Raad van Bestuur De Vennootschap wordt bestuurd door een Raad van bestuur die is samengesteld uit minimum 7 en maximum 18 leden, allen Vennoten. Ze worden bij geheime stemming en bij meerderheid van de stemmen verkozen door de algemene vergadering, op de hierna beschreven wijze. Wat de natuurlijke personen betreft, zal de Raad van bestuur bestaan uit minstens 40% bestuursleden van het vrouwelijk geslacht en uit minstens 40% bestuursleden van het mannelijk geslacht, op voorwaarde dat een voldoende aantal kandidaten dat toelaat. De Raad van bestuur zal handelen als collegiaal orgaan. Elke Belgische of buitenlandse natuurlijke persoon of rechtspersoon die voldoet aan de verkiesbaarheidscriteria zoals vermeld in artikel 22bis kan worden benoemd tot bestuurslid. De verkiezing van de leden van de Raad van bestuur, in overeenstemming met de bepalingen van artikel 37, 3e en 4e lid, geschiedt als volgt: — 3/5e wordt verkozen uit een lijst van kandidaten die behoren tot categorie A van het aandelenregister. Het resultaat wordt naar boven afgerond; — 2/5e wordt verkozen uit een lijst van kandidaten die behoren tot de categorieën B en/ of C van het aandelenregister. Het resultaat wordt naar boven afgerond. Elk jaar verkiest de algemene vergadering van vennoten afwisselend 4 of 5 bestuursleden op basis van het aantal in te vullen mandaten en met respect voor de samenstellingsprincipes zoals beschreven in artikel 22 van deze statuten en de door het huishoudelijk reglement vastgelegde bepalingen. Als rechtspersonen tot bestuurslid worden benoemd, dienen zij onder hun zaakvoerders, bestuursleden of werknemers, een vaste vertegenwoordiger aan te wijzen die belast wordt met de uitvoering van deze opdracht in naam en voor rekening van de rechtspersoon. Vaste vertegenwoordigers zijn onderworpen aan dezelfde voorwaarden en dragen dezelfde burgerrechtelijke en strafrechtelijke aansprakelijkheid als wanneer ze deze opdracht in eigen naam en voor eigen rekening zouden uitoefenen, onverminderd de hoofdelijke aansprakelijkheid van de rechtspersoon die ze vertegenwoordigen. Rechtspersonen kunnen hun vertegenwoordiger enkel afzetten wanneer ze tegelijk een opvolger benoemen. De benoeming en de beëindiging van de functies van de vaste vertegenwoordigers zijn onderworpen aan dezelfde regels van bekendmaking als wanneer ze deze opdracht in eigen naam en voor eigen rekening zouden uitoefenen. Derden kunnen het bewijs van de bevoegdheden niet eisen. De eenvoudige vermelding van de hoedanigheid van vertegenwoordiger of afgevaardigde van de rechtspersoon volstaat.
Taken en bevoegdheden 11.1 De raad van toezicht heeft tot taak integraal toezicht te houden op het beleid van de raad van bestuur, op de kwaliteit en veiligheid van de zorg, en op de algemene gang van zaken in de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie. De raad van toezicht vervult de werkgeversfunctie respectievelijk een klankbordfunctie voor de raad van bestuur en staat de raad van bestuur met raad en advies ter zijde. Bij de vervulling van hun taak richten de raad van toezicht en zijn individuele leden zich naar het belang van de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie, waaronder het te behartigen maatschappelijk belang en het belang van de betrokken belanghebbenden. De raad van toezicht toetst of de raad van bestuur bij zijn beleidsvorming en de uitvoering van zijn bestuurstaken een zorgvuldige en evenwichtige afweging heeft gemaakt van de belangen van allen die bij de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie betrokken zijn. 11.2 De raad van toezicht en de individuele leden van de raad van toezicht vervullen hun toezicht- advies- en werkgeversfuncties overeenkomstig de wettelijke en statutaire taak- en bevoegdheidsverdeling en respecteren zorgvuldig de eigen verantwoordelijkheid van de raad van bestuur ten aanzien van de strategische beleidsvorming en de algemene en dagelijkse leiding van de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie. 11.3 De individuele leden van de raad van toezicht vervullen hun taak zonder last of ruggespraak. Zo nodig kan de raad van toezicht zich bij de uitoefening van zijn taak, voor rekening van de stichting, doen bijstaan door deskundigen. 11.4 De raad van toezicht benoemt en ontslaat de externe accountant van de stichting en stelt de raad van bestuur in de gelegenheid advies uit te brengen over een voorgenomen benoeming of ontslag. 11.5 De raad van toezicht of een of meerdere door hem uit zijn midden aan te wijzen leden hebben, met inachtneming van de wet- en regelgeving op het gebied van de bescherming van privacy en persoonsgegevens, zo mogelijk na overleg met de raad van bestuur, toegang tot de locaties van de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie en het recht om inzage te nemen van de bescheiden, boeken en overige gegevensdragers van de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie. De raad van toezicht kan zich daarbij voor rekening van de stichting, na overleg met de raad van bestuur, doen bijstaan door de externe accountant van de stichting, dan wel een door de raad van toezicht aan te wijzen deskundige aan wie inzage in de volledige administratie dient te worden verleend. 11.6 De raad van bestuur verschaft de raad van toezicht tijdig alle informatie die de raad van toezicht redelijkerwijs nodig heeft om zijn taak adequaat te kunnen vervullen. De raad van toezicht en zijn individuele leden hebben een eigen verantwoordelijkheid om van de raad van bestuur, de accountant en overige interne of externe functionarissen alle informatie te verlangen die de raad van toezicht nodig heeft om zijn taak adequaat te kunnen vervullen. 11.7 De werkzaamheden van de raad van toezicht en al hetgeen zijn functioneren en de evaluatie daarvan betreft worden nader geregeld in het reglement van de raad van toezicht. Daaronder valt ook een onderlinge taakverdeling alsmede de instelling van commissies bestaande uit leden van de raad van toezicht die zich, onverminderd de collectieve verantwoordelijkheid van de gehele raad van toezicht, in het bijzonder bezig houden met specifieke aspecten en/of onderdelen van het toezicht. 11.8 De leden van de raad van toezicht ontvangen een passende vergoeding voor hun werkzaamheden. De vergoedingsregeling wordt door de raad van toezicht vastgesteld met inachtneming van de aard en omvang van de stichting en de daarmee verbonden zorgorganisatie en verantwoord in de jaarrekening.
Onbevoegd besturen Houdt het juridisch meningsverschil verband met het onbevoegd besturen van de boot? Dan krijgt u geen rechtsbijstand, behalve: Instaan voor anderen of vorderingen van anderen
Meerwaarden per einde van het boekjaar Waardeverminderingen per einde van het boekjaar Xxxxxxxx tijdens het boekjaar Geboekt Teruggenomen Verworven van derden Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Toepasselijke eisen en normen artikelen 1 tot en met 16, bijlagen I en II.
Omvang van het werk 9.1. Opdrachtgever moet ervoor zorgen dat alle vergunningen, ontheffingen en andere beschikkingen die noodzakelijk zijn om het werk uit te voeren tijdig zijn verkregen. Opdrachtgever is verplicht op eerste verzoek van opdrachtnemer een afschrift van de hiervoor genoemde bescheiden aan hem toe te zenden. 9.2. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen, omvat het werk niet: a. grond-, hei-, hak-, breek-, funderings-, metsel-, timmer-, stukadoors-, schilder-, behangers-, herstelwerk of ander bouwkundig werk; b. het realiseren van aansluitingen van gas, water, elektriciteit, internet of andere infrastructurele voorzieningen; c. maatregelen ter voorkoming of beperking van schade aan of diefstal of verlies van op of bij de werkplek aanwezige zaken; d. afvoer van materialen, bouwstoffen of afval; e. verticaal en horizontaal transport;
Wat zijn de gevolgen als u een wijziging in uw medewerkersbestand niet of te laat doorgeeft? We willen uw melding van een nieuwe medewerker binnen een maand ontvangen. Ontvangen we uw melding niet of te laat, dan is deze medewerker niet verzekerd. Dat betekent dat u een eventuele aanvulling die we aan deze medewerker verlenen, aan ons moet terugbetalen. We verlenen deze aanvulling alleen als we daartoe verplicht zijn op grond van de Pensioenwet. Ontvangen we uw melding van een nieuwe medewerker na een maand of later alsnog? Dan nemen we hem in de module op vanaf de datum dat hij in dienst is getreden, of – als dat later is – vanaf de ingangsdatum van de module. Vanaf die datum bent u ook premie verschuldigd voor deze medewerker. De dekking van de module gaat echter pas in op het moment dat hij is aangemeld.
Arbeidsduur en werktijden 1. De arbeidsduur volgens dienstrooster bedraagt op jaarbasis gemiddeld 37,5 uur per week. Voor werknemers werkzaam in roosters, zoals bedoeld in protocol 1, bedraagt de gemiddelde jaarlijkse arbeidsduur 36 uur per week. Voor werknemers werkzaam in roosters zoals bedoeld in protocol 2 bedraagt de gemiddelde arbeidsduur 33,6 uur per week, verdeeld over 7 dagen per week, op jaarbasis. a) De werktijden volgens dienstrooster liggen voor de werknemers in dagdienst tussen 07.00 uur en 18.00 uur op de eerste 5 werkdagen van de week. b) De werktijden volgens dienstrooster liggen voor de werknemers in 2-ploegendienst als regel tussen 04.00 uur en 24.00 uur, behoudens in geval met een dag- respectievelijk ochtend- en nachtdienst wordt gewerkt. c) De werktijden volgens dienstrooster voor de werknemers in 3-ploegendienst worden zodanig vastgesteld, dat tussen het einde en het begin van de dienstroosters een ononderbroken rustperiode van tenminste 36 uur bestaat, waarvan 24 uur op zondag, die geacht wordt te lopen van 00.00 uur - 24.00 uur. d) Werknemers kunnen in geval van gewetensbezwaren de werkgever verzoeken om vrijgesteld te worden van de verplichting om roostermatig zondagsarbeid te verrichten. Werkgever zal in dat geval de werknemer niet verplichten tot het verrichten van genoemde zondagsarbeid, doch een ander tijdstip bepalen waarop deze arbeid wordt verricht. a) Een dienstrooster mag niet in strijd zijn met de bestaande wetgeving en het in dit artikel bepaalde. b) De werkgever zal, indien daarbij meer dan negen werknemers zijn betrokken, niet tot invoering van een andere werktijdenregeling overgaan dan in overleg met de vakbonden, onverminderd de bevoegdheid van de OR hierover overleg te plegen met de werkgever. c) Indien de nieuwe werktijdenregeling echter tot gevolg heeft dat arbeid op een zondag moet worden verricht, zal de werkgever overleg plegen met de vakbonden. 4. De werkgever kan voor chauffeurs, portiers, bewakingspersoneel en voor werknemers werkzaam in de energiediensten een regeling vaststellen die afwijkt van hetgeen in dit artikel en in artikel 10 is bepaald. In dat geval zal zij dit doen in overleg met de vakbonden. 5. De in lid 1 bedoelde gemiddelde arbeidstijd wordt geëffectueerd overeenkomstig de in bijlage 4 nader vastgestelde bepalingen.
Voor welke schade betalen wij niet? Hieronder staat welke schade wij niet betalen: 1. Schade aan het verzekerde voertuig betalen wij niet. Wij betalen wel in 2 situaties: • Als het voertuig dat toevallig werd gesleept, schade heeft. • Als er iemand gekwetst is door een ongeval en u neemt die gekwetste persoon mee in het voertuig. En daarom moet u de bekleding van het verzekerde voertuig laten reinigen of herstellen. 2. Schade aan de goederen en dingen die u voor uw beroep en niet gratis vervoert, betalen wij niet. In dat geval betalen wij de schade aan de persoonlijke kledij en bagage van de passagiers wel. 3. Schade veroorzaakt door iemand die het omschreven voertuig heeft gestolen, met of zonder geweld, of door iemand die het omschreven voertuig te kwader trouw heeft gekocht van iemand die het omschreven voertuig daarvoor gestolen had. 4. Schade die alleen is veroorzaakt door de goederen en dingen die u vervoert in het verzekerde voertuig of doordat u die goederen en dingen in dat voertuig legde of wilde leggen. Of doordat u die goederen eruit haalde of wilde halen. 5. Schade doordat u met het verzekerde voertuig meedeed aan: • een snelheidsrit of een snelheidswedstrijd; • een regelmatigheidsrit of een regelmatigheidswedstrijd; • een behendigheidsrit of een behendigheidswedstrijd; waarvoor de overheid toestemming gaf. 6. Schade die betaald wordt omdat dat staat in de Wet over de burgerrechtelijke aansprakelijkheid inzake de kernenergie. Boetes en gerechtskosten in strafzaken betalen wij niet. En ook niet de minnelijke schikkingen met het Openbaar Ministerie. Of sommen die u onmiddellijk moet betalen als de politie vaststelt dat u het algemeen reglement op het wegverkeer hebt overtreden. Bijvoorbeeld als u een boete moet betalen omdat u door het rode licht bent gereden.
Wanneer en hoe moet ik betalen? U hebt de verplichting om de premie jaarlijks te betalen en u ontvangt hiertoe een uitnodiging tot betaling. Een gesplitste premiebetaling is mogelijk tegen bepaalde voorwaarden en mogelijk zijn hier bijkomende kosten aan verbonden.