Verzekeringstechnisch risico. Verzekeringstechnische risico's vloeien voort uit de onzekerheid over de frequentie van het zich voordoen van verzekerde schadegevallen en over de schadegrootte. Al die risico's worden onder controle gehouden door een gepast acceptatie-, tariferings-, schadereserverings-, herverzekerings- en schaderegelingsbeleid van het lijnmanagement enerzijds en een onafhankelijk verzekeringsrisicobeheer anderzijds. Het verzekeringsrisicobeheerskader is hoofdzakelijk opgebouwd rond de volgende bouwstenen: • De identificatie en analyse van belangrijke verzekeringsrisico's door, onder andere, de analyse van ontluikende risico's, concentratie- of accumulatierisico's en de ontwikkeling van vroege waarschuwingssignalen. • De juiste risicomaatstaven en het gebruik ervan om toepassingen te ontwikkelen die het bedrijf moeten helpen om maximale aandeelhouderswaarde te creeren. Voorbeelden daarvan zijn best estimate- waarderingen van verzekeringsverplichtingen, ex-postwinstgevendheidsanalyses, de modellering van natuurrampen en andere Leven-, Niet-leven- en gezondheidsrisico's, stresstests en berekeningen van het vereiste economisch kapitaal. • Het bepalen van verzekeringsrisicolimieten en controleren of die worden nageleefd, alsook het geven van advies over herverzekeringsprogramma's.
Verzekeringstechnisch risico. Dit betreft het risico dat inherent is aan de verzekerings- activiteiten. Het risico heeft betrekking op veranderingen in de omvang van de te betalen schade en de te ontvan- gen bijdragen uit het zorgverzekeringsfonds. Als gevolg van de acceptatieplicht en het verbod op pre- miedifferentiatie is door de overheid een risicovereve- ningssysteem ingericht. De bedoeling van het systeem is om per verzekeraar een budget vast te stellen dat zo goed mogelijk aansluit op de uit te betalen schade, waar- mee het verzekeringstechnisch risico in belangrijke mate wordt gemitigeerd. Verzekeraars stellen vooraf een premie vast op basis van de verwachte vereveningsbijdrage en de verwachte scha- de. Het risico van afwijkingen is voor rekening van de ver- zekeraar. Daarbij geldt voor het budget: • Het vooraf door de overheid vastgestelde landelijke budget zal achteraf afwijken van de landelijke kosten. Hierdoor dragen de zorgverzekeraars het risico voor misramingen van de overheid; • Voor iedere zorgverzekeraar wordt de definitieve bij- drage van jaar t door het Zorginstituut Nederland, als onderdeel van dit risicovereveningssysteem, op zijn vroegst in jaar t+3 vastgesteld. Verzekeringstechnisch risico Beperkt Financieel marktrisico Beperkt Tegenpartijkredietrisico Laag Liquiditeitsrisico Laag Omgevingsrisico Beperkt Operationeel uitvoeringsrisico Laag IT risico Beperkt Juridisch risico Laag Integriteitsrisico Laag Uitbesteding Laag Frauderisico Laag Voor een zorgverzekeraar geldt dus dat voor een schade- jaar niet alleen de definitieve uitkomst van de te betalen schade lang op zich laat wachten, maar dat ook de defi- nitieve vaststelling van de inkomsten tot drie jaar duurt. De onzekerheid van zowel budget als schade over de af- gelopen 3 jaar wordt weergegeven in de impactanalyse. Deze wordt jaarlijks bij het opstellen van de jaarrekening gemaakt. In deze analyse zijn, naast de in de jaarrekening opgenomen best estimate, ook een ‘best case’ en een ‘worst case’ opgenomen. Deze twee cases zijn opgesteld op basis van ‘uiterste’ inschattingen van de schade- en budgetparameters van de jaren waarvoor nog geen defi- nitieve afrekening heeft plaatsgevonden. Hiermee biedt de impactanalyse inzicht in de gevoeligheid van het re- sultaat van DSW voor wijzigingen ten opzichte van deze schattingen. Voor zowel 2020 als 2021 speelt COVID-19 voor dit risico een belangrijke rol. Aan de ene kant nemen de onzeker- heden toe doordat COVID-19 de kosten- en budgetramin- gen bemoeilijkt. Aan de a...
Verzekeringstechnisch risico. Binnen het verzekeringstechnische risico worden in principe alleen xxxxxx’x meegenomen die verband houden met sterfte. Het omvat de risico’s als gevolg van afwijkingen ten opzichte van de verwachte sterfte en afwijkingen van de verwachte sterftetrend (langlevenrisico). Tot het verzekeringstechnische risico worden gerekend: procesrisico, risico-opslag voor afwijkingen ten opzichte van de sterftetrend en negatieve stochastische afwijkingen van de verwachtingswaarde. Deze drie risico’s bedragen een percentage van de op actuele waarde berekende technische voorziening. Het procesrisico neemt af naarmate het deelnemersbestand toeneemt, omdat het sterfteproces dan beter kan worden geschat. De beide andere risicofactoren houden respectievelijk rekening met de onzekerheid in de sterftetrend en met de negatieve stochastische afwijkingen.
