Fiscale gevolgen. In het licht van het aantal verschillende jurisdicties waar belastingwetten op Obligatiehouders van toepassing kunnen zijn, bespreekt dit Terugkoopbodmemorandum niet de fiscale gevolgen van Obligatiehouders die voorvloeien uit de terugkoop van Obligaties door de Bieder overeenkomstig het Bod, behoudens wat hieronder wordt uiteengezet. Onderstaande alinea's bevatten een samenvatting van bepaalde Belgische fiscale gevolgen die voortvloeien uit de terugkoop van de Obligaties door de Bieder overeenkomstig het Bod. Het is evenwel niet de bedoeling om belastingadvies of een allesomvattende beschrijving te geven van alle Belgische fiscale gevolgen die verband houden met of als gevolg van de transacties. De samenvatting is gebaseerd op informatie voorzien in dit Terugkoopbodmemorandum en op Belgische belastingwetten, reguleringen, besluiten en andere openbare regels die dezelfde kracht hebben, en de interpretatie ervan onder gepubliceerde rechtspraak, die elk van kracht zijn op de datum van dit Terugkoopbodmemorandum en zonder inbegrip van latere wijzigingen met retroactief effect. Obligatiehouders worden aangespoord om hun eigen professionele adviseurs te raadplegen met betrekking tot alle mogelijke fiscale gevolgen onder de wetten van de jurisdictie die van toepassing zijn op hen (inclusief België) of de verkoop van hun Obligaties en de ontvangst van de Terugkoopprijs overeenkomstig het Bod . Obligatiehouders zijn aansprakelijk voor hun eigen belastingen en hebben geen verhaal tegen de Bieder, de Dealer Managers of de Centralisatie- en Betalingsagent met betrekking tot belastingen die ontstaan in verband met het Bod, behalve zoals hieronder uiteengezet aan de Bieder in verband met de Belgische belasting op beursverrichtingen. Obligatiehouders dienen op te merken dat de Belgische federale regering in juli 2017 een overeenkomst heeft bereikt over de Belgische belastinghervorming (het zogenaamde "Zomerakkoord"). De politieke voorstellen zijn onderhevig aan wijzigingen en dienen nog in wetsontwerpen te worden gegoten en te worden gestemd door het Belgisch federaal parlement. Eens in werking getreden, kan de Belgische belastinghervorming het Belgische belastingregime zoals in dit deel uiteengezet, mogelijks beïnvloeden.
Fiscale gevolgen. Alle eventuele gevolgen ter zake van uitkeringen van subsidies zijn voor rekening van de ontvanger.
Fiscale gevolgen. Indien de BAV de Transactie goedkeurt, zal de Afstand tot gevolg hebben dat de Vennootschap overgaat van het fiscaal afwijkend regime van artikel 185bis van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen (“WIB92”) naar het standaardregime in de vennootschapsbelasting. De Belgische fiscale gevolgen hiervan voor de Vennootschap en haar Belgische aandeelhouders worden hierna op hoofdlijnen samengevat. Op het niveau van de Vennootschap zelf heeft de overgang naar het standaardregime in de vennootschapsbelasting als voornaamste fiscaal gevolg dat zij voortaan principieel belastbaar zal zijn op al haar inkomsten. De Belgische huurinkomsten (na afschrijvingen) en de toekomstige meerwaarden op Belgische onroerende goederen zullen dus worden opgenomen in de belastbare basis, terwijl dit niet het geval was onder het afwijkend fiscaal regime. Aangezien XXX niet meer rechtstreeks belegt in vastgoed en ook haar afwijkend fiscaal regime (als SICAV-SIF) opgeeft, zullen de door de Vennootschap ontvangen dividenden van LIL in de toekomst wel in aanmerking komen voor de Definitief Belaste Inkomsten aftrek (DBI-aftrek). Ook de dividenden afkomstig van Extensa zullen in aanmerking
Fiscale gevolgen. Vijf ‘uitkomsten’ voor samenwerking met derden, met het oog op fiscale duiding van de relatie en de betalingen.
Fiscale gevolgen. 1. Het fiscale voordeel van de ter beschikking gestelde fiets wordt op kalenderjaarbasis gesteld op 7% van de waarde van de fiets. Werknemer is er van op de hoogte dat hij loonheffing betaalt over deze zogenoemde bijtelling.
2. Het voordeel wordt in aanmerking genomen voor zover het uitgaat boven de eigen bijdrage die de werknemer voor het gebruik voor privédoeleinden is verschuldigd.
3. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder de waarde van de fiets verstaan de in Nederland door de fabrikant of importeur publiekelijk kenbaar gemaakte consumentenadviesprijs van de fiets. Indien voor de fiets geen consumentenadviesprijs beschikbaar is, wordt aangesloten bij de consumentenadviesprijs van de meest vergelijkbare fiets.
Fiscale gevolgen. Door de fusie worden de Fuserende ICBE of de Verkrijgende ICBE niet belast in Nederland. Participanten kunnen echter onderworpen zijn aan belasting in hun fiscale woonplaats of andere rechtsgebieden waar ze belasting betalen. VanEck is van mening dat de omvang van de Fuserende ICBE te veel uitstroom heeft meegemaakt om het beleggingsbeleid in het belang van de participanten succesvol te kunnen voeren. De fusie zorgt ervoor dat het totale beleggingsproces van VanEck winstgevender kan worden en garandeert een betere spreiding van de beleggingen en een duurzamer beleggingsbeleid. In onderstaande tabel zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de Fuserende ICBE en de Verkrijgende ICBE samengevat. Verkrijgende ICBE Fuserende ICBE Naam VanEck Vectors Sustainable World Equal Weight UCITS ETF VanEck Vectors Global Equal Weight UCITS ETF Xxxxxxxxx XxxXxx Asset Management B.V. Bewaarder State Street Bank International GmbH Accountant Ernst & Young Accountants LLP ISIN NL0010408704 NL0009690221 Omvang op 24 augustus 2021 EUR 147.964.887,00 EUR 309.496.829,81 Basisvaluta EUR Toezichthouder Autoriteit Financiële Markten
Fiscale gevolgen. Hieronder wordt een overzicht weergegeven van de Nederlandse fiscale gevolgen verbonden aan het houden van WindShareFund ClimateBonds in de volgende situaties:
a) De WindShareFund ClimateBond wordt in privé gehouden en dient tot het ondernemingsvermogen van de ClimateBond- Holder te worden gerekend, Xxx 0;
b) De WindShareFund ClimateBond wordt in privé gehou- den en dient niet tot het ondernemingsvermogen van de ClimateBondHolder te worden gerekend, Xxx 0;
c) De Nederlandse behandeling van de WindShareFund ClimateBond voor de erf- en schenkbelastingen;
d) Enkele opmerkingen omtrent het houden van een WindShareFund ClimateBond door een afgezonderd particulier vermogen;
e) Een BV is eigenaar van een WindShareFund ClimateBond. Vervolgens wordt een beknopte toelichting gegeven op de fiscale positie van WindShareFund III, de entiteit die de WindShareFund ClimateBonds uitgeeft en de windturbines in economisch eigen- dom heeft en exploiteert.
Fiscale gevolgen. Het afrekenen van een vergoedingsrecht bij overlijden of scheiding leidt niet tot een fiscale eigenwoningschuld. Bij vervreemding van de woning zal bij een gelijke draagplicht van de schuld de eigenwoningreserve voor beide partners even groot zijn. Dit is fiscaal nadelig voor de partij die de vergoedingsverplichting heeft.
Fiscale gevolgen. Alle eventuele fiscale gevolgen ter zake van uitkeringen van subsidies zijn voor rekening van de ontvanger. Het verstrekte subsidiebedrag is, voor zover van toepassing, inclusief BTW. Indien de toegekende en uitbetaalde subsidie door de belastingdienst wordt beschouwd als een prestatie in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 en BTW verschuldigd is, dan wordt deze geacht in de toegekende en uitbetaalde subsidie begrepen te zijn. In dat geval zal de gesubsidieerde instelling gehouden zijn het met de verschuldigde BTW overeenkomende bedrag aan de belastingdienst af te dragen en, voor zover nodig, ParkinsonNL daarvoor jegens de belastingdienst te vrijwaren.
Fiscale gevolgen. 9.1 De onderhavige opdracht in de zin van art. 7:400 BW wordt aan Opdrachtnemer verstrekt in zijn hoedanigheid van zelfstandig beroepsbeoefenaar, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van koophandel, waarbij voor Opdrachtgever geen sprake is van een plicht om loonheffingen (inkomensafhankelijk bijdrage Zorgverzekeringswet, premies werknemersverzekeringen en loonbelasting/premie volksverzekering) in te houden en af te dragen/te voldoen.
9.2 Met onderhavige opdracht wordt dus geen arbeidsovereenkomst in de zin van art. 7:610 BW beoogd en geen fictieve dienstbetrekking in de zin van art. 2b en 2c Uitvoeringsbesluit Loonbelasting 1965 en art. 1 en 5 van het Besluit aanwijzing gevallen waarin arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd.
9.3 Mag desondanks blijken dat Opdrachtgever loonbelasting en/of sociale premies moet inhouden of verschuldigd is, dan treden partijen onverwijld met elkaar in overleg, zodat beide partijen hun belangen zoveel mogelijk kunnen borgen. Zij zullen hun handelwijze in dat verband zoveel mogelijk onderling afstemmen.