Waardebepaling. Zodra zich een schadegeval voordoet, moet de schade worden geraamd. Dit is een noodzakelijke maatregel die echter niet betekent dat wij automatisch het schadegeval ten laste nemen. Wij stellen een expert aan die de herstellingskosten bepaalt en beslist of het voertuig een totaal verlies is. De herstellingskosten worden geraamd zoals in gemeen recht. Bij onenigheid over het door onze expert bepaalde bedrag van de schade, hebt u de mogelijkheid een expert af te vaardigen om in overleg met onze deskundige het bedrag van de schade te bepalen. Worden zij het niet eens, dan wijzen zij een derde expert aan, met wie ze een college vormen dat uitspraak doet bij meerderheid van stemmen. Is er geen meerderheid, dan is de mening van de derde deskundige doorslaggevend. Laat een van de partijen na een expert aan te stellen of raken de experts van de partijen het niet eens over de keuze van de derde, dan gebeurt de aanstelling door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van uw woonplaats, op verzoek van de meest gerede partij. Hetzelfde geldt wanneer een expert zijn opdracht niet uitvoert. De experts zijn vrijgesteld van alle gerechtelijke formaliteiten. Elk van de partijen draagt de kosten en het honorarium van haar expert. De kosten en het honorarium van de derde expert worden door u en door ons ieder voor de helft gedragen.
Waardebepaling. Als waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis zal worden aangehouden het bedrag van de voortaxatie of de nieuwwaarde. Bij de vaststelling van de waarde onmiddellijk na de gebeurtenis zal waar mogelijk met deze waarden rekening gehouden worden. Schadevaststelling op basis van dagwaarde vindt plaats bij motorrijtuigen, aanhangwagens, caravans, vaartuigen en de daarbij behorende onderdelen en accessoires alsmede bij voorwerpen waarvan de dagwaarde minder is dan 40% van de nieuwwaarde. Voorwerpen met een antiquarische of zeldzaamheidswaarde worden op basis van marktwaarde vergoed. De schade aan gehuurde voorwerpen wordt vastgesteld op de vergoeding die aan de verhuurder verschuldigd is.
Waardebepaling. Achmea heeft te allen tijde het recht het Onderpand op haar kosten te laten (her)taxeren door één of meer deskundigen.
Waardebepaling. Verkoper erkent dat zij van de tussenpersoon een taxatie van de waarde van het motorvoertuig heeft ontvangen (hierna: de “Taxatie”). Deze taxatie is vrijblijvend en niet juridisch bindend. De tussenpersoon behoudt zich het recht voor de taxatie op elk moment in te trekken zonder dat hieraan juridische consequen- ties verbonden zijn of aansprakelijkheid ten opzichte van de verkoper. De in de taxatie genoemde prijs is in Euro’s en inclusief BTW. De taxatie is in goed vertrouwen verstrekt en gebaseerd op de door de verkoper verstrekte informatie. Indien de door de verkoper verstrekte informatie onnauwkeurig, foutief of misleidend is resulteert dit in een onnauwkeurige taxatie waarop u als verkoper niet zult kunnen vertrouwen. De tussenper- soon accepteert geen aansprakelijkheid voor een incorrecte taxatie die door hem in goed vertrouwen werd verstrekt. De tussenpersoon voert een motorvoertuigcheck, vochtmeting en RDW registratiecontrole uit voordat de tussenpersoon beslist het motorvoertuig in bemiddeling te nemen. Deze motorvoertuigcheck, vochtmeting en RDW registratiecheck zijn een momentopname, vrijblijvend en niet juridisch bindend. De tussenpersoon behoudt zich het recht voor de motorvoertuigcheck, vochtmeting en RDW registratiecontrole op elk moment in te trekken zonder dat hieraan juridische consequenties verbonden zijn of aansprakelijkheid ten opzichte van de verkoper.
Waardebepaling. 5.1 De Beheerder stelt een maal per beursdag de intrinsieke waarde vast op basis van de laatst bekende beurskoers, voor zover de vermogensbestanddelen die behoren tot het vermogen van de Pool een beursnotering hebben. Indien de vermogensbestanddelen geen (recente) beursnotering hebben, wordt de geschatte marktwaarde gehanteerd, welke bepaald wordt middels marktconforme waarderingsmethoden, die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd. Tevens wordt bij de bepaling van de intrinsieke waarde pro rata parte rekening gehouden met vergoedingen die overeenkomstig artikel 13 aan de Beheerder en de Juridisch eigenaar verschuldigd zijn.
5.2 De intrinsieke waarde per Participatie is gelijk aan de intrinsieke waarde van het Poolvermogen gedeeld door het aantal uitstaande Participaties.
5.3 De Beheerder is in de volgende gevallen gerechtigd de berekening van de intrinsieke waarde van het Poolvermogen en van de intrinsieke waarde, alsmede de uitgifte en inkoop van Participaties op te schorten:
a) wanneer Euronext Amsterdam en/of een andere erkende effectenbeurs, waaraan effecten zijn genoteerd die behoren tot de Pool, en/of banken zijn gesloten op andere dan de gebruikelijke dagen of wanneer de transacties aldaar zijn opgeschort of aan beperkingen zijn onderworpen;
b) wanneer de, door de Beheerder voor de bepaling van de waarde van het Poolvermogen, gebruikte middelen van communicatie of berekeningsfaciliteiten niet meer functioneren of wanneer om enige andere reden de waarde van een belegging van de Pool niet met de door de Beheerder gewenste snelheid en nauwkeurigheid kan worden bepaald;
c) wanneer factoren die onder andere verband houden met de politieke, economische, militaire of monetaire situatie, waarover de Pool geen zeggenschap heeft en waarvoor het geen verantwoordelijkheid draagt, de Pool verhinderen over zijn vermogen te beschikken en haar intrinsieke waarde op een redelijke manier te bepalen;
d) als gevolg van een eventueel besluit tot liquidatie of opheffing van de Pool;
e) wanneer de vaststelling van de intrinsieke waarde van het Poolvermogen en/of de intrinsieke waarde naar het redelijk oordeel van de Beheerder niet kan plaatsvinden;
f) Wanneer daar naar het oordeel van de Beheerder aanleiding toe is.
5.4 De opschorting van de berekening van de intrinsieke waarde wordt overeenkomstig artikel 18, dan wel met andere daartoe geschikte middelen bekend gemaakt.
Waardebepaling. Hoe wordt de verzekerde waarde bepaald? Maximale uitkering Schade, wat nu?
Waardebepaling. 🞎 akte van gedeeltelijk royement
Waardebepaling a. Indien uit het polisblad blijkt dat het motorrijwiel verzekerd is op basis van een taxatierapport conform artikel 7:960 BW, wordt de taxatiewaarde als uitgangspunt bij schade genomen. Het taxatierapport is maximaal drie jaar geldig. Daarna wordt uitgegaan van de dagwaarde indien overlegging van een nieuw taxatierapport, opgemaakt voor het tijdstip van de schade, achterwege is gebleven.
b. Indien verzekering niet plaats vindt op basis van een taxatierapport, wordt, zolang het motorrijwiel niet ouder is dan één jaar, de waarde bepaald op de geldende nieuwwaarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade. Indien het motorrijwiel ouder is dan één jaar wordt de waarde bepaald door de nieuwwaarde te verminderen met 1% voor elke maand of gedeelte daarvan dat het motorrijwiel ouder is dan één jaar. Indien het motorrijwiel ouder is dan drie jaar geldt als waarde de dagwaarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade.
c. De waarde van het motorrijwiel wordt bij totaal verlies bepaald op de dagwaarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade.
Waardebepaling. Als waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis zal worden aangehouden het bedrag van de voortaxatie of de nieuwwaarde. Bij de vaststelling van de waarde onmiddellijk na de gebeurtenis zal waar mogelijk met deze waarden rekening gehouden worden. Schadevaststelling op basis van dagwaarde vindt plaats bij: • 2.1 voorwerpen waarvan de dagwaarde minder is dan 40% van de nieuwwaarde; • 2.2 voorwerpen die onttrokken zijn aan het gebruik waarvoor zij waren bestemd; • 2.3 zonweringen en antennes; • 2.4 brom- en snorfietsen, fietsen, scooters en scootmobiels.; • 2.5 huurdersbelang. • 2.6 mobiele elektronice • 2.7 sportuitrusting Voorwerpen met een antiquarische- of zeldzaamheidswaarde worden op basis van marktwaarde of op basis van voortaxatie uitgekeerd. De schade aan gehuurde voorwerpen wordt vastgesteld op de vergoeding die aan de verhuurder verschuldigd is.
Waardebepaling. De verzekerde waarde per object is als volgt:
1. de aangenomen waarde (gebaseerd op de aankoopwaarde) indien de objecten specifiek in een recent schattingsverslag worden vermeld die werden overgemaakt aan de verzekeraars
2. de aangenomen waarde, zijnde de waarde die wordt vermeld in de bruikleenovereenkomst.
3. de marktwaarde in afwijking van de hierboven vermelde documenten. Wanneer blijkt dat het verzekerde kapitaal (zoals vermeld in de bijzondere voorwaarden) in totaliteit lager ligt dan de totaliteit van de hierboven genoemde waarden, dan zal de verzekerde waarde per object evenredig worden aangepast. Indien de waarde van de verzekerde objecten niet kan gestaafd worden met een lijst, schattingsverslag(en), (aankoop)facturen of bruikleenovereenkomsten, dan wordt de marktwaarde alsnog door de expert(en) bepaald.