Verzekeringstechnisch risico. Dit betreft het risico dat inherent is aan de verzekerings- activiteiten. Het risico heeft betrekking op veranderingen in de omvang van de te betalen schade en de te ontvan- gen bijdragen uit het zorgverzekeringsfonds. Als gevolg van de acceptatieplicht en het verbod op pre- miedifferentiatie is door de overheid een risicovereve- ningssysteem ingericht. De bedoeling van het systeem is om per verzekeraar een budget vast te stellen dat zo goed mogelijk aansluit op de uit te betalen schade, waar- mee het verzekeringstechnisch risico in belangrijke mate wordt gemitigeerd. Verzekeraars stellen vooraf een premie vast op basis van de verwachte vereveningsbijdrage en de verwachte scha- de. Het risico van afwijkingen is voor rekening van de ver- zekeraar. Daarbij geldt voor het budget: - Het vooraf door de overheid vastgestelde landelijke budget zal achteraf afwijken van de landelijke kos- ten. Hierdoor dragen de zorgverzekeraars het risico voor misramingen van de overheid; - Voor iedere zorgverzekeraar wordt de definitieve bijdrage van jaar t door het Zorginstituut Nederland, als onderdeel van dit risicovereveningssysteem, op zijn vroegst in jaar t+3 vastgesteld. Voor een zorgverzekeraar geldt dus dat voor een schade- jaar niet alleen de definitieve uitkomst van de te betalen schade lang op zich laat wachten, maar dat ook de defi- nitieve vaststelling van de inkomsten tot drie jaar duurt. De onzekerheid van zowel budget als schade over de afgelopen 3 jaar wordt weergegeven in de impactana- lyse. Deze wordt jaarlijks bij het opstellen van de jaar- rekening gemaakt. In deze analyse zijn, naast de in de jaarrekening opgenomen best estimate, ook een ‘best case’ en een ‘worst case’ opgenomen. Deze twee cases zijn opgesteld op basis van ‘uiterste’ inschattingen van de schade- en budgetparameters van de jaren waarvoor nog geen definitieve afrekening heeft plaatsgevonden. Hiermee biedt de impactanalyse inzicht in de gevoelig- heid van het resultaat van Stad Holland voor wijzigingen ten opzichte van deze schattingen.
Verzekeringstechnisch risico. Het verzekeringstechnisch risico is het risico dat voortvloeit uit mogelijke afwijkingen van actuariële inschattingen die worden gebruikt voor de vaststelling van de technische voorzieningen en de hoogte van de premie. In de actuariële analyse worden de afwijkingen ten opzichte van veronderstellingen met betrekking tot de levensverwachting geanalyseerd. Door de jaarlijkse toetsing van de resultaten uit de actuariële analyse, is het bestuur in staat om zijn grondslagen op prudentie in te schatten. Door aan te sluiten bij de meest actuele overlevingstafels waarin rekening gehouden wordt met de toekomstige sterftetrend en waarop leeftijds- en inkomensafhankelijke correctiefactoren op de sterftekansen worden toegepast, reduceert het bestuur het risico van tussentijdse forse ophoging van voorzieningen. Daarnaast geldt dat verbeteringen van de prognosemodellen voor langleven risico en veranderingen in wet- en regelgeving ertoe hebben geleid, dat bij verdere verhogingen van de levensverwachting de pensioenleeftijd mee opschuift. Ook hierdoor wordt het verzekeringstechnisch risico beter beheerst. Het bestaande herverzekeringscontract ten behoeve van de dekking van het overlijdensrisico van het Fonds is per 31 december 2021 afgelopen. Direct aansluitend daarop is een nieuw herverzekeringscontract, met beperkt aangepaste condities, voor een periode van 5 jaar overeengekomen. Hiermee beperkt het Fonds het risico dat oversterfte bij deelnemers leidt tot een grote impact op de financiële situatie van het Fonds. 1LHW ILQDQFLsOH ULVLFR¶V 'H QLHW ILQDQFLsOH ULVLFR¶V ]LMQ HYHQHHQV LQ EHHOG J netto-risico (na inzetten van de beheersmaatregelen) is weergeven. De inschatting van deze bruto (voor het inzetten van beheersmaatregelen door het Fonds) HQ QHWWR(n a hUeLt inVzeLttFenRva¶nV beheersmaatregelen door het Fonds) op de verschillende onderdelen is als volgt: Onderstaand wordt een nadere toelichting gegeven op de voornaamste risico's die door het bestuur, conform de eerder genoemde werkwijze, zijn onderkend.
Verzekeringstechnisch risico