Common use of Deelnemerschap Clause in Contracts

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in deze pensioenregeling is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttreding. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten. 3. Het deelnemerschap eindigt: a. door het overlijden van de deelnemer; b. op de pensioendatum; c. door beëindiging van het dienstverband met de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet op grond van artikel 21.

Appears in 1 contract

Samples: Pension Regulations

Deelnemerschap. 1. Deelnemer Deelnemers in de voorziening ter zake van arbeidsongeschiktheidspensioen zijn de aangemelde, in dienst van een aangesloten onderneming zijnde werknemers, a. wier deelneming verplicht is krachtens artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, zonder dat vrijstelling is verleend voor deelname in de regeling zoals die is vastgelegd in deze pensioenregeling bijlage, dan wel b. die behoren tot een groep van werknemers, voor welke de aangesloten onderneming de toelating tot het deelnemerschap met de stichting is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingovereengekomen. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor in de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor voorziening ter zake van arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt in de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals gevallen, genoemd in artikel 23 2, lid 4, van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: het pensioenreglement, met inachtneming, voor de gewezen partner zover van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond toepassing, van artikel 342, lid 2 5, van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechtenhet pensioenreglement. 3. Het Indien een deelnemer, anders dan door overlijden, het deelnemerschap eindigt: a. in de voorziening ter zake van arbeidsongeschiktheidspensioen beëindigt, kan het bestuur hem - onder nader door het overlijden bestuur aan te geven omstandigheden en voorwaarden - in de gelegenheid stellen deze voorziening voort te zetten. 4. De aangesloten onderneming is gehouden alle werknemers, die tot deelneming verplicht zijn, aan te melden bij de stichting onder overlegging van alle gegevens die naar het oordeel van de deelnemer;stichting nodig zijn voor een goede uitvoering van de regeling. b. op 5. De deelnemer die werkloos wordt, is gerechtigd de pensioendatum; c. door beëindiging deelneming vrijwillig voort te zetten vanaf de eerste werkloosheidsdag tegen betaling van het dienstverband met de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar voor de deelnemer werkzaam isgeldende deel van de premie als bedoeld in artikel 4, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfondslid 1. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde resterende deel van het dienstverband de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet op grond premie is voor rekening van artikel 21de stichting.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in deze pensioenregeling is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan aan: > op 1 januari 2013 dan wel de latere datum waarop het op basis van indiensttreding of de latere CAO afgesloten arbeidscontract is ingegaan, respectievelijk > op de datum waarop de werknemer 18 jaar wordtindividuele arbeidsovereenkomst met de KLM waarin is overeengekomen dat de betrokken persoon als deelnemer aan het Fonds wordt toegelaten, is ingegaan. 2. Voor Het deelnemerschap eindigt bij beëindiging van het dienstverband met de werknemer die KLM, maar in dienst is ieder geval op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttreding. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten65-ste verjaardag valt. 3. Het In afwijking van het bepaalde in het vorige lid wordt het deelnemerschap eindigt: a. door het overlijden van de deelnemer; b. op de pensioendatum; c. door geacht voort te duren na beëindiging van het dienstverband zolang de persoon: a. recht heeft op premievrije voortzetting van de pensioenopbouw wegens arbeidsongeschiktheid; b. recht heeft op voortzetting van de pensioenopbouw wegens werkloosheid, zoals geregeld in artikel 20 lid 1; c. recht heeft op voortzetting van de pensioenopbouw op grond van een door de KLM met de werkgever vóór werknemersorganisaties overeengekomen regeling in de pensioendatum, tenzij sprake is sfeer van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgeverde arbeidsvoorwaarden; d. indien recht heeft op voortzetting van de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet pensioenopbouw op grond van een door het Bestuur met toestemming van de KLM genomen beslissing krachtens artikel 2114 lid 3 van de statuten. Dit artikellid geldt niet indien en voorzover het in strijd is met de Pensioenwet en artikel 10a Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965. 4. Het Fonds stelt de deelnemer een exemplaar van de statuten en van het reglement alsmede van alle toekomstige wijzigingen daarin ter beschikking.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in Als deelnemer aan deze pensioenregeling is regeling wordt opgenomen: a. de werknemer vanaf 21 jaar die bij de werkgever als bedoeld in artikel 2, lid e onder I van 18 jaar of ouderde statuten van het fonds werkzaam is en die krachtens artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds en op basis van de verplichtstellings- beschikking van het fonds verplicht is tot deelnemerschap in het fonds; b. de werknemer vanaf 21 jaar, tenzij in dienst van een werkgever als bedoeld in artikel 2, lid e, onder II van de statuten van het fonds, die door het bestuur op een desbetreffend verzoek van deze werkgever met inachtneming van het pensioenfonds bepaalde in dit reglement als deelnemer in het fonds is toegelaten, hetgeen slechts groepsgewijs met andere werknemers kan geschieden; tenzij deze werknemer is geboren voor 1 januari 1950 en op 31 december 2005 reeds deelnam aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwarendat moment geldende pensioenregeling-I en deze deelname onafgebroken is voortgezet. Daar waar in dit reglement gesproken wordt over hij/hem/deelnemer wordt ook zij/haar/deelneemster bedoeld. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen verplichting tot deelneming in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op de 1e fonds geldt niet ten aanzien van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname directeur grootaandeelhouder (DGA) zoals bedoeld in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingPensioenwet. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer De werknemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan per 1 januari 2006 voldeed aan de voorwaarden zoals genoemd voorwaarde onder lid 1a of 1b, doch per die datum arbeidsongeschikt was in de zin van artikel 23 15 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor , en waarvan de arbeidsongeschiktheid daarna niet is beëindigd wordt niet als deelnemer of gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechtenopgenomen. 3. Het deelnemerschap eindigteindigt bij: a. door het bereiken van de pensioendatum maar uiterlijk op de reguliere pensioendatum , of; b. overlijden van de deelnemer; b. op de pensioendatum, of; c. door beëindiging het beëindigen van de arbeidsovereenkomst van de werknemer op grond waarvan hij deelnemer aan deze regeling is, tenzij het dienstverband deelnemerschap wordt voortgezet in de zin van artikel 15 of 17 van dit reglement. 4. De periode waarin de deelnemer partieel verlof opneemt anders dan ouderschapsverlof of onbetaald kortdurend zorgverlof zoals bedoeld in artikel 34 lid 1 en 4 van de CAO wordt in het kader van dit pensioenreglement niet als deelnemerstijd aangemerkt, tenzij de deelnemer besluit de opbouw volledig voor eigen rekening voort te zetten. Dit onbetaald verlof is een sabbatsverlof dat schriftelijk vastgelegd is en ten hoogste twaalf maanden duurt. De risico- dekkingen van partner- en wezenpensioen en het premievrijstellingsrisico worden gedurende de betreffende periode wel voortgezet op basis van de laatstelijk voor aanvang van de verlofperiode vastgestelde gegevens, voor zover niet in strijd met de werkgever vóór Wet op de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet op grond van artikel 21Loonbelasting.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. Als deelnemer aan de collectieve ziektekostenregeling IZZ zijn toegelaten: 1. Deelnemer in deze pensioenregeling is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttreding.werknemer; 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens de echtgenoot/echtgenote, relatiepartner en kinderen in de zin van dit reglement van de werknemer; 3. degene die verzekerd was en in verband met arbeidsongeschiktheid in de zin van de WAO/ WIA, of na toekenning van een invaliditeitspensioen door zijn/haar werkgever is/wordt ontslagen, ingaande de dag volgend op het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: moment dat de loonbetalingsverplichting voor de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor werkgever vervalt of de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor dag volgend op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepalingeinde dienstverband, alsmede zijn/haar echt- genote/echtgenoot, relatiepartner en kind(eren); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer 4. degene die op 31 december 2012 deelnemer verzekerd was en aansluitend aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten. 3. Het deelnemerschap eindigt: a. door het overlijden van de deelnemer; b. op de pensioendatum; c. door beëindiging van het dienstverband met de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband recht heeft op de Overbruggingsuitkering (OBU), FLEX-Pensioen, Ouderdomspensioen of AOW, ingaande de dag volgend op het ontslag bij de werkgever, alsmede haar/zijn echtgenoot/echtgenote, relatiepartner en kind(eren); 5. degene die verzekerd was en een wachtgelduitkering ontvangt, alsmede haar/zijn echt- genoot/echtgenote, relatiepartner en kind(eren); 6. de voor nabestaandenpensioen in aanmerking komende weduwnaar of weduwe dan wel nabestaande relatiepartner van de overleden verzekeringnemer, op voorwaarde dat die op de dag voorafgaande aan het overlijden eveneens deelnemer/ verzekerde was; 7. de voor wezenpensioen in aanmerking komende wees van de overleden verzekeringnemer, op voorwaarde dat die op de dag voorafgaande aan het overlijden eveneens deelnemer/ verzekerde was; 8. degene die niet meer voldoet aan de in artikel 1 opgenomen begripsbepalingen van werkne- mer resp. relatiepartner of kind(eren). Xxxxxxx de werknemer niet meer voldoet aan de be- gripsbepaling geldt dit ook voor medeverzekerde echtgenote/echtgenoot, relatiepartner en kind(eren). Het recht op deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet aan de collectieve regeling bestaat dan nog gedurende het lopende kalenderjaar en de twee daaropvolgende kalenderjaren. 9. degene die niet meer voldoet aan de in artikel 1 opgenomen begripsbepalingen van werkne- mer resp. relatiepartner, die tijdens de periode die nog tijdelijk recht geeft op grond deelnemer- schap als bedoeld in lid 8 van artikel 21.dit artikel, de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt, alsmede haar/ zijn echtgenoot/echtgenote, relatiepartner en kind(eren);

Appears in 1 contract

Samples: Reglement Collectieve Ziektekostenregeling Izz

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in deze pensioenregeling is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling De deelnemer heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op de 1e met inachtneming van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e bepalingen van dit pensioenreglement en de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttreding. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds statuten aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor de ouderdomspensioen ten behoeve van zichzelf (gewezen) deelnemerartikel 5); b. partnerpensioen: voor de partnerpensioen ten behoeve van zijn partner van de (gewezen) deelnemerartikel 6); c. wezenpensioen: voor de kinderen wezenpensioen ten behoeve van de zijn kind(eren) (gewezen) deelnemerartikel 7); d. tijdelijk partnerpensioen: arbeidsongeschiktheidspensioen ten behoeve van zichzelf (artikel 21); voor zover de partner vooraf vastgestelde premie daarvoor toereikend is. Voorts bestaat onder bepaalde voorwaarden recht op (gedeeltelijke) voortzetting van pensioenopbouw bij (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid (artikel 20). 2. Als deelnemer aan deze pensioenregeling komen in aanmerking: a. de werknemers die op 1 januari 2015 de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt; b. diegenen voor wie de arbeidsovereenkomst na 1 januari 2015 aanvangt indien zij bij aanvang van de deelnemer maar alleen indien arbeidsovereenkomst de werkgever hiervoor op grond leeftijd van hoofdstuk IV heeft gekozen21 jaar hebben bereikt; e. aanvullend partnerpensioen: c. diegenen voor wie de partner arbeidsovereenkomst na 1 januari 2015 aanvangt en die op een latere datum de leeftijd van 21 jaar bereiken. Voor deelnemers sub a start het deelnemerschap op 1 januari 2015. Voor deelnemers sub b start het deelnemerschap bij aanvang van de deelnemer arbeidsovereenkomst. Voor deelnemers sub c start het deelnemerschap op de latere datum zoals daar bedoeld. In artikel 25 van dit pensioenreglement zijn overgangsbepalingen opgenomen voor diegenen die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was vóór 1 januari 2015 hebben deelgenomen aan het toen geldende pensioenreglement een pensioenregeling van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen die vóór 1 januari 2015 van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechtenkracht was. 3. Het deelnemerschap eindigteindigt op het vroegste van de 3 hierna vermelde gebeurtenissen: a. door het bij overlijden van de deelnemer; b. op de pensioendatumpensioenrichtdatum; c. door bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst vóór de pensioenrichtdatum. In dat geval eindigt het dienstverband deelnemerschap op de laatste dag van de betreffende maand waarin de deelnemer uit dienst treedt, tenzij en voor zolang (gedeeltelijke) voortzetting van pensioenopbouw bij (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid als bedoeld in artikel 20 of 25 is verleend. 4. Een werknemer met één of meer kinderen en/of een partner die, behalve wat de minimum toetredingsleeftijd van 21 jaar betreft, voldoet aan de vereisten voor het deelnemerschap aan de pensioenregeling , heeft recht op: a. indien het een werknemer met een partnerrelatie betreft, zonder één of meer kinderen: partnerpensioen ten behoeve van zijn partner; b. indien het een werknemer met een partnerrelatie betreft, met één of meer kinderen: partnerpensioen ten behoeve van zijn partner, alsmede wezenpensioen ten behoeve van zijn kinderen; c. indien het een werknemer zonder partnerrelatie betreft, maar met één of meer kinderen: wezenpensioen ten behoeve van zijn kinderen. De grootte van deze pensioenen is gelijk aan de pensioenaanspraken als ware de werknemer reeds deelnemer. Het in dit pensioenreglement omtrent de verplichtingen van de deelnemer bepaalde is van overeenkomstige toepassing. De werknemer zonder partnerrelatie is verplicht de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is onverwijld in kennis te stellen indien hij een partnerrelatie aangaat of ingeval van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. één of meer kinderen. De aanspraak op dit partner- en/of wezenpensioen vervalt indien de onderneming waar werknemer niet meer voldoet aan de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde in de eerste volzin van het dienstverband de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet op grond van artikel 21dit lid omschreven voorwaarden.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in 3.1 Aan deze pensioenregeling is nemen de werknemer payrollwerknemers van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op en ouder (te rekenen vanaf de 1e dag van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers 18e verjaardag valt) deel die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op basis van een payrollovereenkomst met de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingpayrollwerkgever werkzaam zijn. 2. Het deelnemerschap aan deze 3.2 De opneming in de pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor vindt plaats indien en zodra de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan werknemer aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten3.1 gestelde vereisten voldoet. 3. 3.3 Het deelnemerschap eindigt: a. door bij het overlijden van de deelnemer; b. op bij het bereiken van de pensioendatum; c. door zodra de payrollovereenkomst met de payrollwerkgever eindigt of zoveel eerder als de loonbetaling stopt; d. op het tijdstip waarop de onderneming, waarbij de deelnemer in dienst is, niet meer als payrollwerkgever in de zin van artikel 1 wordt aangemerkt. 3.4 In tegenstelling tot het bepaalde in artikel 3.3 sub c. en sub d. wordt het deelnemerschap voortgezet indien de deelnemer ten tijde van de beëindiging van het dienstverband (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt is. In dit geval blijft het deelnemerschap bestaan zolang de (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid voortduurt, doch uiterlijk tot het bereiken van de pensioendatum. Indien het deelnemerschap wordt voortgezet op grond van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid van de deelnemer vindt de opbouw van pensioenaanspraken plaats op de wijze zoals beschreven‌ in artikel 18 van dit reglement. Ten aanzien van alle overige kenmerken van de pensioenregeling worden (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemers behandeld op gelijke wijze als de overige deelnemers aan de onderhavige regeling. Toekomstige wijzigingen in de regeling zijn op gelijke wijze van toepassing op (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemers, ongeacht of op het moment van toekomstige wijzigingen in de regeling nog een dienstverband tussen de (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemer en de werkgever bestaat. Indien de deelnemer direct aansluitend op de beëindiging van het deelnemerschap recht heeft op een uitkering ingevolge de Ziektewet, die direct wordt gevolgd door een recht op een uitkering op grond van de WIA dan wel WAO uit hoofde van tijdens het dienstverband met de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband de deelneming vanwege ontstane arbeidsongeschiktheid wordt het deelnemerschap onderbroken zolang recht bestaat op een uitkering ingevolge de Ziektewet en voortgezet op grond van artikel 21vanaf de datum waarop de uitkering ingevolge de WIA dan wel WAO ingaat, zolang de (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid voortduurt.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer Deelnemers in deze pensioenregeling is de werknemer zin van 18 jaar of ouderdit reglement zijn de werknemers, tenzij het bestuur die: a. krachtens artikel 2 van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond wet tot deelneming verplicht zijn; of b. behoren tot een groep van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die werknemers in dienst is op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingeen vrijwillig aangesloten werkgever. 2. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak opgaat in: a. ouderdomspensioen: voor de (gewezen) deelnemerwerknemers, bedoeld in het eerste lid, onder a, op de dag waarop zij in dienst komen bij de verplicht aangesloten werkgever, maar niet later dan de dag voor de pensioeningangsdatum; b. partnerpensioen: voor de partner van werknemers, bedoeld in het eerste lid, onder b, op het tijdstip waarop zij krachtens overeenkomst tussen het fonds en de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: aangesloten werkgever, waarbij zij in dienst zijn, voor deelneming in aanmerking komen, maar niet later dan de dag voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechtenpensioeningangsdatum. 3. Het deelnemerschap eindigt: a. door bij het bereiken van de pensioeningangsdatum; b. bij overlijden van de deelnemer; b. op deelnemer voor de pensioendatum; c. door beëindiging het verlies van de hoedanigheid van werknemer of het dienstverband met eindigen van de werkgever vóór de pensioendatumverplichting tot deelneming, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgeverde deelneming wordt voortgezet krachtens het vierde lid; d. indien voor de onderneming waar deelnemers, bedoeld in het eerste lid, onder b: wanneer de deelnemer werkzaam isovereenkomst tussen het fonds en de aangesloten werkgever, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfondswaarbij zij in dienst zijn, wordt beëindigd. 4. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van degenen, die de hoedanigheid van werknemer hebben verloren of voor wie de verplichting tot deelneming is geëindigd, wordt voortgezet: a. indien en zolang de pensioenopbouw wegens arbeidsongeschiktheid of werkloosheid ingevolge artikel 6.1 of 6.2 respectievelijk artikel 6.6 van dit reglement ten laste van het dienstverband fonds wordt voortgezet; b. indien en zolang de pensioenopbouw wegens vrijwillige premiebetaling ingevolge artikel 11.1 van dit reglement wordt voortgezet. 5. Tenzij uit de tekst anders blijkt, wordt in dit pensioenreglement onder deelneming, respectievelijk deelneming in het fonds, verstaan de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet voor zover deze is aangevangen op grond van artikel 21of na 1 januari 2013.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in 3.1 Aan deze pensioenregeling is nemen de werknemer payrollwerknemers van 18 21 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer die in dienst is op en ouder (te rekenen vanaf de 1e dag van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers 21e verjaardag valt) deel die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op basis van een payrollovereenkomst met de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingpayrollwerkgever werkzaam zijn. 2. Het deelnemerschap aan deze 3.2 De opneming in de pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak op: a. ouderdomspensioen: voor vindt plaats indien en zodra de (gewezen) deelnemer; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezen) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan werknemer aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten3.1 gestelde vereisten voldoet. 3. 3.3 Het deelnemerschap eindigt: a. door bij het overlijden van de deelnemer; b. op bij het bereiken van de pensioendatum; x. xxxxx de payrollovereenkomst met de payrollwerkgever eindigt of zoveel eerder als de loonbetaling stopt; d. op het tijdstip waarop de onderneming, waarbij de deelnemer in dienst is, niet meer als payrollwerkgever in de zin van artikel 1 wordt aangemerkt. 3.4 In tegenstelling tot het bepaalde in artikel 3.3 sub c. door en sub d. wordt het deelnemerschap voortgezet indien de deelnemer ten tijde van de beëindiging van het dienstverband (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt is. In dit geval blijft het deelnemerschap bestaan zolang de (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid voortduurt, doch uiterlijk tot het bereiken van de pensioendatum. Indien het deelnemerschap wordt voortgezet op grond van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid van de deelnemer vindt de opbouw van pensioenaanspraken plaats op de wijze zoals beschreven‌ in artikel 18 van dit reglement. Ten aanzien van alle overige kenmerken van de pensioenregeling worden (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemers behandeld op gelijke wijze als de overige deelnemers aan de onderhavige regeling. Toekomstige wijzigingen in de regeling zijn op gelijke wijze van toepassing op (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemers, ongeacht of op het moment van toekomstige wijzigingen in de regeling nog een dienstverband tussen de (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemer en de werkgever bestaat. Indien de deelnemer direct aansluitend op de beëindiging van het deelnemerschap recht heeft op een uitkering ingevolge de Ziektewet, die direct wordt gevolgd door een recht op een uitkering op grond van de WIA dan wel WAO uit hoofde van tijdens het dienstverband met de werkgever vóór de pensioendatum, tenzij sprake is van een aansluitend nieuw dienstverband met een andere aangesloten werkgever; d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde van het dienstverband de deelneming vanwege ontstane arbeidsongeschiktheid wordt het deelnemerschap onderbroken zolang recht bestaat op een uitkering ingevolge de Ziektewet en voortgezet op grond van artikel 21vanaf de datum waarop de uitkering ingevolge de WIA dan wel WAO ingaat, zolang de (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid voortduurt.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Deelnemerschap. 1. Deelnemer in deze pensioenregeling is de werknemer van 18 jaar of ouder, tenzij het bestuur van het pensioenfonds aan de betrokken werknemer of diens werkgever vrijstelling heeft verleend op grond van gemoedsbezwaren. De regeling inzake vrijstelling wegens gemoedsbezwaren is opgenomen in bijlage 1 bij dit pensioenreglement. Het deelnemerschap aan deze pensioenregeling vangt aan op 1 januari 2013 dan wel de latere datum het tijdstip van indiensttreding of de latere datum waarop de werknemer 18 jaar wordt. Voor de werknemer bij een aangesloten onderneming mits die in dienst is op de 1e van de maand waarin hij/zij 18 jaar wordt, vindt opname in deze pensioenregeling plaats op die 1e van de maand. Voor werknemers die op latere leeftijd in dienst treden, gebeurt dit op indiensttreding plaatsvindt vóór de eerste dag van de maand samenvallend met dan wel waarin de eerste dag van de maand volgend op de datum van indiensttredingwerknemer 67 jaar oud wordt. 2. Het Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden van dit artikel eindigt het deelnemerschap aan deze pensioenregeling geeft jegens het pensioenfonds aanspraak oppensioenregeling: a. ouderdomspensioen: voor a) op de (gewezen) deelnemerpensioeningangsdatum, maar uiterlijk op de pensioendatum; b. partnerpensioen: voor de partner van de (gewezenb) deelnemer; c. wezenpensioen: voor de kinderen van de (gewezen) deelnemer; d. tijdelijk partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer maar alleen indien de werkgever hiervoor op grond van hoofdstuk IV heeft gekozen; e. aanvullend partnerpensioen: voor de partner van de deelnemer die op 31 december 2012 xxxxxxxxx was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); f. aanvullend wezenpensioen: voor de kinderen van de deelnemer die op 31 december 2012 deelnemer was aan het toen geldende pensioenreglement van het pensioenfonds (overgangsbepaling); g. verevend ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; h. geconverteerd ouderdomspensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer mits is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 23 van dit reglement; i. bijzonder partnerpensioen: voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer; j. de toeslagen die op grond van artikel 34, lid 2 van dit reglement (overgangsbepaling) zijn verleend over de tot en met 31 december 2012 krachtens voorgaande pensioenreglementen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten. 3. Het deelnemerschap eindigt: a. door het overlijden van de deelnemerdeelnemer vóór de pensioeningangsdatum; b. op de pensioendatum; c. c) door beëindiging van het dienstverband met de werkgever aangesloten onderneming vóór de pensioendatumpensioeningangsdatum; d) door het anderszins verliezen van de hoedanigheid van werknemer in de zin van dit pensioenreglement; e) door het eindigen van de verplichting tot deelneming krachtens artikel 2 van de Wet-bpf. Indien de aansluiting bij de stichting op vrijwillige basis heeft plaatsgevonden, tenzij sprake eindigt het deelnemerschap bovendien als gevolg van: f) opzegging van het deelnemerschap door de deelnemer of de aangesloten onderneming binnen het kader van de tussen de stichting en die onderneming gesloten overeenkomst; g) het niet voldoen van de verschuldigde pensioenbijdragen als bedoeld in artikel 15 binnen de door het bestuur gestelde termijn. 3. In afwijking van het bepaalde in lid 2 eindigt het deelnemerschap niet in het geval dat, a) de beëindiging van het dienstverband met de aangesloten onderneming het gevolg is van een volledige arbeidsongeschiktheid van de deelnemer, dan wel bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van de deelnemer, voor het gedeelte dat de deelnemer arbeidsongeschikt is, of b) indien de deelnemer direct aansluitend nieuw op de beëindiging van het dienstverband met een aangesloten onderneming bij een andere aangesloten werkgever;onderneming in dienst treedt. d. indien de onderneming waar de deelnemer werkzaam is, niet langer een aangesloten werkgever is bij het pensioenfonds4. Het deelnemerschap eindigt niet als bij het einde blijft met inachtneming van het hierna bepaalde ongewijzigd in stand, indien en zolang betrokkene betaald verlof in welke vorm of onder welke benaming dan ook geniet, indien en zolang in de verlofperiode de pensioenbijdragen als bedoeld in artikel 15 volledig aan de stichting worden afgedragen. Bij opname van onbetaald verlof zal, gedurende de periode dat het onbetaald verlof wordt genoten, de risicodekking van het in artikel 10 genoemde partnerpensioen, het in artikel 11 bedoelde tijdelijk nabestaandenpensioen, het in artikel 12 genoemde wezenpensioen en van de bijdragevrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid als bedoeld in artikel 17 ongewijzigd worden voortgezet Indien en zolang in de periode van onbetaald verlof de pensioenbijdragen als bedoeld in artikel 15 volledig aan de stichting worden afgedragen, dan wordt tevens de pensioenopbouw ongewijzigd voortgezet. 5. Indien de arbeidsongeschiktheid van de deelnemer vóór de pensioendatum volledig eindigt, dan wordt het deelnemerschap van betrokkene tegelijkertijd beëindigd, tenzij deze in aansluiting op de beëindiging van de arbeidsongeschiktheid een dienstverband met een aangesloten onderneming aangaat. 6. In afwijking van het bepaalde in lid 1 is degene, die deelnemer in de deelneming vanwege arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet stichting is geweest maar die het deelnemerschap op grond de pensioeningangsdatum krachtens artikel 21 volledig heeft beëindigd, van artikel 21hernieuwd deelnemerschap uitgesloten.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement