Common use of Werkgelegenheid Clause in Contracts

Werkgelegenheid. 1.1. De werkgever zal streven naar continuïteit van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van de werkgelegenheid. 1.2. De werkgever zal tijdens de duur van de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag van werknemers die op het moment van afsluiting ervan in dienst zijn respectievelijk tijdens de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvinden. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.

Werkgelegenheid. 1.1DSM in Nederland vormt een belangrijke bron van directe en indirecte werkgelegenheid. Daarnaast wordt door de invulling van het duurzame inzetbaarheidsbeleid het individuele werkgelegenheidsperspectief van de werknemer versterkt. DSM in Nederland zal gedurende de contractperiode - uitgaande van de thans bestaande inzichten en visies - geen collectieve, volgens de definitie van de wet melding Collectief Ontslag, (20+) reducties van arbeidsplaatsen in gang zetten, tenzij het bedrijf door ingrijpend gewijzigde omstandigheden in de onmogelijkheid komt te verkeren deze verplichting te verwezenlijken. In overeenstemming met sociale partners (DSM, vakorganisaties en Ondernemingsraad) zal dan worden vastgesteld of er sprake is van zodanig ingrijpend gewijzigde omstandigheden dat DSM in Nederland hieraan niet kan worden gehouden. Indien deze omstandigheden noodzaken tot aanvullende maatregelen, dan zal dit in overeenstemming met de sociale partners worden vastgesteld en opgevolgd waarbij ieders verantwoordelijkheid zal worden gerespecteerd. De werkgever zal streven naar continuïteit vigerende regels met betrekking tot het DI-beleid en het sociaal plan blijven onverminderd van kracht. Een en ander veronderstelt - naast een reële (her)plaatsingsbereidheid - het versterken resp. onderhouden van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten duurzame inzetbaarheid van de werkgelegenheid. 1.2werknemers. De werkgever zal tijdens Alle vigerende sociale plannen (de duur overgangsregelingen), bevatten de regels en werkafspraken die van toepassing zijn in geval van boventalligheid op de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag van werknemers die in dienst waren op 31 maart 2014 en zijn voor het moment van afsluiting ervan tijdvak tot en met 31 maart 2018 gecontinueerd, met dien verstande dat partijen over onderdelen die vanwege vóór de einddatum in werking tredende gewijzigde wet-/regelgeving aanpassing behoeven, tussentijds in overleg zullen treden over de als gevolg daarvan noodzakelijke en/of gewenste aanpassingen. Voor de werknemers die na 31 maart 2014 in dienst zijn respectievelijk tijdens getreden van DSM NL Services B.V. wordt door partijen een nieuw sociaal plan ontwikkeld in 2015. Voor degenen die tussen wal en schip vallen omdat er nog geen nieuwe sociaal plan is, zal een “tijdelijke” paritaire commissie de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken werkgever adviseren om in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, individuele gevallen een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig passende (door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvindencommissie voorgestelde) regeling toe te passen. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.

Werkgelegenheid. 1.11. De werkgever vakorganisaties zullen tijdig worden geïnformeerd over voorgenomen beslissingen, die een voorzienbare invloed op de werkgelegenheid hebben. 2. Deze informatie zal streven naar continuïteit zodanig uitgebreid zijn, dat de vakorganisatie zich een oordeel kunnen vormen van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en werkgelegenheids- aspecten. Ook zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten informatie zo tijdig worden verstrekt, dat over de voorgenomen beslissingen nog daadwerkelijk overleg mogelijk is. 3. Tenminste éénmaal per jaar zullen de vakorganisaties worden uitgenodigd voor een informatieve bespreking van de werkgelegenheid. 1.2. De werkgever zal tijdens algemene situatie van DHL alsmede over de duur van de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag van werknemers die op het moment van afsluiting ervan in dienst zijn respectievelijk tijdens de duur ervan worden aangenomenvooruitzichten, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij technologische ontwikkelingen in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspectenbedrijf. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die de vakorganisaties worden geïnformeerd over de mogelijkheden om het aantal arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd voor de bezorgers uit te breiden. 4. Van geval tot geval zal worden vastgesteld in hoeverre de te verstrekken informatie vertrouwelijk dient te blijven en zo ja, hoelang. 5. Bij belangrijke reorganisaties, sluiting e.d. geldt onverlet al wat geregeld is in de Wet op de Ondernemingsraden dat DHL, in geval van ingrijpende reorganisatie, sluiting en/of verkoop van het terrein bedrijf waar deze cao van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn toepassing is en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor invloed heeft op de werkgelegenheid van werknemers vallend onder deze cao, de betrokken onderneming hebben, vakorganisaties uitvoerig zal informeren om in onderling overleg tot een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraadSociaal Begeleidingsplan te komen. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - vakorganisaties zullen tijdig onmiddellijk door de werkgever in kennis worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op gesteld van een aanvraag van surseance van betaling of van een ingediend verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvindentot faillietverklaring. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.

Werkgelegenheid. 1.1. De werkgever zal streven naar continuïteit van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van de werkgelegenheid. 1.2. De werkgever zal tijdens de duur van de collectieve arbeidsovereenkomst deze cao niet overgaan tot collectief ontslag van de werknemers die op het moment van afsluiting ervan in dienst zijn respectievelijk tijdens de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging betrokken vakverenigingen en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1Ondernemingsraad. De werkgeversorganisaties zullen werkgever zal de vakverenigingen ten minste 1 maal x per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en in de onderneming alsmede over de economische vooruitzichten van voor het komende jaar. Indien de onderneming(en)werkgever verdere automatisering of technologische ontwikkelingen toepast, waarbij zal hij de vakverenigingen vooraf informeren indien een belangrijk aantal arbeidsplaatsen in het bijzonder geding is. Bij gelijke geschiktheid voor de vervulling van een vacature zal de werkgever voorrang geven aan de werknemer die solliciteert boven een sollicitant van buiten het bedrijf. De werkgever is bereid bij het vervullen van vacatures extra aandacht te besteden aan de mogelijkheden deze vacatures te laten vervullen door langdurig werklozen, vrouwen en leden van etnische minderheden. De werkgever zal een actief beleid voeren ten aanzien van beperkt inzetbare werknemers. Het beleid zal erop gericht zijn deze werknemers zoveel mogelijk te handhaven door middel van aanpassing van functie en/of werkplaats. Aan her-, om- en bijscholing gericht op mogelijke plaatsing binnen de onderneming zal grote aandacht worden besteed. Indien de werkgever meent wegens slapte in het bedrijf of wegens reorganisatie tot ontslag van meerdere werknemers te moeten overgaan, zal hij hierover tijdig overleg plegen met de vakverenigin­gen. De werkgever verplicht zich in overleg met de vakverenigingen een sociaal plan op te stellen en uit te voeren, waarin speciale aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspectenwerknemers van 55 jaar en ouder. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op Ten behoeve van het terrein aanvragen van een vergunning tot het verkorten van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvinden. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan werktijd zal de werkgever in overleg treden met de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2vakorganisaties.

Werkgelegenheid. 1.1DSM in Nederland vormt een belangrijke bron van directe en indirecte werkgelegenheid. Daarnaast wordt door de invulling van het duurzame inzetbaarheidsbeleid het individuele werkgelegenheidsperspectief van de werknemer versterkt. DSM in Nederland zal gedurende de contractperiode - uitgaande van de thans bestaande inzichten en visies - geen collectieve, volgens de definitie van de wet melding Collectief Ontslag, (20+) reducties van arbeidsplaatsen in gang zetten, tenzij het bedrijf door ingrijpend gewijzigde omstandigheden in de onmogelijkheid komt te verkeren deze verplichting te verwezenlijken. In overeenstemming met sociale partners (DSM, vakorganisaties en Ondernemingsraad) zal dan worden vastgesteld of er sprake is van zodanig ingrijpend gewijzigde omstandigheden dat DSM in Nederland hieraan niet kan worden gehouden. Indien deze omstandigheden noodzaken tot aanvullende maatregelen, dan zal dit in overeenstemming met de sociale partners worden vastgesteld en opgevolgd waarbij ieders verantwoordelijkheid zal worden gerespecteerd. De werkgever zal streven naar continuïteit vigerende regels met betrekking tot het DI-beleid en het sociaal plan blijven onverminderd van kracht. Een en ander veronderstelt - naast een reële (her)plaatsingsbereidheid - het versterken resp. onderhouden van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten duurzame inzetbaarheid van de werkgelegenheid. 1.2werknemers. De werkgever zal tijdens Alle vigerende sociale plannen (de duur overgangsregelingen), bevatten de regels en werkafspraken die van toepassing zijn in geval van boventalligheid op de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag van werknemers die in dienst waren op 31 maart 2014 en zijn voor het moment van afsluiting ervan tijdvak tot en met 31 maart 2018 gecontinueerd, met dien verstande dat partijen over onderdelen die vanwege vóór de einddatum in werking tredende gewijzigde wet-/regelgeving aanpassing behoeven, tussentijds in overleg zullen treden over de als gevolg daarvan noodzakelijke en/of gewenste aanpassingen. Voor de werknemers die na 31 maart 2014 in dienst zijn respectievelijk tijdens getreden van DSM NL Services B.V. wordt door partijen een nieuw sociaal plan ontwikkeld. Voor degenen die tussen wal en schip vallen omdat er nog geen nieuwe sociaal plan is, zal een “tijdelijke” paritaire commissie de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken werkgever adviseren om in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, individuele gevallen een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig passende (door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvindencommissie voorgestelde) regeling toe te passen. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.

Werkgelegenheid. 1.1DSM NL Services B.V. vormt een belangrijke bron van directe en indirecte werkgelegenheid. De werkgever Door het duurzame inzetbaarheidsbeleid wordt het individuele werkgelegenheidsperspectief van de medewerker versterkt. DSM in Nederland zal streven naar gedurende de contractperiode - uitgaande van de thans bestaande inzichten en visies - geen collectieve, volgens de definitie van de wet melding Collectief Ontslag, (20+) reducties van arbeidsplaatsen in gang zetten, tenzij het bedrijf door ingrijpend gewijzigde omstandigheden in de onmogelijkheid komt te verkeren deze verplichting te verwezenlijken. In overeenstemming met sociale partners (DSM, vakorganisaties en Ondernemingsraad) zal dan worden vastgesteld of er sprake is van zodanig ingrijpend gewijzigde omstandigheden dat DSM in Nederland hieraan niet kan worden gehouden. Indien deze omstandigheden noodzaken tot aanvullende maatregelen, dan zal dit in overeenstemming met de sociale partners worden vastgesteld en opgevolgd waarbij ieders verantwoordelijkheid zal worden gerespecteerd. DSM zal wel, teneinde de continuïteit van de arbeidsverhouding met zijn werknemers onderneming veilig te stellen, steeds voor de noodzaak van reorganisaties en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten rationalisaties blijven staan - welke kunnen leiden tot vermindering van de werkgelegenheid. 1.2personeelsbezetting binnen DSM in Nederland - waarbij alsdan de vigerende regels met betrekking tot het duurzame inzetbaarheidsbeleid en het vigerende sociaal plan onverminderd van kracht blijven. De werkgever zal tijdens de duur Een en ander veronderstelt - naast een reële (her)plaatsingsbereidheid - het versterken resp. onderhouden van de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag duurzame inzetbaarheid van werknemers de medewerkers. Instrumenten om deze te bevorderen zijn onder meer gelegen in het opleidingsbeleid, het duurzame inzetbaarheidsbeleid inzetbaarheid beleid, kennis- /kunde verbreding, en dergelijke. Alle vigerende sociale plannen, bevattende regels en werkafspraken die van toepassing zijn in geval van boventalligheid op het moment van afsluiting ervan de medewerkers die in dienst zijn respectievelijk tijdens op 31 maart 2014, worden voor het tijdvak tot en met 31 maart 2018 gecontinueerd, met dien verstande dat partijen over onderdelen die vanwege vóór de duur ervan worden aangenomeneinddatum in werking tredende gewijzigde wet-/regelgeving aanpassing behoeven, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend tussentijds in overleg met zullen treden over de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken als gevolg daarvan noodzakelijke en/of gewenste aanpassingen in de bedrijfstakvigerende sociale plannen en annexe documenten. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied Voor de medewerkers die na 31 maart 2014 in dienst treden van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht DSM NL Services B.V. is een sociaal plan van toepassing dat voor 1 juli 2014 door partijen zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte opgesteld. Dit sociaal plan is vanaf 1 april 2018 eveneens van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang toepassing op alle overige medewerkers van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvinden. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.DSM NL Services B.V.

Werkgelegenheid. 1.1. De werkgever zal streven naar continuïteit van de arbeidsverhouding met zijn werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van de werkgelegenheid. 1.2. De werkgever zal tijdens de duur van de collectieve arbeidsovereenkomst niet overgaan tot collectief ontslag van werknemers die op het moment van afsluiting ervan in dienst zijn respectievelijk tijdens de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzaken. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging en de vakverenigingen. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden. 2.1. De werkgeversorganisaties zullen de vakverenigingen ten minste tenminste 1 maal per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal éénmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en), waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebben, een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig door de werkgever worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloop. Op verzoek van de vakverenigingen zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvinden. 2.3. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslag, dan zal de werkgever de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2.

Werkgelegenheid. 1.1. a. De werkgever zal streven streeft naar continuïteit van de arbeidsverhouding met zijn de werknemers en zal aandacht besteden aan de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van de werkgelegenheid. 1.2. b. De werkgever zal tijdens de duur van de collectieve arbeidsovereenkomst deze cao niet overgaan tot collectief ontslag ont- slag van werknemers die op het moment van afsluiting ervan anders dan: 1. om dringende redenen volgens artikelen 7:678 en 7:679 Burger- lijk Wetboek; 2. indien er omstandigheden ontstaan, waardoor de maatregel in dienst zijn respectievelijk tijdens de duur ervan worden aangenomen, tenzij bijzondere omstandigheden hiertoe noodzakenredelijkheid onafwendbaar is en er geen andere alternatieve op- lossingen meer voor handen zijn. In dat geval zal hij hiertoe niet besluiten worden besloten dan na diepgaand en indringend overleg met de personeelsvertegenwoordiging vakverenigingen en de vakverenigingenondernemingsraad. In dit overleg zal met name aandacht worden besteed aan eerder genoemde bijzondere omstandigheden.om- standigheden 2.1. c. De werkgeversorganisaties zullen werkgever zal de vakverenigingen ten minste 1 maal periodiek en tenminste 1x per jaar informeren omtrent de algemene gang van zaken in de bedrijfstak. Hierbij zullen met name ontwikkelingen op het gebied van de werkgelegenheid ter sprake komen, waarbij zowel aandacht zal worden gegeven aan het te verwachten aantal arbeidsplaatsen als aan de afwijkingen ten opzichte van eerder uitgesproken verwachtingen. 2.2. De werkgever zal desgevraagd ten minste eenmaal per jaar de betrokken vakverenigingen informeren over de economische gang van zaken en de economische vooruitzichten van de onderneming(en)onderne- ming, waarbij in het bijzonder aandacht zal worden geschonken besteed aan de werkgelegenheidsaspecten. Hierbij zullen tevens die plannen - waaronder die op het terrein In dit periodiek overleg kunnen ook afspraken worden gemaakt ten aanzien van de automatisering - worden betrokken die in voorbereiding zijn en die bij realisering ingrijpende gevolgen voor de werkgelegenheid van de betrokken onderneming hebbenrelevante schriftelijke informatie. d. Indien te vervullen vacatures ontstaan, een en ander onverlet de taak en de bevoegdheden van de ondernemingsraad. De hierop betrekking hebbende gegevens - bedoeld om de vakverenigingen inzicht te geven in die plannen - zullen tijdig zal door de werkgever aan het eigen personeel voorrang worden verstrekt, alsmede één keer per jaar gegevens omtrent het personeelsverloopgegeven hier naar te sollicite- ren. Op verzoek Bij externe vervulling van de vakverenigingen desbetreffende vacature zal hierover nader overleg met de werkgever kunnen plaatsvindenwerkge- ver deze mede bij het UWV WERKbedrijf aanmelden en deze na ver- vulling afmelden. 2.3. e. Indien zich ontwikkelingen voordoen die zullen leiden tot aanmerkelijke inkrimping van het aantal arbeidsplaatsen en mogelijk collectief ontslagde onderneming overweegt om subsidie voor arbeidsplaatsen- verbetering aan te vragen, dan zal de werkgever zij de vakverenigingen tijdig uitnodigen tot het overleg als bedoeld onder 1.2van dit voorne- men op de hoogte stellen.