Berekeningsformule Voorbeeldclausules

Berekeningsformule. De berekeningsformule voor de inhouding varieert naar gelang de som van de maandelijkse aanvullende vergoeding en de sociale uitkering lager of hoger is dan bepaalde bedragen afhankelijk van het toegepaste type van drempel. Aldus hebben we voor: Als X ? A => geen inhouding Als A < X > B => Inhouding = X - A Als X ? B => Volledige inhouding = X x 6,5% (of 4,5%) De waarden A en B variëren als volgt in functie van de indexering, de herwaarderingscoëfficiënt en de bijdragevoet. Met gezinslast (drempel 1) Vanaf Volledige inhouding van 6,5% vanaf Geen inhouding onder (B) (A) 01/01/2016 1639,68 1753,67 01/06/2016 1672,48 1788,75 01/06/2017 1705,91 1824,50 01/01/2018 1712,05 1831,07 Vanaf Volledige inhouding van 6,5% vanaf Geen inhouding onder (B) (A) 01/09/2018 1746,22 1867,61 01/01/2020 1768,57 1891,52 01/03/2020 1803,94 1929,35 01/01/2021 1809,71 1935,52 01/09/2021 1845,95 1974,28 01/01/2022 1887,72 2018,95 01/03/2022 1925,58 2059,44 01/05/2022 1964,07 2100,61 Zonder gezinslast (drempel 2) Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 6,5% (A) vanaf(B) 01/01/2016 1361,27 1455,90 01/06/2016 1388,51 1485,04 01/06/2017 1416,26 1514,72 01/01/2018 1421,35 1520,16 01/09/2018 1449,73 1550,51 01/01/2020 1468,29 1570,36 Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 6,5% (A) vanaf(B) 01/03/2020 1497,65 1601,76 01/01/2021 1502,44 1606,89 01/09/2021 1532,53 1639,07 01/01/2022 1567,20 1676,15 01/03/2022 1598,63 1709,76 01/05/2022 1630,59 1743,95 Met gezinslast (drempel 3) Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 4,5% (A) vanaf(B) 01/01/2016 819,84 858,47 01/06/2016 836,24 875,64 01/06/2017 852,95 893,14 01/01/2018 856,02 896,36 01/09/2018 873,11 914,25 01/01/2020 884,29 925,96 01/03/2020 901,97 944,47 01/01/2021 904,86 947,50 Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 4,5% (A) vanaf(B) 01/09/2021 922,97 966,46 01/01/2022 943,86 988,34 01/03/2022 962,79 1008,16 01/05/2022 982,04 1028,31 Zonder gezinslast (drempel 4) Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 4,5% (A) vanaf(B) 01/01/2016 680,64 712,71 01/06/2016 694,25 726,96 01/06/2017 708,13 741,50 01/01/2018 710,68 744,17 01/09/2018 724,86 759,02 01/01/2020 734,14 768,73 01/03/2020 748,82 784,10 01/01/2021 751,22 786,62 01/09/2021 766,26 802,37 01/01/2022 783,60 820,52 01/03/2022 799,31 836,97 Vanaf Geen inhouding onder Volledige inhouding van 4,5% (A) vanaf(B) 01/05/2022 815,29 853,71 01/08/2022 831,59 870,77 01/11/2022 848,20 888,17 01/12/2022 865,18 905,95 Met gezinslast (drempel 3) V...
Berekeningsformule. Het traject van de Variabele Compensatie wordt voor elk jaar T berekend aan de hand van de volgende formule: Variabele CompensatieT = Eenheidspercentage * Omzet ODV Vervoerbewijzen T Waarvan de elementen als volgt worden gedefinieerd:
Berekeningsformule. A (het aantal gewogen dienstjaren) B (het laatst verdiende bruto maandinkomen) C (= correctiefactor) welke is vastgesteld op 1 Voor A (aantal gewogen dienstjaren) geldt: Dienstjaren voor de leeftijd van 35 jaar tellen voor 0,5 Dienstjaren vanaf de leeftijd van 35 tot de leeftijd van 45 jaar tellen voor 1,0 Dienstjaren vanaf de leeftijd van 45 tot de leeftijd van 55 jaar tellen voor 1,5 Dienstjaren vanaf de leeftijd van 55 jaar tellen voor 2 In geval van afronding van dienstjaren, geld het volgende: Bij (dubbele) afronding "naar boven" in twee leeftijdscategorieën, zal een correctie worden toegepast door "naar beneden" af te ronden in de eerste (jongste) leeftijdscategorie van de betreffende twee leeftijdscategorieën. Bij (dubbele afronding) "naar beneden" in twee leeftijdscategorieën zal een correctie worden toegepast door "naar boven" af te ronden in de laatste (oudste) leeftijdscategorie van de betreffende twee leeftijdscategorieën. Indien de Werknemer direct voorafgaand aan het dienstverband met de Werkgever via een uitzendbureau ten behoeve van de Werkgever dezelfde functie heeft verricht als waarvoor hij (direct aansluitend op de uitzendperiode) door de Werkgever in dienst is genomen, wordt de (direct voorafgaande aansluitende) uitzendperiode waarin de Werknemer voor de Werkgever heeft gewerkt, meegeteld bij het bepalen van het aantal dienstjaren. Het bruto maandinkomen zoals gedefinieerd in artikel 1.4. Uitbetaling De beëindigingsvergoeding op basis van dit Sociaal Plan is een brutobedrag dat door de Werkgever eenmalig zal worden uitgekeerd aan de Werknemer nadat wettelijk verplichte inhoudingen in mindering zijn gebracht. Uitbetaling zal plaatsvinden uiterlijk binnen een maand na de Ontslagdatum.
Berekeningsformule. De berekeningsformule voor de inhouding varieert naar gelang de som van de maandelijkse aanvullende vergoeding en de sociale uitkering lager of hoger is dan bepaalde bedragen afhankelijk van het toegepaste type van drempel. Aldus hebben we voor: Als X ? A => geen inhouding Als A < X > B => Inhouding = X - A Als X ? B => Volledige inhouding = X x 6,5% (of 4,5%) De waarden A en B variëren als volgt in functie van de indexering, de herwaarderingscoëfficiënt en de bijdragevoet. Vanaf Geen inhouding onder
Berekeningsformule. De berekeningsformule voor de inhouding varieert naar gelang de som van de maandelijkse aanvullende vergoeding en de sociale uitkering lager of hoger is dan bepaalde bedragen afhankelijk van het toegepaste type van drempel.
Berekeningsformule. Aan de verdeling van de financiële middelen over de universiteiten, umc’s, hogescholen, NW O en KNAW ligt de volgende formule ten grondslag: totale financiële schade van vertraging € 620 miljoen x % aandeel van de instelling in de totale financiële schade van de vertraging x € 162 miljoen. Op basis van deze formule is de verdeling van de bijdrage in de kosten van onderzoekers: X € 1.000 Universiteiten € 39.614 € 39.614 € 79.228 48,9% NWO € 2.378 € 2.378 € 4.756 2,9% KNAW € 1.364 € 1.364 € 2.728 1,7% UMC's € 34.595 € 34.595 € 69.190 42,7% Hogescholen € 3.049 € 3.049 € 6.098 3,8% € 81.000 € 81.000 € 162.000 100,0%

