BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. In de akte wordt aangegeven of en in hoeverre rekening is of zal worden gehouden met bijzondere overheidsvoorschriften.
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. F:\files\Nederland\algemene voorwaarden\archief\algemene voorwaarden 2002-0101.doc 29 In de akte wordt aangegeven of en in hoeverre rekening is of zal worden gehouden met bijzondere overheidsvoorschriften.
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. 1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot bepaalde arbeid of arbeid onder bepaalde omstandigheden die afwijken van of strekken tot aanvulling van het bij paragraaf 5.2 bepaalde, ten aanzien van:
a. de rusttijd;
b. arbeid op zondag;
c. de arbeidstijd;
d. de referentieperiode, waarover de gemiddelde arbeidstijd wordt berekend;
x. xx xxxxx;
f. arbeid in nachtdienst;
g. de consignatie.
2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen, met uitzondering van arbeid verricht door defensiepersoneel, regels worden gesteld die afwijken van, in de plaats komen van of strekken tot aanvulling van het bij paragraaf 5.2 bepaalde, ten aanzien van arbeid verricht door:
a. personen, werkzaam in of op railvoertuigen of motorrijtuigen;
b. personen, werkzaam aan boord van luchtvaartuigen, zee- of binnenschepen;
c. loodsen.
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot bepaalde arbeid of arbeid onder bepaalde omstandigheden die afwijken van of strekken tot aanvulling van het bij paragraaf 5.2 bepaalde, ten aanzien van:
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. De medewerker die recht heeft op wachtgeld is tijdens en na zijn dienstverband verplicht: • al het nodige te doen om uitkeringen waarop hij recht heeft (WW, WAO, WIA), te ontvangen en zijn recht op uitkering te behouden; • gebruik te maken van geboden mogelijkheden om inkomsten uit werkzaamheden bij een andere werkgever of uit eigen bedrijf te verwerven en deze inkomsten te behouden, tenzij de medewerker kan aantonen dat dit in alle redelijkheid niet van hem gevraagd kan worden; • Inkomsten die een medewerker vanuit de private aanvulling reparatie ww en wga ontvangt door te geven aan de werkgever. Dit leidt niet tot een vermindering van het wachtgeld. • medewerking te verlenen aan trajecten onder verantwoordelijkheid van VGZ gestart en die gericht zijn op het vergroten van de kansen op nieuw inkomen via loondienstverband of zelfstandig xxxxxxxxxxxxxxx.xx werkgever te informeren over inkomsten die hij verkrijgt uit werk of uitkering en te voldoen aan de verzoeken van de werkgever om schriftelijke opgave hiervan aan hem te verstrekken. • zich tijdens de periode waarin de WW-uitkering is afgelopen te houden aan dezelfde verplichtingen als tijdens de WW-uitkeringsperiode. De medewerker die zich niet aan deze voorschriften houdt, verliest zijn recht op wachtgeld. Je arbeids overeenkomst Je inzetbaarheid Je vitaliteit Je prestaties Je beloning Je pensioen Jouw keuze Algemene bepalingen Bijlagen De medewerker die: • geboren is voor 1 januari 1958 en • op 31 mei 2007 in dienst was van VGZ en • direct voorafgaand aan het moment van opname van seniorenverlof minimaal 7 jaar onafgebroken in dienst was van VGZ of een rechtsvoorganger in het zorgverzekeringswezen kan gebruik maken van seniorenverlof. Als de medewerker gebruik maakt van seniorenverlof wordt de jaarlijkse overeengekomen arbeidsduur met 6 procent verminderd. Het rooster wijzigt door de vermindering van de arbeidsduur niet. De medewerker kan de vermindering van de arbeidsduur opsparen om deze gespaarde uren direct voorafgaand aan zijn VUT of pensionering aaneengesloten op te nemen. Het salaris en andere aan de omvang van de arbeidsduur gerelateerde arbeidsvoorwaarden wijzigen door de vermindering van de arbeidsduur niet. Als de medewerker gebruikt maakt van seniorenverlof kan hij niet tegelijk zijn arbeidsuur vermeerderen. In aanvulling op de 6 procent vermindering van de arbeidsduur kan de arbeidsduur met maximaal 4 uur per week extra worden verminderd. Het salaris en arbeidsvoorwaarden worden bij dit a...
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN. Op het vervoer per spoor zijn, behalve de algemeene voor- schriften van de artt. 1 t/m 4 boven bedoeld, de volgende be- palingen van toepassing:
BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN