Voorwerp van de vordering. 1. De vordering, ingesteld op 7 november 2017, strekt tot de schorsing van de tenuitvoerlegging van de “beslissing van de Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel van 15 september 2017 tot erkenning van nv C FM als netwerkradio-omroeporganisatie voor frequentiepakket netwerkra- dio-omroeporganisatie 3 – Ander profiel 1, met inbegrip van de voorbeslissing om de aanvraag van C FM ontvankelijk te verklaren, en de (impliciete) beslissing deze erkenning niet toe te kennen aan nv Topradio”.
Voorwerp van de vordering. Mevrouw X. X. xxxxxxx in het gedinginleidend exploot van dagvaarding van 20 oktober 2014 F. te veroordelen tot de betaling van de volgende bedragen: - saldo verbrekingsvergoeding ten bedrage van 81.849,18 euro; - schadevergoeding wegens achterstallige werkgeversbijdragen in de groepsverzekering: provisioneel begroot op 1,00 euro; - feestdagenloon voor 1 en 11 november 2013 inclusief vakantiegeld einde dienst ten bedrage van 878,21 euro; - anciënniteitspremies van 2005 tot en met 2010: p.m. - anciënniteitspremie van 2011 ten bedrage van 1.459,69 euro; - anciënniteitspremie van 2012 ten bedrage van 2.284,24 euro; - pro rata anciënniteitspremie van 2013 ten bedrage van 2.983,64 euro; - schadevergoeding wegens discriminatie ten bedrage van 34.353,00 euro; Alle hogervermelde bedragen te vermeerderen met de wettelijke/vergoedende intresten op de brutobedragen en met de gerechtelijke intresten vanaf de respectievelijke vervaldata tot op de datum van algehele betaling. Verder vraagt mevrouw D. R. tevens F. te zien en te horen veroordelen tot afgifte van alle sociale en fiscale documenten met betrekking tot hoger vermelde en gevorderde bedragen, te weten loonfiche, individuele rekening en fiscale fiche 281.10, dit alles onder verbeurte van een dwangsom van 50,00 euro per ontbrekend document en per dag vertraging na de betekening van het te vellen vonnis. Tenslotte vraagt zij F. te veroordelen tot de kosten van het geding, met inbegrip van de dagvaardingskosten en de rechtsplegingsvergoeding, tot dan begroot op 5.500,00 euro (basisbedrag) en het te wijzen vonnis uitvoerbaar te horen verklaren bij voorraad, niettegenstaande alle verhaal, zonder borgstelling en met uitsluiting van het vermogen tot kantonnement. In haar aanvullende en synthesebesluiten die op 6 juli 2015 op de griffie werden neergelegd, luidt de vordering van de eisende partij als volgt: Akte te verlenen van het feit dat Mevrouw D. R. haar vordering herleidt wat betreft het saldo verbrekingsvergoeding middels synthesebesluiten. De vordering van Mevrouw D. R. ontvankelijk en gegrond te verklaren; De tegenvordering van F. ongegrond te verklaren.
Voorwerp van de vordering. Dat eisers boekten uit de winterbrochure RO, thans RO, op 16/11/2001 een verblijf in ZWITSERLAND - KLOSTERS – hotel Y voor de periode van 06/04 tot en met 13/04/2002 Eisers richten hun klacht tegen RO, thans RO; Eisers kwamen in datum van 06/04/2002 in de late namiddag toe te KLOSTERS; Bij hun aankomst vernamen zij van de hoteluitbater dat het skigebied KLOSTERS- DAVOS nog slechts één dag integraal geopend zou zijn, in casu zondag 07/04/2002; Vanaf 08/04/2002 zou het merendeel der liften gesloten worden voor renovatiewerken; Enkel het skigebied MADRISSA waar een beperkt aantal liften zou geopend zijn, bleek bereikbaar vanuit KLOSTERS, (zelfs de verbindingslift vanuit KLOSTERS naar skigebied DAVOS was eveneens gesloten); Met de kinderen kon men echter niet terecht in MADRISSA wegens de moeilijkheidsgraad van de beperkte open zijnde pistes; De kantoren van RO konden niet bereikt worden omdat deze gesloten waren, wat werd meegedeeld door een antwoordapparaat; Ook via de reisbemiddelaar kon geen contact worden opgenomen met de verantwoordelijke van RO in BELGIE of ZWITSERLAND; Volgens de toeristische dienst van KLOSTERS zouden alle hotels sedert januari 2002 ingelicht zijn over het feit dat het skigebied per 08/04/2002 zou worden gesloten; Ook de touroperators zouden in kennis zijn gesteld van deze situatie; Eisers boekten dan zelf een verblijf in een ander hotel Z in het nabijgelegen skioord LAAX waar de skiliften wel open waren; Eisers hebben hun verblijf in Z moeten betalen, zijnde de nettoprijs waarmee zij bedoelen de prijs die normalerwijze zou worden aangerekend aan de reisorganisator voor een verblijf; Dat daarenboven door de reisorganisator een kortingsbon van 20 % werd verleend door de touroperator op het huren van skimateriaal; Dat de vordering van eisers als volgt is samengesteld: - Verplaatsing hotel Y naar Z 31,50 euro - morele schadevergoeding 250,00 euro - verloren korting skihuur 17,10 euro - telefoongesprekken kosten 25,00 euro - kostprijs Hotel Y 1.443,60 euro TOTAAL 1.767,20 euro
Voorwerp van de vordering. De verzoekende partij vordert met een aangetekende brief van 25 maart 2014 de schorsing van de tenuitvoerlegging en de vernietiging van de beslissing van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen van 21 november 2013. De deputatie heeft het administratief beroep van de verzoekende partij tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van de stad Herentals van 15 juli 2013 niet ingewilligd. De deputatie heeft aan de tussenkomende partij een stedenbouwkundige vergunning verleend onder voorwaarden voor het afbreken van een woning en het bouwen van een appartementsgebouw met zeven appartementen, drie kantoren en bijhorende ondergrondse en bovengrondse parking. De bestreden beslissing heeft betrekking op de percelen gelegen te 0000 Xxxxxxxxx, Augustijnenlaan zn/ Xx. Xxxxxxxxxx 0 en met als kadastrale omschrijving afdeling 2, sectie C, nummers 311D, 311E, 309K, 308T en 316L2.
Voorwerp van de vordering. De vordering, ingesteld met een aangetekende brief van 9 oktober 2012, strekt tot de vernietiging van het besluit van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen van 26 juli 2012. De deputatie heeft het administratief beroep van de verzoekende partijen tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Lint van 5 maart 2012 verworpen. De deputatie heeft aan de eerste tussenkomende partij een verkavelingsvergunning verleend onder voorwaarden. De bestreden beslissing heeft betrekking op de percelen gelegen te Lint, Duffelsesteenweg zn en met als kadastrale omschrijving afdeling 1, sectie D, nummers 509F en 512V.
Voorwerp van de vordering. De vordering, ingesteld met een aangetekende brief van 12 maart 2013, strekt tot de schorsing van de tenuitvoerlegging en de vernietiging van de beslissing van de deputatie van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 24 januari 2013. De deputatie heeft het administratief beroep van de tussenkomende partij tegen de beslissing onder voorwaarden van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Gooik van 17 september 2012 ingewilligd. De deputatie heeft aan de tussenkomende partij een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het verbouwen van een woning. De bestreden beslissing heeft betrekking op het perceel gelegen te 0000 Xxxxx, Xxxxxxxxxxxxx 0 en met als kadastrale omschrijving afdeling 4, sectie B, nummer 32z.
Voorwerp van de vordering. 1. De vordering, ingesteld op 12 augustus 2020, strekt tot de schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid van de tenuitvoerlegging van “de beslissing van ongekende datum van de Voorzitster van het Directiecomité van de FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER […] om de opdracht ‘schoonmaak van lokalen van de FOD Mobiliteit en Vervoer – Port Arthurlaan 12 – 0000 Xxxx’ te sluiten met BELGO FACILITY SERVICES” en van de impliciete weigering om die opdracht te gunnen aan de verzoekende partij.
Voorwerp van de vordering. 1. De vordering, ingesteld op 16 april 2021, strekt tot de schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid van de tenuitvoerlegging van “de gunningsbeslissing van 2 april 2021 van [de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken – Afdeling beleid van het Vlaamse Gewest om] de overheidsopdracht voor het inrichten en uitbaten van de in het decreet basisbereikbaarheid kaderende Mobiliteitscentrale [te gunnen aan de bv ViaVan Technologies]”.
Voorwerp van de vordering. 1. De vordering, ingesteld op 4 juli 2021, strekt tot de schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid van de tenuitvoerlegging van “[de] gunningsbeslissing van [Fluvius System Operator cv] dd. 17 juni 2021 […] waarin is beslist om de overheidsopdracht ‘Meters- en Datacaptatie 2 (MDC2)’ te gunnen aan IBM Belgium en Xxxxxx + Gyr volgens een 50/50 verdeling”.
Voorwerp van de vordering. De eiser stelde tegen de verweerster de volgende vorderingen in: "In hoofdorde:
1. Op basis van artikel 32sexiesdecies Welzijnswet gedaagde te veroordelen tot het overmaken van het dossier van x dat volgde op het verzoek tot psychosociale interventie vanwege verzoeker d.d. 23.10.2017;
2. Op basis van artikel 20, §1 van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007, het bestaan vast te stellen van een verboden discriminatie op grond van syndicale overtuiging door gedaagde ten opzichte van verzoeker en/of op basis van artikel 32decies, §2 van de Welzijnswet het bestaan vast te stellen van pesterijen door gedaagde ten opzichte van verzoeker;
3. Op basis van artikel 20,1° van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 gedaagde te veroordelen tot staking van de discriminatie op grond van syndicale overtuiging ten aanzien van verzoeker en/of op basis van artikel 32decies, §2 van de Welzijnswet 2007 gedaagde te veroordelen tot staking van de pesterijen ten aanzien van verzoeker Meer in het bijzonder: - gedaagde verbod op te leggen om verzoeker over te plaatsen naar een andere functie dan degene die werd overeengekomen bij de FOD WASO op 4.05.2018, zijnde twee dagen magazijn en twee dagen werken met xxxxxxxxxxx; - het toewijzen van de functie van verzoeker bij gedaagde, zoals overeengekomen bij de FOD WASO op 4.05.2018, zijnde twee dagen magazijn en twee dagen werken met xxxxxxxxxxx; Bijgevolg gedaagde hiertoe te veroordelen.
4. Op basis van artikel 17, §6 en/of artikel 18, §2, 2°van de Antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 en/of op basis van artikel 32tredecies, §4, 1° van de Welzijnswet, gedaagde te veroordelen tot het betalen aan verzoeker van een schadevergoeding van zes maanden loon en voordelen verworven krachtens de overeenkomst, begroot op 13.218,72 EUR bruto provisioneel;
5. Voorbehoud te akteren voor de gezondheidsschade die verzoeker opliep;
6. Op basis van artikel 20 §3 van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 en/of op basis van artikel 32decies, §2 van de Welzijnswet, gedaagde te veroordelen tot het aanplakken van de tussen te komen beschikking op volgende wijzen; - in de onderneming op het aanplakbord voor de mededelingen aan het personeel gedurende een periode van dertig dagen; - in twee dagbladen naar keuze van xxxxxxxxx;
7. Op basis van artikel 20 §3 van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 en/of op basis van artikel 32decies, §2 van de Welzijnswet, gedaagde te veroordelen tot het overmaken van de tussen te komen beschikking aan alle personeelsleden v...