Common use of Oudere werknemers Clause in Contracts

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen 60 jaar oud, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een werknemer van 57,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder uit een ploe- gendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer een werknemer van 60 jaar of ouder op grond van een medi- sche verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een Tot 1 januari 2016 is een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. Vanaf 1 januari 2016 geldt deze ontheffing voor een werknemer van 55,5 jaar of ouder. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen jonger dan 60 jaar oudtot 1 ja- nuari 2016 en vanaf 1 januari 2016 een werknemer van 55,5 jaar of ou- der, doch jonger dan 60,5 jaar , die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde een- zelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst overgeplaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen veranderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Tot 1 januari 2016: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden Vanaf 1 januari 2016: Bij een leeftijd van: 56,5 jaar 57,5 jaar 58,5 jaar 59,5 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd voor 1 januari 2016, rspec- tievelijk de 60,5-jarige leeftijd vanaf 1 januari 2016 wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een Tot 1 januari 2016 zal een werknemer van 57,5 jaar of ouder, respectie- velijk vanaf 1 januari 2016 zal een werknemer van 58 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige toekomstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder voor 1 januari 2016, respectievelijk van 60,5 jaar of ouder vanaf 1 januari 2016 uit een ploe- gendienst ploegendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing overplaat- sing worden gehandhaafd. 7. Wanneer voor 1 januari 2016 een werknemer van 60 jaar of ouder, res- pectievelijk vanaf 1 januari 2016 een werknemer van 60,5 jaar of ouder op grond van een medi- sche medische verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige overeen- komstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder tot 1 januari 2016 en vanaf 1 januari 2016 een werknemer van 60,5 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken onaf- gebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken bespreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen 60 jaar oud, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen veranderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk gelde- lijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een werknemer van 57,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder uit een ploe- gendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer een werknemer van 60 jaar of ouder op grond van een medi- sche verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor daar- voor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een Tot 1 januari 2018 is een werknemer van 55 55,5 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. Vanaf 1 januari 2018 geldt deze ontheffing voor een werknemer van 56 jaar of ouder. 4. Een werknemer van 55 55,5 jaar of ouder, doch nog geen 60 jonger dan 60,5 jaar oudtot 1 januari 2018 en vanaf 1 januari 2018 een werknemer van 56 jaar of ou- der, doch jonger dan 61 jaar, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde eenzelf- de werkgever is en die wordt overge- plaatst overgeplaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen veranderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Tot 1 januari 2018: Bij een leeftijd van: 56 56,5 jaar 57,5 jaar 58,5 jaar 59,5 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden Vanaf 1 januari 2018: Bij een leeftijd van: 57 jaar 58 jaar 59 jaar 60 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 6060,5-jarige leeftijd voor 1 januari 2018, rspec- tievelijk de 61-jarige leeftijd vanaf 1 januari 2018 wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een Tot 1 januari 2018 zal een werknemer van 57,5 58 jaar of ouder, respectieve- lijk vanaf 1 januari 2018 zal een werknemer van 58,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige toekomstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 60,5 jaar of ouder voor 1 janu- ari 2018, respectievelijk van 61 jaar of ouder vanaf 1 januari 2018 uit een ploe- gendienst ploegendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing overplaat- sing worden gehandhaafd. 7. Wanneer voor 1 januari 2018 een werknemer van 60 60,5 jaar of ouder, respectievelijk vanaf 1 januari 2018 een werknemer van 61 jaar of ouder op grond van een medi- sche medische verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige overeen- komstige toepassing. 8. De werknemer van 60 60,5 jaar of ouder tot 1 januari 2018 en vanaf 1 janu- ari 2018 een werknemer van 61 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken on- afgebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien in- dien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen Partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie textielin- dustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én e´n hun gevoel van eigenwaarde én e´n hun materiële materie¨le positie zo weinig mogelijk worden wor- den aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe daartoe in het kader van het leeftijdsbewust leeftijdsbewuste personeelsbeleid tenminste ten- minste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering OR onderwerpen be- spreken bespreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming taakverrui- ming en taakroulatie. 3. Een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen 60 jaar oud, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst overgeplaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen techno- logische veranderingen in de onderneminghet bedrijf, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende gedu- rende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend voort- vloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, is wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75– 80% gedurende 4 3 maanden, vervolgens, - 50– 60% gedurende 4 3 maanden, vervolgens, – 40% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25– 20% gedurende 4 3 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. maanden NB: Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd wordt de in lid 4.a sub a. en 4.b vermelde b. ver- melde afbouw beëindigdbee¨indigd. 5. Een werknemer van 57,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie func- tie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige toekomstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder uit een ploe- gendienst ploegendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing over- plaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer een werknemer van 60 jaar of ouder op grond van een medi- sche medische verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen uit- oefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid leden 4 en 5 is dan van overeenkomstige over- eenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken onafge- broken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering met het periode-periode- inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen Partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-, Tapijt- en Textielindustrie textielin- dustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden wor- den aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe daartoe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste tenmin- ste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering OR onderwerpen be- spreken bespreken als werkoverlegwerk- overleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen 60 jaar oud, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst overgeplaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen techno- logische veranderingen in de onderneminghet bedrijf, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende gedu- rende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend voort- vloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, is wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75– 80% gedurende 4 3 maanden, vervolgens, - 50– 60% gedurende 4 3 maanden, vervolgens, – 40% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25– 20% gedurende 4 3 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. maanden NB: Bij het bereiken bereikten van de 60-jarige leeftijd wordt de in lid 4.a sub a. en 4.b vermelde b. ver- melde afbouw beëindigd. 5. Een werknemer van 57,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie func- tie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige salarisverhogingen toekomstige salaris verhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder uit een ploe- gendienst ploegendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing over- plaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer een werknemer van 60 jaar of ouder op grond van een medi- sche medische verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen uit- oefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid leden 4 en 5 is dan van overeenkomstige over- eenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken onafge- broken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing over plaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering met het periode-periode- inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-Interieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe daartoe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken bespreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een Tot 1 januari 2018 is een werknemer van 55 55,5 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. Vanaf 1 januari 2018 geldt deze ontheffing voor een werknemer van 56 jaar of ouder. 4. Een werknemer van 55 55,5 jaar of ouder, doch nog geen 60 jonger dan 60,5 jaar oudtot 1 januari 2018 en vanaf 1 januari 2018 een werknemer van 56 jaar of ouder, doch jonger dan 61 jaar, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst overgeplaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen veranderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Tot 1 januari 2018: Bij een leeftijd van: 56 56,5 jaar 57,5 jaar 58,5 jaar 59,5 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden Vanaf 1 januari 2018: Bij een leeftijd van: 57 jaar 58 jaar 59 jaar 60 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 6060,5-jarige leeftijd voor 1 januari 2018, rspectievelijk de 61-jarige leeftijd vanaf 1 januari 2018 wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een Tot 1 januari 2018 zal een werknemer van 57,5 58 jaar of ouder, respectievelijk vanaf 1 januari 2018 zal een werknemer van 58,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige toekomstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 60,5 jaar of ouder voor 1 januari 2018, respectievelijk van 61 jaar of ouder vanaf 1 januari 2018 uit een ploe- gendienst ploegendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer voor 1 januari 2018 een werknemer van 60 60,5 jaar of ouder, respectievelijk vanaf 1 januari 2018 een werknemer van 61 jaar of ouder op grond van een medi- sche medische verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 60,5 jaar of ouder tot 1 januari 2018 en vanaf 1 januari 2018 een werknemer van 61 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Oudere werknemers. 1. CAO-partijen zullen bevorderen, dat voor werknemers, die gedurende een groot deel van hun leven hun werkkracht in dienst van de Mode-, In- terieur-Interieur-, Tapijt- en Textielindustrie hebben gesteld en wier capaciteiten gaan verminderen, een redelijke regeling zal worden getroffen zodanig dat én hun gevoel van eigenwaarde én hun materiële positie zo weinig mogelijk worden aangetast. 2. De werkgever draagt zorg voor een goed personeelsbeleid en zal daar- toe in het kader van het leeftijdsbewust personeelsbeleid tenminste twee keer per jaar met de OR/PvT/Personeelsvergadering onderwerpen be- spreken bespreken als werkoverleg, functioneringsgesprekken, loopbaanbeleid, taakverruiming en taakroulatie. 3. Een werknemer van 55 jaar of ouder is ontheven van de verplichting tot het verrichten van overwerk. 4. Een werknemer van 55 jaar of ouder, doch nog geen 60 jaar oud, die 10 jaar of langer in dienst van eenzelfde werkgever is en die wordt overge- plaatst op medische indicatie, dan wel op grond van technologische ver- anderingen veranderingen in de onderneming, waartegen hij tengevolge van zijn ver- minderde verminderde capaciteiten niet meer is opgewassen, zal gedurende een pe- riode periode van 12 maanden geen uit de overplaatsing voortvloeiend geldelijk gelde- lijk nadeel ondervinden. De werkgever is gerechtigd, na deze 12 maanden het verschil tussen het oude periode-inkomen en het periode-inkomen in de nieuwe functie af te bouwen: a. De ploegentoeslag die in dit verschil begrepen is, wordt in dier voege afgebouwd, dat daarvan nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 4 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 4 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 4 maanden. b. Het overige verschil wordt in dier voege afgebouwd dat daarvan nog wordt gecompenseerd: Bij een leeftijd van: 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 75% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 50% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden 25% gedurende 3 maanden 4 maanden 5 maanden 6 maanden c. Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd wordt de in lid 4.a en 4.b vermelde afbouw beëindigd. 5. Een werknemer van 57,5 jaar of ouder zal bij plaatsing in een functie die in een lagere functiegroep is ingedeeld zijn salaris en het recht op toe- komstige salarisverhogingen behouden. 6. Bij overplaatsing van een werknemer van 60 jaar of ouder uit een ploe- gendienst naar een andere ploegendienst of naar de dagdienst zal de procentuele ploegentoeslag die geldt op het moment van overplaatsing worden gehandhaafd. 7. Wanneer een werknemer van 60 jaar of ouder op grond van een medi- sche verklaring zijn normale werkzaamheden niet meer kan uitoefenen kan hij overplaatsing naar een andere functie of een ander werkrooster vragen. Het bepaalde in lid 5 is dan van overeenkomstige toepassing. 8. De werknemer van 60 jaar of ouder, die tenminste 10 jaar onafgebroken in ploegendienst werkzaam is bij eenzelfde werkgever, kan op eigen ver- zoek verzoek naar een dagdienstfunctie worden overgeplaatst, indien daarvoor daar- voor mogelijkheden in de onderneming aanwezig zijn. De ploegentoeslag zal dan vanaf het tijdstip van overplaatsing in dier voege worden afgebouwd dat nog wordt gecompenseerd: - 75% gedurende 3 maanden, vervolgens, - 50% gedurende 3 maanden, en tenslotte, - 25% gedurende 3 maanden. 9. De werkgever zal eventuele uitkeringen krachtens de Ziektewet of de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering met het periode-inkomen verrekenen.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement