Hoogte van het ouderdomspensioen Voorbeeldclausules

Hoogte van het ouderdomspensioen. Het jaarlijks op te bouwen ouderdomspensioen bedraagt voor ieder Opbouwjaar 1,875% van de Pensioengrondslag in dat betreffende jaar op basis van de Pensioenrichtdatum. Als in een bepaald jaar de vooraf bepaalde pensioenpremie niet voldoende is om de beoogde pensioenopbouw voor dat jaar te realiseren, dan zal overeenkomstig het bepaalde in VI (Financiering), de pensioenopbouw van ouderdomspensioen voor dat jaar naar rato van het tekort lager kunnen worden vastgesteld. Deze verlaging geldt dan in dezelfde mate voor het in dat jaar op te bouwen partner- en wezenpensioen. Eventuele jaarlijkse toeslagverlening van de aanspraken vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in V. Het in de achterliggende Opbouwjaren opgebouwde pensioen, inclusief toeslagen, is het totaal opgebouwde ouderdomspensioen. De tot en met 31 december 2017 opgebouwde ouderdomspensioenaanspraken met een pensioenrichtleeftijd van 67 jaar zijn per 1 januari 2018 omgezet naar pensioenaanspraken met een pensioenrichtleeftijd van 68 jaar in de vanaf 1 januari 2018 geldende basis pensioenregeling. Deze omzetting is vastgelegd in VIII. Het te bereiken ouderdomspensioen is het totaal opgebouwde pensioen plus het pensioen dat de Deelnemer op basis van de laatst vastgestelde Pensioengrondslag nog op kan bouwen op basis van het op het moment van vaststelling geldende pensioenreglement. Hierbij wordt er van uitgegaan dat de Deelnemer tot aan de Pensioenrichtdatum Deelnemer blijft. Als gebruik wordt gemaakt van herschikking kan dat gevolgen hebben voor de hoogte van het ouderdomspensioen.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Het jaarlijks ouderdomspensioen bedraagt voor elk opbouwjaar vanaf 2019 1,56% van de excedentpensioengrondslag over het desbetreffende jaar. Op de ingangsdatum is het jaarlijks ouderdomspensioen gelijk aan de som van de jaarlijks opgebouwde ouderdomspensioenen over de excedentpensioengrondslagen, die tijdens de deelneming hebben gegolden, eventueel vermeerderd met het ouderdomspensioen overeenkomstig artikel 59, eerste lid en artikel 60.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Het jaarlijks ouderdomspensioen bedraagt vanaf 1 januari 2018 tot en met 31 december 2020 voor ieder deelnemersjaar 1,60% van de pensioengrondslag van het betreffende deelnemersjaar en bedraagt met ingang van 1 januari 2021 voor ieder deelnemersjaar 1,56% van de pensioengrondslag van het betreffende deelnemersjaar. Het opgebouwde ouderdomspensioen wordt eventueel vermeerderd met het omgezette ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 12, lid 3 en de verleende toeslagen als bedoeld in artikel 7.1.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Het jaarlijks ouderdomspensioen bedraagt vanaf 2019 voor elk opbouwjaar 1,56% van de pensioengrondslag over het desbetreffende jaar., eventueel vermeerderd met het ouderdomspensioen overeenkomstig artikel 59, eerste lid en artikel 60.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Het ouderdomspensioen bedraagt jaarlijks de som van de over de pensioenlijnen berekende bedragen op eindloonbasis vermeerderd met het ouderdomspensioen op opbouwbasis.
Hoogte van het ouderdomspensioen a) Vanaf 2023 bedraagt het jaarlijks op te bouwen ouderdomspensioen voor ieder Opbouwjaar 1,815% van de Pensioengrondslag in dat jaar.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Vanaf het Opbouwjaar 2023 wordt gestreefd 1,815% van de Pensioengrondslag in dat jaar aan ouderdomspensioen op te bouwen. Als in een Opbouwjaar de vooraf afgesproken premie lager is dan de Gedempte kostendekkende premie die benodigd is om de opbouw voor dat jaar in te kopen, dan wordt de pensioenopbouw voor dat jaar naar rato van het tekort lager vastgesteld. voor 2023 is het opbouwpercentage vastgesteld op 1,815%. De totale hoogte van het ouderdomspensioen is de som van de in de totale Opbouwperiode opgebouwde aanspraken.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Voor het kalenderjaar 2022 is de verwerving van aanspraken op ouderdomspensioen en het daarvan af te leiden partnerpensioen door het pensioenfonds vastgesteld op 1,170% van de pensioengrondslag van de deelnemer.
Hoogte van het ouderdomspensioen. Artikel 8
Hoogte van het ouderdomspensioen a. Voor 2024 is het opbouwpercentage vastgesteld op 1,875%.