Jubileumuitkeringen Voorbeeldclausules

Jubileumuitkeringen. Bij zijn/haar 25-jarig of 40-jarig dienstjarenjubileum ontvangt de medewerker een gratificatie; bij 25 jaar is dat een bruto maand- salaris dat netto wordt uitgekeerd en bij 40 jaar zijn dat twee bruto maandsalarissen waarvan er één netto en één na inhoudingen wordt uitgekeerd.
Jubileumuitkeringen. Bij 25 aaneengesloten dienstjaren wordt aan de werknemer één bruto basissalaris netto uitgekeerd.
Jubileumuitkeringen. De werknemer die 25 of 40 jaar bij de werkgever in dienst is ontvangt op dat moment eenmalig een uitkering van 1/12 van het jaarinkomen. Bij mogelijke fiscale wijzigingen zal nader overleg plaatsvinden.
Jubileumuitkeringen. 1. De werknemer die al dan niet met een onderbreking van korter dan één jaar in dienst is ge- weest van de werkgever, heeft recht op een jubileumgratificatie bij het volbrengen van de diensttijd van 12,5, 25 en 40 jaar en wel bij: ∙ 12,5 dienstjaren: € 125,- netto; ∙ 25 dienstjaren: 1 netto maandloon (bruto maandloon, netto uitgekeerd); ∙ 40 dienstjaren: 1,5 keer netto maandloon (bruto maandloon, netto uitgekeerd). 2. Afhankelijk van het aantal dienstjaren bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd heeft de werknemer recht op een netto geldbedrag. Het geldbedrag is een netto maandloon als de werknemer 15 jaar of langer voorafgaande aan de AOW-gerechtigde leeftijd bij de organisatie in dienst is geweest. Bij een kortere werkduur vindt er een korting plaats naar rato.
Jubileumuitkeringen. Werknemers die gedurende een bepaalde tijd bij werkgever in dienst zijn geweest ontvangen daarvoor een vastgestelde jubileumuitkering. Deze regeling luidt als volgt: 34.1 Uitkering: - 10-jarig dienstverband : 0,25 maal het laatstverdiende bruto periodeloon; - 25-jarig dienstverband : 1,00 maal het laatstverdiende bruto periodeloon; - 40-jarig dienstverband : 2,00 maal het laatstverdiende bruto periodeloon. 34.2 Naast de in artikel 34.1 genoemde uitkeringen zullen medewerkers in de jaren 2012 tot en met 2016 ook een uitkering ontvangen voor een 30-jarig dienstverband. Deze uitkering bedraagt in januari 2012 nog 1,50 maal het laatstverdiende bruto maandloon maar zal daarna in 60 gelijke maandelijkse stappen worden afgebouwd naar 0. 34.3 Indien een werknemer meerdere keren in dienst is geweest tellen alle perioden waarover het dienstverband heeft geduurd mee. 34.4 Uitzendperioden worden meegerekend bij bepaling van de lengte van het dienstverband. 34.5 Uitbetaling van de bedragen vindt zoveel mogelijk plaats in de betalingsperiode waarin het jubileum valt. 34.6 De jubileumuitkeringen zullen geëffectueerd worden binnen de fiscale mogelijkheden.
Jubileumuitkeringen. De werknemer die 12½, 25 respectievelijk 40 jaar onafgebroken in dienst van de werkgever is, ontvangt op het tijdstip van het jubileum een jubileumuitkering van ¼ x, 1 x respectievelijk 2 x zijn/haar schaalsalaris op het moment van uitkering.
Jubileumuitkeringen. In RJ 271.203 wordt het volgende gesteld: ‘Indien sprake is van een beloning met opbouw van rechten dient de rechtspersoon de ver- wachte lasten gedurende het dienstverband in aanmerking te nemen. Hiervoor dient per balansdatum een verplichting te worden opgeno- men’. De bepaling uit de cao om na 25 of 40 dienstjaren een jubile- umuitkering te verstrekken is zo’n verplichting. Hiervoor moet dus een voorziening op de balans opgenomen worden. Er zijn verschillende manieren om deze voorziening te berekenen. De beste methode is om per persoon op basis van het huidige aantal dienstjaren, de verwachte jubileumdatum/-data en het salaris een berekening maken van de tijdsevenredige aanspraak (verplichting) op de balansdatum. Hierbij moet ook rekening gehouden worden met de vertrekkans, waarbij het redelijk is om bij deze vertrekkans ook rekening te houden met de kans dat de vertrekkende personeelsleden worden opgevolgd door personen die ook weer een arbeidsverleden meebrengen, op grond waarvan zij een aanspraak op een jubileumuitkering meebrengen. Het is niet gebruikelijk dat deze aanspraak met de vorige werkgever wordt afgerekend, zodat deze met terugwerkende kracht voor rekening van de nieuwe werkgever komt. Een meer pragmatische manier is om op basis van ervaringscijfers de voorziening per balansdatum te berekenen op basis van een vast bedrag per fte. In de praktijk zien wij echter dat hiervoor bedragen voorziening opgenomen worden, voor zover er sprake is van gespaar- de uren. In het primair onderwijs is ten aanzien van de duurzame inzetbaar- heid onderscheid te maken tussen het basisbudget en het bijzonder budget voor oudere medewerkers. Ten aanzien van het basisbudget is het afhankelijk van de met de werknemer gemaakte afspraken of dit leidt tot een verplichting die op de balans moet worden opgenomen. worden gehanteerd die misschien een kleine tien jaar geleden reëel waren, maar inmiddels al lang achterhaald zijn. Uit onze benchmark komt naar voren dat bij een gemiddelde personeelsopbouw in het primair, voortgezet en middelbaar (beroeps)onderwijs dit bedrag al snel op € 800 - € 1.000 per fte ligt. Voor het hoger onderwijs ligt dit bedrag nog hoger.

Related to Jubileumuitkeringen

  • Eindejaarsuitkering In de maand december wordt een -resultaatonafhankelijke- eindejaarsuitkering uitbetaald van 8,33% van het loon.