Seniorenregeling. 1. De werktijd per week van de werknemer van 58 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/10 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 95% van het loon. 2. De werktijd per week van de werknemer van 59 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 92,5% van het loon. 3. De werktijd per week van de werknemer van 61,5 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 100% van het loon. 4. Een verzoek als bedoeld in lid 1, lid 2 en lid 3, dient minimaal 3 maanden voor de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediend. 5. De verkorting van de werktijd per week als bedoeld in lid 1, lid 2 en lid 3 gaat in op de eerste van de maand volgend op de maand van verjaring. 6. De werknemer die gebruik maakt van lid 1 mag op datum van vermindering van zijn werktijd nog maximaal 90% van zijn maximale spaarsaldo (1503 uren bij een fulltime dienstverband ) aan spaaruren hebben. 7. De werknemer die gebruik maakt van lid 2 mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben. 8. De werknemer die gebruik maakt van lid 3, mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben. 9. In de gevallen als genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 is de werknemer verplicht het meerdere aan spaarsaldo boven het hiervoor genoemde aantal uren op te nemen, alvorens gebruik te kunnen maken van de seniorenregeling. 10.Voor zover geen gebruik wordt gemaakt van de spaarverlofregeling op of na de ingangsdatum van de seniorenregeling, dient er bij gebruikmaking van de seniorenregeling minimaal een arbeidsduur te resteren van 8 uur per week, gemiddeld over 13 weken. 11.Indien de arbeidsduur van de werknemer in de voorafgaande 5 jaar op grond van de Wet aanpassing arbeidsduur is vermeerderd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 voor het aantal uren dat de werknemer, voorafgaande aan de arbeidsduurvermeerdering, een dienstverband had.
Appears in 3 contracts
Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst, Collectieve Arbeidsovereenkomst Voor De Sociale Werkvoorziening, Collectieve Arbeidsovereenkomst
Seniorenregeling. 1. De werktijd per week Werknemers van 60 jaar en ouder hebben recht om gebruik te maken van een van de werknemer van 58 jaar twee mogelijkheden om de werkweek terug te brengen, name- lijk:
1. 80% werken voor 90% loon bruto en ouder100% pensioenopbouw volgens de overeengekomen premieverdeling tussen werkgevers en werknemers, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan of
2. 90% werken, voor 100% loon bruto en 100% pensioenopbouw volgens de ingangsdatum overeengekomen premieverdeling tussen werkgevers en werknemers. Het recht om deel te nemen gaat in per de 1e van de vermindering van betalingsperiode waarbinnen de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, werknemer 60 jaar wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/10 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 95% van het loon.
2. De werktijd per week van Werkgevers kunnen besluiten de werknemer van 59 jaar en ouder, 80/90/100 regeling aan te bieden aan werknemers die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op jonger zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 92,5% van het loondan 60 jaar.
3. De werktijd per week Om deze regeling mogelijk te maken, dient de werknemer twee van de bovenwettelijke vakantiedagen van artikel 40 lid 1 van deze cao in te leveren en wordt het aantal vakantie uren naar rato van de werkelijke arbeidsduur opgebouwd. . Indien de werknemer van 61,5 jaar en ouderde 80/90/100 regeling gebruik maakt jonger is dan 60 jaar, die een ononderbroken diensttijd heeft dient de werknemer tevens al zijn seniorendagen van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 100% van het loonartikel 41 lid 3 te gebruiken.
4. Een verzoek als bedoeld Het bepaalde in artikel 41 lid 1, lid 1 en 2 en lid 3, dient minimaal 3 maanden voor blijft van toepassing met dien verstande dat extra vakantiedagen worden opgebouwd naar rato van de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediendwerkelijke arbeidsduur.
5. De verkorting Afhankelijk van de werktijd gekozen regeling worden de dagen voor een halve dag per week, een dag per week als bedoeld of een dag per twee weken door de werkgever in lid 1, lid 2 en lid 3 gaat overleg met de werknemer ingeroosterd. Het rooster voor deze dagen zal in overleg minimaal een half jaar van te voren worden vastgesteld. De roostervrije dagen zullen in principe niet uitsluitend op de eerste van de maand volgend op de maand van verjaringeen maandag of een vrijdag worden ingeroosterd.
