Gendergelijkheid Voorbeeldclausules

Gendergelijkheid. Overeenkomstig artikel 3, 3° van de wet van 12 januari 2007 ‘Gendermainstreaming’ moeten overheidsopdrachten rekening houden met mogelijke verschillen tussen vrouwen en mannen (de genderdimensie). De opdrachtnemer moet daarom analyseren of er verschillen zijn tussen vrouwen en mannen, afhankelijk van het gebied waarop de overheidsopdracht betrekking heeft. Bij de uitvoering van de overheidsopdracht moet hij of zij dus rekening houden met de geconstateerde verschillen. De communicatie moet seksistische stereotypen in termen van boodschap, beeld en taal bestrijden en rekening houden met de verschillende situaties van vrouwen en mannen in de doelgroep.
Gendergelijkheid. Dit verwijst naar de gelijke rechten, verantwoordelijkheden en kansen van vrouwen en mannen en meisjes en jongens. Gelijkheid betekent niet dat vrouwen en mannen gelijk zullen worden, maar dat de rechten, verantwoordelijkheden en kansen van vrouwen en mannen niet zullen afhangen van de vraag of zij als man dan wel als vrouw geboren zijn. Gendergelijkheid houdt in dat rekening wordt gehouden met de belangen, behoeften en prioriteiten van zowel vrouwen als mannen, waarbij de diversiteit van verschillende groepen vrouwen en mannen wordt erkend. Gendergelijkheid is geen vrouwenkwestie, maar zou een kwestie moeten zijn die zowel mannen als vrouwen aangaat en waarbij zowel mannen als vrouwen ten volle betrokken zijn. Gelijkheid tussen vrouwen en mannen wordt niet alleen beschouwd als een mensenrechtenkwestie maar ook als een voorwaarde voor en indicator van duurzame mensgerichte ontwikkeling. EIGE Percentage van het inkomen van mannen dat het verschil vertegenwoordigt tussen het gemiddelde bruto-uurloon van vrouwelijke en mannelijke werknemers. Het brutoloon is het loon of salaris dat rechtstreeks aan een werknemer wordt betaald vóór aftrek van inkomstenbelasting en socialezekerheidsbijdragen. In de EU wordt de loonkloof tussen mannen en vrouwen officieel de “niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen” genoemd, omdat geen rekening wordt gehouden met alle factoren die van invloed zijn op de loonkloof tussen mannen en vrouwen, zoals verschillen in opleiding, ervaring op de arbeidsmarkt, het aantal gewerkte uren, het type baan enz. Er moet een gelijke beloning van mannelijke en vrouwelijke werknemers voor gelijkwaardige arbeid worden gewaarborgd. IAO (zie ook “loonkloof”)
Gendergelijkheid. Het VAF zal oog hebben voor de gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Zo zal het zich inspannen voor een gezonde genderverhouding bij de samenstelling van commissies en jury’s en binnen de eigen werking.
Gendergelijkheid. 1. De Partijen herbevestigen hun vaste voornemen om gendergelijkheid, het volledige genot van alle mensenrechten door iedereen, alsmede meer zelfredzaamheid voor iedereen te verwezenlijken als motoren voor duurzame ontwikkeling. Zij brengen het beginsel van gendergelijkheid tot uitdrukking in hun nationale grondwetten of andere toepasselijke wetgeving. 2. De Partijen erkennen dat genderongelijkheid vrouwen hun fundamentele mensenrechten en kansen ontneemt. Zij stellen afdwingbare wetgeving, rechtskaders en degelijke beleidsmaatregelen, programma’s en mechanismen vast en versterken deze om ervoor te zorgen dat vrouwen en meisjes op voet van gelijkheid met mannen en jongens toegang hebben tot, kansen voor en controle over alle aspecten van het leven en daar eveneens op gelijke voet en ten volle aan kunnen deelnemen. 3. De Partijen richten zich met name op het verbeteren van de toegang van vrouwen, en in voorkomend geval meisjes, tot alle middelen die zij gedurende hun leven nodig hebben om hun volledige potentieel te verwezenlijken en hun mensenrechten en fundamentele vrijheden ten volle uit te oefenen, onder meer op het gebied van kwaliteitsonderwijs, gezondheid, kansen op werk, toegang tot en controle over economische middelen, politieke besluitvorming, bestuursstructuren en private ondernemingen, met bijzondere aandacht voor vrouwen in een kwetsbare situatie. Zij bevorderen de volledige en daadwerkelijke deelname van vrouwen aan en gelijke kansen voor vrouwen voor leiderschap op alle niveaus van de besluitvorming in het politieke, economische en openbare leven. 4. De Partijen verbinden zich ertoe alle vormen van seksueel en gendergerelateerd geweld en gendergerelateerde discriminatie in de publieke en private sfeer, met inbegrip van mensenhandel en seksuele uitbuiting en seksueel misbruik, te voorkomen, te bestrijden en te vervolgen. Zij nemen alle nodige maatregelen om diepgewortelde gendervooroordelen aan te pakken en alle schadelijke praktijken zoals kindhuwelijken, huwelijken op jonge leeftijd, gedwongen huwelijken en genitale verminking en besnijdenis van vrouwen uit te bannen.
Gendergelijkheid. Het VAF zal oog hebben voor de gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Zo zal het zich inspannen voor een gezonde genderverhouding bij de samenstelling van commissies en jury’s en binnen de eigen werking. Het VAF zal aanvragers van fictieprojecten waarin het thema zelfmoord aan bod komt, doorverwijzen naar de organisatie ‘Verder, nabestaanden na zelfdoding’, die advies kan verlenen over deze problematiek en suggesties kan verlenen i.v.m. de aanpak ervan in audiovisuele creaties. Met het oog op de artistieke vrijheid van de makers, zijn deze adviezen en suggesties evenwel niet bindend.
Gendergelijkheid. 🡪 verschillen in werkzaamheid tussen mannen en vrouwen wegwerken > voorzien in kinderopvang

Related to Gendergelijkheid

  • Aansprakelijkheidsverhogende bedingen Niet verzekerd zijn aanspraken die voortvloeien uit een boete-, schadevergoedings-, garantie-, vrijwarings- of ander soortgelijk beding, behalve indien en voor zover aansprakelijkheid ook zou hebben bestaan zonder een zodanig beding.

  • Ontvankelijkheid 1. De klacht dient betrekking te hebben op het stelselmatig niet naleven van bepalingen van de CAO. 2. De indiener van de klacht dient belanghebbende te zijn. Als belanghebbende(n) worden beschouwd: a. werkgevers- en werknemersorganisaties namens een of meerdere van haar leden; b. de in de onderneming van werkgever werkzame ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging namens de in die onderneming werkzame personen; c. werkgever; d. werknemer. 3. Een klacht wordt uitsluitend in behandeling genomen indien tevergeefs getracht is tot een oplossing als bedoeld in artikel 4 te komen.

  • Vertrouwelijkheid 1. Verwerker garandeert dat hij alle Persoonsgegevens strikt vertrouwelijk zal behandelen ten opzichte van derden, waaronder overheidsinstanties. Verwerker zorgt er voor dat een ieder die hij betrekt bij de Verwerking van Persoonsgegevens, waaronder zijn werknemers, vertegenwoordigers en/of Subverwerkers, deze gegevens als vertrouwelijk behandelt. Verwerker waarborgt dat met de tot het Verwerken van de Persoonsgegevens geautoriseerde personen een geheimhoudingsovereenkomst of –beding is gesloten, of dat deze door een wettelijke verplichting tot geheimhouding zijn gebonden. 2. De in lid 1 bedoelde geheimhoudingsplicht geldt niet in de hierna genoemde gevallen: a. voor zover Onderwijsinstelling uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven om de Persoonsgegevens aan een Derde te verstrekken; b. indien het verstrekken van de Persoonsgegevens aan een Derde noodzakelijk is gezien de aard van de door Verwerker aan Onderwijsinstelling te verlenen diensten; of c. indien Verwerker op grond van een Unierechtelijke of lidstaatrechtelijke bepaling dan wel een gerechtelijke uitspraak, voor zover daartegen geen beroep meer openstaat, tot verstrekking verplicht is. 3. Verwerker onthoudt zich van verstrekking of bekendmaking van Persoonsgegeven aan een Derde, tenzij deze verstrekking of bekendmaking plaatsvindt in opdracht van Onderwijsinstelling respectievelijk wanneer dit noodzakelijk is om te voldoen aan een gerechtelijke uitspraak, voor zover daartegen geen beroep meer openstaat, of een op de Verwerker rustende wettelijke verplichting. Onder wettelijke verplichtingen zijn begrepen Unierechtelijke of lidstaatrechtelijke bepalingen op grond waarvan Verwerker tot verstrekken verplicht is. In geval van een wettelijke verplichting, verifieert Verwerker voorafgaand aan de verstrekking de wettelijke grondslag en de identiteit van de partij die zich daarop beroept. Daarnaast stelt Xxxxxxxxx - tenzij die wetgeving deze kennisgeving om gewichtige redenen van algemeen belang verbiedt - Onderwijsinstelling onmiddellijk, zo mogelijk voorafgaand aan de verstrekking, in kennis van de voor Onderwijsinstelling relevante informatie inzake deze verstrekking. 4. Verwerker zorgt er voor dat de onder diens gezag werkende medewerkers uitsluitend toegang hebben tot Persoonsgegevens voor zover noodzakelijk voor de vervulling van hun werkzaamheden.

  • Burgerlijke aansprakelijkheid Deze waarborg is slechts verworven indien vermeld in de bijzondere voorwaarden.

  • Wettelijke aansprakelijkheid Schade aan anderen

  • Beroepsaansprakelijkheid Van de verzekering is uitgesloten de aansprakelijkheid van een verzekerde voortvloeiende uit de beroepsaansprakelijkheid van verzekerde, waaronder wordt verstaan de aansprakelijkheid voor schade, door het verstrekken van adviezen, het maken van berekeningen en ontwerpen, het verrichten van controles, het houden van toezicht en/of het voeren van directie, het invullen van formulieren en dergelijke activiteiten.

  • Toegankelijkheid 1. De locatie waar het kind is geplaatst, is in beginsel toegankelijk voor het kind zolang hierover overeenstemming bestaat tussen Ondernemer en Ouder. 2. De Ondernemer heeft het recht het kind en/of de Ouder de toegang tot de locatie te weigeren voor de duur van de periode dat een normale opvang van het kind redelijkerwijs niet van de Ondernemer mag worden verwacht en het kind niet op de gebruikelijke wijze kan worden opgevangen. Bijvoorbeeld omdat: a. Het kind door ziekte of anderszins extra verzorgingsbehoeftig is; b. Het kind en/of de Ouder een risico of bedreiging vormt voor de geestelijke en/of lichamelijke gezondheid of veiligheid van anderen, na te zijn gewaarschuwd, tenzij een waarschuwing redelijkerwijs niet van de Ondernemer mag worden verwacht; c. De opvang van het kind een normale opvang van de andere kinderen onevenredig verzwaart of belemmert. 3. Ingeval de Ondernemer het kind en/of de Ouder de toegang tot de locatie weigert, treedt de Ondernemer met de Ouder in overleg om te zoeken naar een voor alle Partijen acceptabele oplossing voor de situatie. 4. Indien de Ouder het niet eens is met de beslissing van artikel 11 lid 2 om toegang te weigeren en het overleg met de Ondernemer niet tot een oplossing heeft geleid, kan hij deze beslissing aan de Geschillencommissie voorleggen met het verzoek het geschil volgens de verkorte procedure als bedoeld in het Reglement van de geschillencommissie Kinderopvang te behandelen. 5. Tijdens de verkorte procedure mag de Ondernemer de plaats niet opzeggen.

  • Aansprakelijkheid opdrachtgever 1. Xxxxxxx een opdracht wordt verstrekt door meer dan één persoon, is ieder van hen hoofdelijk aansprakelijk voor de bedragen die uit hoofde van die opdracht aan dienstverlener verschuldigd zijn. 2. Xxxxx een opdracht middellijk of onmiddellijk verstrekt door een natuurlijke persoon namens een rechtspersoon, dan kan deze natuurlijke persoon tevens in privé opdrachtgever zijn. Daarvoor is vereist dat deze natuurlijke persoon beschouwd kan worden als de (mede)beleidsbepaler van de rechtspersoon. Bij wanbetaling door de rechtspersoon is de natuurlijke persoon dus persoonlijk aansprakelijk voor de betaling van de declaratie, onverschillig of deze, al dan niet op verzoek van opdrachtgever, ten name van een rechtspersoon dan wel ten name van opdrachtgever als natuurlijk persoon of hen beiden is gesteld.

  • Aansprakelijkheid huurder 12.1 De Huurder is aansprakelijk voor schade aan het Gehuurde die is ontstaan door een hem toe te rekenen tekortschieten in de nakoming van een wettelijke verplichting en/of een verplichting uit de Huurovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Huishoudelijk Reglement. 12.2 De Huurder vrijwaart de Verhuurder indien de Verhuurder door derden wordt aangesproken tot voldoening van een schuld ten gevolge van gedragingen, handelingen of nalatigheden van de Huurder en/of derden die de Huurder heeft toegelaten of in staat heeft gesteld toegang te krijgen tot het Gehuurde of het pand waarin het Gehuurde zich bevindt.

