Zwangerschap Voorbeeldclausules

Zwangerschap. U bent verzekerd voor annuleringskosten als u, uw partner, of de waarnemer zwanger wordt.
Zwangerschap. ATW 1. De Arbeidstijdenwet kent aparte regels voor zwangere en pas bevallen vrouwen. Onder meer extra pauzes zijn hierin geregeld, en de maximale arbeidstijd per dienst en de gemiddelde arbeidstijd per referentieperiode van 4 en 16 weken is daarin beperkt. Aanpassing werk 2. Nadat je aan je werkgever mededeelt dat je zwanger bent, gaat de werkgever binnen twee weken met jou in gesprek over de consequenties die de zwangerschap heeft voor het werk. In het gesprek komen onderwerpen aan de orde als arbeidsrisico’s en het beperken van deze risico’s, aanpassing van de werk- en rusttijden bij zwangerschap en arbeidsvoorwaardelijke consequenties. In overleg met jou kan het werk aangepast worden als de werkgever de mogelijke gevaren niet of onvoldoende kan wegnemen. In het uiterste geval krijg je tijdelijk vervangende werkzaamheden aangeboden of hoef je tijdelijk niet te werken.
Zwangerschap. Bij complicaties als gevolg van zwangerschap van de verzekerde, waarbij annulering, af- of onderbreking van het reis- of huurcontract naar het oordeel van de medisch adviseur van de verzekeraar dringend noodzakelijk maken. Wij betalen ook de kosten van annulering als je na het boeken van de reis erachter bent gekomen dat je zwanger bent. Dit geldt alleen bij annulering vóór de vertrekdatum van de reis.
Zwangerschap. Wij betalen de kosten van annulering als u na het boeken van de reis erachter bent gekomen dat u zwanger bent. Dit geldt alleen bij annulering vóór de vertrekdatum van de reis. Wij betalen ook de kosten van annulering bij medische problemen door uw zwangerschap. Dit doen wij als onze dokter de annulering medisch noodzakelijk vindt. Ga altijd naar een (huis)arts. Indien nodig kan onze dokter medische gegevens opvragen bij uw behandelend (huis)arts.
Zwangerschap a. De zwangere medewerker geeft aan de direct leidinggevende aan wanneer zij het uitoefenen van haar eigen func- tie niet langer wenselijk acht. Vervolgens wordt in overleg het tijdstip bepaald waarop medewerker niet langer in haar eigen functie tewerkgesteld wordt. Dit tijdstip wordt eveneens in overleg bepaald indien werkgever tewerk- stelling in de eigen functie niet langer wenselijk acht. Het advies van de Arbo arts kan bij genoemde beslissingen worden betrokken. b. Aan de medewerker die zwanger is, worden door werkgever andere passende werkzaamheden aangeboden. Hierbij zal zoveel als mogelijk werk in de eigen regio worden aangeboden. Indien er binnen de regio geen vervan- gende werkzaamheden beschikbaar zijn, zal aan de zwangere medewerker de keuze worden voorgelegd tussen het verrichten van vervangende werkzaamheden op een andere Transavia-lokatie of het verrichten van vervan- gende werkzaamheden voor derden in de eigen regio, waarbij het uitgangspunt is dat het type arbeid zoveel mo- gelijk aansluit bij het type vervangende arbeid dat de zwangere medewerker binnen Transavia zou verrichten. De medewerker die deze werkzaamheden verricht, behoudt gedurende deze periode haar vaste brutosalaris. c. Gedurende de in punt 1b bedoelde tewerkstelling zijn de artikelen 6.2, 6.10, 8.1, en 8.3 van de CAO, alsmede de Bijlagen 7, 11, 14 en 18 niet van toepassing. Op extra dagen vrije tijd, zoals bedoeld in artikel 9.3, wordt vrijaf gegeven, voor zover de dienst het toelaat. In verband hiermee worden de “feestdagen” zoals bedoeld in Bijlage 9, punt 2, verminderd naar rato van de duur van de in punt 1b bedoelde tewerkstelling; dit aantal resterende feestdagen wordt naar boven afgerond op hele dagen. d. Indien de medewerker de werkzaamheden zoals bedoeld in punt 1b niet of niet meer wenst te verrichten zal haar non-activiteit worden verleend tot de in de Wet Arbeid en Zorg artikel 3:1 bedoelde periode van 6, dan wel 10 in geval van een meerlingzwangerschap, weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum, dan wel – indien dit eerder is – tot het einde van het dienstverband. Gedurende deze periode van non activiteit wordt aan de medewerker onbetaald verlof verleendmedewerker. Tijdens deze non-activiteit zijn de artikelen 9.1, 9.2, 9.3, 10.1, 10.4 en
Zwangerschap. DFDS raadt zwangere vrouwen af om vanaf de 34e week van hun zwangerschap nog te reizen met DFDS. Voorbij die datum heeft DFDS het recht om een doktersverklaring te vragen waaruit blijkt dat de betreffende vrouw gezond genoeg is om te reizen. We raden zwangere passagiers aan om een reisverzekering af te sluiten die voldoende dekking biedt in geval van complicaties. Let wel, de verzekeringsdekking bevat misschien beperkingen voor de latere periode voor de bevallingsdatum. U bent ervoor verantwoordelijk om op de hoogte te blijven of u nog gedekt bent op grond van uw reisverzekering. DFDS aanvaardt hiervoor geen verantwoordelijkheid.
Zwangerschap op de datum van het sluiten van de verzekering niet te voorziene complicaties bij zwangerschap van verzekerde of levenspartner;
Zwangerschap. Zwangerschap dient te worden gemeld aan Werkgever. In geval van zwangerschap dien je een getekende zwangerschapsverklaring van de behandelend arts of verloskundige op verzoek te overleggen. In verband met de ziekengelduitkering door het UWV dien je bij de ziekmelding aan te geven of de ziekte verband houdt met zwangerschap. Indien dit niet op tijd gemeld wordt, kan er vanuit het UWV een sanctie opgelegd worden wat ten laste komt van jou.
Zwangerschap. De werkgever is gehouden overeenkomstig het bepaalde in BIJLAGE IV maatregelen te treffen ter bescherming van zwangere werknemers en werknemers die borstvoeding geven.
Zwangerschap. 1. Een zwangere aios heeft recht op 16 weken zwangerschaps- en bevallingsverlof. Het verlof kan niet eerder ingaan dan zes weken voor de dag volgend op de vermoedelijke bevallingsdatum (de datum waarop zij is uitgerekend) en niet later dan vier weken voor de dag volgend op de vermoedelijke bevallingsdatum. 2. Indien de aios dit verzoekt zullen de werktijden gedurende de zwangerschap worden aangepast. Vanaf de derde maand is een zwangere aios niet gehouden deel te nemen aan nachtdiensten van de opleidingsinstelling of stage-instelling waar zij op dat moment werkzaam is, tot 6 maanden na de bevalling. 3. In verband met de melding aan het UWV dient de aios zelf haar zwangerschap en de aanvang van het zwangerschapsverlof tijdig schriftelijk te melden aan de SBOH, vergezeld van een zwangerschapsverklaring van de arts of verloskundige.