Vloer-, wand- en plafondafwerking. De betonvloeren van de woning worden voorzien van een zandcement afwerklaag, met uitzondering van de badkamer. De meterkast en de vloer achter het knieschot worden niet voorzien van een dekvloer. - De meterkast wordt voorzien van een geïsoleerde vloerplaat volgens de voorschriften van het nutsbedrijf - De vrijstaande houten bergingen van woningtype B (bnr. 407, 408, 409 en 504, 505, 506) heeft een vlakke onafgewerkte betonvloer. - De aangebouwde bergingen (overige woningtypen) worden net als de woning voorzien van een zandcement afwerklaag. - In de badkamer en de toiletruimte worden vloertegels aangebracht. - De wanden in de toiletruimte worden rondom tot circa 1,20 meter hoogte van wandtegels voorzien (zie voor soort en afmeting tegel hoofdstuk 23.1). - De wanden in de badkamer van woningtype A en B (bnr. 406 t/m 410 en 503 t/m 507) worden tot circa 2,20 meter hoogte van wandtegels voorzien (zie voor soort en afmeting tegel hoofdstuk 23.1). - De wanden in de badkamer van de overige woningtypen worden tot plafond van wandtegels voorzien (zie voor soort en afmeting tegel hoofdstuk 23.1). - De wandgedeeltes boven het tegelwerk in de toiletruimte en badkamer worden voorzien van structuurspuitwerk. - De overige wanden in de woning worden behangklaar* afgewerkt, met uitzondering van de meterkast, achter het knieschot en ter plaatse van de opstelruimte van de technische installatie op de tweede verdieping. Er wordt geen behang aangebracht. *) oppervlak uitgevoerd als reparatie- of filmwerk geschikt voor dikker behang, sierpleister en dergelijke. - Er worden geen vloerplinten aangebracht. - De betonnen plafonds in de woning worden voorzien van structuurspuitwerk met uitzondering van de meterkast. V-naden aan de onderzijde van verdiepingsvloeren worden niet opgevuld. - De dakplaten in de woning en de binnenzijde van de (optionele) dakkapellen blijven onafgewerkt, met andere woorden de vezelbeplating blijft onbehandeld in het zicht. - De knieschotten bestaan uit een houten regelwerk bekleed met vezelbeplating welke niet wordt afgewerkt. - De onderzijde van de dakplaten alsmede de houten balklaag van het platte dakvlak in de houten bergingen of de aangebouwde berging blijven in het zicht en worden niet nader afgewerkt.
Vloer-, wand- en plafondafwerking. Dekvloeren
Vloer-, wand- en plafondafwerking. Alle vloeren, wanden en plafonds in de woningen worden afgewerkt, zoals in de kleur- en materiaalstaat is aangegeven. De afwerking kan bestaan uit tegelwerk, behangklare afwerking, structuurspuitwerk of geen afwerking.
Vloer-, wand- en plafondafwerking. Alle vloeren, wanden en plafonds in de woningen worden afgewerkt zoals in de Afwerkstaat is aangegeven. De afwerking kan bestaan uit tegelwerk, behangklare afwerking, structuurspuitwerk of geen afwerking.
Vloer-, wand- en plafondafwerking. Plafondafwerking: Wandafwerking:
Vloer-, wand- en plafondafwerking. 17 Schilderwerk 17 Loodgieterswerk 18 Waterleidingen 18 Gasinstallatie 18 Verwarmingsinstallatie 19 Elektrische installatie 20 Communicatie 21 KLEUREN- EN MATERIAALSTAAT 22 SANITAIRSPECIFICATIE 25 TEGELSPECIFICATIE 26 AFWERKSTAAT 28 Het project Florissant wonen te Boskoop omvat 83 grondgebonden woningen. Dit betreft de technische omschrijving van fase I voor 44 grondgeboden woningen. 4 A1 9, 10, 29 en 30 Rijwoning 4 A2 8, 11, 28 en 31 Hoekwoning 4 B1 58, 60, 82 en 83 Toekomstgerichte tweekapper 4 B2 59, 61, 81 en 84 Toekomstgerichte tweekapper 7 C1 13, 64, 66, 69, 72, 75 en 77 Tweekapper XXL 6 C2 3, 4, 12, 65, 70 en 76 Tweekapper XXL 3 C3 63, 71 en 74 Tweekapper XXL 2 C4 2 en 6 Tweekapper XL 2 C5 1 en 5 Tweekapper XL 8 D 7a, 7b, 14, 62, 67, 68, 73 en 78 (Semi) Vrijstaand Daar waar in onderstaande tekst een woningtype genoemd wordt, is datgene wat staat vermeld ook op het gespiegelde type van toepassing.
Vloer-, wand- en plafondafwerking. Alle vloeren, wanden en plafonds in de woningen worden afgewerkt, zoals in de kleur- en materiaalstaat is aangegeven. Tijdens het bouwproces wordt veel vocht in de woning gebracht en dat moet gedurende de beginperiode van bewoning nog uit de materialen treden. Wij adviseren u om daar rekening mee te houden bij het aanbrengen van wand- en vloerafwerkingen in uw woning. De uittreding van vocht middels een drogingsproces (bijv. bij het verwarmen van de woning tijdens de begin periode van bewoning) kan gepaard gaan met het optreden van spanningen in de materialen en de onderlinge aansluitingen en daardoor kan ongewenste scheurvorming ontstaan. Sommige afwerkingsmaterialen zijn daar extra gevoelig voor. Om die reden werd in het verleden vaak de eerste jaren na de oplevering als wandafwerking bouwbehang toegepast. De momenteel veelal toegepaste afwerkingsmaterialen zijn meestal hard en broos en daardoor kwetsbaar. Zij kunnen het normaal optredende werkingsproces niet afdoende opvangen zonder dat er een schadebeeld (scheurvorming/onthechting) ontstaat. Kiest u direct na oplevering voor een dampdichte afwerking (bijv. een pvc-vloer of linoleum) dan moet u of uw vloerenlegger voorkomen dat er vocht in de dekvloer wordt opgesloten. Ten aanzien van de toegestane hoeveelheid vocht in een dekvloer bij oplevering geldt geen normering. In verband met het voldoende kunnen uittreden van het vocht uit de vloerconstructie voor het aanbrengen van de pvc-vloer adviseren wij altijd een Calcium-Carbid-meting te (CM-methode) laten uitvoeren en de meetgegevens door een professionele partij te laten beoordelen of de gewenste vloer al kan worden aangebracht. Om deze reden is tevens het advies om de pvc-vloer te laten uitvoeren door een professionele vloerenlegger. De keuze voor vloerbedekking (door de isolatiewaarde hiervan) kan invloed hebben op de warmte afgifte van de vloerverwarming. Laat u daarom tevens goed infomeren door een professionele vloerenlegger.
Vloer-, wand- en plafondafwerking