Vakantieregeling Voorbeeldclausules

Vakantieregeling a. De werknemer heeft recht op een aaneengesloten afwezigheidsperiode van 21 kalenderdagen. Indien het verlof op zondag aanvangt heeft de werknemer recht op een aaneengesloten afwezigheidsperiode van 22 kalenderdagen.
Vakantieregeling. De werknemer die in een vakantiejaar onderstaande leeftijd bereikt of ouder is, heeft het recht op extra vakantie naar de volgende maatstaf: • 40-jarige leeftijd: 1 dag of dienst. • 45-jarige leeftijd: 2 dagen of diensten. • 50-jarige leeftijd: 3½ dag of dienst. • 55-jarige leeftijd: 5 dagen of diensten. • 60-jarige leeftijd: 6½ dag of dienst.
Vakantieregeling. In afwijking van artikel 16 en de daarop gebaseerde uitvoeringsregeling gelden voor de medewerker de volgende bepalingen omtrent de vakantie:
Vakantieregeling. 1. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
Vakantieregeling. 1. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De werknemer, die bij aanvang van het vakantiejaar in dienst is, heeft in dat jaar recht op 25 vakantiedagen inclusief snipperdagen. Bij in- of uitdiensttreding in de loop van het jaar, heeft de werknemer recht op een evenredig deel van de 25 vakantiedagen.
Vakantieregeling. 1. a. De werknemer, die op 1 januari in dienst van de werkgever was, heeft in dat kalenderjaar recht op 25 vakantiedagen (200 uur) met behoud van loon.
Vakantieregeling. Vakantiejaar
Vakantieregeling. 1. Werknemers hebben per jaar recht op een aantal dagen vakantie als hieronder aangegeven, afhankelijk van dienstjaren. 0 tot 2 jaar 22 2 tot en met 3 jaar 23 4 tot en met 6 jaar 24 7 tot en met 9 jaar 25 10 en meer jaren 26
Vakantieregeling. 19.1 Het vakantiejaar valt samen met het kalenderjaar.
Vakantieregeling. 1. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De werknemer, die gedurende een volledig vakantiejaar in vaste dienst arbeid verricht, zich voor arbeid beschikbaar stelt of ongeschikt is te werken wegens ziekte en/of ongeval, verwerft - met inachtneming van het in dit artikel bepaalde - aanspraak in dat jaar op 187,5 vrije uren. Indien het dienstverband in het vakantiejaar korter zal zijn dan 12 maanden, verwerft de betrokken werknemer aanspraken op een evenredig deel, met dien verstande dat bij indiensttreding vóór of op de 15e van de maand die maand mee telt; bij uitdiensttreding vóór of op de 15e van de maand telt die maand niet mee. Heeft de werknemer in een voorafgaande dienstbetrekking vakantierechten verworven, waarvoor het loon is uitgekeerd, dan zal de werkgever de werknemer in de gelegenheid stellen een overeenkomend aantal dagen vrijaf te nemen, evenwel zonder behoud van salaris.