Seniorenregelingen Voorbeeldclausules

Seniorenregelingen. 1. De Seniorenregeling ex artikel 4.4 en bijlage H4-V, artikelen 1 tot en met 11 cao CWI 2008 wordt met ingang van 1 januari 2009 bevroren. Dit betekent dat na 31 december 2008 geen instroom van nieuwe deelnemers meer mogelijk is. Voor de werknemers die op 31 december 2008 reeds deelnemer zijn, vindt na die datum geen uitbreiding van het aantal minder te werken uren meer plaats. 2. Deelname aan de in dit artikel vermelde regelingen eindigt wanneer de deelnemer de leeftijd van 62 jaar en 6 maanden bereikt. 3. Voor werknemers geboren vóór 1 januari 1950 en die tevens recht hebben op de pensioen- en FPU-regeling van het ABP, eindigt deelname aan de in dit artikel vermelde regelingen wanneer zij de leeftijd van 62 jaar en 3 maanden bereiken. 4. De twee Seniorenregelingen ex artikel H4-V, lid 12 tot en met 14 cao XXX 0000, blijven in hun huidige opzet van toepassing. De leden 2 en 3 van dit artikel zijn daarbij eveneens van toepassing. 5. Bij gebruikmaking van de Seniorenregeling van artikel 4.4 van de cao CWI 2008 wordt bij de vaststelling van de vakantieaanspraken uitgegaan van de uren waarover wordt gewerkt; deze bepaling is niet van toepassing op artikel 13 van bijlage H4-V van de cao XXX 0000. 6. Deelnemers aan bovengenoemde seniorenregelingen en werknemers die gaan deelnemen aan bovengenoemde seniorenregelingen op 1 januari 2009 kunnen geen gebruik maken van de Tijdelijke regeling arbeidstijd oudere medewerkers van UWV (artikel 1, Bijlage I cao UWV). Zij kunnen ook geen gebruik maken van regelingen die leiden tot meer werken, waaronder de eenmalige mogelijkheid om de arbeidsduur uit te breiden van 36 naar 38 uur, zoals vermeld in artikel 3 lid 3.
Seniorenregelingen. Werknemers die in aanmerking komen voor de seniorenregelingen hebben een keuze voor de huidige seniorenregeling (15.1) en de 80/85/100-regeling (15.2); van samenloop tussen beide regelingen kan geen sprake zijn.
Seniorenregelingen. Voor de BAPO-regeling, die inmiddels afgeschaft is maar waaruit som- mige personeelsleden nog over oude rechten beschikken, mag op grond van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (RJO) geen voorzie- ning gevormd worden. Inmiddels kennen de diverse cao’s een regeling voor ‘levensfasebe- wust personeelsbeleid’, ‘duurzame inzetbaarheid’ of ‘werktijdver- mindering senioren’. Het ministerie van OCW heeft hier een andere verwerking in de jaarrekening gekozen dan bij de BAPO. Voor deze verplichting moet op grond van artikel 4 lid b van de RJO wel een Aangezien het basisbudget in eerste instantie niet bedoeld is voor het opsparen van verlof zal er in veel gevallen geen sprake zijn van een verplichting op balansdatum. Indien echter met de werknemer afwij- kende afspraken gemaakt zijn, waarbij verlof gespaard kan worden, dan zal voor de gespaarde uren een verplichting op de balans opge- nomen moeten worden. Ten aanzien van het bijzonder budget voor oudere werknemers (iedere werknemer ouder dan 57 jaar heeft recht op 130 uur extra verlof) is sprake van een verplichting. Werknemers die ouder zijn dan 57 jaar en vóór balansdatum een plan voor inzet van het bijzonder budget en opname van het verlof hebben inge- diend, mogen deze uren maximaal 5 jaar sparen. De gespaarde uren vormen een verplichting die per balansdatum gewaardeerd en als voorziening opgenomen moet worden. In het voortgezet onderwijs is een regeling levensfasebewust perso- neelsbeleid van toepassing die qua systematiek veel overeenkomsten vertoont met de regeling voor duurzame inzetbaarheid in het primair onderwijs. Ook in het voortgezet onderwijs is sprake van een basis- budget en een aanvullend budget voor werknemers ouder dan 57 jaar. Het basisbudget kan worden opgenomen voor verlof of worden geka- pitaliseerd en uitbetaald. Omdat ook hier sprake is van de mogelijk- heid tot sparen, zal er aan het einde van het jaar een voorziening voor het openstaande saldo moeten worden genomen. De aanvullende regeling leidt ook tot een verplichting die op de balans opgenomen moet worden. Anders dan bij het primair onderwijs geldt hier niet de verplichting dat e.e.a. schriftelijk met de werknemer overeengekomen moet worden en zal derhalve voor alle werknemers die uren kunnen sparen een voorziening opgenomen moeten worden. Voor alle regelingen geldt dat het openstaande (spaar)saldo moet worden gewaardeerd op basis van de gespaarde uren maal het voor de werknemer geldende uurtarief. Bij de bepaling van het uurtarief ...

Related to Seniorenregelingen

  • Seniorenregeling 1. Vanaf 1 juli 2018 kunnen werknemers voor het eerst gebruik maken van een nieuwe regeling. Deze houdt in dat werknemers kunnen kiezen tussen behoud van leeftijdsdagen/ diensttijddagen in de zin van de cao, óf 80 procent werken tegen 92,5 procent salaris en 100 procent pensioenopbouw (‘de regeling’ of de ‘seniorenregeling’). 2. Deelname aan de regeling is mogelijk 5 jaar voor de AOW-leeftijd van de werknemer. 3. Een werknemer moet voorafgaand aan het Keuzemoment minimaal 8 jaar onafgebroken in dienst zijn bij een werkgever in de zin van deze cao. 4. De werknemer die aangeeft deel te nemen aan de 80/92,5/100-regeling heeft vanaf het moment van deelname geen recht meer op leeftijdsverlof en diensttijdverlof in de zin van de cao. 5. Na 5 jaar (1 juli 2023) wordt de regeling door partijen geëvalueerd en indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft dan wordt de regeling in gezamenlijk overleg herzien. 6. Een nadere uitwerking van deze regeling is terug te vinden in bijlage X van de cao.

  • Gebruiksbeperkingen Deze dienst is alleen beschikbaar als het voertuig stilstaat, de deur van de bestuurder is gesloten, het ontstekingsmechanisme is uitgeschakeld en de sleutel niet in het contactslot zit. Aanvullende beperkingen kunnen van toepassing zijn in overeenstemming van land- specifieke voorschriften.

  • Vrijstellingen A. Een werknemer van 55 jaar of ouder kan niet verplicht worden tot het werken in de avonduren, tenzij zij verantwoordelijk is voor het beheer van een winkel. B. Een werknemer van 55 jaar of ouder kan niet tot overwerk worden verplicht.

  • Mededelingen Mededelingen gericht aan het laatst bij ons bekende adres, worden geacht u te hebben bereikt. Als u er voor kiest contact met ons op te nemen langs elektronische weg, dan geldt dat wij mededelingen ook langs elektronische weg aan u doen. E-mail Waar in de verzekeringsvoorwaarden wordt gesproken over ‘schriftelijk’ wordt ook verstaan ‘per e-mail’. Onder ‘adres’ wordt in die situatie verstaan ‘e-mailadres’.

  • Klachtenregeling Artikel 17 - Geschillen

  • Verbodsbepalingen 18.1 Het is de aanvrager en de verbruiker verboden: a. door middel van de binneninstallatie via het net van het bedrijf hinder of schade te veroorzaken voor het bedrijf of andere verbruikers; b. door of vanwege het bedrijf aangebrachte verzegelingen te verbreken of te doen verbreken; c. handelingen te verrichten of te doen verrichten, waardoor de omvang van de levering niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te scheppen, waardoor het normaal functioneren van de meetinrichting(en), de eventuele warmte en/of koudewisselaar of (andere) apparatuur van het bedrijf wordt verhinderd of het van kracht zijnde tarievenblad van het bedrijf niet of niet juist kan worden toegepast; d. een net van het bedrijf te gebruiken voor aarding van elektrische installaties, toestellen, bliksemafleiders en dergelijke; e. water aan de circulatie in het stadsverwarmingssysteem te onttrekken; f. (vloei-)stoffen toe te voegen aan het water in het stadsverwarmingssysteem. 18.2 Het is de verbruiker verboden zonder schriftelijke toestemming van het bedrijf de geleverde warmte en/of koude en/of het geleverde warm tapwater anders dan ten behoeve van het eigen perceel te gebruiken. Het bedrijf kan aan een dergelijke toestemming voorwaarden verbinden. 18.3 Indien wordt vastgesteld dat circulatiewater verloren is gegaan, zal, behoudens in geval van overmacht, de verloren gegane hoeveelheid water alsmede de daarin aanwezige warmte en/of koude aan de verbruiker in rekening worden gebracht. Alle schade die het bedrijf door dit verloren gaan mocht lijden, zal door de verbruiker aan het bedrijf worden vergoed, waarbij artikel 20, lid 7 van overeenkomstige toepassing is.

  • Beveiligingsmaatregelen 6.1 Rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, alsook met de aard, de omvang, de context en de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico's voor de rechten en vrijheden van personen, treft Verwerker passende technische en organisatorische maatregelen om een op het risico afgestemd beveiligingsniveau te waarborgen. De beveiligingsmaatregelen die thans zijn genomen, zijn in Annex 2 bepaald. 6.2 Verwerker zorgt voor maatregelen die er mede op gericht zijn onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen. 6.3 De Gegevens worden uitsluitend opgeslagen en verwerkt binnen de Europese Economische Ruimte.

  • Slotbepalingen 1. Op elke overeenkomst en alle daaruit tussen partijen voortvloeiende rechtsverhoudingen is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. 2. Partijen zullen niet eerder een beroep doen op de rechter dan nadat zij zich optimaal hebben ingespannen om het geschil in onderling overleg te beslechten. 3. Voor zover de wet daarvan onder de gegeven omstandigheden van het geval niet dwingend afwijkt, wordt uitsluitend de bevoegde rechter binnen het arrondissement van de vestigingsplaats van Mega-Schutting aangewezen om van gerechtelijke geschillen kennis te nemen.

  • Doelstellingen Deze kantoorklachtenregeling heeft tot doel: a. het vastleggen van een procedure om klachten van cliënten binnen een redelijke termijn op een constructieve wijze af te handelen; b. het vastleggen van een procedure om de oorzaken van klachten van cliënten vast te stellen; x. xxxxxx en verbetering van bestaande relaties door middel van goede klachtenbehandeling; d. medewerkers te trainen in cliëntgericht reageren op klachten; e. verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening met behulp van klachtbehandeling en klachtanalyse.

  • Bestuursvergaderingen 1. Het bestuur vergadert tenminste éénmaal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of ten minste twee bestuursleden dit nodig achten. 2. De wijze en termijn van oproeping worden bij bestuursbesluit geregeld.