrachtnemer zou vergen, kan Opdrachtgever op verzoek een oudere versie van de applicatie blijven gebruiken. Opdrachtnemer kan extra kosten in rekening brengen voor het verschaffen van die mogelijkheid.

  • AFWIJKENDE BEPALINGEN KLEINVERBRUIKAANSLUITINGEN In afwijking van artikel 10 lid 2 zijn Klanten met een Kleinverbruikaansluiting een opzegvergoeding verschuldigd conform de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen.

  • Beveiligingsmaatregelen 6.1 Rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, alsook met de aard, de omvang, de context en de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico's voor de rechten en vrijheden van personen, treft Verwerker passende technische en organisatorische maatregelen om een op het risico afgestemd beveiligingsniveau te waarborgen. De beveiligingsmaatregelen die thans zijn genomen, zijn in Annex 2 bepaald. 6.2 Verwerker zorgt voor maatregelen die er mede op gericht zijn onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen. 6.3 De Gegevens worden uitsluitend opgeslagen en verwerkt binnen de Europese Economische Ruimte.

  • Slotbepalingen 1. Op elke overeenkomst en alle daaruit tussen partijen voortvloeiende rechtsverhoudingen is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. 2. Partijen zullen niet eerder een beroep doen op de rechter dan nadat zij zich optimaal hebben ingespannen om het geschil in onderling overleg te beslechten. 3. Voor zover de wet daarvan onder de gegeven omstandigheden van het geval niet dwingend afwijkt, wordt uitsluitend de bevoegde rechter binnen het arrondissement van de vestigingsplaats van Mega-Schutting aangewezen om van gerechtelijke geschillen kennis te nemen.

  • Salariswijzigingen Ook salariswijzigingen willen we binnen een maand van u ontvangen. Gaat het om een salarisverhoging en ontvangen we deze melding niet of te laat, dan heeft u voor de verhoging geen recht op vergoeding. U bent over deze salarisverhoging wel premie verschuldigd vanaf het moment van de verhoging. Is er sprake van een salarisverlaging en ontvangen we uw informatie daarover niet of te laat? En hebben we u daardoor een te hoge vergoeding betaald? Dan moet u het te veel betaalde bedrag aan ons terugbetalen. De te veel betaalde premie ontvangt u van ons terug.

  • Veiligheidsmaatregelen Memoriseer de Veiligheidscode en noteer deze nergens in een makkelijk herkenbare vorm op om het even welke drager. Deel deze niet mee aan eender welke derde, ook niet aan familieleden, uw bank of politie. - Noteer in geen geval uw Veiligheidscode in of op het Toestel, zelfs niet in codevorm. - Wees discreet bij het invoeren van uw Veiligheidscode. - Kies onmiddellijk een andere Veiligheidscode wanneer u vermoedens hebt dat het vertrouwelijk karakter niet meer gegarandeerd is en verwittig de Bank (zie punt 5). - Laat het Toestel en de middelen voor activatie, inloggen en ondertekening niet onbeheerd achter (bv. werkplek, voertuig, hotel of andere feitelijk voor het publiek toegankelijke ruimten). - Sluit de sessie af met knop “afmelden” zodra een sessie beëindigd is en laat het Toestel tijdens een sessie niet onbewaakt achter, ongeacht de reden. - Laat je Xxxxxxx niet gebruiken door derden zolang je aangemeld bent in de Dienst. - Zorg ervoor dat je enige gebruiker bent van het Toestel wanneer je de functie lezen van digitale vingerafdruk of gezichtsherkenning activeert en registreer enkel je eigen vingerafdruk of gezicht.

  • Vrijstellingen A. Een werknemer van 55 jaar of ouder kan niet verplicht worden tot het werken in de avonduren, tenzij zij verantwoordelijk is voor het beheer van een winkel. B. Een werknemer van 55 jaar of ouder kan niet tot overwerk worden verplicht.

  • Belangenverstrengeling 1. Werknemer zal zich ervan onthouden: - direct of indirect deel te nemen aan ten behoeve van werkgever door derden uit te voeren aannemingen, leveringen of werken; - direct of indirect in verband met zijn functie geschenken met handelswaarde provisie of beloning aan te nemen van personen of rechtspersonen waarmee werknemer door of vanwege zijn functie in aanraking komt; - andere werknemers uit de onderneming van de werkgever te verplichten tot het verrichten van persoonlijke diensten aan werknemer; - goederen en bedrijfsmiddelen van de werkgever te gebruiken voor eigen doeleinden zonder een schriftelijke toestemming van de werkgever. 2. Overtreding van deze regel kan sancties voor de werknemer opleveren en al naar gelang de aard en de ernst van de overtreding aanleiding geven tot een ontslagaanvraag op basis van verwijtbaar handelen of nalatigheid door de werknemer of een reden voor ontslag op staande voet opleveren.