6. De werknemer die gebruik maakt van Ingeroosterde seniorendagen mogen conform artikel 13 lid 1 mag op datum van vermindering van zijn werktijd nog maximaal 90% van zijn maximale spaarsaldo (1503 uren bij 4 niet samen vallen met een fulltime dienstverband ) aan spaaruren hebbenofficiële feestdag.
7. De werknemer die gebruik maakt van lid 2 mag op Ingeroosterde seniorendagen tellen als werkdag voor de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
8. De werknemer die gebruik maakt van lid 3, mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
9. In de gevallen als genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 is de werknemer verplicht het meerdere aan spaarsaldo boven het hiervoor genoemde aantal uren op te nemen, alvorens gebruik te kunnen maken van de seniorenregeling. 10.Voor zover geen gebruik wordt gemaakt van de spaarverlofregeling op of na de ingangsdatum van de seniorenregeling, dient er bij gebruikmaking van de seniorenregeling minimaal een arbeidsduur te resteren van 8 uur per week, gemiddeld over 13 weken. 11.Indien de arbeidsduur van de werknemer bepalingen in de voorafgaande 5 jaar cao die zien op grond van de Wet aanpassing arbeidsduur is vermeerderd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 voor het aantal uren dat de werknemer, voorafgaande aan de arbeidsduurvermeerdering, een dienstverband hadoverwerk.
Appears in 3 contracts
Samples: Collective Labor Agreement (Cao), Collectieve Arbeidsovereenkomst, Collectieve Arbeidsovereenkomst
Seniorenregeling. 1. De werktijd Een werknemer van 60 jaar en ouder kan in het kader van duurzame inzetbaarheid (preventie uitval vanwege afnemende belastbaarheid en benodigde herstel van krachten), onder de voorwaarden zoals gesteld in de hierna volgende leden, van de volgende twee seniorenregelingen gebruikmaken:
a. 80% van zijn reguliere arbeidsduur per week werken, tegen doorbetaling van 90% van het feitelijke loon dat de werknemer van 58 jaar zou hebben verdiend, als hij niet minder was gaan werken en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/10 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 100% pensioenopbouw.
b. 95% van het loon.
2. De werktijd zijn reguliere arbeidsduur per week van de werknemer van 59 jaar en ouderwerken, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 92,5% van het loon.
3. De werktijd per week van de werknemer van 61,5 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder tegen doorbetaling van 100% van het loonfeitelijke loon dat de werknemer zou hebben verdiend, als hij niet minder was gaan werken en 100% pensioenopbouw. Zowel het overeengekomen werkgeversdeel als het overeengekomen werknemersdeel van de pensioenpremie is op 100% pensioenopbouw gebaseerd.
2. De werkgever biedt aan een werknemer van 60 jaar of ouder de mogelijkheid tot gebruikmaking van één van de twee seniorenregelingen aan.
3. Een parttimer kan alleen van de seniorenregeling gebruikmaken indien hij tenminste 50% van de normale arbeidsduur werkzaam is.
4. Een verzoek als bedoeld Werknemer en werkgever leggen in lid 1een schriftelijke overeenkomst tenminste vast, lid 2 de ingangsdatum waarop de seniorenregeling wordt toegepast, de dag of uren waarop de werknemer niet werkt, de loondoorbetaling en lid 3, dient minimaal 3 maanden voor de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediendpensioenopbouw zoals gesteld in het eerste lid.
5. De verkorting van de werktijd per week als bedoeld in lid 1, lid 2 en lid 3 gaat in op de eerste van de maand volgend op de maand van verjaring.
6. De werknemer die gebruik maakt van lid 1 mag op datum van vermindering van zijn werktijd nog maximaal 90% van zijn maximale spaarsaldo (1503 uren bij een fulltime dienstverband ) aan spaaruren hebben.
