Kledij. Kinderen dragen aangepaste kledij om naar school te komen. Xxx aanvaarden geen hoofddeksels tijdens de lessen.
Kledij. Tijdens schoolvrije dagen en vakanties vragen we om kinderen speelkleren aan te trekken. Voor de allerkleinsten vragen wij om reservekleren en indien nodig luiers te voorzien. Ook bij mooi weer vragen we reservekledij mee te geven. Indien je kind reservekledij kreeg in de opvang vragen wij deze zo snel mogelijk gewassen terug te bezorgen.
Kledij. 1. De renners rijden in clubuitrusting, in kampioenentrui of – mits akkoord van de club bij monde van de clubafgevaardigde – in sponsortrui.
2. Op kampioenschappen worden geen nationale, Europese of wereldtruien gedragen.
3. Titelvoerende Belgische algemeen kampioenen mogen, ongeacht de discipline of de locatie (weg of piste) van de wedstrijd, het teken van hun titel dragen, tenzij zij zijn overgegaan naar een hogere categorie of tijdens die wedstrijden een leiders-, ploeg- of clubtrui moeten dragen.
4. Belgen die houder zijn van een Europese of een wereldkampioenentrui mogen die trui dragen ongeacht de discipline of de locatie van de wedstrijd, tenzij ze een leiders-, ploeg- of clubtrui moeten dragen.
5. Als in de wedstrijden een leiderstrui wordt toegekend, krijgt die trui voorrang op alle andere.
6. Renners die niet de gepaste uitrusting dragen mogen niet starten.
7. Bij de prijsuitreiking dienen de atleten zich aan te bieden in clubuitrusting of – mits akkoord van de club bij monde van de clubafgevaardigde – in sponsortrui.
Kledij. 3.2.1. Wedstrijdkledij • De club stelt aan de speler een wedstrijduitrusting ter beschikking. • Deze uitrusting blijft steeds eigendom van de club. • De club verwacht van iedere speler dat hij deze wedstrijduitrusting behandelt als “een goede huisvader”. De speler meldt onmiddellijk iedere beschadiging of verlies. • Beschadigingen ten gevolge van een “abnormaal” gebruik of verlies, zullen door de speler worden vergoed. De materiaalverantwoordelijke van de club beoordeelt in samenspraak met de trainer of er sprake is van “abnormaal” gebruikt en rapporteert dit aan het bestuur. Het bestuur bepaalt het te vergoeden bedrag. • De wedstrijduitrusting mag door de speler alleen worden gedragen tijdens wedstrijden (vriendschappelijk, competitie of beker) maar niet tijdens trainingen of andere activiteiten buiten clubverband. • Aan de ter beschikking gestelde uitrusting mag niets worden gewijzigd, zonder voorafgaandelijke toestemming van de materiaalverantwoordelijke van de club. • Een speler die de club verlaat, levert onmiddellijk de ter beschikking gestelde uitrusting in bij zijn ploegverantwoordelijke (natuurlijk vooraf netjes gewassen).
Kledij. De atletiekpiste alsook de standen voor kampnummers en matten mogen enkel betreden worden met aangepast schoeisel (propere sportschoenen die geen strepen achterlaten of schade veroorzaken aan het materiaal of de ondergrond). Op de piste mogen enkel spikes gebruikt worden met een maximale lengte van 5 mm met uitzondering op de aanloopzone voor het speerwerpen waar langere spikes toegelaten zijn.
Kledij. Elke gebruiker voorziet in eigen kledij en de vervanging ervan. De voorziening kan, voor de bewoners, instaan voor het onderhoud, was en eventueel strijk.
Kledij. Het lokaal bestuur kan de verplichting opleggen een uniform te dragen. De medewerker die deze verplichting wordt opgelegd dient zich te schikken naar de onderrichtingen. Het personeel dat geen uniform heeft, dient verzorgde, neutrale en aan de functie aangepaste kledij te dragen. Onder neutrale kledij wordt o.a. verstaan kledij zonder reclame, kledij zonder al te grote of opzichtige logo’s. Deze opsomming is niet limitatief. Bij twijfel kan de leidinggevende of de personeelsdienst steeds geraadpleegd worden. Indien er geen overeenstemming kan bereikt worden, zal de algemeen directeur hierover een beslissing nemen.
Kledij. Op vakantiedagen is het aan te raden om jouw kind gemakkelijke speelkledij aan te doen. Bij sommige activiteiten vragen we vooraf om reserve – of regenkledij te voorzien.
Kledij. Personeelsleden hanteren, een neutrale en niet-aanstootgevende kledingstijl en voorkomen. Het bestuur legt voor bepaalde categorieën van personeel de verplichting op om werkkledij te dragen. Het personeel draagt zorg voor de werkkledij en wijzigt er niets aan zonder toestemming. Beschadigingen aan werkkledij die niet het gevolg zijn van een normaal gebruik, zullen aanleiding geven tot schadevergoeding aan de gemeente of het OCMW van Tervuren. De personeelsleden waarvoor werkkledij ter beschikking worden gesteld, zijn verplicht deze te dragen tijdens hun diensturen. Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is slechts verplicht bij het uitoefenen van bepaalde werkzaamheden. Als de vereiste beschermingsmiddelen niet onmiddellijk voorhanden zijn, dan moet het personeelslid erom vragen vooraleer het werk te starten. Uitgezonderd dienstgerelateerde activiteiten, is het niet toegelaten zich in deze kledij buiten de diensten en de instellingen te begeven. Het is dus verboden voor personeelsleden in werkkledij na hun dagtaak naar huis te gaan. De personeelsleden bergen voorafgaand aan de arbeidstaak hun werkkledij, persoonlijke kledij en persoonlijke voorwerpen veilig op in de daarvoor bestemde kleedkamer. Het bestuur is niet verantwoordelijk voor diefstal.
Kledij. De werkgever stelt voor bepaalde functies kledij ter beschikking. Er zijn drie types kledij die door de werkgever ter beschikking worden gesteld:
1. veiligheidskledij 2. werkkledij