Gemeentelijk beleid Voorbeeldclausules

Gemeentelijk beleid. 4.4.1 Omgevingsvisie gemeente Halderberge d.d. 10 februari 2022
Gemeentelijk beleid. Binnen het projectgebied geldt dat voor het aspect water, de waterschappen bevoegd gezag zijn. Voor Cuijk en Boxmeer geld dat deze gemeenten aanvullend beleid hanteren, aanvullend op het vigerend beleid van de waterschappen. Gemeente Cuijk heeft in haar Verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2019-2023 aanvullend beleid voor watercompensatie opgenomen. In de Keur van Aa en Maas is voor de compensatie van een toename van verhard oppervlak een ondergrens van 2000 m2 opgenomen. De gemeente geeft aan dat ontwikkelingen die kleiner zijn dan deze ondergrens van 2.000 m2 de riolering ook belasten. Bovendien wil zij meer duurzaam omgaan met water. Daarom geld binnen de gemeente Cuijk dat bij nieuwbouw en herbouw van verharde oppervlaktes 60 mm water geborgen moet kunnen worden op eigen terrein.
Gemeentelijk beleid. Voor het kappen van bomen binnen grondgebied van gemeenten is vaak een omgevingsvergunning kappen nodig. Gemeenten hebben hiervoor in hun Algemene Plaatselijke Verordening (APV) bepalingen opgenomen. Enkele gemeenten verwijzen vanuit de APV naar een bomenverordening. Indien er voor de kap een vergunning nodig is vanuit de APV dan wel bomenverordening, vraagt de initiatiefnemer dit aan met een omgevingsvergunning voor de activiteit kappen. Tevens kunnen er in het bestemmingsplan per gemeente regels zijn opgenomen omtrent het kappen van bomen. Als dit het geval is, staat er vaak een verplichting om voor het vellen van de houtopstanden een omgevingsvergunning voor de activiteit ‘het uitvoeren van werken of werkzaamheden’ aan te vragen. In het achtergrondrapport Natuur is een uitgebreide beschrijving van het beleid per gemeente opgenomen.
Gemeentelijk beleid. Gebiedsvisie Kernglastuinbouwgebied In de Gebiedsvisie Kernglastuinbouwgebied van de gemeente Uithoorn heeft de gemeente de visie op de toekomstige ontwikkelingen in het gebied beschreven. Glastuinbouw is een belangrijk onderdeel van de economische structuur van de gemeente. De opgave van het gebied is om te komen tot een toekomstbestendig gebied door het bieden van mogelijkheden voor en het stimuleren van modernisering van bedrijven, verduurzaming en andere noodzakelijke ingrepen. De visie zet in op de volgende kansen: • Een regionale ruimtelijke strategische / visie om investeringen te sturen; • Zorgen voor voldoende grootschalig kwalitatief goed en modern glasareaal; • Ondernemers met niches / specialisaties ruimte geven. Deze versterken de handelsfunctie; • Inzetten op duurzaamheid: CO₂ en restwarmte gebruiken in kansrijke gebieden. Lagere energielasten zijn belangrijk voor de productie (groot deel van de uitgaven). Duurzaamheid is de grootste behoefte van de ondernemers in glastuinbouw. Het ontwikkelen van een warmtenet is door ruim een derde van de ondernemers benoemd tijdens een ondernemersverkenning. Meer dan de helft van de geïnterviewden is bereid om mee te investeren in duurzame en gemeenschappelijke voorzieningen. Doordat de glastuinbouw sector een grote afnemer en verbruiker is van gas, is vermindering van het gebruik van gas en een transitie naar andere energiebronnen noodzakelijk. Daarbij spelen CO₂, warmte en elektriciteit een belangrijke rol. De gebiedsvisie beschrijft een CO₂ leiding netwerk als grote kans. OCAP, de belangrijkste CO₂ leverancier in de tuinbouw, onderzoekt samen met Greenport Aalsmeer de mogelijkheden voor de uitrol van een CO₂ netwerk in de regio Aalsmeer. De ontwikkelingen rondom de verduurzaming van de energievoorziening in en rond Greenport Aalsmeer gaan heel snel. Dit geldt zowel voor warmte als voor CO₂. De inpassing van de CO₂ leiding (doorsnede 40/60 cm) in het gebied en een verdeelstation vormt een ruimtelijke opgave binnen de gebiedsvisie. In de onderstaande afbeelding is te zien hoe de CO₂ en warmte leidingen gepland zijn in het kernglastuinbouwgebied.
Gemeentelijk beleid. Ter plekke van het plangebied vigeert momenteel het bestemmingsplan ‘Buitengebied 2009’ (vastgesteld d.d. 19 mei 2009) en het bestemmingsplan ‘Buitengebied 2009, 1e herziening ’ (vastgesteld d.d. 14 december 2010). Het plangebied heeft hierin de bestemming “Agrarisch met waarden’ gekregen. De gronden met de bestemming ‘Agrarisch met waarden’ zijn onder andere aangewezen voor: - de bestrijding en voorkoming van bodemerosie en wateroverlast; - de instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige natuurlijke, landschappelijke, cultuurhistorische en archeologische waarden en de daarmee samenhangende landschapskarakteristiek; - de bescherming van aangrenzende natuurgebieden. Uitsnede digitale verbeelding vigerend bestemmingsplan met aanduiding plangebied De voorgenomen inrichting van deze kavel voor ‘Natuur’ voldoet aan deze uitgangspunten. Om de bestemming ‘Agrarisch met waarden’ te wijzigen in de bestemming ‘Natuur’ is onder artikel 6.8.2 van het bestemmingsplan ‘Buitengebied 2009’en de eerste herziening van dit bestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. De wijzigingsbevoegdheid bevat een vijftal voorwaarden: - aangrenzende waarden en belangen, waaronder het agrarisch belang, worden niet onevenredig geschaad; - de aanleg van nieuwe natuur past binnen de op de directe omgeving van toepassing zijnde landschapskarakteristiek; - uit de noodzakelijke (milieu)onderzoeken blijkt dat de gronden geschikt zijn voor het beoogde gebruik; - de effecten op de waterhuishouding zijn in beeld gebracht (watertoets); - de aanleg van nieuwe natuur in de vorm van bebossing is uitsluitend toegestaan op gronden met de dubbelbestemming ‘Waarde-ecologie’. Aangezien het perceel aan de zuid- en westzijde al wordt begrensd door bosgebied en aan de noordzijde een veldweg aanwezig is, worden aangrenzend gelegen belangen niet onevenredig geschaad. Voor wat betreft de natuurlijke waarden worden de belangen van het aangrenzend gelegen bosgebied zelfs aanzienlijk versterkt. De landbouwgrond (van derden) ligt aan de oostzijde en de noordzijde van het plangebied. Aangezien op het perceel wordt voorgesteld kamgrasweide en mantelvegetatie bestaande uit struikvormers te realiseren, is geen sprake van schaduwwerking op aangrenzend gelegen landbouwgrond. De agrarische belangen worden dan ook niet onevenredig geschaad. In de paragraaf ‘Waterhuishouding’, van voorliggend wijzigingsplan worden de effecten op de waterhuishouding in beeld gebracht. Aangezien het perceel niet wordt gebruikt voor b...
Gemeentelijk beleid. 3.3.1 Structuurvisie Dronten 2030 Figuur 12: uitsnede kaart behorende bij structuurvisie Dronten 2030 Openheid landschap
Gemeentelijk beleid. Structuurvisie Ridderkerk 2020 Woningbouwstrategie
Gemeentelijk beleid. Stadsvisie 'Koers op 2020' (2000) Ruimtelijke structuurschets Vlaardingen 2020 (2003) 1. versterken van de stedelijke groenstructuur; 2. herwaarderen van de cultuurhistorie; 3. vergroten van de differentiatie tussen xxxxxxxxxxx; 4. spreiden van zorgvoorzieningen; 5. versterken van de stadsranden en de Broekpolder; 6. anticiperen op ontwikkeling van de hoofdinfrastructuur; 7. vergroten van de werkgelegenheid.
Gemeentelijk beleid. Voor het Theemswegtracé is het archeologiebeleid van de provincie Zuid-Holland en de gemeente Rotterdam van toepassing10. Het Theemswegtracé ligt in een gebied dat op de Archeologische Waardenkaart Rotterdam I Archeologische kenmerkenkaart (versie 1.0; mei 2005) wordt omschreven als: “Oudere klastische (klei-, zand-)afzettingen en veen, geërodeerd of afgedekt door jongere klastische afzettingen en/of ophogingen. Geologie in detail vaak onbekend.” De archeologische verwachting wordt omschreven als: “Middelmatige trefkans op bewoningssporen uit de IJzertijd, Romeinse tijd en Middeleeuwen op het veen en een middelmatige trefkans op bewoningssporen uit vroegere perioden onder het veen.” Op de Archeologische Waardenkaart Rotterdam II Archeologische waarden- en beleids- kaart (versie 1.0; mei 2005) valt het gebied onder de categorie 3.2: “De archeologische waarden zijn te verwachten beneden 0 m NAP.”, of categorie 3.3: “De archeologische waarden zijn te verwachten dieper dan 3 m beneden NAP.” De eerste categorie komt op de verbeelding in het Bestemmingsplan Botlek- Vondelingenplaat (19-03-2013) als dubbelbestemming overeen met Waarde-Archeologie 2 (beneden
Gemeentelijk beleid. Schouwen-Duiveland kiest voor toerisme 1. kiezen voor recreatie en toerisme 2. kiezen voor behoud van de eigenheid 3. kiezen voor samenhang 4. kiezen voor kwaliteit 5. kiezen voor samenwerking De notitie is de basis geweest voor de Nota Hoofdlijnen strand (en daaruit voortvloeiende nota’s) en de Strandvisie 2008-2013. In de Strandvisie 2008-2013, de opvolger van de Nota Hoofdlijnen Strand (door de raad vastgesteld op 17 juli 2003), heeft de gemeente Schouwen-Duiveland voor de komende jaren vastgelegd welk verzorgings- en voorzieningenniveau de gemeente nastreeft op en rond het Schouwse Noordzeestrand. De Strandvisie 2008-2013 geeft antwoord op de vraag welk kwaliteitsniveau de gemeente over vijf jaar op en om het Schouwse strand bereikt willen hebben. Op 10 december 1997 is een gebruikersovereenkomst voor onbepaalde tijd getekend tussen de gemeente Schouwen-Duiveland en de Dienst der Domeinen. Hierin is bepaald dat de gemeente het Noordzeestrand vanaf de gemeentegrens op de Brouwersdam tot de Oosterscheldekering en het strandje bij Ouwerkerk tegen een vergoeding in gebruik krijgt om te exploiteren. Als gebruiker heeft de gemeente het recht onder haar verantwoordelijkheid aan derden tegen vergoeding vergunningen voor afzonderlijke strandinrichtingen te verlenen. Het waterkeringbeheer van het strand langs de Kop van Schouwen is deels in handen van Rijkswaterstaat en deels in handen van het waterschap Xxxxxxx Xxxxxxxx. Het strand is één van de peilers onder het toeristisch recreatief product op Schouwen- Duiveland. De kracht van het Schouwse strand ligt in de openheid en diversiteit van het strand. Een open en divers strand zijn twee sterke punten die niet onafhankelijk van elkaar kunnen bestaan. Door de uitgebreide en specifieke zonering van het strand is de basis voor een divers strand met behoud van het open en natuurlijk karakter reeds gelegd. Grote stukken ongerept strand met natuurbeleving worden afgewisseld met zones voor allerlei (extreme) sporten, zoals kitesurfen en stuntvliegeren. Tevens is er, bijvoorbeeld bij de strandpaviljoens, ruimte om te genieten van luxe en comfort. De openheid moet behouden blijven en voorzieningen dienen daarom geconcentreerd te worden in de nabijheid van de strandovergangen. De gemeente dient er zorg voor te dragen dat elke doelgroep zich thuis voelt en blijft voelen op de Schouwse stranden. De komende jaren is het beleid van de gemeente Schouwen-Duiveland erop gericht het Schouwse strand completer te maken, met behoud v...