Related to Berekeningsformule

  • JAARREKENING BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

  • Uitdrijving Indien de eigenaar of één van hen het goed zelf bewoont of gebruikt, moet hij het ontruimen en ter beschikking stellen van de koper binnen de termijn vastgesteld in de verkoopsvoorwaarden en, indien deze termijn niet zou vastgesteld zijn, vanaf de dag van de ingenottreding door de koper. Voldoet de eigenaar niet aan deze verplichting, dan zal hij daartoe worden aangemaand en zo nodig worden uitgedreven, evenals degenen die het goed met hem bewonen of gebruiken, met al hun goederen, door een gerechtsdeurwaarder aangezocht door de koper (na betaling van de prijs in hoofdsom, interesten, kosten en andere bijkomende lasten), op vertoon van een grosse van de toewijzingsakte, dit alles zo nodig met behulp van de openbare macht.

  • Naverrekening Indien de premie is gebaseerd op variabele factoren, is de in de polis genoemde premie slechts een voorlopige. Ter vaststelling van de definitieve premie is de verzekeringnemer verplicht binnen drie maanden na het einde van elk verzekeringsjaar het door de verzekeraar toegestuurde naverrekeningsformulier ingevuld en ondertekend terug te sturen. Indien deze verplichting niet wordt nagekomen, heeft de verzekeraar het recht de definitieve premie vast te stellen door de voorlopige premie met 30% te verhogen of met zoveel meer als de verzekeraar toekomt op grond van de aan hem bekende gegevens. De definitieve premie is tevens de voorlopige premie voor het nieuwe verzekeringsjaar. Indien de definitieve premie hoger is dan de voorlopige, is de verzekeringnemer verplicht premie bij te betalen. Indien de definitieve premie lager is dan de voorlopige, is de verzekeraar verplicht premie terug te betalen.

  • Verrekening U mag de verschuldigde bedragen niet verrekenen met een bedrag dat u nog van ons verwacht.

  • Onregelmatigheidstoeslag Verwijzend naar artikel 39 lid 1, waarin wordt verwezen naar de matrixen toeslagen onregelmatige uren bij de verbijzonderende delen, is voor werknemers vóór 1 juli 1994 in dienst bij een werkgever in de zin van deze cao die institutionele cateringactiviteiten verricht, de matrix toeslagen onregelmatige uren zoals opgenomen in bijlage B4a van toepassing. Op werknemers als bedoeld in artikel 1 lid 2 deel B, in dienst vanaf 1 juli 1994, kan de matrix onregelmatige uren zoals opgenomen in bijlage B4b worden toegepast. Voor werknemers in de institutionele sector vanaf 1 juli 1999 in dienst, geldt in afwijking van bijlage B4b, van maandag tot en met vrijdag van 07.00 uur tot 20.00 uur, een 0-tarief, een en ander zoals verwerkt in bijlage B4c.

  • Risicobeperking a. Indien concrete omstandigheden of ontwikkelingen, zoals aard en omvang van het schadeverloop, verzekeraar tot het oordeel brengen dat toekomstige schade kan worden voorkomen of beperkt door het nemen van risicobeperkende maatregelen door verzekeringnemer, heeft verzekeraar het recht het nemen van deze maatregelen voor te schrijven. b. Verzekeringnemer is verplicht om in redelijkheid zorg te dragen voor en/of bij te dragen aan het nemen van de door verzekeraar aangegeven maatregelen.

  • Studiekostenregeling De werkgever heeft de mogelijkheid terzake van de in de artikelen 43 en 44 genoemde kosten voor aanvang van de opleiding een studiekostenregeling aan z'n werknemers voor te leggen. Deze studiekostenregeling verplicht de werknemer: - bij ontslagname van de werknemer binnen een jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 75% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen; - bij ontslagname van de werknemer binnen twee jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 50% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen; - bij ontslagname van de werknemer binnen drie jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 25% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen.

  • Werkloosheid 1 Bij gehele of gedeeltelijke werkloosheid kan de (gewezen) werknemer aanspraak maken op een uitkering ingevolge de WW alsmede aanspraak maken op een bovenwettelijke uitkering ingevolge de BWRHBO indien hij voldoet aan de bepalingen van deze regelingen. 2 In afwijking van lid 1 kan bij gehele of gedeeltelijke werkloosheid ontstaan voor 1 januari 2001 de (gewezen) werknemer als bedoeld in artikel T-1, aanspraak hebben op een uitkering ingevolge de BWRHBO, indien hij voldoet aan de bepalingen van de BWRHBO. 3 Ter voorkoming en beperking van werkloosheid heeft de werknemer recht op een persoonsgebonden re-integratietraject indien hij voldoet aan de in deze cao vastgestelde voorwaarden. Deze voorwaarden en de uitwerking van het persoonsgebonden re-integratietraject zijn opgenomen in bijlage XI van deze cao.

  • Eindafrekening 1. De Erkende Verhuizer zal de eindafrekening tijdens de oplevering aan de klant ter hand stellen ofwel zo spoedig mogelijk na de oplevering doen toekomen. 2. Wanneer de overeenkomst is gebaseerd op regie (al dan niet in combinatie met een richtprijs), bevat de eindafrekening een opstelling van de bestede uren, geleverde materialen en overige kosten (zoals gereedschapshuur, parkeergelden, precario, e.d.). 3. Wanneer de overeenkomst is gebaseerd op een vaste prijs, bevat de eindafrekening een opstelling van de vaste prijs, het eventuele ‘meer- en/of minderwerk’ en eventuele extra kosten op grond van onvoorziene complicaties. 4. De eindafrekening bevat tevens een opstelling van eventueel door de klant reeds betaalde bedragen en van het resterende saldo. 5. Alle betalingen dienen binnen 2 weken na ontvangst van de rekening plaats te vinden, tenzij partijen een andere termijn zijn overeengekomen.

  • TOEPASSINGSMODALITEITEN 1° Kosten voor uw oproep tot bijstand Wij nemen de kosten ten laste voor telefoon, telegram, telefax, e-mail die u in het buitenland heeft gemaakt om ons te bereiken (eerste oproep en deze waarom wij u uitdrukkelijk vragen), op voorwaarde dat uw eerste oproep gevolgd wordt door een bijstandsverlening zoals door het contract gewaarborgd.