Vakantiedagen. 1. Als vakantiedagen worden beschouwd de dagen welke door de werkgever, in overleg met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling van loon over de vakantiedagen. 2. Als vakantiedagen worden niet beschouwd: a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen; b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet verricht, tenzij het dagen of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen; c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht; d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde; e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof; f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteld. 3. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan de werkgever melden. 4. Wanneer de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangen. 5. De werkgever maakt voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnen.
Appears in 7 contracts
Samples: Arbeidsovereenkomst, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. 1De medewerker bouwt per maand vakantierechten op tot een totaal van 25 dagen per jaar. Als Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de ‘wettelijke vakantiedagen’ (het aantal dat overeenkomt met vier maal de overeengekomen arbeidsduur per week) en de daarboven bedongen ‘bovenwettelijke vakantiedagen’. Werkt de medewerker korter dan een jaar, dan worden de vakantiedagen naar evenredigheid berekend. Hierbij wordt een halve maand en meer naar boven afgerond, minder dan een halve maand naar beneden. Aan de medewerker die onafgebroken drie jaren in dienst is, wordt één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 26 dagen bedraagt. Aan de medewerker die onafgebroken vijf jaren in dienst is, wordt wederom één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 27 dagen bedraagt. Aan de medewerker die onafgebroken zes jaren in dienst is, wordt wederom één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 28 dagen bedraagt. Tijdens zwangerschaps- en bevallingsverlof en tijdens ziekte bouwt de medewerker eveneens vakantiedagen op. De vakantiedagen waar de medewerker recht op heeft volgens de wettelijke regeling (de wettelijke dagen) mogen niet in geld uitgekeerd worden beschouwd zolang het arbeidscontract voortduurt (het is immers een recht op vrije tijd). Na verloop van achttien maanden na toekenning komen de niet- opgenomen wettelijke dagen te vervallen, zonder dat hier een financiële vergoeding tegenover staat. Het is de werkgever niet toegestaan om (wettelijke) vakantiedagen af te kopen gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst. Voor bovenwettelijke vakantiedagen geldt een vervaltermijn van vijf jaren na toekenning. In beginsel wordt aangenomen dat eerst de dagen welke van de wettelijke regeling opgenomen worden en vervolgens de extra (bovenwettelijke) dagen. Wanneer er vakantierechten van voorgaande jaren bestaan, dan worden eerst deze oude vakantierechten opgenomen. Voorts kan de medewerker ervoor kiezen om bovenwettelijke vakantiedagen in geld uit te laten keren. Het tijdstip van de aaneengesloten vakantie wordt door de werkgever, werkgever vastgesteld in overleg met en overeenkomstig de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling wensen van loon over de vakantiedagen.
2. Als vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet verricht, medewerker tenzij het dagen of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met gewichtige redenen voor de werkgever als zich tegen die wensen verzetten. Indien de werkgever niet binnen twee weken nadat de medewerker zijn wensen schriftelijk kenbaar heeft gemaakt, schriftelijk aan de medewerker gewichtige redenen heeft aangevoerd, is de vakantie heeft opgenomen;
c. vastgesteld overeenkomstig de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht;
d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming wensen van de openbare orde;
e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteldmedewerker.
3. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan de werkgever melden.
4. Wanneer de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangen.
5. De werkgever maakt voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnen.
Appears in 2 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. 1. Als vakantiedagen worden beschouwd Ten aanzien van de dagen vakantie gelden de regels van het BW met inachtneming van de leden 2 tot en met 7 van dit artikel.
2. Het vakantiejaar is gelijk aan het kalenderjaar.
3. Indien de som van leeftijd en dienstjaren op 31 december van enig jaar achtereenvolgens bedragen: • minder dan 40, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 22 vakantiedagen; • 40-44, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 23 vakantiedagen; • 45-49, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 24 vakantiedagen; • 50-54, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 25 vakantiedagen; • 55-59, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 26 vakantiedagen; • 60 en meer, bestaat in het daaropvolgend vakantiejaar recht op: 27 vakantiedagen. Een vakantiedag staat gelijk aan 8 arbeidsuren. Indien een volgens rooster opgenomen vakantiedag een hiervan afwijkend aantal arbeidsuren kent, wordt het werkelijke aantal arbeidsuren in mindering gebracht op het tegoed aan vakantie-uren van de werknemer. Voor de toepassing van deze systematiek is de instemming van de ondernemingsraad vereist.
4. De werknemer heeft geen aanspraak op vakantie over de tijd, gedu- rende welke hij wegens het niet verrichten van de bedongen arbeid geen aanspraak op in geld vastgesteld salaris heeft.
a. Overeenkomstig artikel 7:634 BW heeft de werknemer tenminste aanspraak op vakantie in verhouding tot het verstreken deel van het jaar, indien de arbeidsovereenkomst op enig tijdstip nog geen jaar of niet wederom een jaar heeft geduurd.
b. De totale aanspraak op vakantie wordt bij het einde van het vakantiejaar of bij het einde van de arbeidsovereenkomst naar boven afgerond op halve dagen, indien de arbeidsovereenkomst van de werknemer tenminste 2 maanden onafgebroken heeft geduurd.
a. De werknemer vraagt volgens de daaromtrent door de werkgeverwerkgever gestelde en aan de werknemer ter kennis gebrachte regelen va- kantie aan. De werkgever is verplicht aantekening te houden van de door de werknemer opgenomen, respectievelijk aan hem uit- betaalde vakantiedagen.
b. Desverlangd geniet de werknemer – voor zover de aanspraak in het betreffende vakantiejaar toereikend zal zijn – tenminste 16 kalenderdagen aaneengesloten vakantie, beginnend op zaterdag.
c. De werkgever stelt de tijdstippen van aanvang en einde van de vakantie vast na overleg met de werknemer, als zodanig waarbij de aanvang van de aaneengesloten vakantie zoveel mogelijk zal zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling van loon over de vakantiedagen.
2. Als vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd gelegen in de begripsbepalingen;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet verricht, tenzij het dagen of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen;
c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht;
d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;
e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteldperiode 1 mei tot 30 september.
3. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan de werkgever melden.
4. Wanneer de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangen.
5. De werkgever maakt voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnen.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Vakantiedagen. a. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
b. De medewerker verwerft in een kalenderjaar recht op 26 werkdagen basisvakantie. Onder een werkdag wordt verstaan het wekelijks gemiddelde bedongen aantal arbeidsuren per dag. Het verlof wordt na rato van het dienstverband berekend in uren.
c. Het in voorgaand artikel genoemde aantal vakantiedagen wordt, afhankelijk van de leeftijd die de medewerker in het betreffende kalenderjaar bereikt, verhoogd overeenkomstig de hierna volgende tabel:
1. Als Voor elke volle kalendermaand, die een medewerker na de aanvang van het vakantiejaar in dienst treedt of voor het einde van dat jaar de dienst verlaat, wordt de vakantieduur met 1/12 shared service p&o AvdG/mk/09-151 7 deel verminderd. Gedeelten van vakantiedagen worden beschouwd de dagen welke door de werkgever, in overleg met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht te zijnen gunste op doorbetaling van loon over de vakantiedagenhele werkdagen afgerond.
2. Als vakantiedagen worden niet beschouwdIndien de medewerker op het tijdstip van ontslag meer vakantie heeft genoten, dan hem op grond van lid 1. toekomt, kan verrekening daarvan plaats hebben met het laatste salaris.
e. Voor het bepaalde in lid d van dit artikel wordt mede als diensttijd aangemerkt:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid 1. De tijd waarin de bedongen arbeid niet verrichtkan worden verricht wegens arbeidsongeschiktheid, tenzij het dagen deze door opzet van de medewerker is veroorzaakt. Indien men langer dan zes maanden arbeidsongeschikt is, worden na dat half jaar geen vakantiedagen meer opgebouwd.
2. De tijd waarin de medewerker op basis van de arbeidsongeschiktheidsregeling (artikel 20 van de cao) verwoordde reïntegratie therapeutisch werkt.
3. De tijd waarin de vrouwelijke medewerker wegens zwangerschap of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen;
c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof bevalling de bedongen arbeid niet verricht;kan verrichten.
d. de 4. De tijd gedurende welke de werknemer waarin de bedongen arbeid niet kan worden verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, medewerker een verplichting naleeft, naleeft hem opgelegd door de wet, wet of voortvloeiend voortvloeiende uit een verbintenis verbintenis, door hem jegens tegen de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;.
e. de 5. De tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer waarin de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. kan worden verricht, omdat de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs medewerker onderricht volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt moet worden respectievelijk is gesteld.
3f. De tijd bedoeld in sub. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt2. t/m 4. van lid e van dit artikel, zal dit onverwijld op waarover vakantierechten met behoud van salaris worden toegekend, bedraagt maximaal één jaar te rekenen vanaf de voorgeschreven wijze aan dag, waarop de werkgever meldenbedongen arbeid niet kan worden verricht.
4. Wanneer de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld g. In afwijking van het bepaalde in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantied heeft de medewerker recht op vakantie zonder behoud van salaris, indien de werknemer indiensttreding plaats vindt na 1 januari c.q. na de aanvang van het verwervingsjaar en de medewerker in het bezit is van een verklaring van zijn vorige werkgever, waaruit blijkt dat de medewerker na het verlaten van de dienstbetrekking nog aanspraak had op grond van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangenvakantie.
51. De vakantie wordt voor iedere medewerker door de werkgever maakt voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, na overleg met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnendeze medewerker vastgesteld. Minstens 2 weken per jaar dienen aaneengesloten te worden opgenomen.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. a. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
b. De duur van het vakantieverlof per kalenderjaar bedraagt bij een fulltime dienstverband 144 wettelijke vakantie uren (20 dagen) en 43,2 bovenwettelijke vakantie uren (6 dagen). Voor parttimers worden de vakantie uren naar rato berekend. Onder een werkdag wordt verstaan het wekelijks gemiddelde bedongen aantal arbeidsuren per dag.
c. Alle bovenwettelijke vakantie uren worden met ingang van 1 januari 2015 toegevoegd aan het Individueel Werknemers Budget (IWB, artikel 11), zichtbaar als aparte bron in ESS van Youforce. Voor deze bron geldt dat deze uren aangewend kunnen worden voor de doelen van het IWB en dat ze binnen de verjaringstermijn van 5 jaar voor 100% omgezet kunnen worden in extra inkomen.
1. Als vakantiedagen worden beschouwd Voor elke volle kalendermaand, die een medewerker na de dagen welke door aanvang van het vakantiejaar in dienst treedt of voor het einde van dat jaar de werkgeverdienst verlaat, in overleg wordt de vakantieduur met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling van loon over de vakantiedagen1/12e deel verminderd.
2. Als Indien de medewerker op het tijdstip van ontslag meer vakantie heeft genoten, dan hem op grond van lid 1. toekomt, wordt dit verrekend met het laatste salaris.
e. Voor het bepaalde in lid d. van dit artikel wordt mede als diensttijd aangemerkt en vindt er mede opbouw van vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingenplaats;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid 1. De tijd waarin de bedongen arbeid niet verrichtkan worden verricht wegens arbeidsongeschiktheid, tenzij deze door opzet van de medewerker is veroorzaakt. Hiervoor geldt dat de opbouw van het dagen IWB (IWB-uren en bovenwettelijk verlof) bij voortdurende gehele of gedeelten gedeeltelijke ziekte/arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet over een periode van dagen betreft die maximaal 12 maanden.
2. De tijd waarin de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen;
c. de dagen vrouwelijke medewerker wegens zwangerschap of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof bevalling de bedongen arbeid niet verricht;kan verrichten.
d. de 3. De tijd gedurende welke de werknemer waarin de bedongen arbeid niet kan worden verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, medewerker een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, wet of voortvloeiend voortvloeiende uit een verbintenis verbintenis, door hem jegens tegen de overheid aangegaan en ten aanzien van 's ’s lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;.
e. de 4. De tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer waarin de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. kan worden verricht, omdat de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs medewerker onderricht volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid moet worden respectievelijk is gesteld.
f. De tijd bedoeld in sub. 3 en 4. van lid e van dit artikel, waarover vakantierechten met behoud van salaris worden toegekend, bedraagt maximaal één jaar te rekenen vanaf de dag waarop de bedongen arbeid niet kan worden verricht.
g. In afwijking van het bepaalde in lid d. heeft de medewerker recht op vakantie zonder behoud van salaris, indien de indiensttreding plaats vindt ná 1 januari c.q. ná de aanvang van het verwervingsjaar en de medewerker in het bezit is van een verklaring van zijn vorige werkgever waaruit blijkt dat de medewerker na het verlaten van de dienstbetrekking nog aanspraak had op vakantie. In deze verklaring dient de duur van deze aanspraken te zijn vermeld.
1. De vakantie wordt gesteldvoor iedere medewerker door de werkgever na overleg met deze medewerker vastgesteld. Minstens 2 weken per jaar dienen aaneengesloten te worden opgenomen.
2. De werkgever heeft de bevoegdheid in overleg met de ondernemingsraad, ten hoogste drie vakantiedagen per jaar en, indien in enig jaar vier werkdagen tussen Kerstmis en Nieuwjaar vallen, ten hoogste vier vakantiedagen per jaar als collectieve vakantiedagen aan te wijzen.
3. De werknemer die tijdens werkgever kan, indien daartoe gewichtige redenen aanwezig zijn, na overleg met de medewerker, het voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordttijdvak van de vakantie wijzigen. De financiële schade die de medewerker als gevolg van deze wijziging lijdt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan door de werkgever meldenworden vergoed.
1. De wettelijke vakantiedagen kunnen, zolang de dienstbetrekking duurt, niet worden vervangen door een uitkering in geld. De bovenwettelijke vakantiedagen kunnen worden aangewend voor de doelen van het IWB en kunnen tevens binnen de verjaringstermijn van 5 jaar voor 100% worden omgezet in extra inkomen.
2. Indien de medewerker aan het einde van zijn dienstverband nog vakantie tegoed heeft, kan hem deze voor zover mogelijk alsnog worden toegekend en wel zo dat de laatste dag van zijn vakantie samenvalt met de datum van zijn ontslag.
3. Indien de medewerker aan het einde van zijn dienstverband nog vakantie tegoed heeft, omdat het in het vorig lid bepaalde niet mogelijk blijkt, heeft hij recht op een uitkering in geld tot een bedrag van het loon over een tijdvak gelijk aan die vakantie, vermeerderd met de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering over dat tijdvak.
4. Wanneer De werkgever is verplicht in gevallen als bedoeld onder sub 3 van lid i. van dit artikel, aan de medewerker bij het einde van de dienstbetrekking een verklaring uit te reiken, waaruit de duur van vakantie zonder behoud van salaris blijkt.
j. Voor zover een medewerker zijn vastgestelde vakantie wegens arbeidsongeschiktheid niet kan opnemen, heeft hij het recht dit alsnog te doen. In dat geval wordt de vakantie na herstel van de werknemer in overleg tussen hem de werkgever (opnieuw) vastgesteld. Indien de arbeidsongeschiktheid optreedt tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als de reeds ingegane vakantie, indien wordt het niet genoten deel van de werknemer op grond vakantie van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangenbetrokken medewerker eveneens opgeschort onder voorwaarde dat de arbeidsongeschiktheid zo spoedig mogelijk bij de werkgever wordt gemeld en dat bewijs van de arbeidsongeschiktheid wordt geleverd.
5k. Er wordt per 1-01-2014 uitvoering gegeven aan hetgeen is vastgelegd in het BW. De werkgever maakt Xxxxxxxxxx vakantiedagen komen 6 maanden na afloop van het jaar van opbouw te vervallen. Bovenwettelijke vakantiedagen hebben een vervaltermijn van 5 jaar. In overleg met leidinggevende zijn andere afspraken te maken indien medewerker dagen wil bestemmen voor een langer verlof in de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnentoekomst.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. 1. Als vakantiedagen worden beschouwd de dagen welke door de werkgever, in na overleg met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling van loon over de vakantiedagen.
2. Als vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet verricht, tenzij het dagen of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 8.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomenheeftopgenomen ;
c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht;
d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's des lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;
e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteld.
3. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan de werkgever melden. Indien een uitkering krachtens de ZAR-kenniscentra wordt toegekend gelden de dagen van arbeidsongeschiktheid niet als vakantie, met uitzondering van de dagen waarover de uitkering in verband met een regeling terugdringing ziekteverzuim is geweigerd.
4. Wanneer De werkgever verstrekt aan de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond aan het begin van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangen.
5. De werkgever maakt voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijnelk kalenderjaar een overzicht met zijn vakantieaanspraken, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen, de bovenwettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedageneventueel nog niet genoten vakantiedagen die voor 1 januari 2012 zijn opgebouwd, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnen.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Vakantiedagen. a. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
b. De duur van het vakantieverlof per kalenderjaar bedraagt bij een fulltime dienstverband 144 wettelijke vakantie uren (20 dagen) en 43,2 bovenwettelijke vakantie uren (6 dagen). Voor parttimers worden de vakantie uren naar rato berekend. Onder een werkdag wordt verstaan het wekelijks gemiddelde bedongen aantal arbeidsuren per dag.
c. Alle bovenwettelijke vakantie uren worden met ingang van 1 januari 2015 toegevoegd aan het Individueel Werknemers Budget (IWB, artikel 11), zichtbaar als aparte bron in ESS. Voor deze bron geldt dat deze uren aangewend kunnen worden voor de doelen van het IWB en dat ze binnen de verjaringstermijn van 5 jaar voor 100% omgezet kunnen worden in extra inkomen.
1. Als Voor elke volle kalendermaand, die een medewerker na de aanvang van het vakantiejaar in dienst treedt of voor het einde van dat jaar de dienst verlaat, wordt de vakantieduur met 1/12e deel verminderd. Gedeelten van vakantiedagen worden beschouwd de dagen welke door de werkgever, in overleg met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht te zijnen gunste op doorbetaling van loon over de vakantiedagenhele werkdagen afgerond.
2. Als Indien de medewerker op het tijdstip van ontslag meer vakantie heeft genoten, dan hem op grond van lid 1. toekomt, wordt dit verrekend met het laatste salaris.
e. Voor het bepaalde in lid d. van dit artikel wordt mede als diensttijd aangemerkt en vindt er mede opbouw van vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingenplaats;
b. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid 1. De tijd waarin de bedongen arbeid niet verrichtkan worden verricht wegens arbeidsongeschiktheid, tenzij deze door opzet van de medewerker is veroorzaakt. Hiervoor geldt dat de opbouw van het dagen IWB (IWB-uren en bovenwettelijk verlof) bij voortdurende gehele of gedeelten gedeeltelijke ziekte/arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet over een periode van dagen betreft die maximaal 12 maanden.
2. De tijd waarin de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen;
c. de dagen vrouwelijke medewerker wegens zwangerschap of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof bevalling de bedongen arbeid niet verricht;kan verrichten.
d. de 3. De tijd gedurende welke de werknemer waarin de bedongen arbeid niet kan worden verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, medewerker een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, wet of voortvloeiend voortvloeiende uit een verbintenis verbintenis, door hem jegens tegen de overheid aangegaan en ten aanzien van 's ’s lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;.
e. de 4. De tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer waarin de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. kan worden verricht, omdat de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs medewerker onderricht volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid moet worden respectievelijk is gesteld.
f. De tijd bedoeld in sub. 3 en 4. van lid e van dit artikel, waarover vakantierechten met behoud van salaris worden toegekend, bedraagt maximaal één jaar te rekenen vanaf de dag waarop de bedongen arbeid niet kan worden verricht.
g. In afwijking van het bepaalde in lid d. heeft de medewerker recht op vakantie zonder behoud van salaris, indien de indiensttreding plaats vindt ná 1 januari c.q. ná de aanvang van het verwervingsjaar en de medewerker in het bezit is van een verklaring van zijn vorige werkgever, waaruit blijkt dat de medewerker na het verlaten van de dienstbetrekking nog aanspraak had op vakantie. In deze verklaring dient de duur van deze aanspraken te zijn vermeld.
1. De vakantie wordt gesteldvoor iedere medewerker door de werkgever na overleg met deze medewerker vastgesteld. Minstens 2 weken per jaar dienen aaneengesloten te worden opgenomen.
2. De werkgever heeft de bevoegdheid in overleg met de ondernemingsraad, ten hoogste drie vakantiedagen per jaar en, indien in enig jaar vier werkdagen tussen Kerstmis en Nieuwjaar vallen, ten hoogste vier vakantiedagen per jaar als collectieve vakantiedagen aan te wijzen.
3. De werknemer die tijdens werkgever kan, indien daartoe gewichtige redenen aanwezig zijn, na overleg met de medewerker, het voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordttijdvak van de vakantie wijzigen. De financiële schade die de medewerker als gevolg van deze wijziging lijdt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan door de werkgever meldenworden vergoed.
1. De wettelijke vakantiedagen kunnen, zolang de dienstbetrekking duurt, niet worden vervangen door een uitkering in geld. De bovenwettelijke vakantiedagen kunnen worden aangewend voor de doelen van het IWB en kunnen tevens binnen de verjaringstermijn van 5 jaar voor 100% worden omgezet in extra inkomen.
2. Indien de medewerker aan het einde van zijn dienstverband nog vakantie tegoed heeft, kan hem deze voor zover mogelijk alsnog worden toegekend en wel zo dat de laatste dag van zijn vakantie samenvalt met de datum van zijn ontslag.
3. Indien de medewerker aan het einde van zijn dienstverband nog vakantie tegoed heeft, omdat het in het vorig lid bepaalde niet mogelijk blijkt, heeft hij recht op een uitkering in geld tot een bedrag van het loon over een tijdvak gelijk aan die vakantie, vermeerderd met de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering over dat tijdvak.
4. Wanneer De werkgever is verplicht in gevallen als bedoeld onder sub 3 van lid i. van dit artikel, aan de medewerker bij het einde van de dienstbetrekking een verklaring uit te reiken, waaruit de duur van vakantie zonder behoud van salaris blijkt.
j. Voor zover een medewerker zijn vastgestelde vakantie wegens arbeidsongeschiktheid niet kan opnemen, heeft hij het recht dit alsnog te doen. In dat geval wordt de vakantie na herstel van de werknemer in overleg tussen hem de werkgever (opnieuw) vastgesteld. Indien de arbeidsongeschiktheid optreedt tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als de reeds ingegane vakantie, indien wordt het niet genoten deel van de werknemer op grond vakantie van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangenbetrokken medewerker eveneens opgeschort onder voorwaarde dat de arbeidsongeschiktheid zo spoedig mogelijk bij de werkgever wordt gemeld en dat bewijs van de arbeidsongeschiktheid wordt geleverd.
5k. Er wordt per 1-01-2014 uitvoering gegeven aan hetgeen is vastgelegd in artikel 7:640a BW. De werkgever maakt Xxxxxxxxxx vakantiedagen komen 6 maanden na afloop van het jaar van opbouw te vervallen. Bovenwettelijke vakantiedagen hebben een vervaltermijn van 5 jaar. Dit geldt ook voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en die zijn opgebouwd voor 1-01-2014. In overleg met leidinggevende zijn andere afspraken te maken indien medewerker dagen wil bestemmen voor een langer verlof in de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnentoekomst.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. 1. Als vakantiedagen Aan de werknemer met een aanstelling conform artikel 4.a.c. die in de loonperiode van januari tot en met december tenminste 18 diensten gewerkt heeft, wordt vakantierechten toegekend, en wel voor iedere 9 uur gewerkt ontstaat aanspraak op 1 verlofuur. Overuren worden beschouwd hierbij niet meegeteld. Voor de dagen welke door overige werknemers met een volledig dienstverband bedraagt het aantal vakantiedagen, met behoud van loon, 26 dagen, uitgaande van werkdagen van 8 uur. Naast de werkgever, in overleg basisvakantie wordt aan de medewerkers met een volledig dienstverband op grond van leeftijd een extra verlof per kalenderjaar toegekend naar de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling van loon over volgende maatstaf: ingaande het kalenderjaar waarin zij de vakantiedagen.leeftijd bereiken van: 45 jaar - 1 verlofdag 50 jaar - 2 verlofdagen 55 jaar - 4 verlofdagen
2. Als vakantiedagen Het recht op vakantie en verlofdagen wordt gedurende het kalenderjaar per maand opgebouwd. De rechten die bij een ononderbroken volledig dienstverband van 12 maanden verworven zullen worden, worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen;
b. de echter op 1 januari van elk jaar als voorschot bij het oude saldo dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet verricht, tenzij het dagen of gedeelten van dagen betreft die de werknemer op grond van artikel 9.1.4 in overleg met de werkgever als vakantie heeft opgenomen;
c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht;
d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming van de openbare orde;
e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteldbijgeboekt.
3. De Van het aantal vakantiedagen dat een werknemer die tijdens ingevolge lid 1 van dit artikel toekomt, worden twee kalenderweken aaneengesloten in de maanden mei t/m september verleend, terwijl de overgebleven dagen, te weten snipperdagen, afzonderlijk worden genoten. Werkgever en werknemer kunnen in onderling overleg komen tot gehele of gedeeltelijke samenvoeging van deze snipperdagen. Op verzoek van de werknemers zal in individuele gevallen zo mogelijk drie aaneengesloten weken vakantie worden verleend. Bij de functie van matroos/auto-opsteller alsmede auto-opsteller is het voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op medewerkers met een contract voor bepaalde tijd in principe mogelijk om één kalenderweek vrij te nemen in de voorgeschreven wijze aan de werkgever meldenperiode mei tot en met september.
4. Wanneer De werknemer kan de bovenwettelijke vakantiedagen (waaronder begrepen de extra dagen voor oudere werknemers), alsmede de nog openstaande vakantiedagen uit een vorig vakantiejaar, voor zover hij deze niet wenst op te nemen:
a. verkopen aan de werkgever
x. xxxxxxxx voor de financiering van: - een fiets ten behoeve van woon-werk verkeer; - verbetering pensioenrechten. Op verzoek van de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond kunnen ook andere inkomenscomponenten worden ingezet ter financiering van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangenhet voorgaande.
5. De werkgever maakt c. sparen voor de werknemer inzichtelijk wat zijnopname op een later moment, waarbij voor deze dagen/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen uren de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding verjaringstermijn van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnen5 jaar niet zal gelden. Ook tvt-uren kunnen voor dit doel worden gespaard.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Vakantiedagen. 1. Als Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. Het recht op vakantie ontstaat gedurende een vakantiejaar naar gelang van de tijd dat het dienstverband gedurende dat vakantiejaar heeft bestaan. Bij een deeltijd dienstverband vindt op- bouw van vakantiedagen worden beschouwd pro rato plaats.
2. Een werknemer die tijdens de dagen welke vakantie ziek wordt, behoudt aanspraak op de door ziek- te gemiste vakantiedagen, mits betrokkene zich op de werkgever, in voorgeschreven wijze ziekmeldt en mits gedurende de ziekte recht bestaat op doorbetaling van loon.
3. Het management stelt de vakanties vast na overleg met de werknemer, als zodanig zijn vastgesteld. De werknemer heeft recht op doorbetaling Het manage- ment zal bij vaststelling van loon over de vakantiedagen.
2. Als vakantiedagen worden niet beschouwd:
a. de niet-werkdagen zoals genoemd in de begripsbepalingen;
b. de dagen of gedeelten zomervakanties zoveel mogelijk rekening houden met gebondenheid van dagen, gedurende welke de werknemer wegens arbeidsongeschiktheid aan schoolvakanties, vaste vakanties van de bedongen arbeid niet verricht, tenzij het dagen partner (bijvoorbeeld bouwvak) waarmee de werknemer gehuwd is of gedeelten van dagen betreft duurzaam samenleeft en andere factoren die de werknemer dwingen de zomervakantie binnen een bepaalde periode op grond te nemen. Voor werknemers die in ploegendienst werken, zal bij de vast- stelling van artikel 9.1.4 in overleg vakanties rekening moeten worden gehouden met de werkgever als vakantie continuïteit van het ploegenrooster. De aanvraag voor de zomervakantie dient voor 1 oktober voorafgaand aan het betref- fende jaar ingeleverd te zijn. Werkgever draagt er zorg voor, dat de indeling 1 no- vember bekend is. Een ieder die na 1 november de verlofaanvraag indient, heeft opgenomen;
c. de dagen of gedeelten van dagen, gedurende welke de werknemer wegens buitengewoon verlof de bedongen arbeid niet verricht;
d. de tijd gedurende welke de werknemer de bedongen arbeid niet verricht omdat hij, anders dan voor eerste oefening en zonder het oogmerk de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiend uit een verbintenis door hem jegens de overheid aangegaan en ten aanzien van 's lands verdediging of ter bescherming geen recht meer op persoonlijke voorkeur maar is afhankelijk van de openbare orde;
e. de tijd gedurende welke de vrouwelijke werknemer de bedongen arbeid niet verricht wegens zwangerschaps- of bevallingsverlof;
f. de tijd gedurende welke de jeugdige werknemer geen arbeid verricht omdat hij onderwijs volgt, waartoe hij krachtens de wet of deze cao door de werkgever in de gelegenheid wordt gesteld.
3. De werknemer die tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen arbeidsongeschikt wordt, zal dit onverwijld op de voorgeschreven wijze aan de werkgever melden1 oktober inge- diende aanvragen.
4. Wanneer De aanvraag voor het opnemen van vakantiedagen dient tijdig te worden ingediend bij het management, zodat er zoveel mogelijk met de wensen van de werknemer tijdens voor hem vastgestelde vakantiedagen in omstandigheden verkeert als bedoeld in lid 2 onder b, gelden deze dagen slechts dan niet als vakantie, indien de werknemer op grond van artikel 10.4.1. over die dagen salaris heeft ontvangenreke- ning kan worden gehouden.
5. Het opnemen van 5 of meer vakantiedagen dient ten minste vijf weken voor de eerst geplande vakantiedag te worden aangevraagd, tenzij naar oordeel van de werkgever de bedrijfsomstandigheden een kortere periode toestaan.
6. Aanvragen van vakantiedag(en), waarbij een beroep op de diensten van de PMT wordt gedaan, dienen minimaal 5 dagen direct voorafgaand aan de eerst geplande vakantie- dag te worden ingediend.
7. Indien de PMT een OMR- of OMX-weekend vrij van dienst wenst te zijn, moet hij ‘fic- tief’ verlof aanvragen bij het management. De werkgever maakt PMT heeft recht op 10 ‘fictieve’ week- enden per jaar.
8. Het is slechts mogelijk vakantie op te nemen in hele of halve dagen.
9. De werknemer is gerechtigd tenminste éénmaal per jaar drie weken aaneengesloten vakantie op te nemen.
10. Werkgever is bevoegd voor de dagdienst werknemers twee vakantiedagen per jaar als verplichte snipperdagen aan te wijzen.
11. Vakantierechten vervallen na verloop van vijf jaar, gerekend vanaf het einde van het kalenderjaar van het ontstaan van de vakantierechten. Werkgever beoogt echter dat de werknemer zijn in het vakantiejaar opgebouwde vakantiedagen zoveel mogelijk in hetzelfde jaar opneemt.
12. Het is toegestaan om alle niet opgenomen vrije tijdsaanspraken (vakantie/ADV/tijd voor tijd) mee te nemen naar het volgend jaar. De werknemer kan om uitbetaling van de meegenomen bovenwettelijke vrije tijdsaanspraken verzoeken, wanneer in ieder geval aan het wettelijk minimum vakantie vereiste (4 maal de wekelijkse arbeidsduur) is voldaan en voor zover er 10 meegenomen verlofdagen blijven staan. De uitbetaling per ingeleverde vakantiedag zal plaatsvinden volgens de volgende formule, te weten: 0,5% maal 13,96 maal het voor de werknemer inzichtelijk wat zijn/haar vakantieaanspraken zijn, waarin een onderscheid geldende basis maandsalaris. De aan- vraag voor uitbetaling van niet opgenomen (boven) wettelijke vrije tijdsaanspraken dient uiterlijk voor 15 december van het betreffende jaar bij werkgever ingediend te zijn en wordt gemaakt tussen de wettelijke vakantiedagen en de bovenwettelijke vakantiedagen, met vermelding uitgekeerd bij het salaris van de hieraan gerelateerde verval- en verjaringstermijnenjanuari.
Appears in 1 contract
Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst