Kort buitengewoon verlof Voorbeeldclausules

Kort buitengewoon verlof. 1 De werkgever verleent de werknemer kort buitengewoon verlof met behoud van inkomen, behoudens het bepaalde in het tweede lid van dit artikel, voor zover zijn werkzaamheden samenvallen met één of meer van de navolgende omstandigheden: a de uitoefening van het kiesrecht, het voldoen aan een wettelijke verplichting of het afleggen van een van rijkswege afgenomen of erkend examen of tentamen, voor zover dit niet in vrije tijd kan geschieden en omzetting van dienst niet mogelijk is; b het bijwonen van vergaderingen of zittingen van of het verrichten van werkzaamheden voor publiekrechtelijke colleges, waarin de werknemer is benoemd of gekozen, voor zover dit niet in vrije tijd kan geschieden; c het uitoefenen van het lidmaatschap van een van rijkswege ingestelde of erkende examencommissie of het optreden als rijksgecommitteerde bij een examen, voor in totaal ten hoogste 14 dagen per jaar in overleg met de werkgever vast te stellen, voor zover de werkgever daarvoor schadeloos wordt gesteld; d overlijden van de partner, ouders of kinderen, xxxxx-, schoon- of pleegfamilieleden van de werknemer of diens partner daaronder begrepen, voor 4 dagen; van bloed- of aanverwanten van de werknemer of diens partner in de tweede graad, voor 2 dagen; is de werknemer in het laatstgenoemde geval belast met de regeling van de begrafenis of van de nalatenschap, dan wordt verlof verleend voor ten hoogste 4 dagen; e verhuizing in geval van verandering van standplaats: voor 2, in bijzondere gevallen ten hoogste 4 dagen; f het zoeken van een woning in geval van verandering van standplaats, voor ten hoogste 2 dagen; g burgerlijk of kerkelijk huwelijk of registratie van het partnerschap van de werknemer, voor in totaal 2 dagen, voor zover de huwelijksdag of -dagen of de dag(en) van partnerregistratie hier binnen vallen; h huwelijk of partnerregistratie van bloed- of aanverwanten van de eerste of tweede graad van de werknemer of diens partner, voor 1 dag; i het bijwonen van een statutaire ledenvergadering van de in artikel V-8 bedoelde centrale of vereniging waarbij de werknemer is aangesloten voor zover dit niet in de vrije tijd kan geschieden; j het voldoen aan een verzoek om als getuige of deskundige te worden gehoord in een juridische procedure. k bij de inzet als reservist en voor de opleiding tot reservist. Artikel J-14 is van toepassing. 2 Indien de in het eerste lid, onder b van dit artikel genoemde omstandig- heid zich voordoet en de werknemer een vaste vergoeding ontvangt in ve...
Kort buitengewoon verlof. 1 In andere dan in artikel 3.3.1 (Buitengewoon verlof) bedoelde gevallen kan Cito de medewerker op diens verzoek bovendien kort buitengewoon verlof verlenen voor ten hoogste vier dagen per jaar, al dan niet met behoud van salaris. 2 Binnen de vier dagen die in artikel 3.3.2. 1 genoemd zijn, verleent Cito verlof aan de medewerker die daartoe verzoekt ten behoeve van niet-christelijke feestdagen.
Kort buitengewoon verlof. 1 De werknemer heeft recht op buitengewoon verlof zoals aangegeven in de Wet Arbeid en Zorg, met dien verstande dat gedurende het kortdurend zorgverlof zoals bedoeld in artikel 5.1 van de wet het loon volledig wordt doorbetaald. De werknemer kan verzoeken de periode van het kortdurend zorgverlof uit voornoemde wet uit te breiden met nog eens ten hoogste twee maal de arbeidsduur per week waarbij het loon voor 70% wordt doorbetaald. 2 Onder zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden zoals bedoeld in artikel 4.1 van de Wet Arbeid en Zorg wordt ook verstaan adoptie van een kind, verhuizing, het zoeken van een woning in geval van verandering van standplaats, ondertrouw en huwelijk, de viering van het ambtsjubileum van de werknemer en de huwelijksjubilea van de werknemer, diens huisgenoten, bloedverwanten in de 1e graad of personen tot wie de werknemer in een vergelijkbare verhouding staat. 3 Het kraamverlof als bedoeld in de Wet Arbeid en Zorg bedraagt 1 week. 4 De werknemer heeft recht op buitengewoon verlof met behoud van bezoldiging voor het bijwonen van vergaderingen of zittingen van of het verrichten van werkzaamheden voor publiekrechtelijke colleges, waarin de werknemer is benoemd of gekozen, voor zover dit niet in vrije tijd kan geschieden. 5 Indien de in lid 4. van dit artikel genoemde omstandigheid zich voordoet en de werknemer een vaste vergoeding ontvangt in verband met de activiteiten waarvoor hem verlof wordt verleend, wordt op zijn bezoldiging een inhouding toegepast over de tijd, dat de werknemer het verlof geniet. Deze inhouding gaat hetgeen de werknemer kan worden geacht te ontvangen als vaste vergoeding voor de activiteiten verricht gedurende de met het verlof overeenkomende tijd niet te boven.