  • Aansprakelijkheid: vrijwaring 1. Behoudens aansprakelijkheid neergelegd in deze bepaling is JSG niet aansprakelijk voor enige schade. 2. JSG draagt, onverminderd het bepaalde in de Algemene Voorwaarden, geen aansprakelijkheid voor schade die verband houdt met een onjuistheid of onvolledigheid in de door de Jumper aan JSG of zijn medewerkers verstrekte gegevens, een andere tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen van de Jumper die uit de wet of de overeenkomst voortvloeien dan wel een andere omstandigheid die niet aan JSG kan worden toegerekend. 3. De Jumper begrijpt en aanvaardt dat deelname aan de in een Jumppark aangeboden activiteiten risico’s met zich kan meebrengen voor de gezondheid en dat dit schade aan goederen en/of lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben. Behoudens opzet of bewuste roekeloosheid van JSG, is JSG niet aansprakelijk voor schade aan de gezondheid van de Jumper, of schade aan goederen of lichamelijk letsel van de Jumper. 4. De aansprakelijkheid van JSG is te allen tijde beperkt tot ten hoogste de factuurwaarde van de overeenkomst, althans tot dat gedeelte van de overeenkomst waarop de aansprakelijkheid van JSG betrekking heeft. Indien de schade waarvoor JSG jegens de Jumper aansprakelijk is, kennelijk niet in verhouding staat tot de factuurwaarde van de overeenkomst, is de aansprakelijkheid van JSG in elk geval beperkt tot maximaal het bedrag dat in het desbetreffende geval krachtens de afgesloten aansprakelijkheidsverzekering van JSG daadwerkelijk wordt uitgekeerd. 5. JSG is nimmer aansprakelijk voor: a) indirecte, bedrijfs- of gevolgschade bij de Jumper; b) voor schade bij de Jumper of derden, welke schade het gevolg is van door de Jumper onjuiste of onvolledige verstrekte informatie; c) het niet tijdig uitvoeren van de werkzaamheden, indien de Jumper zijn verplichtingen uit hoofde van een overeenkomst en de Algemene Voorwaarden niet of niet tijdig is nagekomen. 6. Indien JSG tegenover de Jumper aansprakelijk is voor enige schade, dan heeft JSG te allen tijde het recht deze schade te herstellen indien en voor zover dit mogelijk is. De Jumper dient JSG hiertoe in de gelegenheid te stellen, bij gebreke waarvan elke aansprakelijkheid van JSG ter zake vervalt. 7. De Jumper vrijwaart JSG, behoudens opzet en bewuste roekeloosheid van JSG, van alle aanspraken van derden, uit welken hoofde dan ook, ter zake van vergoeding van schade, kosten of interesten, verband houdende met de uitvoering van de overeenkomst. 8. De Jumper is aansprakelijk voor alle door aan hem toerekenbare schade ontstaan in verband met het gebruik van de door JSG op zijn locatie beschikbaar gestelde materialen en overige eigendommen van JSG of derden. De Jumper met wie de overeenkomst is gesloten is hoofdelijk aansprakelijk voor de schade die is veroorzaakt door andere Jumpers die hem vergezellen c.q. die onder zijn toezicht en leiding deelnemen aan activiteiten in een Jumppark. Het is de verantwoordelijkheid van de Jumper om verzekerd te zijn tegen de bedoelde schade. 9. Elke (rechts)vorderingen jegens JSG vervalt één jaar na deelname aan een activiteit van JSG, tijdens welke de schade is ontstaan. In afwijking van de vorige zin geldt een verjaringstermijn van twee jaren ten aanzien van aan consumenten toekomende rechtsvorderingen en verweren die gegrond zijn op feiten die de stelling zouden rechtvaardigen dat een consumentenkoop niet aan de overeenkomst beantwoordt. 10. De in deze bepaling opgenomen beperkingen komen te vervallen indien en voor zover de schade het gevolge is van opzet of bewuste roekeloosheid van de bedrijfsleiding van JSG. 11. De aansprakelijkheidsbeperkende bedingen en vrijwaringsclausules gelden tevens ten behoeve van medewerkers en derden ingeschakeld door JSG.