Ontwikkelingsrisico Voorbeeldclausules

Ontwikkelingsrisico. Bij de ontwikkeling van de Boerderijen kunnen zich onvoorziene situaties voordoen die niet of moeilijk kunnen worden ingeschat. Hierbij kan worden gedacht aan meerkosten in verband met vergunningen of de aanleg van de infrastructuur, onvoorziene omstandigheden als stakingen of afstemmingsproblemen met derden. Deze omstandigheden leiden veelal niet alleen tot extra kosten, doch kunnen ook leiden tot vertraging in de realisatie van ontwikkelingen of negatieve beïnvloeding van de (bedrijfs-)resultaten.
Ontwikkelingsrisico. Op het moment dat de samenwerkingsovereenkomst wordt ondertekend, verkopen Bouwfonds en Rotij hun gronden in het centrum van Eerbeek aan de gemeente, met als doel dat deze onder gunsti- ge voorwaarden worden gefinancierd. De afspraak is dat de gemeente deze gronden bewerkt totdat ze geschikt zijn als bouwterrein en dan weer terugverkoopt. Rotij betaalt uiteindelijk alle kosten die de gemeente heeft moeten maken voor de gronden waardoor het de gemeente per saldo geen geld heeft gekost, behalve de financiële bijdrage die de gemeente toch al voornemens was te doen. Hoe- wel dit een zekere constructie lijkt met weinig risico’s voor de gemeente, bestaat toch de kans dat er zich een omstandigheid voordoet waarbij Xxxxx niet meer aan haar betalingsverplichtingen kan vol- doen. Voor dat geval hebben partijen een aantal afspraken gemaakt en zijn garanties afgegeven in de vorm van een concerngarantie (van Rotij en Bouwfonds) en een bankgarantie. Deze garantstel- lingsconstructie en de overwegingen die in dat kader zijn gemaakt zijn beschreven in een geheime bijlage bij dit raadsvoorstel. De risico’s en de garanties die daarvoor zijn aangedragen door partijen heeft de gemeente besproken met haar accountant. De bevindingen van deze accountant zijn te lezen in een eveneens geheime bijlage bij dit raadsvoorstel.

Related to Ontwikkelingsrisico

  • Ontwikkeling Om duurzame inzetbaarheid na te streven heeft de werkgever/leidinggevende minimaal één keer per jaar een gesprek met de medewerker over diens functioneren, ontwikkeling en de behoefte aan bij- of omscholing. In dit gesprek worden concrete afspraken gemaakt, die schriftelijk vastgelegd worden, tussen werkgever/leidinggevende en medewerker hoe deze zich verder bekwaamt in het vak en/of voor de arbeidsmarkt. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van het stuk Criteria voor de beoordeling van beoordelingssystemen uit bijlage 1.d van de cao.

  • Licentievoorwaarden bij ontwikkeling B.4.1 Opdrachtnemer verleent aan Opdrachtgever het recht om ontwikkelde Materialen te verveelvoudigen en te verspreiden voor de doeleinden die Opdrachtgever bij het aangaan van de Overeenkomst heeft beoogd.

  • Opleiding en ontwikkeling 1. Werken bij ons betekent het vergroten van je arbeids- marktwaarde;

  • Risicobeperking a. Indien concrete omstandigheden of ontwikkelingen, zoals aard en omvang van het schadeverloop, verzekeraar tot het oordeel brengen dat toekomstige schade kan worden voorkomen of beperkt door het nemen van risicobeperkende maatregelen door verzekeringnemer, heeft verzekeraar het recht het nemen van deze maatregelen voor te schrijven.

  • Monsters, modellen en voorbeelden Indien door gebruiker een model, monster of voorbeeld is getoond of verstrekt, wordt dit vermoed slechts te zijn getoond of verstrekt bij wijze van aanduiding: de hoedanigheden van te leveren zaken kunnen van het monster, model of voorbeeld afwijken, tenzij uitdrukkelijk was vermeld dat zou worden geleverd conform het getoonde of verstrekte monster, model of voorbeeld.

  • Reikwijdte 1 Deze cao is van toepassing op medewerkers in dienst van Cito, met uitzondering van de Raad van Bestuur.

  • Eindejaarsuitkering 1. De werknemer die in een kalenderjaar op enig moment in dienst is bij een instelling, ontvangt een eindejaarsuitkering van 8,33%.

  • Ontwikkeling van programmatuur De in dit hoofdstuk “Ontwikkeling van programmatuur” vermelde bepalingen zijn, naast de Algemene Bepalingen van deze algemene voorwaarden en de bijzondere bepalingen uit het hoofdstuk “Dienstverlening”, van toepassing indien leverancier in opdracht van cliënt programmatuur ontwikkelt en deze eventueel installeert. Op deze programmatuur is ook het hoofdstuk “Gebruik en onderhoud van programmatuur” van toepassing, behalve voor zover daarvan in dit hoofdstuk wordt afgeweken. De in dit hoofdstuk bedoelde rechten en verplichtingen hebben uitsluitend betrekking op computerprogrammatuur in een voor een gegevensverwerkende machine leesbare vorm en vastgelegd op voor een zodanige machine leesbaar materiaal, alsmede op de daarbij behorende documentatie. Daar waar in dit hoofdstuk over programmatuur wordt gesproken, zijn daarmee tevens bedoeld websites.

  • Werkgeversbijdrage a. De werkgeversorganisaties verplichten zich per 1 maart 2015 tot het betalen van een werkgevers- bijdrage aan de werknemersorganisaties van in totaal € 95.000 op jaarbasis. De werkgeversbijdrage wordt jaarlijks vanaf 2016 geïndexeerd aan de hand van het CBS consumentenprijsindexcijfer (CPI) van het voor- gaande kalenderjaar. Per 1 juni 2019 is de werkgevers- bijdrage evenredig met het aantal toegetreden werk- nemers uit de Xxx Xxxxxxxxxxxxxxxxx (ca. 2000) verhoogd. De werkgeversorganisaties betalen de werkgeversbijdrage uit aan iedere afzonderlijke werk- nemersorganisatie na collectieve opgave van de leden- tallen en op basis van die ledentallen.

  • Afbreukrisico Fouten of onzorgvuldigheden kunnen leiden tot verstoring van de voortgang binnen en eventueel buiten de eigen afdeling, schade aan de apparatuur en onvolkomenheden in de (deel)producten, wat naast tijd- en materiaalverlies (financiële schade) ook aantasting van het imago met zich mee kan brengen. Door vooral zelfcontrole en eventuele toetsingen door anderen, is het doorgaans goed mogelijk om fouten tijdig te ontdekken en te herstellen. Incidenteel kan er sprake zijn van externe contacten gericht op het oplossen van (machine)storingen. Fouten of onzorgvuldigheden kunnen leiden tot verstoring van de voortgang binnen en ook buiten de eigen afdeling, schade aan apparatuur, productiestagnatie, kwalitatief slechte producten c.q. overdoen productie, wat naast de nodige financiële schade eventueel ook imagoverlies kan veroorzaken. Door vooral zelfcontrole en controles door anderen, is het meestal goed mogelijk om fouten nog tijdig te ontdekken en te herstellen. Incidenteel kan er sprake zijn van externe contacten gericht op het oplossen van (machine)storingen.