Kostenverdeling. De kadasterkosten, de notariskosten en de overige kosten van de overdracht worden betaald door verkoper.
Kostenverdeling. Indien de realisatie van de Maatregel, na planuitwerking, niet worden voortgezet door toedoen van een of beide Partijen, worden de reeds gemaakte kosten voortvloeiend uit de planuitwekingsfase op basis van cofinanciering tussen de Regio (50%) en ProRail (50%) verrekend.
Kostenverdeling. Alle kosten van de overdracht en de akte van levering, waaronder het kadastrale recht, zijn voor rekening van de Verkoper. Het betreft een zogenaamde vrij op naam (VON) transactie. De kosten van onderhavige overeenkomst zijn voor rekening van de Verkoper. Een eventueel voordeel door vermindering van overdrachtsbelasting als bedoeld in artikel 13 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer, komt ten goede aan Verkoper.
Kostenverdeling. Het scheidsgerecht bepaalt bij zijn uitspraak wat de kosten zijn, zowel van het scheidsgerecht zelf als van de partijen. Ook bepaalt het welke partij of in welke verhouding de partijen die kosten zullen betalen.
Kostenverdeling. 1. Grondslag voor de kostenverdeling tussen partijen is de gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de punten van samenkomst van elkaars wegen.
2. Als systeem van kostenverdeling wordt gebruik gemaakt van het 'veroorzakersprincipe' en/of de ‘wegvakkentheorie’. Toepassing van het 'veroorzakersprincipe' betekent dat de uitvoeringskosten geheel voor rekening komen van de veroorzakende partij terwijl bij de 'wegvakkentheorie' een verdeelsleutel wordt gehanteerd op basis van het aantal aansluitende wegvakken dat elke overheid in beheer heeft.
3. De kosten van de in artikel 1 lid 1sub a genoemde werken komen op grond van het ‘veroorzakersprincipe’ volledig voor rekening van de provincie.
4. De kosten van de in artikel 1 lid 1 sub b genoemde werken worden komen op grond van het veroorzakersprincipe en bestuurlijke afspraken voor rekening van de provincie;
5. De kosten van de in artikel 1 lid 1 sub c genoemde werken worden op grond van de ‘wegvakkentheorie’ tussen partijen verdeeld;
6. De kosten voor het toekomstig beheer, onderhoud en exploitatie van de verkeersregelinstallaties ter plaatse van de N279 met de Bosscheweg/Middenweg en ter plaatse van de N272 met de Peeleindseweg worden op grond van de ‘wegvakkentheorie’ tussen partijen verdeeld. De berekening van deze vergoeding is gebaseerd op de provinciale kencijfers Verkeersregelinstallaties (bijlage ..) waarbij voor beide kruisingen wordt uitgegaan van een simpele verkeersregelinstallatie. De jaarlijkse normkosten voor deze verkeersregelinstallatie zijn bepaald op € 6064,02 (prijspeil 2020). Op grond hiervan bedraagt het aandeel van de gemeente 33,3% in de installatie op de kruising N272/Peeleindseweg en 50% bij de op- en afritten van de N279 met de Bosscheweg/Middenweg. De gemeente zal deze kosten vooraf aan de provincie betalen middels een vaste bijdrage voor de kosten van onderhoud en exploitatie voor de totale levensduur van de installaties (15 jaar).
7. Eventuele subsidies die betrekking hebben op de in lid 1 sub a en b genoemde werken komen ten goede aan de provincie
8. Voor noodzakelijk te maken kosten waarin deze overeenkomst niet voorziet en die redelijkerwijs vooraf niet voorzien konden worden, zullen partijen via overleg een verdeling overeenkomen.
9. Kosten van werkzaamheden niet behorende tot het project, die worden uitgevoerd op verzoek van één der partijen, komen geheel voor risico en rekening van de verzoekende partij.
10. Partijen brengen bij elkaar geen apparaatskosten in rekening (o...
Kostenverdeling. 5.1 Partners hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de vaste kosten die de samenwer- king binnen het kader van deze overeenkomst met zich mee brengt.
5.2 De vaste kosten bestaan onder andere uit vergaderkosten, ambtelijke ondersteuning, inhuur derden en ontwikkeling kennis. Daarnaast levert men een financiële inspanning voor de nadere uitwerking van onderdelen uit het jaarplan, als de partner daaraan deelneemt. Projecten voort- vloeiend uit deze overeenkomsten worden via een nieuwe financieringsvorm verrekend. Hier- over worden aparte afspraken gemaakt.