7. De werknemer die gebruik maakt van lid 2 mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
8. De werknemer die gebruik maakt van lid 3, mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
9. In de gevallen als genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 is de werknemer verplicht het meerdere aan spaarsaldo boven het hiervoor genoemde aantal uren op te nemen, alvorens gebruik te kunnen maken van de seniorenregeling. 10.Voor zover geen gebruik wordt gemaakt van de spaarverlofregeling op of na de ingangsdatum van de seniorenregeling, dient er bij gebruikmaking van de seniorenregeling minimaal een arbeidsduur te resteren van 8 uur per week, gemiddeld over 13 weken. 11.Indien Indien de arbeidsduur van de werknemer in de voorafgaande 5 vijf jaar direct voorafgaand aan de ingangsdatum van deelneming aan de seniorenregeling op grond van de Wet aanpassing arbeidsduur is vermeerderd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 seniorenregeling voor het aantal uren dat de werknemer, voorafgaande aan de arbeidsduurvermeerdering, een dienstverband had.
6. Van de schriftelijk vastgelegde vrije dag of vrije uren kan alleen na onderlinge overeenstemming tussen werkgever en werknemer worden afgeweken.
7. Het is de werknemer niet toegestaan om op de vrije dag of de vrije uren die ontstaat door het sluiten van de in het vierde lid genoemde overeenkomst, werkzaamheden te verrichten, hetzij op basis van een arbeidsovereenkomst, hetzij in de zelfstandige uitoefening van zijn beroep of bedrijf.
8. Een verzoek tot gebruikmaking van de seniorenregeling als genoemd in het eerste lid onder a. dient door de werknemer minimaal 3 maanden voor de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediend.
9. De werknemer ontvangt 8% vakantiebijslag op basis van het door hem feitelijk verdiende brutoloon.
10. Voor de werknemer die gebruik maakt van de seniorenregeling, wordt de opbouw van vakantie-uren naar evenredigheid verminderd.
11. Een werknemer van 60 jaar of ouder die gebruikmaakt van de seniorenregeling, heeft géén recht op de extra vakantie-uren zoals vermeld in de artikel 28, tweede lid van deze cao.
12. De werkgever is geen reiskostenvergoeding verschuldigd voor dagen waarop de seniorenregeling wordt toegepast en er op die dagen niet wordt gewerkt.
13. In bijzondere situaties kan worden afgeweken van het gestelde in het achtste lid.
14. Een ingeroosterde seniorendag telt als een gewerkte dag voor de bepalingen in de cao die zien op overwerk.
Appears in 3 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Seniorenregeling. 1. De werktijd Een werknemer van 60 jaar en ouder kan in het kader van leeftijdsbewust personeelsbeleid (preventie uitval vanwege afnemende belastbaarheid en benodigde herstel van krachten), onder de voorwaarden zoals gesteld in de hierna volgende leden, van de mogelijkheid gebruikmaken om 80% van zijn reguliere arbeidsduur per week van de werknemer van 58 jaar en ouderte gaan werken, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/10 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder tegen doorbetaling van 9590% van het loonfeitelijke loon dat de werknemer zou hebben verdiend, als hij niet minder was gaan werken. Deze regeling wordt de seniorenregeling genoemd.
2. De werktijd per week pensioenopbouw ondervindt geen wijziging tijdens het gebruikmaken van de seniorenregeling door de werknemer. Tijdens het gebruikmaken van de seniorenregeling blijft de pensioenopbouw gebaseerd op de oorspronkelijke arbeidsuren. Zowel het overeengekomen werkgeversdeel als het overeengekomen werknemersdeel van de pensioenpremie wordt op de 100% pensioenopbouw gebaseerd.
3. Om voor de seniorenregeling in aanmerking te kunnen komen dient de werknemer van 59 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 gedurende minimaal 10 aaneensluitende jaren die direct voorafgaat voorafgaand aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 92,5% van het loon.
3. De werktijd per week van de werknemer van 61,5 jaar en ouder, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat deelneming aan de ingangsdatum van seniorenregeling werkzaam te zijn geweest bij de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 100% van het loonwerkgever.
4. Een verzoek als bedoeld in lid 1, lid 2 en lid 3, dient minimaal 3 maanden voor parttimer kan alleen van de datum seniorenregeling gebruikmaken indien hij tenminste 75% van ingang bij de werkgever te worden ingediendnormale arbeidsduur werkzaam is.
5. De verkorting van Werknemer en werkgever leggen in een schriftelijke overeenkomst tenminste vast, de werktijd per week als bedoeld ingangsdatum waarop de seniorenregeling wordt toegepast, de dag of uren waarop de werknemer niet werkt, de loondoorbetaling en de pensioenopbouw zoals gesteld in lid 1, lid 2 respectievelijk het eerste en lid 3 gaat in op de eerste van de maand volgend op de maand van verjaringhet tweede lid.
6. De werknemer die gebruik maakt van lid 1 mag op datum van vermindering van zijn werktijd nog maximaal 90% van zijn maximale spaarsaldo (1503 uren bij een fulltime dienstverband ) aan spaaruren hebben.
7. De werknemer die gebruik maakt van lid 2 mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
8. De werknemer die gebruik maakt van lid 3, mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
9. In de gevallen als genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 is de werknemer verplicht het meerdere aan spaarsaldo boven het hiervoor genoemde aantal uren op te nemen, alvorens gebruik te kunnen maken van de seniorenregeling. 10.Voor zover geen gebruik wordt gemaakt van de spaarverlofregeling op of na de ingangsdatum van de seniorenregeling, dient er bij gebruikmaking van de seniorenregeling minimaal een arbeidsduur te resteren van 8 uur per week, gemiddeld over 13 weken. 11.Indien Indien de arbeidsduur van de werknemer in de voorafgaande 5 vijf jaar direct voorafgaand aan de ingangsdatum van deelneming aan de seniorenregeling op grond van de Wet aanpassing arbeidsduur is vermeerderd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 seniorenregeling voor het aantal uren dat de werknemer, voorafgaande aan de arbeidsduurvermeerdering, een dienstverband had.
7. Van de schriftelijk vastgelegde vrije dag of vrije uren kan alleen na onderlinge overeenstemming tussen werkgever en werknemer worden afgeweken.
8. Het is de werknemer niet toegestaan om op de vrije dag of de vrije uren die ontstaat door het sluiten van de in het vijfde lid genoemde overeenkomst, werkzaamheden te verrichten, hetzij op basis van een arbeidsovereenkomst, hetzij in de zelfstandige uitoefening van zijn beroep of bedrijf.
9. Een verzoek tot gebruikmaking van de seniorenregeling dient door de werknemer minimaal 3 maanden voor de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediend.
10. De werknemer ontvangt 8% vakantiebijslag op basis van het door hem feitelijk verdiende brutoloon.
11. Voor de werknemer die gebruik maakt van de seniorenregeling, wordt de opbouw van vakantie-uren naar evenredigheid verminderd.
12. Een werknemer van 60 jaar of ouder die gebruikmaakt van de seniorenregeling, heeft géén recht op de extra vakantie-uren zoals vermeld in de artikelen 33a, tweede lid en 33b, tweede lid van deze cao.
13. De werkgever is geen reiskostenvergoeding verschuldigd voor dagen waarop de seniorenregeling wordt toegepast en er op die dagen niet wordt gewerkt.
14. In bijzondere situaties kan worden afgeweken van het gestelde in het negende lid.
15. De overuren voor deze werknemers gaan pas gelden na de in artikel 26 en artikel 27 vermelde normale arbeidsduur per week.
Appears in 2 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Seniorenregeling. 1. De werktijd per week Werknemers van 60 jaar en ouder hebben recht om gebruik te maken van een van de werknemer van 58 jaar twee mogelijkheden om de werkweek terug te brengen, namelijk:
1. 80% werken voor 90% loon bruto en ouder100% pensioenopbouw volgens de overeengekomen premieverdeling tussen werkgevers en werkne- mers, die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan of
2. 90% werken, voor 100% loon bruto en 100% pensioenopbouw volgens de ingangsdatum overeengekomen premieverdeling tussen werkgevers en werkne- mers. Het recht om deel te nemen gaat in per de 1e van de vermindering van betalingsperiode waar- binnen de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, werknemer 60 jaar wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/10 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 95% van het loon.
2. De werktijd per week van Werkgevers kunnen besluiten de werknemer van 59 jaar en ouder, 80/90/100 regeling aan te bieden aan werknemers die een ononderbroken diensttijd heeft van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op jonger zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 92,5% van het loondan 60 jaar.
3. De werktijd per week Om deze regeling mogelijk te maken, dient de werknemer twee van de bovenwettelijke vakantiedagen van artikel 40 lid 1 van deze cao in te leveren en wordt het aantal vakantie uren naar rato van de werkelijke arbeidsduur opgebouwd. Indien de werknemer van 61,5 jaar en ouderde 80/90/100 regeling gebruik maakt jonger is dan 60 jaar, die een ononderbroken diensttijd heeft dient de werknemer tevens al zijn seniorendagen van ten minste 5 jaren die direct voorafgaat aan de ingangsdatum van de vermindering van de werktijd, waarbij een onderbreking van 2 maanden of minder niet als een onderbreking wordt aangemerkt, wordt, tenzij het bedrijfsbelang zich daartegen verzet, op zijn verzoek met 1/5 deel teruggebracht, gemiddeld over 26 weken, met behoud van de formele arbeidsduur onder doorbetaling van 100% van het loonartikel 41 lid 3 te gebruiken.
4. Een verzoek als bedoeld Het bepaalde in artikel 41 lid 1, lid 1 en 2 en lid 3, dient minimaal 3 maanden voor blijft van toepassing met dien verstande dat extra vakantiedagen worden opgebouwd naar rato van de datum van ingang bij de werkgever te worden ingediendwerkelijke arbeidsduur.
5. De verkorting Afhankelijk van de werktijd gekozen regeling worden de dagen voor een halve dag per week, een dag per week als bedoeld of een dag per twee weken door de werkgever in lid 1, lid 2 en lid 3 gaat overleg met de werknemer ingeroosterd. Het rooster voor deze dagen zal in overleg minimaal een half jaar van te voren worden vastgesteld. De roostervrije dagen zullen in principe niet uitsluitend op de eerste van de maand volgend op de maand van verjaring.een maandag of een vrijdag worden ingeroosterd.
6. De werknemer die gebruik maakt van Ingeroosterde seniorendagen mogen conform artikel 13 lid 1 mag op datum van vermindering van zijn werktijd nog maximaal 90% van zijn maximale spaarsaldo (1503 uren bij 4 niet samen vallen met een fulltime dienstverband ) aan spaaruren hebbenofficiële feestdag.
7. De werknemer die gebruik maakt van lid 2 mag op Ingeroosterde seniorendagen tellen als werkdag voor de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
8. De werknemer die gebruik maakt van lid 3, mag op de datum van vermindering van de werktijd nog 80% van zijn maximale spaarsaldo (1336 uren bij een fulltime dienstverband) over hebben.
9. In de gevallen als genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 is de werknemer verplicht het meerdere aan spaarsaldo boven het hiervoor genoemde aantal uren op te nemen, alvorens gebruik te kunnen maken van de seniorenregeling. 10.Voor zover geen gebruik wordt gemaakt van de spaarverlofregeling op of na de ingangsdatum van de seniorenregeling, dient er bij gebruikmaking van de seniorenregeling minimaal een arbeidsduur te resteren van 8 uur per week, gemiddeld over 13 weken. 11.Indien de arbeidsduur van de werknemer bepalingen in de voorafgaande 5 jaar cao die zien op grond van de Wet aanpassing arbeidsduur is vermeerderd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden genoemd in lid 1, lid 2 en lid 3 voor het aantal uren dat de werknemer, voorafgaande aan de arbeidsduurvermeerdering, een dienstverband hadoverwerk.
Appears in 1 contract
Samples: Arbeidsvoorwaarden in De Vleessector