Beleggingen. 1. De geldmiddelen als bedoeld in artikel 15 worden - voor zover niet direct bestemd voor de uitgaven bedoeld in artikel 18, lid 1 -onder verantwoordelijkheid van het bestuur belegd, met in achtneming van in redelijkheid daaraan te stellen eisen van liquiditeit, rendement en risicoverdeling.
Beleggingen. 1. De geldmiddelen als bedoeld in artikel 4, lid 1 worden - voor zover niet direct bestemd voor de uitgaven bedoeld in lid 2 van dat artikel - door het bestuur belegd, met inachtneming van in redelijkheid daaraan te stellen eisen van liquiditeit, rendement, risicoverdeling en het maatschappelijk nut.
Beleggingen. 1. Voor zover gelden van de Stichting voor belegging beschikbaar zijn, worden deze gelden door het bestuur belegd, met inachtneming van in redelijkheid daaraan te stellen eisen van liquiditeit, rendement en risicoverdeling.
Beleggingen. 1. Voor zover gelden van de stichting voor belegging beschikbaar zijn, worden deze gelden door het bestuur belegd, met inachtneming van in redelijkheid daaraan te stellen eisen van liquiditeit, rendement en risicoverdeling. Beleggingen kunnen uitsluitend worden gedaan in Nederlandse staatsobligaties dan wel in deposito's bij banken.
Beleggingen. 1. Algemeen uitgangspunt Het Fonds belegt voor rekening en risico van de deelnemer overeenkomstig de door het bestuur vastgestelde procedures voor de beleggingen.
Beleggingen. 5.1 Het beleggingsbeleid van het Fonds wordt gebaseerd op een door het Bestuur vastgesteld beleggingsplan (meerjarenplan), zonodig aangevuld met jaarplannen en halfjaarplannen.
Beleggingen. BELEGGINGSBEGINSELEN
Beleggingen. Het beleggingsbeleid van het fonds is in overeenstemming met de prudent-person-regel.
Beleggingen. 1 Het bestuur is belast met het beheer van het vermogen van de stichting. De gelden van de stichting worden door het bestuur op solide wijze belegd.
Beleggingen. Het fonds voert een beleggingsbeleid dat in overeenstemming is met de prudent-person regel en is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: