Waterhuishouding. Regelmatig worden bewoners van nieuwbouwwoningen geconfronteerd met wateroverlast in de tuin of in de bijbehorende bergingen. Om wateroverlast bij uw nieuwbouwwoning te voorkomen adviseren wij u bij de aanleg en inrichting van uw tuin rekening te houden met het volgende: • Voorkom zwaar transport over onverharde delen in uw tuin; • Beperk het aanbrengen van (waterdichte) bestrating om te zorgen dat het regenwater beter de grond in kan dringen. Breng bestrating altijd onder afschot aan vanaf de woning en/of berging of garage naar de openbare perceelsgrens of het achterpad; • Indien u toch een groot deel van uw tuin gaat bestraten adviseren wij u maatregelen te nemen om het water op eigen terrein in de grond te brengen. Mogelijkheden zijn een waterdoorlatende bestrating of drainage; • Leg geen waterdichte bestrating rondom uw berging maar laat een strook open voor bijvoorbeeld grind, gras of waterdoorlatende bestrating; • Veelal zal de waterhuishouding binnen enkele jaren verbeteren door natuurlijk herstel van tijdens de bouw verstoorde bodemstructuren.
Waterhuishouding. De bepalingen van het hemelwaterdecreet zijn van toepassing. Verplicht gebruik van hemelwater voor toiletten en buitenkraan. Uitzonderingen kunnen toegestaan worden omwille van milieuwetgeving en wanneer het hemelwater na contact met de verharde oppervlakte dermate vervuild wordt dat het als afvalwater moet beschouwd worden. Bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning wordt verantwoord welke maatregelen genomen worden om tot een duurzame waterhuishouding te komen.
Waterhuishouding. Rijnland is kwalitatief en kwantitatief waterbeheerder, de ontwikkelaar dient daar de benodigde vergunningen en voorwaarden op te vragen. Voor het onttrekken en lozen van grondwater (bv t.b.v. tijdelijke bemaling) dient afhankelijk van de hoeveelheid een melding dan wel een vergunning te worden aangevraagd door ontwikkelaar.
Waterhuishouding. Bij de aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico worden beperkt. Niet-functionele verhards oppervlakten moeten vermeden worden. Oppervlaktewater dient te infiltreren in de bodem of opgevangen te worden in waterbuffers. Het buffervolume van de infiltratievoorziening dient in verhouding te staan tot het infiltratiedebiet en de grondoppervlakte met een waterbufferingscapaciteit van minimum 340 m³/ha verharde oppervlakte die aangesloten is op de waterloop. Indien tevens effluentwater wordt aangesloten op de waterloop mag het totale debiet (hemelwater en effluentwater) het maximaal toegelaten lozingsdebiet niet overschrijden. De nodige bijkomende buffering dient hiertoe aangelegd. Indien het hemelwater niet voldoende geïnfiltreerd kan worden omwille van hoge grondwaterstanden, een te kleine doorlatenheidsfactor van de bodem of omwille van vigerende regelgeving, mag het vertraagd afgevoerd worden via een afvoerbegrenzer. De aanleg van een volledig gescheiden systeem voor de afvoer van oppervlakte- en afvalwater op het perceel is verplicht. Regenwaters van verhardingen waar mogelijke bezoedeling voorkomt, ondergaan eerst de nodige filtering overeenkomstig de vigerende regelgeving. Vuile waters worden in de afvalwaterriool geloosd na de nodige behandeling overeenkomstig de vigerende regelgeving. Aan de verkavelings- en/of stedenbouwkundige vergunning kunnen bijkomende voorwaarden m.b.t. de waterhuishouding opgelegd worden. De stedenbouwkundige vergunning voor de bufferbekkens wordt ter advies voorgelegd aan de dienst waterbeleid van de provincie Antwerpen.
Waterhuishouding. 1. Op de kavel is een gescheiden rioolsysteem aangelegd voor de afzonderlijke afvoer van afvalwater en hemelwater. De aansluitingen op en het gebruik van dit rioolsysteem dient conform deze scheiding te geschieden. Voor het afvalwater (dwa) is een aanlsuiting op de kavel aangebracht. Het hemelwater wordt afgevoerd via de zuidelijke en/of westelijk gelegen greppel. Het is niet toegestaan hemel- en grondwater af te voeren naar aangrenzende percelen en/of de openbare weg/rijbaan.
2. Verdere informatie over de mogelijkheden voor drainage, waterberging en waterafvoer staat vermeld op het kavelpaspoort en in de technische brochure.
3. De verplichting als bedoeld in dit artikel wordt als ketting-/derdenbeding opgenomen in de leveringsakte, zodat ook rechtsopvolgers van koper zijn gebonden aan deze bepaling.
Waterhuishouding. Regelmatig worden bewoners van nieuwbouwwoningen geconfronteerd met wateroverlast in de tuin of in de bijbehorende bergingen. Om wateroverlast bij uw nieuwbouwwoning te voorkomen adviseren wij u bij de aanleg en inrichting van uw tuin rekening te houden met het volgende: Voorkom zwaar transport over onverharde delen in uw tuin; Beperk het aanbrengen van (waterdichte) bestrating om te zorgen dat het regenwater beter de grond in kan dringen. Breng bestrating altijd onder afschot aan vanaf de woning en/of berging of garage naar de openbare perceelsgrens of het achterpad; Indien u toch een groot deel van uw tuin gaat bestraten adviseren wij u maatregelen te nemen om het water op eigen terrein in de grond te brengen. Mogelijkheden zijn een waterdoorlatende bestrating of drainage; Leg geen waterdichte bestrating rondom uw berging maar laat een strook open voor bijvoorbeeld grind, gras of waterdoorlatende bestrating; Veelal zal de waterhuishouding binnen enkele jaren verbeteren door natuurlijk herstel van tijdens de bouw verstoorde bodemstructuren.
Waterhuishouding. 5.1. GEM neemt als uitgangspunt dat in de definitieve toestand een drooglegging van ca. 1,00 meter bestaat. E.e.a. is afhankelijk van de door het Hoogheemraadschap gehanteerde drooglegging ter plaatse. Nabij de rand van de perceelsgrens is een drainage / DWA riolering dan wel open water aanwezig om het oppervlaktewater uit de bouwput af te kunnen voeren. Deze aansluiting bevindt zich op ca. 1,00 m’ minus het peil van de begane grondvloer van de meest nabijgelegen woningen.
5.2. De drainage van de kruipruimte onder de woningen mag in het definitieve stadium op het openbare drainsysteem worden aangesloten, waarbij GEM mogelijk nadere eisen kan stellen, waarbij GEM in ieder geval de eis stelt dat de drainage in beheer en onderhoud over gaat naar Koper. GEM draagt zorg voor de afvoer van het water vanaf die aansluiting in het openbaar gebied. Koper is verantwoordelijk voor de afvoer van hemelwater op het uitgegeven bouwterrein. Eventueel gewenste aanvullende voorzieningen door Xxxxx komen voor zijn rekening en zijn slechts toegestaan, indien voorafgaande goedkeuring is verkregen van het bevoegd gezag.
5.3. Het is Koper niet toegestaan aangelegde greppels en / of watergangen te blokkeren.
5.4. Koper dient voor een eventuele wateronttrekking t.b.v. een bouwput of anderszins zelf voor eigen rekening een vergunning aan te vragen bij de gemeente Waddinxveen en/of het Hoogheemraadschap.
5.5. Koper is, ingeval deze situatie zich voordoet, verantwoordelijk voor herstel van de schade aan de door GEM aangelegde beschoeiing.
Waterhuishouding. De minuuthoudende notaris bevestigt, op basis van zijn raadpleging op datum van 5 juni 2024, dat: -het hierboven vermeld perceel (P) volgende waterscore krijgt: score A (geen overstroming gemodelleerd). -dat ieder gebouw (G) op voormeld perceel volgende waterscore krijgt: score A (geen overstroming gemodelleerd). Verder blijkt uit voormelde opzoeking dat voormelde goederen: -niet gelegen zijn in een afgebakend overstromingsgebied; -niet gelegen zijn in een afgebakende oeverzone. -niet gelegen zijn in een signaalgebied. De verkoper verklaart bovendien dat voormelde goederen – voor zover hem bekend -nooit zijn overstroomd.
Waterhuishouding. Reclamant vreest voor wateroverlast, het weer wordt extremer en leidt tot een overschot aan hemelwater. Hoosbuien met een neerslag van 40 mm of meer zijn geen uitzondering meer. Verder is van belang dat het plangebied volgens reclamant beduidend hoger is gelegen en de toename van de verharding in het plangebied leidt tot meer wateroverlast bij zijn woning. Door- dat er op de es wordt gebouwd, infiltreert het hemelwater niet in de bodem en komt daarmee tot versnel tot afvoer richting de woning van reclamant aan de Maatweg met de nodige schade tot gevolg.
Waterhuishouding. Reclamant vreest wateroverlast door het plan De Esch en eist een schriftelijke verklaring dat wateroverlast direct wordt opgelost naar genoegdoening van reclamant. Reclamant stelt dat in het onderzoek naar het aspect hemelwater geen rekening is gehouden met een aantal zaken dan wel een aantal zaken niet kloppen. Ten aanzien van het onderhoud van de sloten, wadi’s en watergang rond het project wil recla- mant dat deze elk kwartaal compleet worden onderhouden.