Common use of Toeslagbeleid Clause in Contracts

Toeslagbeleid. Het Pensioenfonds heeft een voorwaardelijk toeslagbeleid, gebaseerd op de ambitie de pensioenen waardevast te houden. De daarbij gehanteerde maatstaf is om over een reeks van jaren de opgebouwde pensioenen van de actieve en premievrije deelnemers alsmede de reeds ingegane pensioenen te verhogen met minimaal 80% van de relatieve stijging van het prijsindexcijfer (CPI alle huishoudens afgeleid per de maand oktober voor het lopende jaar in relatie tot de maand oktober van het voorgaande jaar, zoals vastgesteld door het CBS). De peildatum is 30 september. De jaarlijkse toeslag is gemaximeerd op 4%. Toeslagen lager dan 0,1% worden in principe niet toegekend. De mate van toeslagverlening wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur en is afhankelijk van de financiële positie van het Pensioenfonds. Het bestuur hanteert hierbij de peildatum ingroeipad van DNB in de vaststelling van de toeslagverlening. Er bestaat geen recht op toeslagen en er wordt hiervoor geen reserve aangehouden. Er zal alleen toeslagverlening plaats kunnen vinden, voor zover dit toekomstbestendig is. Dat wil zeggen dat de financiële positie van het Pensioenfonds zodanig is dat het te verlenen toeslagpercentage ook naar verwachting in de toekomst uitgekeerd zal kunnen worden. Het bestuur hanteert voor een besluit over de feitelijke toekenning de onderstaande beleidsstaffel als leidraad: Beleidsdekkingsgraad Toeslagverlening Lager dan 110% Nihil Tussen 110% en bovengrens Naar rato Boven de bovengrens Volledige toeslagverlening + eventueel inhaaltoeslagen en herstel van kortingen De bovengrens wordt jaarlijks vastgesteld zodanig dat deze voldoet aan de eis van toekomstbestendigheid. De wijze waarop dit gebeurt en een verdere detaillering van het toeslagbeleid (inclusief het beleid voor inhaaltoeslagen en herstel van kortingen) zijn opgenomen in bijlage E.

Toeslagbeleid. Het Pensioenfonds heeft Toekenning van toeslagen is voorwaardelijk en afhankelijk van de beleidsdekkingsgraad. Er is een voorwaardelijk toeslagbeleidtoeslagambitie van de loonindex voor actieve deelnemers en van de prijsindex voor inactieve deelnemers (gepensioneerden en gewezen deelnemers). Over de jaren 2021-2023 geldt een afwijkende toeslag voor de inactieve deelnemers, gebaseerd op deze wordt gelijkgesteld aan de ambitie de pensioenen waardevast te houdenloonindex voor actieve deelnemers. De daarbij gehanteerde maatstaf is om over een reeks van jaren de opgebouwde pensioenen hoogte van de actieve en premievrije deelnemers alsmede de reeds ingegane pensioenen te verhogen met minimaal 80% van de relatieve stijging van het prijsindexcijfer (CPI alle huishoudens afgeleid per de maand oktober voor het lopende jaar in relatie tot de maand oktober van het voorgaande jaar, zoals vastgesteld door het CBS). De peildatum is 30 september. De jaarlijkse toeslag is gemaximeerd op 4%. Toeslagen lager dan 0,1% worden in principe niet toegekend. De mate van toeslagverlening wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur en is afhankelijk van de financiële positie beleidsdekkingsgraad. De volgende tabel is daarbij van toepassing. De ondergrens waar vanaf toeslag kan worden verleend, wordt jaarlijks vastgesteld. Deze wordt gebaseerd op de voorgeschreven waarde door DNB (110%) te corrigeren met het verlagende effect van de DC beleggingen. Er hoeft voor de DC belegging geen 10% buffer te worden aangehouden. Beleidsdekkingsgraad Toeslag <=109,5% (per 31-12- 2020) 0% Tussen 109,5% en grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag Naar rato tussen 0% en volledige (100%) toeslag > 109,5%+grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag Volledige toeslag + inhaaltoeslag van in het verleden gemiste toeslagen en toegepaste kortingen; Maximaal 20% van het Pensioenfondssurplus boven de grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag wordt aangewend voor inhaaltoeslagen * Ingeval van vermogenstekorten worden de opgebouwde pensioenen en ingegane pensioenuitkeringen gekort. Uitgangspunt is om alle groepen (actieven en niet-actieven) in de verschillende regelingen op dezelfde wijze te korten. Het bestuur hanteert hierbij heeft echter de peildatum ingroeipad mogelijkheid om in voorkomende gevallen verschillende kortingspercentages te hanteren. Als er sprake is van DNB in de vaststelling van de toeslagverleningvermogensoverschotten worden er waar mogelijk inhaaltoeslagen toegekend. Er bestaat wordt geen recht korting op toeslagen en er de pensioenpremie verleend, noch wordt hiervoor geen reserve aangehoudeneen deel van het overschot aan de werkgever terugbetaald. Er zal alleen toeslagverlening plaats kunnen vinden, voor zover dit toekomstbestendig is. Dat wil zeggen De onderstaande tabel is hierbij van toepassing: Beleidsdekkingsgraad Korting op pensioenen bij tekort < minimaal Vereist Eigen Vermogen (mVEV) Als de beleidsdekkingsgraad in 5 achtereenvolgende jaren lager is dan het mVEV dan worden de opgebouwde pensioenen zodanig gekort dat de financiële positie van actuele dekkingsgraad na toepassing hiervan gelijk is aan het Pensioenfonds zodanig is dat het mVEV. Deze korting dient onvoorwaardelijk te verlenen toeslagpercentage ook naar verwachting in de toekomst uitgekeerd zal kunnen wordenworden doorgevoerd. Het bestuur hanteert voor heeft daarbij wel de mogelijkheid om deze korting in een besluit termijn van maximaal 10 jaar uit te smeren. < VEV (Vereist Eigen Vermogen) Als de beleidsdekkingsgraad naar verwachting niet binnen 10 jaar kan toegroeien naar het VEV dan worden de opgebouwde pensioenen gekort met 10% van het verschil in procentpunten tussen de over de feitelijke toekenning de onderstaande beleidsstaffel als leidraad: Beleidsdekkingsgraad Toeslagverlening Lager dan 110% Nihil Tussen 110% 10 jaar verwachte beleidsdekkingsgraad en bovengrens Naar rato Boven de bovengrens Volledige toeslagverlening + eventueel inhaaltoeslagen en herstel van kortingen De bovengrens wordt jaarlijks vastgesteld zodanig dat deze voldoet aan de eis van toekomstbestendigheid. De wijze waarop dit gebeurt en een verdere detaillering van het toeslagbeleid (inclusief het beleid voor inhaaltoeslagen en herstel van kortingen) zijn opgenomen in bijlage E.VEV.

Toeslagbeleid. Het Pensioenfonds De Stichting heeft een voorwaardelijk toeslagbeleid, gebaseerd op de ambitie de pensioenen waardevast te houden. De daarbij gehanteerde maatstaf is om over een reeks van jaren is, voor actieve deelnemers, de opgebouwde pensioenen loonontwikkeling in het voorgaande kalenderjaar conform de CAO voor Brocacef B.V. Voor inactieve deelnemers wordt de stijging van de actieve en premievrije deelnemers alsmede consumentenprijsindex (CPI) in de reeds ingegane pensioenen te verhogen met minimaal 80% periode 1 juli tot 1 juli voorafgaand aan het jaar van de relatieve stijging van het prijsindexcijfer (CPI alle huishoudens afgeleid per de maand oktober voor het lopende jaar in relatie tot de maand oktober van het voorgaande jaar, zoals vastgesteld door het CBS). De peildatum is 30 september. De jaarlijkse toeslag is gemaximeerd op 4%. Toeslagen lager dan 0,1% worden in principe niet toegekendindexering gehanteerd. De mate van toeslagverlening wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur en is afhankelijk van de financiële positie van het Pensioenfonds. Het bestuur hanteert hierbij de peildatum ingroeipad van DNB in de vaststelling van de toeslagverleningStichting. Er bestaat geen recht op toeslagen en er wordt hiervoor geen reserve aangehouden. Er zal alleen toeslagverlening plaats kunnen vinden, voor zover dit toekomstbestendig is. Dat wil zeggen dat de financiële positie van het Pensioenfonds de Stichting zodanig is dat het te verlenen toeslagpercentage ook naar verwachting in de toekomst uitgekeerd zal kunnen worden. Het bestuur hanteert voor een besluit over de feitelijke toekenning de onderstaande beleidsstaffel als leidraad: Beleidsdekkingsgraad Toeslagverlening Lager dan 110% Nihil Tussen 110% en bovengrens Naar rato Boven de bovengrens Volledige toeslagverlening + eventueel inhaaltoeslagen en herstel van kortingen De bovengrens wordt jaarlijks vastgesteld zodanig dat deze voldoet aan de eis van toekomstbestendigheid. De wijze waarop dit gebeurt en een verdere detaillering van het toeslagbeleid (inclusief het beleid voor inhaaltoeslagen en herstel van kortingen) zijn opgenomen in bijlage E.