5.3 Voorafgaand aan het jaar wordt een begroting aan alle partners gestuurd ter instemming en daarna door het regieteam vastgesteld waarin de vaste kosten worden geraamd. Deze zijn afgeleid van het jaarplan waarin de activiteiten die uit de samenwerking voortvloeien worden opgenomen. Na afsluiting van het jaar wordt aan het regieteam een verantwoording van de gemaakte kosten gegeven. We nemen maximaal 10% van de begroting van het jaar ervoor mee naar het volgende jaar.
5.4 De jaarlijkse bijdrage voor 2024 bedraagt € 550.000. Daarna wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van inflatie en cao-stijging.
5.5 De kostenverdeling van de vaste kosten wordt eenmalig vastgesteld en kan met goedkeuring van alle partners worden bijgesteld. De procentuele verdeling van de vaste kosten is zoals hieronder weergegeven(%). Onder programmakosten wordt verstaan de kosten voor de organisatie van het programma. Daarnaast hebben we kosten voor kennis & ontwikkeling, hieronder valt een budget dat kan worden besteed aan innovatie en aan het opzetten van projecten. Wanneer projecten werkelijk gaan draaien (en hoge kosten hebben) wordt hiervoor een aparte overeenkomst afgesloten.
5.6 Kosten voor demonstratieprojecten van Life IP worden apart inzichtelijk gemaakt. Deze kosten worden aanvullend op de jaarbijdrage en conform voornoemde kostenverdeling bij de partners in rekening gebracht. Bunnik 15 4 6 1 De Bilt 43 6 6 2 Houten 50 7 7 3 Lopik 14 4 6 1 IJsselstein 34 6 6 2 Montfoort 14 4 6 1 Nieuwegein 62 7 7 3 Oudewater 10 4 6 1 Woerden 52 7 7 3 Stichtse Vecht * 64 6 2 3 Utrecht 347 7 7 3 Utrechtse Heuvelrug 50 7 7 3 Wijk bij Duurstede 24 6 6 2 Zeist 63 7 7 3 HDSR 9,5 7,5 4 Provincie Utrecht 9,5 7,5 4 VRU nvt nvt GGD Regio Utrecht nvt nvt TOTAAL 100 100 < 20 C1 4 6 > 20 en < 50 C2 6 6 > 50 C3 7 7 HDSR/provincie Utrecht C4 9,5 7,5
Kostenverdeling. 1. Ingevolge de Xxxxxxxx en Wegenverkeerswet hebben wegbeheerders een zorgplicht ten aanzien van de onder hun verantwoordelijkheid vallende wegen. Grondslag voor de verdeling van de kosten tussen partijen is de gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de punten van samenkomst van elkaars wegen. Als systeem van kostenverdeling bij gezamenlijke werken hanteert, met instemming van de gemeente, de provincie volgens vaste gedragslijn het ‘veroorzakersprincipe’ en de 'wegvakkentheorie'. Bij het ‘veroorzakersprincipe’ komen de kosten van de uit te voeren werken geheel voor rekening van de veroorzakende partij. Bij de ‘wegvakkentheorie’ wordt een verdeelsleutel gehanteerd op basis van het aantal aansluitende wegvakken dat elke wegbeheerder in beheer heeft.
2. De totale projectkosten voor aanleg van de omleiding kommen Rucphen met alle bijkomende werken zijn geraamd op circa € 23 miljoen.
3. De kosten voor de in artikel 1 lid 1a en b genoemde doortrekkingen zijn geraamd op € 12,4 miljoen. De provincie zal op grond van een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor deze doortrekkingen een bijdrage leveren van 50% van de realisatiekosten.
4. De provinciale bijdrage in de in artikel 1 lid a en b genoemde doortrekkingen is vastgesteld op een éénmalige bijdrage van € 6,2 miljoen waarop geen verrekening meer zal plaatsvinden.
5. Om aanspraak te kunnen maken op de in lid 4 genoemde bijdrage is de gemeente verplicht de aanleg van de in artikel 1 lid 1a en b genoemde doortrekkingen uiterlijk in 2020 te realiseren, met inachtneming van de nog af te ronden wettelijke procedures en behoudens overmacht door bezwaar en beroep van derden. Na realisatie van deze doortrekkingen zal de gemeente de provincie hiervan schriftelijk middels een bestuursverklaring op de hoogte stellen.
6. De gemeente zal de provincie tijdig op de hoogte houden over de voortgang van het proces inzake de aanleg van de omleiding kommen Rucphen.
7. Alle overige kosten die gemaakt worden voor de realisering van de omleiding kommen Rucphen komen voor rekening van de gemeente inclusief alle kosten voor schadeclaims, verzoeken tot nadeelcompensatie, planschadeclaims of overige aanspraken van derden die het gevolg zijn van de voorbereiding of uitvoering van de werken.
Kostenverdeling. In de Overgangsperiode:
a. zullen de Eigenaars van de Appartementsrechten die zijn ontwikkeld en gegund in Fase 1 niet meedelen in de kosten op grond van het breukdeel zoals gemeld in artikel 8 van deze akte, maar meedelen in de kosten op basis van het hierna te noemen aandeel gebaseerd op het breukdeel van de gerealiseerde en opgeleverde (onder)appartementsrechten, voor Fase 1 bestaande uit: - het elfduizend dertig/veertienduizend zevenhonderdvierentwintigste (11.030/14.724) aandeel voor het (Hoofd)Appartementsrecht A-1; - het eenduizend tachtig/veertienduizend zevenhonderdvierentwintigste (1.080/14.724) aandeel voor het gerealiseerde deel van het (Hoofd)Appartementsrecht A-5; - het tweeduizend zeshonderdveertien /veertienduizend zevenhonderdvierentwintigste (2614/14.724) aandeel voor de gerealiseerde en opgeleverde parkeerplaatsen in het (hoofd)Appartementsrecht A-6.
b. zal BPD, voor zover het betreft de door haar gehouden (Onder)Appartementsrechten in de stallingsgarage (ondersplitsing A-6) voor zover die onderdeel zijn van Fase 2, niet bijdragen in de door feitelijk gebruik te maken kosten voor de stallingsgarage, aangezien dat gedeelte van de stallingsgarage niet in gebruik zal zijn. BPD draagt – wellicht ten overvloede – wel bij aan de kosten voor de installaties die nodig zijn om de parkeergarage (in zijn geheel) in gebruik te kunnen nemen/houden) en het reservefonds van ondersplitsing A-6 naar rato van hun aandeel in de gehele stallingsgarage.
Kostenverdeling. 15.1 In het Jaarplan wordt de bijdrage per Partij voor de uitvoering van het jaarplan vastgelegd.
15.3 Iedere Partij draagt zelf haar kosten voor deelname aan het Bestuurlijk en Strategisch overleg De kosten voor de coördinatie en ondersteuning komen voor rekening van de Provincie, conform het bepaalde in artikel 9.
Kostenverdeling. Lid 1 De kosten voor realisatie maatregelen zoals genoemd in artikel 2 lid 1 zijn geraamd op € 81,46 miljoen (inclusief btw voor de werkzaamheden aan de brug, prijspeil 2016).
Lid 2 Partijen zullen zich maximaal inspannen om de hieronder genoemde financiële bijdragen in de totale kosten zoals genoemd in het voorgaande lid te realiseren:
a: Provincie Utrecht: € 34,705 miljoen (inclusief btw voor de werkzaamheden aan de brug);
b: Provincie Gelderland: € 42,305 miljoen (inclusief btw voor de werkzaamheden aan de brug).
Lid 3 De provincie Gelderland en de provincie Utrecht zullen het nog ontbrekende bedrag van € 4,45 miljoen voor Regio Foodvalley en Regio Rivierenland voorfinancieren tijdens de realisatieperiode.
Lid 4 Het bedrag bedoeld in het voorgaande lid betreft een vaste bijdrage, die voor Regio Foodvalley € 3 miljoen bedraagt en voor Regio Rivierenland € 1,45 miljoen.
Lid 5 Regio Rivierenland zal haar bijdrage uiterlijk direct na oplevering van het project aan de provincie Utrecht overmaken. Regio Foodvalley maakt haar bijdrage in termijnen over aan de provincie Utrecht tussen 2026 en 2033.