Common use of Boekjaar en jaarstukken Clause in Contracts

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting valt samen met het kalenderjaar. 2. Binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een verslag van de activiteiten, een balans en een staat van baten en lasten op. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3. Het verslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. ten kantore van het fonds; b. op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen. 4. Het verslag en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting het pensioenfonds valt samen met het kalenderjaar. 2. Binnen Het bestuur verstrekt aan De Nederlandsche Bank jaarlijks binnen zes (6) maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur de volgende stukken:‌ i. een verslag jaarrekening, voorzien van een verklaring omtrent de activiteitengetrouwheid, een balans en een staat van baten en lasten op. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3. Het verslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. ten kantore van het fonds; b. op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen. 4. Het verslag en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren ondertekend door een door het bestuur daartoe vooraf benoemde accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; ii. een actuarieel verslag betreffende het pensioenfonds, voorzien van de verklaring van een door het bestuur aangewezen actuaris; 320014274/7822865.2 iii. het bestuursverslag en overige gegevens over het verstreken boekjaar, waarin een volledig beeld van de financiële toestand van het pensioen- fonds wordt gegeven en waaruit blijkt dat wordt voldaan aan het bepaalde bij en krachtens de wet en dat de belangen van de bij het pensioenfonds betrokken (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en overige be- langhebbenden voldoende gewaarborgd geacht kunnen worden; iv. de staten. De controlerende registeraccountant, wiens de waarmerkend- en adviserend actuaris als bedoeld in artikel 20 lid 1, zijn verplicht desgevraagd aan De Nederlandsche Bank inzicht te bieden in hun (controle)werkzaamheden alsmede De Neder- landsche Bank alle overige inlichtingen te verstrekken die redelijkerwijze ge- acht kunnen worden nodig te zijn voor de vervulling van de haar bij of krachtens de Pensioenwet en -regelgeving opgelegde taak. De Nederlandsche Bank stelt het bestuur in de gelegenheid aanwezig te zijn bij het verstrekken van inlich- tingen door de controlerende registeraccountant en/of waarmerkend actuaris. Indien de controlerende registeraccountant naar het oordeel van De Neder- landsche Bank niet of niet meer de nodige waarborgen biedt dat deze de toe- vertrouwde taak met betrekking tot het pensioenfonds naar behoren zal vervul- len, kan De Nederlandsche Bank bepalen dat hij niet bevoegd is de verklaring bedoeld in het tweede lid onder i, met betrekking tot dit pensioenfonds af te leggen.‌ Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de waarmer- kend actuaris, bedoeld in het tweede lid onder ii. Zo spoedig mogelijk na de vergadering met het verantwoordingsorgaan over de in lid 2 bedoelde stukken stelt het bestuur de jaarrekening en het bestuurs- verslag vast. De door het bestuur vastgestelde jaarrekening en accountantsverklaring bij bestuursverslag zullen voor de jaarstukken (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en overige belanghebben- den ter inzage worden gevoegd.gelegd ten kantore van het pensioenfonds en worden op verzoek toegezonden. Tevens worden deze documenten op de website van het pensioenfonds gepubliceerd.‌

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting valt samen met Raad van Overleg is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Per het einde van het boekjaar worden de boeken van de stichting afgesloten. Binnen zes vijf maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een verslag bestuursverslag op, dat volgens de in artikel 4 van de activiteiten, deze statuten bedoelde bestedingsdoelen/activiteiten moet zijn gespecificeerd. In dit bestuursver- slag wordt een balans en een staat van baten en lasten opover het afgelopen boekjaar opgenomen, alsmede een verklaring over de besteding van de gelden. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is De directie laat dit bestuursverslag controleren door een registeraccountant onafhankelijke extreme accountant of een accountant-administratiecon- sulent administratieconsulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt bevoegdheid en legt dit bestuursverslag aan het bestuur ter vaststelling voor. Uit de stukken moet blijken dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen bestedingsdoelen zijn gedaan. 3. Het bestuur verleent de opdracht tot controle van het bestuursverslag aan de in lid 2 bedoelde accountant. 4. Een besluit tot vaststelling wordt door het bestuur genomen met een meerderheid van tenminste drie/vierde van het aantal geldig uitgebrachte stemmen aan werkgeversvakverenigingskant en drie/vierde van het aantal geldig uitgebrachte stemmen aan werknemersvakverenigingskant. 5. Jaarlijks binnen één maand na vaststelling van de jaarstukken brengt het bestuur omtrent het gevoerde beleid verslag uit, zulks onder overlegging van de jaarstukken en het verslag van de in lid 2 bedoelde accountant. 6. De vastgestelde jaarstukken met het verslag van de in lid 2 bedoelde accountant en het verslag van het bestuur omtrent het gevoerde beleid zal voor de werknemers en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan ondernemingen in de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. Metalektro ten kantore van het fonds; b. de Raad van Overleg en op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen. 4. Het verslag plaatsen ter inzage worden gelegd en de accountantsverklaring een afschrift daarvan zal op verzoek worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.‌‌‌

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting valt samen met stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Binnen Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een door een externe registeraccountant gecontroleerd verslag over de financiële toestand van de activiteiten, stichting vast. 3. Het bestuur legt in het verslag rekenschap af van het gevoerde beleid. Het verslag dient een balans getrouw beeld te geven van de grootte en een staat de samenstelling van baten het vermogen van de stichting en lasten op. Verder bevat van de ontwikkeling daarvan gedurende het jaarverslag een specificatie naar boekjaar en is gespecificeerd overeenkomstig de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt vermelde bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten. Uit het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring moet blijken dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen activiteiten en bestedingsdoelen van artikel 2 zijn gedaan. 34. Degene(n) aan wie krachtens een besluit van het bestuur gelden van de stichting ter beschikking worden gesteld, dienen aan het bestuur een door een registeraccountant of accountant- administratieconsulent met certificerende bevoegdheid gecontroleerde verklaring te overleggen over de wijze, waarop de gelden zijn besteed, welke verklaring ten minste moet zijn gespecificeerd volgens de in artikel 2 omschreven bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten en een geïnte- greerd onderdeel moet uitmaken van het voormelde verslag. 5. Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. liggen ten kantore van het fonds; b. secretariaat en op een één of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsenplaatsen ter inzage van de bij de stichting betrokken werkgevers en werknemers. Voorts ligt het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring voor eenieder ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. 46. Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden toegezonden, tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 57. Voorafgaand Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, waarop het verslag betrekking heeft, in drievoud toegezonden aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht Ministerie van Sociale Zaken en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemersWerkgelegenheid. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. 1 Het boekjaar van de Stichting valt samen met stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Binnen 2 Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een door een externe registeraccountant gecontroleerd verslag over de financiële toestand van de activiteiten, stichting vast. 3 Het bestuur legt in het verslag rekenschap af van het gevoerde beleid. Het verslag dient een balans getrouw beeld te geven van de grootte en een staat de samenstelling van baten het vermogen van de stichting en lasten op. Verder bevat van de ontwikkeling daarvan gedurende het jaarverslag een specificatie naar boekjaar en is gespecificeerd overeenkomstig de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt vermelde bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten. Uit het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring moet blijken dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen activiteiten en bestedingsdoelen van artikel 2 zijn gedaan. 3. 4 Degene(n) aan wie krachtens een besluit van het bestuur gelden van de stichting ter beschikking worden gesteld, dienen aan het bestuur een door een registeraccountant of accountant-administratieconsulent met certificerende bevoegdheid gecontroleerde verklaring te overleggen over de wijze, waarop de gelden zijn besteed, welke verklaring ten minste moet zijn gespecificeerd volgens de in artikel 2 omschreven bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten en een geïntegreerd onderdeel moet uitmaken van het voormelde verslag. 5 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. liggen ten kantore van het fonds; b. secretariaat en op een één of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsenplaatsen ter inzage van de bij de stichting betrokken werkgevers en werknemers. Voorts ligt het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring voor een ieder ter inzage bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. 4. 6 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden toegezonden, tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand 7 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, waarop het verslag betrekking heeft, in drievoud toegezonden aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht Ministerie van Sociale Zaken en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemersWerkgelegenheid. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting valt samen met stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Binnen Het bestuur stelt jaarlijks binnen zes (6) maanden na afloop van het boekjaar een jaarrekening op, die een getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen van de stichting en van de ontwikkeling daarvan gedurende het boekjaar. Daarnaast stelt het bestuur een verslag bestuursverslag op, waarin het bestuur rekenschap aflegt van de activiteiten, een balans en een staat van baten en lasten ophet gevoerde beleid. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar De jaarrekening wordt overeenkomstig de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is respectievelijk activiteiten gespecificeerd en wordt voorzien van een controleverklaring door een registeraccountant of een accountantaccountants-administratiecon- sulent administratieconsulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen bestedingsdoelen zijn gedaan. 3. Het verslag De jaarrekening, het bestuursverslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden controleverklaring zullen ter inzage van de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. worden neergelegd ten kantore van het fonds; b. de stichting en op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen. 4. Het verslag en de accountantsverklaring worden De in lid 3 genoemde stukken zullen op aanvraag aan de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers wordt toegezonden tegen betaling van de eventueel daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende eerstvolgende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren controleren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting valt samen met stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Binnen Het bestuur van de stichting is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van al hetgeen verder de financiën van de stichting betreft op zodanige wijze boek te houden dat daaruit te allen tijde de rechten en plichten van de stichting kunnen worden gekend. 3. In jaarvergadering, die jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt wordt gehouden, legt het bestuur rekening en verantwoording af over het verstreken boekjaar, aan de hand van een verslag van de activiteiten, een balans door het bestuur vastgestelde jaarrekening en een staat van baten en lasten op. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3jaarverslag. Het verslag en bestuur legt daartoe de accountantsverklaring worden jaarstukken ter kennisneming toegezonden goedkeuring aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage raad van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. ten kantore van het fonds; b. op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsentoezicht voor. 4. Het verslag De jaarrekening wordt ingericht overeenkomstig de wettelijke bepalingen en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers richtlijnen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kostenWetenschap. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vastDe jaarrekening wordt gecontroleerd door de registeraccountant die door de raad van toezicht is benoemd. Deze begroting moet registeraccountant brengt over zijn ingericht onderzoek verslag uit aan de raad van toezicht en gespecificeerd naar geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een verklaring over de getrouwheid van de in artikel 2 lid 2 het vorige leden bedoelde stukken. Hij brengt zijn verslag ter kennis van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemershet bestuur. 6. De secretaris/penningmeester doet vastgestelde stukken worden ondertekend door de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door leden van de raad van toezicht en het bestuur; ontbreekt de ondertekening van een door het of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. 7. Het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountantzendt binnen één maand na vaststelling van de jaarrekening en jaarverslag een exemplaar daarvan aan de aangeslotenen. 8. Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, wiens verslag bescheiden en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegdandere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.

Boekjaar en jaarstukken. 1. 22.1 Het boekjaar van de Stichting stichting valt samen met het kalenderjaar. 2. Binnen zes 22.2 Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles betreffende de werkzaamheden van de stichting naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de stichting kunnen worden gekend. 22.3 Het bestuur is verplicht jaarlijks binnen vier (4) maanden na afloop van het boekjaar stelt boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn met ten hoogste vijf maanden door de raad van toezicht op grond van bijzondere omstandigheden, een jaarrekening te maken en op papier te stellen. 22.4 Tevens dient het bestuur een verslag jaarverslag op te stellen door middel waarvan verantwoording wordt afgelegd over ten minste de volgende onderwerpen: a. een overzicht van de activiteitengeografische weergave van de spreiding van de CJG’s, met per CJG het verzorgingsgebied, alsmede het gevoerde beleid ten aanzien van de kwaliteit van CJG’s; b. de mate waarin de vastgestelde missie en doelstellingen worden gehaald; c. het bepaalde in artikel 21.2 (doelstellingen).. 22.5 De jaarrekening zal worden onderzocht door een door de raad van toezicht aan te wijzen accountant. Deze dient alsdan omtrent zijn onderzoek verslag uit te brengen. 22.6 De jaarrekening wordt vastgesteld door de raad van toezicht. De jaarrekening kan niet worden vastgesteld indien de raad van toezicht geen kennis heeft kunnen nemen van de in artikel 22.5 bedoelde verklaring van de accountant. De jaarrekening en het jaarverslag worden verder ter goedkeuring voorgelegd aan de raad voor het publiek belang, waarbij aan de raad voor het publiek belang ook de verklaring van de accountant wordt overgelegd. De raad voor het publiek belang kan zijn goedkeuring slechts onthouden wegens strijd met het vigerende beleidsplan, strijd met het recht of strijd met het algemeen belang, waaronder begrepen de financiële belangen van de betrokken gemeenten. Het goedkeuringsbesluit dient unaniem genomen te worden. 22.7 De jaarrekening en het jaarverslag worden ondertekend door ieder lid van het bestuur en ieder lid van de raad van toezicht. Indien de ondertekening van één of meer van hen ontbreekt, wordt daarvan onder opgave van reden melding gemaakt. 22.8 De accountant aan wie de opdracht tot het onderzoek van de jaarrekening is verleend, is bevoegd de vergadering van de raad van toezicht waarin over de jaarrekening wordt besloten, bij te wonen en daarin het woord te voeren. 22.9 Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren, onverminderd het in artikel 22.10 bepaalde. 22.10 De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en een staat van baten en lasten op. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheidlasten, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3. Het verslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. ten kantore van het fonds; b. kunnen op een of meer door andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de Minister van Sociale Zaken overbrenging geschiedt met juiste en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsenvolledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt. 4. Het verslag en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting het pensioenfonds valt samen met het kalenderjaar. 2. Binnen Het bestuur verstrekt aan De Nederlandsche Bank jaarlijks binnen zes (6) maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een verslag van de activiteiten, een balans en een staat van baten en lasten op. Verder bevat het jaarverslag een specificatie naar de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3. Het verslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd;volgende stukken: a. ten kantore een jaarrekening, voorzien van het fonds; b. op een of meer door verklaring omtrent de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen. 4. Het verslag en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren getrouwheid, ondertekend door een door het bestuur daartoe vooraf benoemde accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; b. een actuarieel verslag betreffende het pensioenfonds, voorzien van de verklaring van een door het bestuur aangewezen actuaris; c. het bestuursverslag en overige gegevens over het verstreken boekjaar, waarin een volledig beeld van de financiële toestand van het pensioen- fonds wordt gegeven en waaruit blijkt dat wordt voldaan aan het bepaalde bij en krachtens de wet en dat de belangen van de bij het pensioenfonds betrokken (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en overige be- langhebbenden voldoende gewaarborgd geacht kunnen worden; d. de staten. De controlerende registeraccountant, wiens verslag de waarmerkend- en accountantsverklaring adviserend actuaris als bedoeld in artikel 20 lid 1, zijn verplicht desgevraagd aan De Nederlandsche Bank inzicht te bieden in hun (controle)werkzaamheden alsmede De Neder- landsche Bank alle overige inlichtingen te verstrekken die redelijkerwijze ge- acht kunnen worden nodig te zijn voor de vervulling van de haar bij of krachtens de jaarstukken Pensioenwet en -regelgeving opgelegde taak. De Nederlandsche Bank stelt het bestuur in de gelegenheid aanwezig te zijn bij het verstrekken van inlich- tingen door de controlerende registeraccountant en/of waarmerkend actuaris. Indien de controlerende registeraccountant naar het oordeel van De Neder- landsche Bank niet of niet meer de nodige waarborgen biedt dat deze de toe- vertrouwde taak met betrekking tot het pensioenfonds naar behoren zal vervul- len, kan De Nederlandsche Bank bepalen dat hij niet bevoegd is de verklaring bedoeld in het tweede lid onder i, met betrekking tot dit pensioenfonds af te leggen. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de waarmer- kend actuaris, bedoeld in het tweede lid onder ii. Zo spoedig mogelijk na de vergadering met het verantwoordingsorgaan over de in lid 21.2 bedoelde stukken stelt het bestuur de jaarrekening en het be- stuursverslag vast. De door het bestuur vastgestelde jaarrekening en bestuursverslag zullen voor de (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en overige belanghebben- den ter inzage worden gevoegdgelegd ten kantore van het pensioenfonds en worden op verzoek toegezonden. Tevens worden deze documenten op de website van het pensioenfonds gepubliceerd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. 1 Het boekjaar van de Stichting valt samen met stichting is gelijk aan het kalenderjaar.. ‌‌ 2. Binnen 2 Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een door een externe registeraccountant gecontroleerd verslag over de financiële toestand van de activiteiten, stichting vast. 3 Het bestuur legt in het verslag rekenschap af van het gevoerde beleid. Het verslag dient een balans getrouw beeld te geven van de grootte en een staat de samenstelling van baten het vermogen van de stichting en lasten op. Verder bevat van de ontwikkeling daarvan gedurende het jaarverslag een specificatie naar boekjaar en is gespecificeerd overeenkomstig de in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt vermelde bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten. Uit het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring moet blijken dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen activiteiten en bestedingsdoelen van artikel 2 zijn gedaan. 3. 4 Degene(n) aan wie krachtens een besluit van het bestuur gelden van de stichting ter beschikking worden gesteld, dienen aan het bestuur een door een registeraccountant of accountant- administratieconsulent met certificerende bevoegdheid gecontroleerde verklaring te overleggen over de wijze, waarop de gelden zijn besteed, welke verklaring ten minste moet zijn gespecificeerd volgens de in artikel 2 omschreven bestedingsdoelen respectievelijk activiteiten en een geïnte- greerd onderdeel moet uitmaken van het voormelde verslag. 5 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. liggen ten kantore van het fonds; b. secretariaat en op een één of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsenplaatsen ter inzage van de bij de stichting betrokken werkgevers en werknemers. Voorts ligt het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring voor een ieder ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. 4. 6 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden toegezonden, tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. 5. Voorafgaand 7 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, waarop het verslag betrekking heeft, in drievoud toegezonden aan het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht Ministerie van Sociale Zaken en gespecificeerd naar de in artikel 2 lid 2 van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemersWerkgelegenheid. 6. De secretaris/penningmeester doet de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren door een door het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountant, wiens verslag en accountantsverklaring bij de jaarstukken worden gevoegd.

Boekjaar en jaarstukken. 1. Het boekjaar van de Stichting het fonds valt samen met het kalenderjaar. 2. Binnen Het bestuur is verplicht van de ver- mogenstoestand van het fonds en van alles betreVende de werkzaamheden van het fonds, naar de eisen die voort- vloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voe- ren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van het fonds kunnen worden gekend. 3. Onverminderd hetgeen overigens bij wet is bepaald, is het bestuur verplicht jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het bestuur een verslag van de activiteiten, een balans en een de staat van baten en lasten opvan het fonds te maken en op papier te stellen. Verder bevat het jaarverslag De balans en de staat van baten en lasten wordt vergezeld van een specificatie naar toelichting. Het bestuur geeft aan de registeraccountant of de organisatie, bedoeld in artikel 2 lid 2 genoemde doelen welke gecontroleerd is door 21, opdracht om bij deze stukken een registeraccountant of een accountant-administratiecon- sulent met certificerende bevoegdheid, waaruit blijkt dat de uitgaven conform de daar genoemde doelen zijn gedaan. 3. Het verslag en de accountantsverklaring worden ter kennisneming toegezonden aan de werkgevers- en werknemersorganisaties die partij zijn bij de CAO Bedrijfstakeigen regelingen Waterbouw en worden ter inzage van de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers neergelegd; a. ten kantore van het fonds; b. op een of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan verklaring af te wijzen plaatsenleg- gen. 4. Het verslag en bestuur stelt tegelijkertijd met de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kostenin het derde lid bedoelde bescheiden een jaarverslag op. 5. Voorafgaand aan Het bestuur zendt jaarlijks het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het eerstvol- gende boekjaar vast. Deze begroting moet zijn ingericht jaar- verslag, de jaarrekening en gespecificeerd naar de verkla- ring van de registeraccountant, bedoeld in artikel 2 lid 2 21, uiterlijk in de maand juli aan: a. het VSO; b. de Werkgeversvereniging Energie- en Nutsbedrijven; c. organisaties van deze Statuten genoemde doelen. De begroting is beschikbaar voor besturen van licha- men die ingevolge de bij tweede volzin van artikel 17, tweede lid, een of meer leden van de Stichting betrokken werkgevers en werknemersRaad van Advies kunnen benoemen; d. de centrales; e. de Centrale van Samenwerkende Pensioenbelangen Organisaties; f. de leden van de Raad van Advies. 6. De secretaris/penningmeester doet Het bestuur van het fonds legt jaar- lijks aan de door hem opgemaakte jaarstukken controle- ren Verzekeringskamer een door een accountant als bedoeld in artikel 21 gecontroleerd verslag over, waarin een volledig beeld van de finan- ciële toestand van het fonds gegeven wordt en waaruit ten genoegen van de Verzekeringskamer blijkt dat aan het bij of krachtens de Pensioen- en spaar- fondsenwet bepaalde wordt voldaan en dat de belangen van de bij het fonds betrokken deelnemers, gewezen deel- nemers en overige belanghebbenden, voldoende gewaarborgd geacht kunnen worden. 7. Het bestuur van het fonds legt een maal in de vijf jaren, of – indien de Verzekeringskamer dit nodig acht – binnen kortere termijn, aan de Verzeke- ringskamer een door de actuaris, bedoeld in artikel 20, samengestelde wetenschappelijke balans en verlies- en winstrekening, alsmede een actuarieel verslag betreVende het fonds over. 8. Het bestuur daartoe vooraf aangewezen registeraccountantdraagt er voor zorg dat het samenstellen en het overleggen aan de Verzekeringskamer van de beschei- den, wiens verslag bedoeld in het zesde en accountantsverklaring bij zevende lid, geschieden met inachtneming van de jaarstukken worden gevoegdter zake door de Verzekeringskamer gegeven aanwijzingen.