Terrorismebestrijding Voorbeeldclausules

Terrorismebestrijding. 1. De partijen veroordelen met klem alle daden, methoden en praktijken van terrorisme in alle vormen en uitingen als misdadig en ongerechtvaardigd, ongeacht waar en door wie zij worden begaan. 2. De partijen erkennen voorts nadrukkelijk dat terrorisme niet kan worden overwonnen zonder tegelijk de factoren die tot de verspreiding van het terrorisme leiden, bij de wortels aan te pakken. De partijen bevestigen vastberaden te zijn alomvattende actieprogramma's te ontwikkelen en uit te voeren om deze factoren uit te roeien. De partijen onderstrepen dat de strijd tegen het terrorisme moet worden gevoerd onder volledige naleving van het inter- nationale recht, de mensenrechten en het vluchtelingenrecht, en dat alle maatregelen duidelijk op de rechtsstaat moeten gebaseerd zijn. De partijen beklemtonen dat doeltreffende maat- regelen voor terrorismebestrijding en de mensenrechtenbescherming geen tegenstrijdige maar wel complementaire en wederzijds versterkende doelstellingen zijn. 3. De partijen beklemtonen het belang van de implementatie van de mondiale terrorisme- bestrijdingsstrategie van de VN en verklaren dat zij bereid zijn daaraan mee te werken. Zij blijven zich inzetten om zo spoedig mogelijk een overeenkomst over het alomvattend verdrag betreffende internationaal terrorisme te bereiken. 4. De partijen komen overeen samen te werken aan de preventie en bestraffing van terroristische daden overeenkomstig het Handvest van de Verenigde Naties en het inter- nationale recht, relevante verdragen en instrumenten en in het kader van hun respectieve wet- en regelgeving. Zij doen dit meer in het bijzonder: a) in het kader van de tenuitvoerlegging van Resolutie 1373 (2001) van de VN-Veilig- heidsraad en andere relevante VN-resoluties, en van de geldende internationale verdragen en instrumenten; b) door de uitwisseling van informatie over terroristische groeperingen en hun onder- steuningsnetwerken, in onderling overleg en overeenkomstig internationale en nationale wetgeving; c) door de uitwisseling van standpunten over middelen en methoden voor terrorisme- bestrijding, onder meer op technisch en opleidingsgebied, en door de uitwisseling van ervaringen bij terrorismepreventie.
Terrorismebestrijding. De partijen werken samen op bilateraal, regionaal en internationaal niveau om terrorisme te voorkomen en te bestrijden, in volledige overeenstemming met de rechtsstaat, het internationale recht, internationale mensenrechtennormen, het humanitaire recht en VN-besluiten ter zake, zoals de mondiale strategie voor terrorismebestrijding van de VN. De partijen werken samen met het oog op: a) tenuitvoerlegging, waar passend, van VN-resoluties, de mondiale strategie voor terrorismebestrijding van de VN en de verbintenissen van de partijen in het kader van andere internationale verdragen en instrumenten inzake terrorismebestrijding; b) uitwisseling van informatie over beraamde en gepleegde terroristische daden, vormen en methoden om deze te plegen en terroristische groeperingen die een misdaad beramen, plegen of hebben gepleegd op het grondgebied van een partij, overeenkomstig internationale en binnenlandse wetgeving; c) uitwisseling van ervaring met betrekking tot de preventie van alle vormen van terrorisme, inclusief het pubiekelijk op internet aanzetten tot terrorisme, en van ervaring met middelen en methoden voor terrorismebestrijding, ervaring op technisch gebied, en opleiding die wordt aangeboden of betaald door de instellingen, organen en agentschappen van de Europese Unie; d) intensivering van de gezamenlijke inspanningen om de financiering van terrorisme te bestrijden en uitwisseling van visies op radicaliserings- en rekruteringsprocessen; en e) uitwisseling van beste praktijken betreffende de bescherming van de mensenrechten in het kader van de strijd tegen het terrorisme.
Terrorismebestrijding. 1. De partijen werken samen inzake terrorismebestrijding voor de uitvoering van het kader en de normen die zijn overeengekomen in artikel 8. 2. De partijen werken ook samen om ervoor te zorgen dat personen die deelnemen aan het financieren, plannen, voorbereiden of plegen van terroristische daden of die terroristische daden ondersteunen, voor het gerecht worden gebracht. De partijen komen overeen dat de strijd tegen het terrorisme wordt gevoerd op basis van de naleving van de relevante resoluties van de Verenigde Naties, en eerbiediging van de soevereiniteit van de partijen, een eerlijke rechtsgang, de mensenrechten en fundamentele vrijheden. 3. De partijen komen overeen samen te werken aan de preventie en onderdrukking van terroristische daden door middel van politionele en justitiële samenwerking. 4. De partijen, die zich hebben verbonden tot de mondiale strategie voor terrorismebestrijding van de VN, moeten een evenwichtige tenuitvoerlegging daarvan bevorderen en overeenkomen op de meest doeltreffende manier de daarin vervatte acties te ondernemen, waar passend, om een einde te maken aan de dreiging van het terrorisme. 5. De partijen komen ook overeen samen te werken binnen het kader van de Verenigde Naties voor de voltooiing van de ontwerpovereenkomst voor een alomvattend Verdrag betreffende internationaal terrorisme.
Terrorismebestrijding. 1. De Partijen herbevestigen het belang van de strijd tegen terrorisme en werken samen aan de preventie en onderdrukking van terroristische daden overeenkomstig internationaal recht en hun respectieve wetgeving en de rechtsstaat. Zij doen dat in het bijzonder: a. in het kader van de volledige uitvoering van alle relevante resoluties van de Veiligheidsraad van de Ver- enigde Naties en de Algemene Vergadering van de VN, internationale overeenkomsten en instrumenten; b. door de samenwerking tussen de VN-lidstaten te bevorderen om de mondiale strategie voor terrorisme- bestrijding van de VN, die op 8 september 2006 door de Algemene Vergadering van de VN is aangeno- men, doeltreffend uit te voeren; c. door beste praktijken voor het voorkomen van radicalisering die leidt tot gewelddadig extremisme uit te wisselen, en terrorisme te bestrijden; d. door informatie over terroristische groeperingen en hun ondersteunende netwerken uit te wisselen, op grond van nationaal en internationaal recht, en door, wanneer dat haalbaar is, regionale initiatieven voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving in de strijd tegen terrorisme te ondersteunen, en tegelijkertijd ten volle de mensenrechten, het recht op privacy en de rechtsstaat in acht te nemen.
Terrorismebestrijding. 1. De partijen werken samen op bilateraal, regionaal en internationaal niveau om daden van terrorisme in al zijn vormen en uitingen te voorkomen en te bestrijden overeenkomstig het toepasselijke internationale recht, met inbegrip van internationale overeenkomsten ter bestrijding van terrorisme, het internationaal humanitair recht en het interna­ tionaal recht inzake de mensenrechten, zoals van toepassing op de partijen, en de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. 2. De partijen versterken de samenwerking en houden hierbij rekening met de mondiale strategie voor terrorismebe­ strijding van de Verenigde Naties en de desbetreffende resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. 3. De partijen bevorderen dialoog en uitwisseling van informatie en standpunten met betrekking tot alle terroristische daden, methoden en praktijken, evenwel met eerbiediging van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de persoonsgegevens overeenkomstig het internationaal recht en hun respectieve wet- en regelgeving.
Terrorismebestrijding. Betere samenwerking van veiligheidsdiensten in Euro- pees verband tegen terrorisme is nodig om een nog ster- kere vuist te maken tegen de internationale onveiligheid. De inlichtingendiensten mogen extra investeringen doen in meer capaciteit en nieuwe technologie. • Vroegsignalering via school, leerplichtambtenaar, fami- lie, politie, gebedshuizen, enzovoort is noodzakelijk om radicalisering tegen te gaan. Projecten in het kader van deradicalisering krijgen meer steun. • We focussen op de strijd tegen IS en aanverwante orga- nisaties. Dat is op dit moment de grootste terroristische bedreiging voor Europa.

Related to Terrorismebestrijding

  • Terrorisme Gewelddadige handelingen en/of gedragingen - begaan buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest - in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.

  • Clausule terrorismedekking Deze clausule is altijd van toepassing en wordt niet apart vermeld op de polis. Dit zijn de polisvoorwaarden van de Nederlandse Herverzekeringmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT) voor de verzekering van het terrorismerisico.

  • Nederlandse Herverzekeringmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT): Een door het Verbond van Verzekeraars opgerichte herverzekeringsmaatschappij, waarbij uitkeringsverplichtingen uit hoofde van verzekeringsovereenkomsten, die voor in Nederland toegelaten verzekeraars direct of indirect kunnen voortvloeien uit de verwezenlijking van de in artikel 1.1, 1.2 en 1.3 omschreven risico’s, in herverzekering kunnen worden ondergebracht.

  • Calamiteitenverlof Calamiteitenverlof is bedoeld voor onvoorziene noodsituaties en waarin acuut vrij moet worden genomen om persoonlijke actie te kunnen nemen of wegens zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden. Dit verlof is bijvoorbeeld van toepassing bij het regelen van oppas voor een ziek kind of het noodgedwongen thuisblijven in verband met een gesprongen waterleiding. Aan de werknemer wordt ingeval van een calamiteit buitengewoon verlof verleend zonder behoud van loon voor een naar billijkheid te berekenen tijd, waarbij de werknemer het recht krijgt om de loonderving te compenseren, hetzij door de werktijd in te halen hetzij door het inleveren van bovenwettelijke vakantiedagen of opgebouwde compensatietijd. (De werknemer behoudt tenminste het recht op het wettelijk minimum aan vakantie- aanspraken.)