Common use of Vakantiedagen Clause in Contracts

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1a. Om een vijfdaagse werkweek te bereiken, verricht de werknemer op 52 dagen per jaar geen arbeid. De werknemersNaast deze 52 normale vrije dagen, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 heeft de werknemer vrij op vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld;zondagen en algemeen erkende feestdagen (zie paragraaf 3.10). b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang Het vakantiejaar loopt van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- 1 januari tot en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtmet 31 december. 2c. Een fulltimer krijgt elk vakantiejaar 25 vakantiedagen oftewel 190 uur per jaar. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op Het loon wordt tijdens de volgende extra vakantiedagen doorbetaald. d. Parttimers krijgen evenredig minder vakantiedagen. a. Bij e. Als een dienstverband werknemer 60 jaar wordt, krijgt hij er een vakantiedag per jaar bij. Met andere woorden: een fulltimer met een leeftijd vanaf 60 jaar heeft tot de pensioengerechtigde leeftijd jaarlijks recht op 26 vakantiedagen. Een parttimer heeft naar evenredigheid van 10 jaar 1 zijn uren recht op deze extra dag. f. Het recht op een extra vakantiedag Bij voor werknemers vanaf 55 jaar, is per 1 april 2008 komen te vervallen. Bestaande rechten blijven gehandhaafd. g. Als een dienstverband van 15 werknemer 25 jaar of langer bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 2 extra vakantiedagen Bij per jaar (met behoud van loon). h. Als een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van werknemer 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereiktbij dezelfde onderneming werkt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd vakantieda- gen per jaar (met behoud van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantieloon). c. Werknemers met i. Een werknemer die slechts een dienstverband deel van 25 het jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra in dienst is (geweest): krijgt evenredig minder vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenj. Een parttimer krijgt naar evenredigheid meer vakantiedagen als hij meer dan zijn normale arbeidsduur werkt. 4k. Alle opgebouwde vakantierechten, die niet binnen vijf jaar zijn opgenomen, komen te vervallen. Snipperdagen moeten tenminste 1 week Bij het opnemen van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, vakantiedagen worden de oudste rechten geacht als eerste te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk iszijn opgenomen. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten l. Indien het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet, hebben werknemers voorrang bij het verlenen van een vrije dag (als onbetaald verlof of een vakantiedag) bij een voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenhen geldende religieuze feestdag.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband Aan de werknemer met een werkgever bestaataanstelling conform artikel 4.a.c. die in de loonperiode van januari tot en met december tenminste 18 diensten gewerkt heeft, hebben gedurende wordt vakantierechten toegekend, en wel voor iedere 9 uur gewerkt ontstaat aanspraak op 1 verlofuur. Overuren worden hierbij niet meegeteld. Voor de overige werknemers met een volledig dienstverband bedraagt het vakantiejaar recht op: a. 25 aantal vakantiedagen, met behoud van loon, 26 dagen, uitgaande van werkdagen van 8 uur. Naast de basisvakantie wordt aan de werknemers met een volledig dienstverband op grond van leeftijd een extra verlof per kalenderjaar toegekend naar de volgende maatstaf: ingaande het kalenderjaar waarin zij de leeftijd bereiken van: 45 jaar - 1 verlofdag 50 jaar - 2 verlofdagen 55 jaar - 4 verlofdagen Bovenstaande extra verlofdagen op grond van leeftijd worden aangemerkt als bovenwettelijk verlof. 60 jaar - 5 verlofdagen 61 jaar - 6 verofdagen 62 jaar - 7 verlofdagen 63 jaar - 8 verlofdagen 64 jaar - 9 verlofdagen Bovenstaande extra verlofdagen op grond van leeftijd worden aangemerkt als wettelijk verlof en kunnen enkel worden genoten indien zij bij de aanvang werknemer tegelijkertijd geen gebruik maakt van het kalenderjaar generatiepact. Het extra verlof dient te worden opgenomen na de wettelijke vakantiedagen. Met wettelijke vakantiedagen wordt vier keer de arbeidsduur per week bedoeld. Deze niet opgenomen extra verlofdagen op grond van leeftijd van 18 vervallen een half jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van na het kalenderjaar waarin de het verlof opgebouwd is. Indien het verlofstuwmeer gebruikt wordt voor (vroeg)pensionering komen de extra verlofdagen op grond van leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtte vervallen. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben Het recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij vakantie en verlofdagen wordt gedurende het kalenderjaar per maand opgebouwd. De rechten die bij een ononderbroken volledig dienstverband van 10 12 maanden verworven zullen worden, worden echter op 1 januari van elk jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 als voorschot bij het oude saldo dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatiefbijgeboekt. 3. De werkgever kanVan het aantal vakantiedagen dat een werknemer ingevolge lid 1 van dit artikel toekomt, gedurende worden twee kalenderweken aaneengesloten in de contractperiode maanden mei t/m september verleend, terwijl de overgebleven dagen, te weten snipperdagen, afzonderlijk worden genoten. Werkgever en werknemer kunnen in onderling overleg komen tot gehele of gedeeltelijke samenvoeging van deze snipperdagen. Op verzoek van de werknemers zal in individuele gevallen zo mogelijk drie aaneengesloten weken vakantie worden verleend. Bij de functie van matroos/auto-opsteller alsmede auto-opsteller is het voor werknemers met een contract voor bepaalde tijd in principe mogelijk om één kalenderweek vrij te nemen in de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenperiode mei tot en met september. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd wordenDe werknemer kan de bovenwettelijke vakantiedagen (waaronder wordt begrepen de extra dagen voor oudere werknemers tot en met 55 jaar), tenzij dit door dringende omstandighedenalsmede de nog openstaande vakantiedagen uit een vorig vakantiejaar, voor zover hij deze niet wenst op te beoordelen door nemen: a. verkopen aan de werkgever, niet mogelijk is b. benutten voor de financiering van: - een fiets ten behoeve van woon-werk verkeer; - verbetering pensioenrechten. Op verzoek van de werknemer kunnen ook andere inkomenscomponenten worden ingezet ter financiering van het voorgaande. 5c. sparen voor opname op een later moment, waarbij voor deze dagen/uren de wettelijke verjaringstermijn van 5 jaar niet zal gelden. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten Ook tvt-uren kunnen voor (met de OR ) vastgestelde doeleindendit doel worden gespaard.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagenroostervrije dagen die door de werknemers dienen te worden opgenomen in het jaar waarin het verlofrecht is opgebouwd, anders komt het verlofrecht aan het einde van het jaar te vervallen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag roostervrije dag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagenroostervrije dagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantieroostervrije dagen, recht op 4 dagen extra vakantieroostervrije dagen. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantieroostervrije dagen, recht op 6 dagen vakantieextra roostervrije dagen. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagenroostervrije dagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagenextra roostervrije dagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele werknemer heeft per vakantiejaar een dienstverband wettelijke aanspraak op vakantie van 4 maal de overeengekomen arbeidsduur per week. Bovendien heeft de werknemer per vakantiejaar een bovenwettelijke aanspraak op vakantie. De aanspraak van de werknemer met een fulltime arbeidscontract bedraagt in totaal 200 uur of 25 dagen per jaar. Dit betekent dat per maand 2,08 vakantiedagen of 16,67 vakantie-uren worden opgebouwd. De werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij stelt de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in en vakantieduur vast na overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagenwerknemer, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij rekening houdend met het bedrijfsbelang én zoveel mogelijk in overeenstemming met de aanvang wens van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtwerknemer. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben De werknemer heeft recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra drie weken aaneengesloten vakantie, recht doch dient minimaal twee weken aaneengesloten op 4 dagen extra vakantiete nemen. Indien een In afwijking respectievelijk in aanvulling hierop geldt, dat de werknemer de leeftijd gerechtigd is meer dan vier weken aaneengesloten vakantie op te nemen, mits deze niet later eindigt dan 1 mei van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 enig jaar en de leeftijd niet eerder aanvangt dan 1 november van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 enig jaar en niet december valt. Deze vakantieaanvraag dient minimaal drie maanden voor de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatiefgewenste vakantie te worden ingediend. 3. De toekenning of afwijzing van de vakantiedagen geschiedt schriftelijk door de werkgever, een eenmaal toegekende vakantiedag kan niet eenzijdig door de werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenworden ingetrokken. 4. Snipperdagen moeten tenminste Indien verlof betreffende de zomerperiode voor 1 week van tevoren aangevraagd wordenjanuari voor enig jaar is aangevraagd, tenzij dit door dringende omstandighedendient de werkgever hierop voor 31 januari schriftelijk gemotiveerd te antwoorden indien het verzoek wordt afgewezen. Als op 1 februari geen antwoord is ontvangen en de werknemer de aanvraag aantoonbaar tijdig bij de werkgever had ingediend respectievelijk aan hem had toegezonden, te beoordelen door is de werkgever, niet mogelijk isaanvraag toegekend. 5. De Indien een meerdaags verlof is aangevraagd, dient de werkgever hierop binnen 1 maand schriftelijk te antwoorden. Indien na deze termijn geen antwoord is ontvangen en de werknemer de aanvraag aantoonbaar tijdig bij de werkgever had ingediend, respectievelijk aan hem had toegezonden, is gerechtigd om de aanvraag toegekend. 6. Indien een ééndagsverlof is aangevraagd, dient de werkgever hierop binnen 7 dagen schriftelijk te antwoorden. Indien na deze termijn geen antwoord is ontvangen en de werknemer de aanvraag aantoonbaar tijdig bij de werkgever had ingediend, respectievelijk aan hem had toegezonden, is de aanvraag toegekend. 7. Voor de werknemer met een parttime contract geldt een vakantierecht naar rato van de arbeidsuren per loonperiode. Het vakantierecht wordt opgebouwd over maximaal 10 bovenwettelijke 173,33 arbeidsuren per maand. 8. Voor de werknemer met een Afroepcontract wordt het recht op vakantiedagen per loonperiode omgezet in een geldelijke uitkering. Deze uitkering bedraagt het aantal vakantiedagen per jaar gedeeld door het aantal SVW dagen per jaar van het voor hem geldende basisuurloon en de daarop van toepassing zijnde toeslag bijzondere uren. 9. Gedurende zijn vakantie heeft de werknemer met een fulltime of parttime contract recht op betaling van zijn vakantieloon en vaste toeslagen. 10. De werkgever moet de werknemer in staat stellen vakantie overeenkomstig zijn recht op te zetten voor (nemen. De werknemer zal zich inspannen de vakantierechten zoveel mogelijk binnen één kalenderjaar op te nemen. 11. Bij het einde van het dienstverband heeft de werknemer met een fulltime of parttime contract recht op uitbetaling van alle opdat tijdstip nog niet genoten vakantiedagen. 12. Tijdens de OR ) vastgestelde doeleindendienstbetrekking zal de werkgever de niet genoten vakantiedagen niet uitbetalen anders dan in lid 8 vermeld. 13. bij aanvang, respectievelijk beëindiging van het dienstverband in de loop van het kalenderjaar, wordt de vakantieduur naar evenredigheid vastgesteld, afgerond op hele dagen in het voordeel van de werknemer.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtEen vakantiedag duurt 7,2 uur. 2. Werknemers Het vakantiejaar loopt van 1 juni tot en met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen31 mei. a. Bij 3. De werknemer die een fulltime dienstverband heeft, kan over elk vakantiejaar aanspraak maken op vakantie met behoud van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagenloon gedurende 24 arbeidsdagen (=172,8 vakantie-uren). b. Indien 4. Als een werknemer de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen 2 extra vakantievakantiedagen per vakantiejaar met behoud van loon (op fulltime basis). Indien Als een werknemer de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie3 extra vakantiedagen per vakantiejaar met behoud van loon (op fulltime basis). Als een werknemer de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt, heeft hij recht op 4 extra vakantiedagen per vakantiejaar met behoud van loon (op fulltime basis). c. Werknemers 5. Het aantal vakantiedagen waarop een parttime werknemer recht heeft, wordt naar verhouding vastgesteld. 6. De aanspraken op vakantiedagen van een werknemer die slechts een deel van het vakantiejaar in dienst van een werkgever is (geweest), worden evenredig verminderd. 7. Als een werknemer een vakantiedag heeft opgenomen en hij is arbeidsongeschikt, dan geldt deze dag niet als vakan- tiedag. 8. Bij langdurige (volledige) arbeidsongeschiktheid wordt uitsluitend over de laatste 6 maanden van de arbeidsongeschiktheid recht op vakantiedagen opgebouwd.‌ 9. Bij het einde van een dienstbetrekking die tenminste een maand heeft geduurd, heeft de werknemer aanspraak op vakantie. Het aantal vakantiedagen wordt berekend naar verhouding van het aantal volle maanden waarover hij nog geen vakantie heeft genoten. Uitbetaling van een evenredig loon als vervanging van vakantiedagen is uitsluitend toegestaan bij beëindiging van het dienstverband. Toelichting artikel 16. Vakantiedagen Hoe wordt het aantal vakantiedagen van een parttimer berekend? Ga als volgt te werk: Stap 1: Ga uit van een fulltime dienstverband, dat wil zeggen 172,8 uren (24 dagen x 7,2 uren). Tel hierbij de eventuele leeftijdsdagen/-uren) op. Stap 2: Neem het percentage waarvoor de werknemer in dienst is (wat in de arbeidsovereenkomst is afgesproken). Stap 3: Vermenigvuldig dit percentage met het totaal aantal uren uit stap 1. Voorbeeld 1: Een werknemer van 20 jaar met een dienstverband van 25 50% (=18 uur per week). 172,8 uur x 50 % = 86,4 uur Voorbeeld 2: Een werknemer van 57 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar 60%. 100% dienstverband = 172,8 uur (=24 dagen van 7,2 uur) 55-jarige toeslag: + 21,6 uur ( = 3 dagen van 7,2 uur) totaal 194,4uur (= 27 dagen van 7,2 uur) 60 % x 194,4 uur = 116,6 uur (16,2 dagen van 7,2 uur) Xxxxxxx vakantiedagen heeft een werknemer die 4 dagen van 9 uur werkt? De branche heeft een 36-urige werkweek en een vijfdaagse werkweek. Een werkdag en dus ook een vakantiedag heeft 7,2 uren. Een werknemer die 4 dagen van 9 uur werkt, werkt 36 uur en is dus een fulltimer. Bij de leeftijd berekening van 55 jaar en ouder hebben de vakantiedagen van een werknemer die 4 x 9 uur werkt, rekent u het makkelijkst met vakantie-uren. Dus: Een fulltime werknemer heeft recht op 8 vakantiedagenop: 24 dagen x 7,2 uren = 172,8 vakantie-uren. De dagen genoemd onder a. en c. Je kunt dit omrekenen naar zijn 9-urige werkdag: 172,8 : 9 = 19,2 vakantiedagen van dit lid zijn niet cumulatief9 uur. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1a. Om een vijfdaagse werkweek te bereiken, verricht de werknemer op 52 dagen per jaar geen arbeid. De werknemersNaast deze 52 normale vrije dagen, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 heeft de werknemer vrij op vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld;zondagen en algemeen erkende feestdagen (zie paragraaf 3.10). b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang Het vakantiejaar loopt van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- 1 januari tot en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtmet 31 december. 2c. Een fulltimer krijgt elk vakantiejaar 25 vakantiedagen oftewel 190 uur per jaar. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op Het loon wordt tijdens de volgende extra vakantiedagen doorbetaald. d. Parttimers krijgen evenredig minder vakantiedagen. a. Bij e. Als een dienstverband van 10 werknemer 55 jaar 1 wordt, krijgt hij er per jaar een vakantiedag bij. Daar komt nog een extra vakantiedag Bij bij als hij de 60 jarige leeftijd heeft bereikt. Met andere woorden: een dienstverband fulltimer met een leeftijd van 15 55 – 60 jaar heeft recht op 26 vakantiedagen. Vanaf 60 jaar heeft hij recht op 27 vakantiedagen. Een parttimer heeft naar evenredigheid van zijn uren recht op deze extra dag(en). f. Het recht op een extra vakantiedag voor werknemers vanaf 55 jaar, komt per 1 april 2008 te vervallen. Bestaande rechten blijven gehandhaafd. g. Als een werknemer 25 jaar of langer bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 2 extra vakantiedagen Bij per jaar (met behoud van loon). h. Als een dienstverband van 20 werknemer 40 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband per jaar (met behoud van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantieloon). c. Werknemers met i. Een werknemer die slechts een dienstverband deel van 25 het jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra in dienst is (geweest): krijgt evenredig minder vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenj. Een parttimer krijgt naar evenredigheid meer vakantiedagen als hij meer dan zijn normale arbeidsduur werkt. 4k. Opgebouwde vakantierechten, die niet binnen vijf jaar zijn opgenomen, komen te vervallen. Snipperdagen moeten tenminste 1 week Bij het opnemen van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, vakantie- of snipperdagen worden de oudste rechten geacht als eerste te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk iszijn opgenomen. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten l. Indien het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet, hebben werknemers voorrang bij het verlenen van een vrije dag (als onbetaald verlof of een vakantiedag) bij een voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenhen geldende religieuze feestdag.

Vakantiedagen. 1De medewerker bouwt per maand vakantierechten op tot een totaal van 25 dagen per jaar. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de ‘wettelijke vakantiedagen’ (het aantal dat overeenkomt met vier maal de overeengekomen arbeidsduur per week) en de daarboven bedongen ‘bovenwettelijke vakantiedagen’. Werkt de medewerker korter dan een jaar, dan worden de vakantiedagen naar evenredigheid berekend. Hierbij wordt een halve maand en meer naar boven afgerond, minder dan een halve maand naar beneden. Aan de medewerker die onafgebroken drie jaren in dienst is, wordt één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 26 dagen bedraagt. Aan de medewerker die onafgebroken vijf jaren in dienst is, wordt wederom één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 27 dagen bedraagt. Aan de medewerker die onafgebroken zes jaren in dienst is, wordt wederom één loyaliteitsdag toegekend zodat het totale verlof 28 dagen bedraagt. Tijdens zwangerschaps- en bevallingsverlof en tijdens ziekte bouwt de medewerker eveneens vakantiedagen op. De werknemersvakantiedagen waar de medewerker recht op heeft volgens de wettelijke regeling (de wettelijke dagen) mogen niet in geld uitgekeerd worden zolang het arbeidscontract voortduurt (het is immers een recht op vrije tijd). Na verloop van achttien maanden na toekenning komen de niet-opgenomen wettelijke dagen te vervallen, ten aanzien zonder dat hier een financiële vergoeding tegenover staat. Het is de werkgever niet toegestaan om (wettelijke) vakantiedagen af te kopen gedurende de looptijd van wie gedurende het gehele vakantiejaar de arbeidsovereenkomst. Voor bovenwettelijke vakantiedagen geldt een dienstverband met een werkgever bestaatvervaltermijn van vijf jaren na toekenning. In beginsel wordt aangenomen dat eerst de dagen van de wettelijke regeling opgenomen worden en vervolgens de extra (bovenwettelijke) dagen. Wanneer er vakantierechten van voorgaande jaren bestaan, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij dan worden eerst deze oude vakantierechten opgenomen. Voorts kan de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze medewerker ervoor kiezen om bovenwettelijke vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het in geld uit te laten keren. Het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal wordt door de werkgever vastgesteld in overleg met en overeenkomstig de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij wensen van de aanvang van het kalenderjaar medewerker tenzij gewichtige redenen voor de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantiewerkgever zich tegen die wensen verzetten. Indien een werknemer de leeftijd werkgever niet binnen twee weken nadat de medewerker zijn wensen schriftelijk kenbaar heeft gemaakt, schriftelijk aan de medewerker gewichtige redenen heeft aangevoerd, is de vakantie vastgesteld overeenkomstig de wensen van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantiede medewerker. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien Het vakantiejaar loopt van wie 1 januari tot en met 31 december. Het recht op vakantie ontstaat gedurende het gehele een vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip naar gelang van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang tijd dat het dienstverband gedurende dat vakantiejaar heeft bestaan. Bij een deeltijd dienstverband vindt opbouw van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtvakantiedagen pro rato plaats. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht Een werknemer die tijdens de vakantie ziek wordt, behoudt aanspraak op de volgende extra door ziekte gemiste vakantiedagen. a. Bij een dienstverband , mits betrokkene zich op de voorgeschreven wijze ziek meldt en mits gedurende de ziekte recht bestaat op doorbetaling van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatiefloon. 3. De werkgever kan, gedurende Het management stelt de contractperiode in vakanties vast na overleg met de OR werknemer. Het management zal bij vaststelling van de zomervakanties zoveel mogelijk rekening houden met gebondenheid van de werknemer aan schoolvakanties, vaste vakanties van de partner (bijvoorbeeld bouwvak) waarmee de werknemer gehuwd is of duurzaam samenleeft en andere factoren die de werknemer dwingen de zomervakantie binnen een bepaalde periode op te nemen. Voor werknemers die in ploegendienst werken, zal bij de vaststelling van vakanties rekening moeten worden gehouden met de continuïteit van het ploegenrooster. De aanvraag voor maximaal 4 brugdagende zomervakantie dient voor 31 december ingeleverd te zijn. Werkgever draagt er zorg voor, verplichte snipperdagen vaststellendat de indeling voor 31 januari bekend is. Een ieder die na 31 december de verlofaanvraag indient, heeft geen recht meer op persoonlijke voorkeur maar is afhankelijk van de voor 31 december ingediende aanvragen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week De aanvraag voor het opnemen van tevoren aangevraagd wordenvakantiedagen dient tijdig te worden ingediend bij het management, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door zodat er zoveel mogelijk met de werkgever, niet mogelijk iswensen van de werknemer rekening kan worden gehouden. 5. Het opnemen van 5 of meer vakantiedagen dient ten minste vijf weken voor de eerst geplande vakantiedag te worden aangevraagd, tenzij naar oordeel van de werkgever de bedrijfsomstandigheden een kortere periode toestaan. 6. Aanvragen van vakantiedag(en), waarbij een beroep op de diensten van de PMT wordt gedaan, dienen minimaal 5 dagen direct voorafgaand aan de eerst geplande vakantiedag te worden ingediend. 7. Indien de PMT een OMR- of OMX-weekend vrij van dienst wenst te zijn, moet hij ‘fictief’ verlof aanvragen bij het management. De PMT heeft recht op 10 ‘fictieve’ weekenden per jaar. 8. Het is slechts mogelijk vakantie op te nemen in hele of halve dagen. 9. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen tenminste éénmaal per jaar drie weken aaneengesloten vakantie op te nemen. 10. Werkgever is bevoegd voor de dagdienst werknemers twee vakantiedagen per jaar als verplichte snipperdagen aan te wijzen. 11. Vakantierechten vervallen na verloop van vijf jaar, gerekend vanaf het einde van het kalenderjaar van het ontstaan van de vakantierechten. Werkgever beoogt echter dat de werknemer zijn in het vakantiejaar opgebouwde vakantiedagen zoveel mogelijk in hetzelfde jaar opneemt. 12. Het is toegestaan om alle niet opgenomen vrije tijdsaanspraken (vakantie/ADV/tijd voor tijd) mee te zetten nemen naar het volgend jaar. De werknemer kan om uitbetaling van de meegenomen bovenwettelijke vrije tijdsaanspraken verzoeken, wanneer in ieder geval aan het wettelijk minimum vakantie vereiste (4 maal de wekelijkse arbeidsduur) is voldaan en voor zover er 10 meegenomen verlofdagen blijven staan. De uitbetaling per ingeleverde vakantiedag zal plaatsvinden volgens de volgende formule, te weten: 0,5% maal 13,96 maal het voor de werknemer geldende basis maandsalaris. De aanvraag voor uitbetaling van niet opgenomen (met de OR boven) vastgestelde doeleindenwettelijke vrije tijdsaanspraken dient uiterlijk voor 15 december van het betreffende jaar bij werkgever ingediend te zijn en wordt uitgekeerd bij het salaris van januari.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien Opbouw van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht opwettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang De werknemer met een volledige werkweek bouwt per maand 1,6667 wettelijke vakantiedag op. Dit betekent 20 wettelijke vakantiedagen op jaarbasis. b. De werknemer met een volledige werkweek bouwt bovenwettelijke vakantiedagen als volgt op: • 18 jaar of ouder: per maand 0,4167 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 5 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis. • jonger dan 18 jaar: per maand 0,6667 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 8 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis. De leeftijd aan het begin van het kalenderjaar is bepalend. Tijdens verlof in het kader van de leeftijd levensloopregeling bouwt de werknemer geen vakantieda- gen op. 2. De werknemer die op 1 maart van enig jaar 55 jaar of ouder is, heeft recht op extra bovenwettelijke vakantiedagen: 55-57 jaar 1 dag per jaar 58-59 jaar 2 dagen per jaar 60-61 jaar 3 dagen per jaar 62 jaar 4 dagen per jaar 63 jaar 5 dagen per jaar 64 jaar 6 dagen per jaar 3. De werknemer die op 1 maart van enig jaar in totaal 10 of meer jaren dan wel 120 of meer maanden, in dienst is bij dezelfde werkgever, heeft per jaar recht op extra bovenwettelijke vakantiedagen: 10-20 jaar of 120-240 maanden 1 dag per jaar 20-30 jaar of 240-360 maanden 2 dagen per jaar 30 jaar of 360 maanden of meer 3 dagen per jaar Hiervoor worden afzonderlijke dienstverbanden, al of niet aaneengesloten, bij elkaar opgeteld. a. De werknemer van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip of ouder kan van de dagen die zijn opgebouwd op grond van lid 1, 15 aaneengesloten vakantie zal in overleg dagen opnemen, tenzij de bedrijfsomstandigheden zich hiertegen verzetten. Als de bedrijfsomstandigheden zich verzetten tegen het opnemen van vakantiedagen over een aaneengesloten periode, heeft de werknemer met de OR worden vastgesteld;een dienstverband van 6 maanden of meer recht op 10 aaneengesloten vakantiedagen. b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd De werknemer van 18 jaar nog of ouder met kwalificatieplichtige kinderen jonger dan 18 jaar: • mag tijdens de schoolvakantie in de zomer 10 aaneengesloten vakantiedagen opnemen. • kan niet hebben bereiktverplicht worden om te werken in het weekend direct voorafgaand of direct aansluitend op deze 10 dagen. c. De werknemer jonger dan 18 jaar kan van de dagen die zijn opgebouwd op grond van lid 1 sub b 18 aaneengesloten vakantiedagen opnemen, tenzij de bedrijfsomstandigheden zich hiertegen verzetten. In dat geval kan de werknemer tenminste 15 aaneengesloten vakantiedagen opnemen. d. Op de snipperdagen vakantiedagen worden feest- en gedenkdagen, als gedenkdagen zoals bedoeld in artikel 14 onder c.26 sub c, d. d en e. e, in mindering gebracht. 25. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben De werkgever heeft het recht om 2 vakantiedagen tijdig aan te wijzen. 6. De werknemer heeft het recht om één keer per 2 jaar 35 vakantiedagen aaneengesloten op te nemen. Daarbij gelden de volgende extra vakantiedagenvoorwaarden: a. De werknemer heeft voor de aanvang van deze verlofperiode voldoende vakantiedagen opgebouwd. a. Bij een dienstverband b. De werknemer heeft het verzoek ten minste 12 maanden voor aanvang van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. de verlofperiode bij de werkgever ingediend en de periode is in overleg tussen de werkgever en de werknemer vastgesteld. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. artikel 7:640A van dit artikel recht heeft op minder dan 4 het Burgerlijk Wetboek een deel van het benodigde aantal vakantiedagen zou vervallen per 1 juli, wordt de vervaltermijn voor die dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer verlengd tot en met het einde van de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantiegeplande verlofperiode. c. Werknemers Het bedrijfsbelang en met een dienstverband name de planning van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn werkzaamheden verzetten zich niet cumulatieftegen het verlof. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1a. Om een vijfdaagse werkweek te bereiken, verricht de werknemer op 52 dagen per jaar geen arbeid. De werknemersNaast deze 52 normale vrije dagen, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 heeft de werknemer vrij op vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld;zondagen en algemeen erkende feestdagen (zie paragraaf 3.10). b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang Het vakantiejaar loopt van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- 1 januari tot en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtmet 31 december. 2c. Een fulltimer krijgt elk vakantiejaar 25 vakantiedagen oftewel 190 uur per jaar. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op Het loon wordt tijdens de volgende extra vakantiedagen doorbetaald. d. Parttimers krijgen evenredig minder vakantiedagen. a. Bij e. Als een dienstverband werknemer 60 jaar wordt, krijgt hij er per jaar een vakantiedag bij. Met andere woorden: een fulltimer met een leeftijd vanaf 60 jaar heeft recht op 26 vakantiedagen. Een parttimer heeft naar evenredigheid van 10 jaar 1 zijn uren recht op deze extra dag. f. Het recht op een extra vakantiedag Bij voor werknemers vanaf 55 jaar, is per 1 april 2008 komen te vervallen. Bestaande rechten blijven gehandhaafd. g. Als een dienstverband van 15 werknemer 25 jaar of langer bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 2 extra vakantiedagen Bij per jaar (met behoud van loon). h. Als een dienstverband van 20 werknemer 40 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband per jaar (met behoud van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantieloon). c. Werknemers met i. Een werknemer die slechts een dienstverband deel van 25 het jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra in dienst is (geweest): krijgt evenredig minder vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenj. Een parttimer krijgt naar evenredigheid meer vakantiedagen als hij meer dan zijn normale arbeidsduur werkt. 4k. Alle opgebouwde vakantierechten, die niet binnen vijf jaar zijn opgenomen, komen te vervallen. Snipperdagen moeten tenminste 1 week Bij het opnemen van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, vakantie- of snipperdagen worden de oudste rechten geacht als eerste te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk iszijn opgenomen. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten l. Indien het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet, hebben werknemers voorrang bij het verlenen van een vrije dag (als onbetaald verlof of een vakantiedag) bij een voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenhen geldende religieuze feestdag.

Vakantiedagen. 1. Het vakantiejaar voor vakantiedagen loopt van 1 januari tot en met 31 december. 2. De werknemers, ten aanzien werknemer heeft jaarlijks recht op in totaal 304 vakantie-uren (=38 dagen). Deze bestaan uit 160 wettelijke vakantie-uren (zijnde 20 dagen maal 8 uur) en 144 bovenwettelijke vakantie-uren (zijnde 18 dagen maal 8 uur). 3. Indien de werknemer in de loop van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar in dienst treedt, resp. de dienst verlaat, heeft deze recht op:op een naar evenredigheid (naar rato) berekend aantal vakantie-uren. Dat wil dus zeggen dat als iemand half in het jaar uit dienst gaat en alle vakantiedagen dan al opgenomen heeft er een terugbetaling moet plaatsvinden door werknemer aan werkgever. a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten 4. De vakantie zal wordt in overleg met de OR werkgever vastgesteld. Er kunnen maximaal 120 vakantie uren (zijnde 15 dagen) aaneengesloten worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij opgenomen. In onderling overleg kan hiervan worden afgeweken. Werknemer is gehouden de aanvang van het kalenderjaar 20 wettelijk verplichte vakantiedagen ieder jaar op te nemen. Werkgever dient er voor te zorgen dat werknemer hiertoe in de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk isgelegenheid wordt gesteld. 5. De In overleg tussen werknemer is gerechtigd om maximaal 10 en werkgever kunnen de bovenwettelijke dagen (1 in totaal): - Gewoon worden opgenomen; - Doorgeschoven worden naar een volgend jaar om ze t.z.t. op te nemen; - Uitbetaald worden tegen het bruto uurloon vermeerderd met 50% opslag. Definitie van bruto uurloon: Bruto maandloon / gemiddeld aantal uren per maand (=173 1/3). (=uren per jaar / 12 ofwel [52 weken * 40 uur] / 12 = 173 1/3) 6. De werkgever is bevoegd om jaarlijks, collectieve vakantiedagen vast te stellen tot een maximum van twaalf dagen per kalenderjaar. Dit is met name bedoeld om het onverwacht wegvallen van het sorteerwerk initieel op te vangen. 7. Gedurende de vakantie mag de werknemer geen betaalde beroepsarbeid, van welke aard dan ook, voor derden verrichten. 8. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, vervalt ieder vorderingsrecht tot toekenning van de wettelijke vakantie-uren na verloop van drie jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste vervallen geacht het eerst te zetten voor (met worden gerealiseerd. 9. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, verjaart ieder vorderingsrecht tot toekenning van de OR ) vastgestelde doeleindenbovenwettelijke vakantie-uren na verloop van vijf jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste verjaren geacht het eerst te worden gerealiseerd.

Vakantiedagen. 1. Iedere werknemer heeft – met inachtneming van het hierna bepaalde – per kalenderjaar recht op een vakantie van tenminste vijfentwintig werkdagen, met behoud van salaris. De werknemerswerknemer die per 1 januari van enig jaar 35, ten 45 of 55 jaar en ouder is, heeft – met ingang van dat jaar – boven het hiervoor genoemde aantal dagen recht op respectievelijk 1,2 of 3 werkdagen extra vakantie, mits hij per 1 januari van het betreffende jaar tenmin- ste vijf onmiddellijk daaraan voorafgaande jaren in het notariaat werkzaam is geweest. Onder werkdag wordt verstaan de dag waarop werkzaamheden wor- den verricht, hetzij in volledige, hetzij in onvolledige dagtaak. De zaterdag wordt niet als werkdag beschouwd. De vakantie moet – tenzij anders overeengekomen, danwel het aan- tal vakantiedagen daartoe ontoereikend is – voor de duur van ten- minste twee weken aaneengesloten worden genoten in de eerste elf maanden van het kalenderjaar. Ten aanzien van wie gedurende drie vakantiedagen (begrepen in de hiervoor ge- noemde aantallen vakantiedagen) kan de werkgever bepalen zulks bij voorkeur in het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang begin van het kalenderjaar – dat die vakantiedagen door de leeftijd van 18 jaar hebben bereiktwerknemer op drie door hem, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen werkgever, vast te stellen dagen als ,,verplichte snipperdagen’’ worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers Voor werknemers, met wie een langdurig dienstverband hebben arbeidsduur van minder dan vijf dagen per week is overeengekomen, wordt het in dit artikel bedoelde aantal vakantiedagen naar evenredigheid van het aantal bedongen arbeidsdagen per week vastgesteld. a. Met ingang van het kalenderjaar 1996 is een werkdag extra vakantie toegekend aan werknemers die per 1 januari van dat jaar of daaropvolgende jaren 55, 56, 57, 58 of 59 jaar zijn en mits zij per 1 januari van dat betreffende jaar ten minste vijf onmiddel- lijk daaraan voorafgaande jaren in het notariaat werkzaam zijn geweest. Het recht op de volgende in dit lid bedoelde extra vakantiedagenvakantiedag vervalt bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd. a. Bij een dienstverband b. Met ingang van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband het kalenderjaar 1997 is, in het kader van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.de

Vakantiedagen. 1Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar werknemer heeft recht op: a. op 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang op basis van een fulltime dienstverband. In geval van parttime medewerkers en MUP-krachten wordt het recht op vakantiedagen bepaald naar rato van het kalenderjaar aantal verloonde uren. De medewerkers die op 1 januari 2009 al in dienst zijn en recht hebben op meer dan 25 vakantiedagen behouden dat recht, maar dit wordt niet verder meer verhoogd. Vanaf 1 januari 2018 wordt voorgaande alinea (vanaf de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, werknemer heeft tot en met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 verder meer verhoogd) vervangen door: De werknemer heeft recht op 23 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang op basis van een fulltime dienstverband. De medewerkers die op 1 januari 2018 al in dienst zijn en recht hebben op meer dan 23 vakantiedagen behouden dat recht. In geval van parttime medewerkers en MUP-krachten wordt het recht op vakantiedagen bepaald naar rato van het kalenderjaar aantal verloonde uren. Indien de leeftijd werknemer overuren maakt worden hierover geen vakantiedagen opgebouwd. Om in geval van 18 jaar nog niet hebben bereikteen parttime medewerker of een MUP-kracht het recht op vakantiedagen te kunnen berekenen, moet werkgever het aantal verloonde uren per betalingsperiode vermenigvuldigen met 8,85% (23 vakantiedagen = 23 : 260 (werkbare dagen) x 100% = 8,85%) (bij 23 vakantiedagen). Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagenBestaande rechten, voor zover er sprake is van opvolgend werkgever als bedoeld in artikel 14 onder c.3.2.1 en 3.4.1, d. en e. alsmede bestaande rechten van werknemers die op 1 januari 2018 reeds in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht dienst waren bij werkgever, worden gerespecteerd, dat wil zeggen: 25 vakantiedagen = 25 : 260 (werkbare dagen) x 100% = 9,62% 26 vakantiedagen = 26 : 260 (werkbare dagen) x 100% = 10,00% 27 vakantiedagen = 27 : 260 (werkbare dagen) x 100% = 10,38% Onder bestaande rechten in bovenstaande alinea wordt verstaan: het aantal vakantiedagen zoals opgenomen op de volgende extra laatste loonstrook dan wel laatste vakantiekaart. De werknemer die op 31 december 2017 al in dienst was en meer dan 23 vakantiedagen had, behoudt dit aantal vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een parttime werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt30 uur verloond krijgt per betalingsperiode, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, is bij een recht op 6 dagen vakantie23 vakantiedagen het recht op vakantiedagen 30 x 8,85% = 2,66 uur. c. Werknemers met een dienstverband Artikel 4.1 bepaalt de vakantierechten van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagenwerknemer in tijd. De dagen genoemd onder a. eventuele uitbetaling van verlofdagen wordt geregeld in artikel 1.4.4 en c. van dit lid zijn niet cumulatiefartikel 5.4.1. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien Opbouw van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht opwettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij De werknemer met een volledige werkweek bouwt per maand 1,6667 wettelijke vakantiedag op. Dit betekent 20 wettelijke vakantiedagen op jaarbasis. b. Tot 1 januari 2017 bedraagt de aanvang opbouw van bovenwettelijke vakantiedagen voor de werknemer met een volledige werkweek: • die 18 jaar of ouder is: per maand 0,4167 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 5 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis,. • die jonger is dan 18 jaar: per maand 0,6667 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 8 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis. De leeftijd aan het begin van het kalenderjaar is bepalend. Tijdens verlof in het kader van de leeftijd levensloopregeling bouwt de werknemer geen vakantiedagen op. Met ingang van 1 januari 2017 bedraagt de opbouw van bovenwettelijke vakantiedagen voor de werknemer met een volledige werkweek: • die 18 jaar of ouder is: per maand 0,5 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 6 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis,. • die jonger is dan 18 jaar: per maand 0,75 bovenwettelijke vakantiedag. Dit betekent 9 bovenwettelijke vakantiedagen op jaarbasis. 2. De werknemer die op 1 maart van enig jaar 55 jaar of ouder is, heeft recht op extra bovenwettelijke vakantiedagen: 55–57 jaar 1 dag per jaar 58–59 jaar 2 dagen per jaar 60–61 jaar 3 dagen per jaar 62 jaar 4 dagen per jaar 63 jaar 5 dagen per jaar 64 jaar 6 dagen per jaar 3. De werknemer die op 1 maart van enig jaar in totaal 10 of meer jaren dan wel 120 of meer maanden, in dienst is bij dezelfde werkgever, heeft per jaar recht op extra bovenwettelijke vakantiedagen: 10–20 jaar of 120–240 maanden 1 dag per jaar 20–30 jaar of 240–360 maanden 2 dagen per jaar 30 jaar of 360 maanden of meer 3 dagen per jaar Hiervoor worden afzonderlijke arbeidsovereenkomsten, al of niet aaneengesloten, bij elkaar opgeteld. a. De werknemer van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip of ouder kan van de dagen die zijn opgebouwd op grond van lid 1, 15 aaneengesloten vakantie zal in overleg dagen opnemen, tenzij de bedrijfsomstandigheden zich hiertegen verzetten. Als de bedrijfsomstandigheden zich verzetten tegen het opnemen van vakantiedagen over een aaneengesloten periode, heeft de werknemer met de OR worden vastgesteld;een arbeidsovereenkomst van 6 maanden of meer recht op 10 aaneengesloten vakantiedagen. b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd De werknemer van 18 jaar nog of ouder met kwalificatieplichtige kinderen jonger dan 18 jaar: • mag tijdens de schoolvakantie in de zomer 10 aaneengesloten vakantiedagen opnemen. • kan niet hebben bereiktverplicht worden om te werken in het weekend direct voorafgaand of direct aansluitend op deze 10 dagen. c. De werknemer jonger dan 18 jaar kan van de dagen die zijn opgebouwd op grond van lid 1 sub b 18 aaneengesloten vakantiedagen opnemen, tenzij de bedrijfsomstandigheden zich hiertegen verzetten. In dat geval kan de werknemer tenminste 15 aaneengesloten vakantieda- gen opnemen. d. Op de snipperdagen vakantiedagen worden feest- en gedenkdagen, als gedenkdagen zoals bedoeld in artikel 14 onder c.26 sub c, d. d en e. e, in mindering gebracht. 25. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben De werkgever heeft het recht om 2 vakantiedagen tijdig aan te wijzen. 6. De werknemer heeft het recht om één keer per 2 jaar 35 vakantiedagen aaneengesloten op te nemen. Daarbij gelden de volgende extra vakantiedagenvoorwaarden: a. De werknemer heeft voor de aanvang van deze verlofperiode voldoende vakantiedagen opgebouwd. a. Bij een dienstverband b. De werknemer heeft het verzoek ten minste 12 maanden voor aanvang van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. de verlofperiode bij de werkgever ingediend en de periode is in overleg tussen de werkgever en de werknemer vastgesteld. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. artikel 7:640A van dit artikel recht heeft op minder dan 4 het Burgerlijk Wetboek een deel van het benodigde aantal vakantiedagen zou vervallen per 1 juli, wordt de vervaltermijn voor die dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer verlengd tot en met het einde van de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantiegeplande verlofperiode. c. Werknemers Het bedrijfsbelang en met een dienstverband name de planning van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn werkzaamheden verzetten zich niet cumulatieftegen het verlof. 38. De werkgever kanen de werknemer kunnen in onderling overleg besluiten dat bovenwettelijke vakantiedagen die niet zijn opgenomen, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenworden uitbetaald. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1a. Om een vijfdaagse werkweek te bereiken, verricht de werknemer op 52 dagen per jaar geen arbeid. De werknemersNaast deze 52 normale vrije dagen, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 heeft de werknemer vrij op vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld;zondagen en algemeen erkende feestdagen (zie paragraaf 3.10). b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang Het vakantiejaar loopt van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- 1 januari tot en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtmet 31 december. 2c. Een fulltimer krijgt elk vakantiejaar 25 vakantiedagen oftewel 190 uur per jaar. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op Het loon wordt tijdens de volgende extra vakantiedagen doorbetaald. d. Parttimers krijgen evenredig minder vakantiedagen. a. Bij e. Als een dienstverband werknemer 60 jaar wordt, krijgt hij er een vakantiedag per jaar bij. Met andere woorden: een fulltimer met een leeftijd vanaf 60 jaar heeft tot de pensioengerechtigde leeftijd jaarlijks recht op 26 vakantiedagen. Een parttimer heeft naar evenredigheid van 10 jaar 1 zijn uren recht op deze extra dag. f. Het recht op een extra vakantiedag Bij voor werknemers vanaf 55 jaar, is per 1 april 2008 komen te vervallen. Bestaande rechten blijven gehandhaafd. g. Als een dienstverband van 15 werknemer 25 jaar of langer bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 2 extra vakantiedagen Bij per jaar (met behoud van loon). h. Als een dienstverband van 20 werknemer 40 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband per jaar (met behoud van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantieloon). c. Werknemers met i. Een werknemer die slechts een dienstverband deel van 25 het jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra in dienst is (geweest): krijgt evenredig minder vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenj. Een parttimer krijgt naar evenredigheid meer vakantiedagen als hij meer dan zijn normale arbeidsduur werkt. 4k. Alle opgebouwde vakantierechten, die niet binnen vijf jaar zijn opgenomen, komen te vervallen. Snipperdagen moeten tenminste 1 week Bij het opnemen van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, vakantiedagen worden de oudste rechten geacht als eerste te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk iszijn opgenomen. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten l. Indien het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet, hebben werknemers voorrang bij het verlenen van een vrije dag (als onbetaald verlof of een vakantiedag) bij een voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenhen geldende religieuze feestdag.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband Een werknemer met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar 40-urige werkweek (fulltime dienstverband) heeft per kalenderjaar op basis van een fulltime dienstverband recht op: a. op 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang met behoud van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereiktloon, met dien verstande dat van deze vakantiedagen waarvan minimaal 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de als aaneengesloten vakantie zal moeten worden opgenomen. Opnemen van vakantiedagen dient te allen tijde in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtwerkgever te geschieden. 2. Indien een werknemer werkzaamheden verricht op een vaartuig die stilligweken kent, dient in deze periode vakantie te worden opgenomen. 3. Een werknemer die werkzaam is in de systeemvaart heeft geen recht op vrije dagen. De werknemer in de systeemvaart bouwt voor iedere dag die hij werkt één dag verlof op. De factor “vakantiedagen” is bij deze verlofdag al inbegrepen. Als werknemer extra dagen werkt boven het bekende systeem, dan worden daar geen extra dagen aan toegekend. 4. Werknemers met een langdurig dienstverband die 55 jaar en ouder zijn hebben recht op de volgende navolgende extra vakantiedagenvakantie dagen: 55 t/m 59 jaar : 2 dagen 60 jaar : 3 dagen 61 jaar : 4 dagen 62 jaar : 5 dagen 63 jaar : 6 dagen 64 jaar en ouder : 7 dagen De extra aanspraken op ouderenverlof zijn gemaakt om de werkdruk voor oudere werknemers te verminderen waardoor uitval van arbeidsongeschiktheid zal verminderen en zodoende werknemers in staat stelt gezond hun pensioen te bereiken. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 5. Werknemers die werkzaam zijn in de systeemvaart ontvangen de extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien dagen uitbetaald in de maand augustus; werkt een werknemer de 12 uur per dag, dan ontvangt hij bij een leeftijd van 50 jaar bereiktbijvoorbeeld 55 jaar, heeft hij24 meer-uren voor 100%. 6. Indien geen aanspraak bestaat op loon (bijv. i.v.m. ouderschapsverlof, indien hij op grond schorsing zonder behoud van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantieloon, recht op 4 dagen extra vakantieongeoorloofd werkverzuim etc.) bouwt de medewerker geen vakantiedagen op. 7. Indien een werknemer na 1 januari in dienst treedt of in de leeftijd loop van 55 het jaar bereiktde organisatie verlaat, wordt het aantal vakantiedagen bepaald op 1/12 deel voor elke maand dat het dienstverband in dat jaar heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantiegeduurd. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagenroostervrije dagen die door de werknemers dienen te worden opgenomen in het jaar waarin het verlofrecht is opgebouwd, anders komt het verlofrecht aan het einde van het jaar te vervallen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag roostervrije dag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen roostervrije dagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagenroostervrije dagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereiktbereikt en minimaal 5 jaar in dienst is, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantieroostervrije dagen, recht op 6 dagen vakantieextra roostervrije dagen. De werknemer die in 2023 obv zijn leeftijd al recht had op extra roostervrije dagen, behoudt deze rechten. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder ouder, hebben recht op 8 vakantiedagenextra roostervrije dagen. De werknemer die in 2023 obv zijn dienstverband en zijn leeftijd al recht had op extra roostervrije dagen, behoudt deze rechten. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. Het vakantiejaar voor vakantiedagen loopt van 1 januari tot en met 31 december. 2. De werknemers, ten aanzien werknemer heeft jaarlijks recht op in totaal 296 vakantie-uren. Deze bestaan uit 160 wettelijke vakantie-uren (zijnde 20 dagen maal 8 uur) en 136 bovenwettelijke vakantie-uren (zijnde 17 dagen maal 8 uur). 3. Indien de werknemer in de loop van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar in dienst treedt, resp. de dienst verlaat, heeft deze recht op:op een naar evenredigheid (naar rato) berekend aantal vakantie-uren. Dat wil dus zeggen dat als iemand half in het jaar uit dienst gaat en alle vakantiedagen dan al opgenomen heeft er een terugbetaling moet plaatsvinden door werknemer aan werkgever. a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten 4. De vakantie zal wordt in overleg met de OR werkgever vastgesteld. Er kunnen maximaal 120 vakantie uren (zijnde 15 dagen) aaneengesloten worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij opgenomen. In onderling overleg kan hiervan worden afgeweken. Werknemer is gehouden de aanvang van het kalenderjaar 20 wettelijk verplichte vakantiedagen ieder jaar op te nemen. Werkgever dient er voor te zorgen dat werknemer hiertoe in de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk isgelegenheid wordt gesteld. 5. De In overleg tussen werknemer is gerechtigd om maximaal 10 en werkgever kunnen de bovenwettelijke dagen (17 in totaal): - Gewoon worden opgenomen; - Doorgeschoven worden naar een volgend jaar om ze t.z.t. op te nemen; - Uitbetaald worden tegen het bruto uurloon vermeerderd met 35% opslag. Definitie van bruto uurloon: Bruto maandloon / gemiddeld aantal uren per maand (=173 1/3). (=uren per jaar / 12 ofwel [52 weken * 40 uur] / 12 = 173 1/3) 6. De werkgever is bevoegd om jaarlijks, collectieve vakantiedagen vast te stellen tot een maximum van twaalf dagen per kalenderjaar. Dit is met name bedoeld om het onverwacht wegvallen van het sorteerwerk initieel op te vangen. 7. Gedurende de vakantie mag de werknemer geen betaalde beroepsarbeid, van welke aard dan ook, voor derden verrichten. 8. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, vervalt ieder vorderingsrecht tot toekenning van de wettelijke vakantie-uren na verloop van drie jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste vervallen geacht het eerst te zetten voor (met worden gerealiseerd. 9. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, verjaart ieder vorderingsrecht tot toekenning van de OR ) vastgestelde doeleindenbovenwettelijke vakantie-uren na verloop van vijf jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste verjaren geacht het eerst te worden gerealiseerd.

Vakantiedagen. 1a. Om een vijfdaagse werkweek te bereiken, verricht de werknemer op 52 dagen per jaar geen arbeid. De werknemersNaast deze 52 normale vrije dagen, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 heeft de werknemer vrij op vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld;zondagen en algemeen erkende feestdagen (zie paragraaf 3.10). b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang Het vakantiejaar loopt van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- 1 januari tot en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtmet 31 december. 2c. Een fulltimer krijgt elk vakantiejaar 25 vakantiedagen oftewel 190 uur per jaar. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op Het loon wordt tijdens de volgende extra vakantiedagen doorbetaald. d. Parttimers krijgen evenredig minder vakantiedagen. a. Bij e. Als een dienstverband werknemer 60 jaar wordt, krijgt hij er per jaar een vakantiedag bij. Met andere woorden: een fulltimer met een leeftijd vanaf 60 jaar heeft recht op 26 vakantiedagen. Een parttimer heeft naar evenredigheid van 10 jaar 1 zijn uren recht op deze extra dag. f. Het recht op een extra vakantiedag Bij voor werknemers vanaf 55 jaar, is per 1 april 2008 komen te vervallen. Bestaande rechten blijven gehandhaafd. g. Als een dienstverband van 15 werknemer 25 jaar of langer bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 2 extra vakantiedagen Bij per jaar (met behoud van loon). h. Als een dienstverband van 20 werknemer 40 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar bij dezelfde onderneming werkt, heeft hij recht op 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband per jaar (met behoud van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantieloon). c. Werknemers met i. Een werknemer die slechts een dienstverband deel van 25 het jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra in dienst is (geweest): krijgt evenredig minder vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellenj. Een parttimer krijgt naar evenredigheid meer vakantiedagen als hij meer dan zijn normale arbeidsduur werkt. 4k. Opgebouwde vakantierechten, die niet binnen vijf jaar zijn opgenomen, komen te vervallen. Snipperdagen moeten tenminste 1 week Bij het opnemen van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, vakantie- of snipperdagen worden de oudste rechten geacht als eerste te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk iszijn opgenomen. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten l. Indien het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet, hebben werknemers voorrang bij het verlenen van een vrije dag (als onbetaald verlof of een vakantiedag) bij een voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenhen geldende religieuze feestdag.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende Het vakantiejaar is gelijk aan het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar recht opkalenderjaar. Het aantal vakantiedagen bedraagt voor ieder vol kalenderjaar dat de arbeidsovereenkomst duur voor werknemers die geboren zijn: a. ná 31 december 1951: 25 dagen; b. vóór 1 januari 1952 en op 1 januari 2010 58 of 59 jaar zijn: 28 dagen; c. vóór 1 januari 1952 en op 1 januari 2010 60 jaar of ouder zijn: 29 dagen. 2. De waarde van een vakantiedag bedraagt: a. bij een 40-urige werkweek: 8 uren; b. bij een 38-urige werkweek: 7,6 uren. 3. Het aantal vakantie-uren wordt naar boven afgerond op hele uren. Indien bij een 38- urige werkweek sprake is van werkdagen van verschillende arbeidsduur, wordt iedere opgenomen vakantiedag teruggeboekt op het tegoed van de werknemer voor het aantal uren dat op die dag feitelijk gewerkt zou zijn als geen vakantiedag opgenomen zou zijn. 4. Het aantal van de in lid 1 van dit artikel genoemde vakantiedagen worden verhoogd met een dag voor iedere periode dat de arbeidsovereenkomst 5 jaar onafgebroken bij dezelfde werkgever heeft geduurd. De extra vakantiedag wordt toegekend indien de medewerker bij toekenning van de vakantiedagen op 1 januari meer dan 5 jaar (of een veelvoud daarvan) in dienst is bij dezelfde werkgever. 5. Voor werknemers geboren vóór 1 januari 1952 bedraagt het maximum: 5 extra vakantiedagen. 6. Voor werknemers geboren ná 31 december 1951 bedraagt het maximum: 3 extra vakantiedagen. 7. De werknemer, indien zij bij de aanvang die slechts een deel van het kalenderjaar in dienst van de leeftijd werkgever is (geweest), heeft recht op een evenredig deel van 18 jaar hebben bereiktde in de voorgaande leden genoemde vakantiedagen, met dien verstande dat inachtneming van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip in lid 3 van dit artikel bepaalde. 8. Het aantal van de onder lid 1 van dit artikel genoemde vakantiedagen worden verhoogd met 1 dag, indien de werknemer zich gedurende het kalenderjaar niet ziek heeft gemeld. Zij worden verlaagd met 1 dag, indien de werknemer zich gedurende het kalenderjaar vaker dan 2 keer ziek heeft gemeld. 9. Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt een werknemer die na of op de 15e van enige maand in dienst treedt dan wel de dienst verlaat, geacht op de eerste van de navolgende maand in dienst te zijn getreden dan wel de dienst te hebben verlaten. In afwijking hiervan zal indien de arbeidsovereenkomst korter dan 1 maand heeft geduurd, de werknemer naar rato vakantiedagen opbouwen. 10. Van de vakantiedagen zullen ten minste 15 aaneengesloten vakantie zal worden opgenomen. Op verzoek van de werknemer kan in overleg met de OR werkgever hiervan worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebrachtafgeweken. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk is. 5. De werknemer is gerechtigd om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per jaar in te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleinden.

Vakantiedagen. 1. De werknemers, ten aanzien van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband Werknemers met een werkgever bestaat, volledige werkweek hebben gedurende het vakantiejaar recht op: a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 op 2 2/12 werkdag vakantie per maand dienstverband (zijnde 26 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip per jaar). Werknemersdie gebruik maken van de aaneengesloten vakantie zal in overleg met de OR worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, regeling als bedoeld in artikel 14 onder c.25A hebben in afwijking van het in de vorige zin genoemde aantal dagen recht op 23 ½ vakantiedagen per jaar. 2. Op de vakantiedagen worden feest en gedenkdagen als bedoeld in artikel 12 lid 2 sub c, d. en e. overeenkomstig het in artikel 12 lid 3 bepaalde, in mindering gebracht. 23. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een De vaste werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, en ouder heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, per jaar recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer het bij de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien leeftijdsgroep waartoe hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 behoort vermelde aantal extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 50 tot 55 jaar.......................................1 dag extra; 55 tot 60 jaar en de leeftijd van 55 2 dagen extra; 60 tot 63 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen3 dagen extra; 63 jaar 4 dagen extra; 64 jaar 5 dagen extra. De dagen genoemd onder a. en c. extra vakantiedagen worden toegekend met ingang van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de werknemer de van toepassing zijnde leeftijd bereikt. De bepalingen in dit lid zijn niet cumulatief.van toepassing voor werknemers die gebruik maken van de regeling als bedoeld in artikel 25A. 34. De vakantiedagen worden in onderling overleg tussen werkgever en werknemer vastgesteld. Met het oog op een goede planning van de werkzaamheden dient het onderling overleg voor langere aaneengesloten vakanties tenminste 4 maanden voor opname plaats te vinden. De werkgever kanis bevoegd, gedurende na overleg met de contractperiode betrokken werknemer per jaar 2 vakantie- dagen verplicht vast te stellen. Daarnaast mogen voor alle werknemers dan wel voor groepen werknemers nog 3 dagen worden aangewezen in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4OR/PVT. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, De werknemers hebben het recht om 15 werkdagen aaneengesloten op vakantie te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk isgaan. 5. Van de vakantiedagen vermeld in de leden 1 en 2 dient de werknemer jaarlijks 15 dagen op te nemen, zulks voor zover de bedrijfsomstandigheden dit toelaten. De vakantie- dagen worden in onderling overleg tussen werkgever en werknemer vastgesteld. 6. In afwijking van lid 5 heeft de werknemer het recht om één maal per 2 jaar 35 werkdagen aaneengesloten op te nemen mits: x. xxxxxxxxx 12 maanden voor het tijdstip van ingang van het gewenste verlof het verzoek hiertoe bij de werkgever is gerechtigd ingediend en de periode in overleg tussen werkgever en werknemer wordt overeengekomen en vastgesteld; b. hiervoor voldoende vakantiedagen worden opgebouwd voor de ingang van deze verlofperiode. Als dit verlof is vastgesteld kan de werkgever zich niet meer op het bedrijfsbelang beroepen om maximaal 10 bovenwettelijke dagen per de verlofperiode te wijzigen. 7. Bij een dienstverband voor een gedeelte van het jaar in en/of met een onvolledige werkweek geldt naar evenredigheid aanspraak op voornoemde vakantiedagen. Bij beëindiging van het dienstverband worden eventueel te zetten voor (met de OR ) vastgestelde doeleindenveel of te weinig genoten vakantiedagen verrekend.

Vakantiedagen. 1. Het vakantie jaar voor vakantiedagen loopt van 1 januari tot en met 31 december. 2. De werknemerswerknemer heeft jaarlijks recht op in totaal 304 vakantie-uren (1 dag medischbezoek, ten aanzien 25 reguliere vakantiedagen, 12 ADV dagen zie art 6 lid 1 =38 dagen). Deze bestaan uit 160 wettelijke vakantie-uren (zijnde 20 dagen maal 8 uur) en 144 bovenwettelijke vakantie-uren (zijnde 18 dagen maal 8 uur). 3. Indien de werknemer in de loop van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar in dienst treedt, resp. de dienst verlaat, heeft deze recht op:op een naar evenredigheid (naar rato) berekend aantal vakantie- uren. Dat wil dus zeggen dat als iemand half in het jaar uit dienst gaat en alle vakantiedagen dan al opgenomen heeft er een terugbetaling moet plaatsvinden door werknemer aan werkgever. a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten 4. De vakantie zal wordt in overleg met de OR werkgever vastgesteld. Er kunnen maximaal 120 vakantie uren (zijnde 15 dagen) aaneengesloten worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij opgenomen. In onderling overleg kan hiervan worden afgeweken. Werknemer is gehouden de aanvang van het kalenderjaar 20 wettelijk verplichte vakantiedagen ieder jaar op te nemen. Werkgever dient er voor te zorgen dat werknemer hiertoe in de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk isgelegenheid wordt gesteld. 5. De In overleg tussen werknemer is gerechtigd om maximaal 10 en werkgever kunnen de bovenwettelijke dagen (18 in totaal): - Gewoon worden opgenomen; - Doorgeschoven worden naar een volgend jaar om ze t.z.t. op te nemen; - Uitbetaald worden tegen het bruto uurloon vermeerderd met 50% opslag. Definitie van bruto uurloon: Bruto maandloon / gemiddeld aantal uren per maand (=164,6). (=uren per jaar / 12 ofwel [52 weken * 38 uur] / 12 = 164,6) 6. De werkgever is bevoegd om jaarlijks, collectieve vakantiedagen vast te stellen tot een maximum van twaalf dagen per kalenderjaar. Dit is met name bedoeld om het onverwacht wegvallen van het sorteerwerk initieel op te vangen. 7. Gedurende de vakantie mag de werknemer geen betaalde beroepsarbeid, van welke aard dan ook, voor derden verrichten. 8. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, vervalt ieder vorderingsrecht tot toekenning van de wettelijke vakantie-uren na verloop van drie jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste vervallen geacht het eerst te zetten voor (met worden gerealiseerd. 9. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, verjaart ieder vorderingsrecht tot toekenning van de OR ) vastgestelde doeleindenbovenwettelijke vakantie-uren na verloop van vijf jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste verjaren geacht het eerst te worden gerealiseerd.

Vakantiedagen. 1. Het vakantiejaar voor vakantiedagen loopt van 1 januari tot en met 31 december. 2. De werknemers, ten aanzien werknemer heeft jaarlijks recht op in totaal 296 vakantie-uren. Deze bestaan uit 160 wettelijke vakantie-uren (zijnde 20 dagen maal 8 uur) en 136 bovenwettelijke vakantie-uren (zijnde 17 dagen maal 8 uur). 3. Indien de werknemer in de loop van wie gedurende het gehele vakantiejaar een dienstverband met een werkgever bestaat, hebben gedurende het vakantiejaar in dienst treedt, resp. de dienst verlaat, heeft deze recht op:op een naar evenredigheid (naar rato) berekend aantal vakantie-uren. Dat wil dus zeggen dat als iemand half in het jaar uit dienst gaat en alle vakantiedagen dan al opgenomen heeft er een terugbetaling moet plaatsvinden door werknemer aan werkgever. a. 25 vakantiedagen, indien zij bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, met dien verstande dat van deze vakantiedagen 15 werkdagen aaneengesloten zullen worden genoten; het tijdstip van de aaneengesloten 4. De vakantie zal wordt in overleg met de OR werkgever vastgesteld. Er kunnen maximaal 120 vakantie uren (zijnde 15 dagen) aaneengesloten worden vastgesteld; b. 29 vakantiedagen, waaronder 15 aaneengesloten werkdagen, indien zij bij opgenomen. In onderling overleg kan hiervan worden afgeweken. Werknemer is gehouden de aanvang van het kalenderjaar 20 wettelijk verplichte vakantiedagen ieder jaar op te nemen. Werkgever dient er voor te zorgen dat werknemer hiertoe in de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Op de snipperdagen worden feest- en gedenkdagen, als bedoeld in artikel 14 onder c., d. en e. in mindering gebracht. 2. Werknemers met een langdurig dienstverband hebben recht op de volgende extra vakantiedagen. a. Bij een dienstverband van 10 jaar 1 extra vakantiedag Bij een dienstverband van 15 jaar 2 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 20 jaar 3 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 25 jaar 4 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 30 jaar 5 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 35 jaar 6 extra vakantiedagen Bij een dienstverband van 40 jaar 7 extra vakantiedagen b. Indien een werknemer de leeftijd van 50 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 4 dagen extra vakantie, recht op 4 dagen extra vakantie. Indien een werknemer de leeftijd van 55 jaar bereikt, heeft hij, indien hij op grond van lid 2.a. van dit artikel recht heeft op minder dan 6 dagen extra vakantie, recht op 6 dagen vakantie. c. Werknemers met een dienstverband van 25 jaar en de leeftijd van 50 t/m 54 jaar hebben recht op 6 extra vakantiedagen. Werknemers met een dienstverband van 30 jaar en de leeftijd van 55 jaar en ouder hebben recht op 8 vakantiedagen. De dagen genoemd onder a. en c. van dit lid zijn niet cumulatief. 3. De werkgever kan, gedurende de contractperiode in overleg met de OR voor maximaal 4 brugdagen, verplichte snipperdagen vaststellen. 4. Snipperdagen moeten tenminste 1 week van tevoren aangevraagd worden, tenzij dit door dringende omstandigheden, te beoordelen door de werkgever, niet mogelijk isgelegenheid wordt gesteld. 5. De In overleg tussen werknemer is gerechtigd om maximaal 10 en werkgever kunnen de bovenwettelijke dagen (17 in totaal): - Gewoon worden opgenomen; - Doorgeschoven worden naar een volgend jaar om ze t.z.t. op te nemen; - Uitbetaald worden tegen het bruto uurloon vermeerderd met 50% opslag. Definitie van bruto uurloon: Bruto maandloon / gemiddeld aantal uren per maand (=173 1/3). (=uren per jaar / 12 ofwel [52 weken * 40 uur] / 12 = 173 1/3) 6. De werkgever is bevoegd om jaarlijks, collectieve vakantiedagen vast te stellen tot een maximum van twaalf dagen per kalenderjaar. Dit is met name bedoeld om het onverwacht wegvallen van het sorteerwerk initieel op te vangen. 7. Gedurende de vakantie mag de werknemer geen betaalde beroepsarbeid, van welke aard dan ook, voor derden verrichten. 8. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, vervalt ieder vorderingsrecht tot toekenning van de wettelijke vakantie-uren na verloop van drie jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste vervallen geacht het eerst te zetten voor (met worden gerealiseerd. 9. Onverlet het overig bepaalde in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, verjaart ieder vorderingsrecht tot toekenning van de OR ) vastgestelde doeleindenbovenwettelijke vakantie-uren na verloop van vijf jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. Bij het opnemen van vakantiedagen worden de dagen die als eerste verjaren geacht het eerst te worden gerealiseerd.