Financieel beleid. De Woningwet schrijft verder voor dat een corporatie haar financiële continuïteit dient te waarborgen. Wooncompagnie heeft in haar ondernemingsplan en jaarplannen de kaders voor het waarborgen van financiële continuïteit uitgewerkt. In het treasurystatuut is verankerd onder welke condities financiering, garanties en zekerheden mogen worden verstrekt. Deze bepalingen werken ook door naar de verbindingen. Het financiële risico dat via een verbinding wordt gelopen dient derhalve een weloverwogen en beheersbaar risico te zijn en dient in verhouding te staan tot het belang voor de corporatie in de verbinding. Daarbij wordt opgemerkt dat het vanaf 1 juli 2015 niet meer is toegestaan om vanuit Wooncompagnie nieuw vermogen over te dragen aan de verbindingen en evenmin mogen nieuwe garanties worden afgegeven (artikel 21a Woningwet).
Financieel beleid. Het jaar 2020 is afgesloten met een concernresultaat van -/-€ 1.280.000. Dit resultaat is € 1.112.000 beter dan het begrote tekort van € 2.392.000 als gevolg van: • lagere uitvoerings- en plaatsingskosten, dit a.g.v. een lagere Wsw-bezetting (18,31SE) voor de doelgroep niet-beschut; • lagere overige lasten ad € 528.000, dit m.n. door een lager dan begrote bijdrage voor frictiekosten ad € 494.000, en verder door minder inhuur van externe ondersteuning t.b.v. het actualiseren van de koers WAA / modernisering Wsw; • een hogere rijksbijdrage per SE (standaardeenheid), t.o.v. uitvoerings- en plaatsingskosten die per SE wel op begroot niveau zijn gebleven. De gevolgen van de hogere rijksbijdrage en de lagere Sw-bezetting kunnen als volgt worden weergegeven: gewijzigde begroting 2020 realisatie 2020 afwijking Rijkssubsidie regulier per SE € 25.821 € 27.016 € 1.195 Uitvoerings- en plaatsingskosten per SE € 28.712 € 28.712 0 Subsidietekort per SE € -2.891 € -1.696 € 1.195 Aantal SE 462,7 444,39 -18,31 Het lagere subsidietekort ad €584.000 kan als volgt worden geanalyseerd: SE € € Meer rijkssubsidie door hogere rijkssubsidie per SE 444,39 € 1.195 € 531.000 Minder rijkssubsidie door lagere SW-bezetting -18,31 € 25.821 € -473.000 Per saldo meer rijkssubsidie dan begroot € 58.000 Minder uitvoerings- en plaatsingskosten door minder SE -18,31 € 28.712 € 526.000 In de jaarrekening is in het Overzicht van baten en lasten de hierboven al vermelde corona- compensatie van het Rijk over 2020 ad € 933.000, vanwege het incidentele karakter, onder de Diverse baten verantwoord, en de doorbetaling ervan is als Bijdrage aan WAA groep nv vermeld. Het tekort op de exploitatie van het Schap ad € 1.280.000 over 2020 wordt met € 1.600.000 gedekt door de voor 2020 vastgestelde gemeentelijke tekortfinanciering en met € 296.000 door een onttrekking uit de bestemmingsreserve. Het overschot van € 616.000, dat conform bestuurlijke afspraken t.a.v. resultaatbestemming, wordt toegevoegd aan de algemene reserve van het Schap.
Financieel beleid. 1. Het financiële beleid wordt door het Bondsbestuur gevoerd.
2. Alleen twee Bondsbestuursleden gezamenlijk, waarvan één de voorzitter of Penningmeester is, komt de bevoegdheid toe om namens de KNBSB betalingen te doen.
3. Het Bondsbestuur brengt - behoudens verlenging van deze termijn door het Congres - binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Commissie van Toezicht het bestuursverslag uit en legt, onder overlegging van de nodige bescheiden, aan de Commissie van Toezicht rekening en verantwoording af over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerde bestuur. Bij gebreke hiervan kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte van het Bondsbestuur vorderen.
4. De Commissie van Toezicht rapporteert aan het Congres over de goedkeuring, danwel afkeuring van de financiële stukken en het gevoerde beleid.
5. Goedkeuring van de jaarrekening door het Congres strekt niet tot decharge van de Bondsbestuursleden voor het gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar.
6. Nadat het voorstel tot goedkeuring van de jaarrekening aan de orde is geweest, zal aan het Congres het voorstel worden gedaan om decharge te verlenen aan de Bondsbestuursleden voor het door hen gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar, voor zover van dat beleid uit de jaarrekening blijkt of over dat beleid in een vergadering het Congres mededelingen zijn gedaan.
1. De directie wordt door het Bondsbestuur benoemd. Het Bondsbestuur is tevens bevoegd de directie te schorsen en te ontslaan.
2. De directie legt verantwoording af aan het Bondsbestuur.
3. De directie wordt door het Bondsbureau ondersteund.
4. De taken en bevoegdheden van de directie worden in een Directiereglement nader uitgewerkt.
Financieel beleid. 13.1 De ouderraad staat in voor het verwerven van de financiële middelen om de opdrachten en werking mogelijk te maken. Daartoe organiseert hij o.m. allerlei activiteiten van sociale, ontspannende of culturele aard, doet hij een beroep op sponsors of subsidies vanwege lokale culturele raden of andere instanties, enz…
13.2 De financiële verrichtingen van de ouderraad worden opgenomen in de dubbele boekhouding van de VZW schoolbestuur.
13.3 De school opent een rekening voor de ouderraad, waar de directeur (of een lid van het schoolbestuur) en minstens twee ouders, waaronder de voorzitter, een volmacht op hebben.
13.4 Vanaf 500 euro zijn er twee handtekeningen nodig.
13.5 In een afsprakennota wordt jaarlijks beschreven welke activiteiten de ouderraad dat schooljaar organiseert en waar de (te verwachten) opbrengst aan besteed wordt. Deze afsprakennota (zie bijlage) wordt minstens ondertekend door de directie en de voorzitter van de ouderraad en dit uiterlijk op 30/09 van het schooljaar waarop de nota betrekking heeft, tenzij deze deadline omwille van uitzonderlijke omstandigheden en/of gegronde redenen niet in acht kon worden genomen. In voorkomend geval wordt getracht dergelijke afsprakennota zodra het praktisch haalbaar is, alsnog zo spoedig mogelijk te ondertekenen.
13.6 De leerkrachten, directie en inrichtende macht kunnen projecten indienen, en dit uiterlijk op 30/6 van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarop de nota betrekking heeft. De ouderraad engageert zich om wat betreft deze termijn de nodige flexibiliteit aan de dag te leggen. Hoewel het aangewezen is – en zeker voor grotere projecten - om projecten ruimschoots op voorhand in te dienen, is de ouderraad steeds bereid om projecten die zich na die datum zouden aandienen en een tussentijdse beslissing vergen, te bekijken.
13.7 De middelen die de ouderraad verwerft, worden prioritair besteed aan het ouderverenigingswerk in de breedste zin van het woord en moeten rechtstreeks of onrechtstreeks ten goede komen aan het opvoedings- en onderwijswelzijn van de leerlingen van de school.
13.8 Alle in- en uitgaven worden in een kasboek ingeschreven. Alle financiële documenten worden gedurende een periode van 5 jaar bewaard.
13.9 Het saldo moet positief blijven.
13.10 Het financieel verslag wordt jaarlijks op de programmeringsvergadering van de ouderraad ter goedkeuring voorgelegd.
Financieel beleid. Afstemmen op doelgroepen KC 10 Werving van financiën
Financieel beleid. Het financieel beleid van Wonen Wateringen is erop gericht dat we voldoende operationele resultaten behalen zodat op langere termijn de continuïteit is gewaarborgd. De operationele resultaten en/of kasstromen maken het mogelijk om onrendabele investeringen uit te voeren zonder dat we de minimumgrenzen van de ratio’s bereiken. De basis voor onze financiële uitgangspunten vormt het gezamenlijk toetsingskader van de Aw/WSW. Het voldoen aan de ratio’s maakt toegang tot de kapitaalmarkt mogelijk en omdat corporaties in z’n algemeenheid schuldenbedrijven zijn is deze toegang van levensbelang. Wonen Wateringen neemt normen van Aw/WSW als uitgangspunt en bekijkt of ze hierop nog aanvullende veiligheidsmarges zal hanteren.
Financieel beleid. Het jaar 2019 is afgesloten met een exploitatietekort ad €1.691.000. Dit resultaat is € 859.000 beter dan het begrote tekort ad €2.550.000 a.g.v.: • een lagere bijdrage (ad € 682.000) in de frictiekosten van WAA groep nv; • een besparing op de algemene kosten (ad € 7.000); • een lager subsidietekort (ad €170.000) door een hogere rijksbijdrage per SE (standaardeenheid) t.o.v. uitvoerings- en plaatsingskosten die per SE wel op begroot niveau zijn gebleven: gewijzigde begroting 2019 realisatie 2019 afwijking Rijkssubsidie regulier per SE € 25.563 € 25.905 €342 Uitvoerings- en plaatsingskosten per SE € 28.087 € 28.087 0 Subsidietekort per SE -€ 2.524 -€ 2.182 €342 Aantal SE 474,20 470,71 3,49 Het exploitatietekort ad € 1.691.000 in 2019 wordt gedekt door gemeentelijke bijdragen ad €1.300.000 en door een bijdrage uit bestemmingsreserves ad € 337.000. Hierna resteert een tekort op de gemeentelijke bijdragen van € 54.000. Dit wordt conform bestuurlijke besluitvorming onttrokken aan de algemene reserve.
Financieel beleid. Het jaar 2023 is afgesloten met een concernresultaat van +/+ € 93.000. Het resultaat is daarmede € 405.000 beter dan het begrote tekort van € 312.000. Dit als gevolg van lagere lasten door positieve i.p.v. negatieve rentebaten voor uitzettingen ad € 316.000, en verder door minder inhuur van externe ondersteuning t.b.v. het afwikkelen van de aandelenoverdracht van WAA groep nv en het actualiseren van de koers WAA / modernisering Wsw; In de jaarrekening is in het Overzicht van baten en lasten de energie-meerkosten resp. corona- compensatie van het Rijk over 2023 ad € 44.000 resp. € 67.000 voor 2022, idem als vorig jaar en vanwege het incidentele karakter, onder de Diverse baten verantwoord, en de doorbetaling ervan is als Bijdrage aan WAA-groep nv vermeld. Het overschot op de exploitatie van het Schap ad € 93.000 over 2023 wordt, aangevuld met € 313.000 door een onttrekking uit de bestemmingsreserve, voor een totaalbedrag van € 406.000 conform bestuurlijke afspraken t.a.v. resultaatbestemming toegevoegd aan de algemene reserve van het Schap.
Financieel beleid. Het uitgangspunt van het financieel beleid zoals dat voor deputaten emeritikas is geformuleerd, is dat de bijdrage van de kerken (de zogenaamde omslag) bedoeld is om de uitkeringslasten te dekken. De opbrengsten uit beleggingen (zie onderdeel 2.5) kunnen dan worden aangewend voor vermogensgroei. Onderstaand volgt over de verslagperiode (2002-2004) een overzicht van de verhouding omslag – uitke- ringslasten. Daaruit blijkt dat de omslag onvoldoende is om de lopende uitkeringslasten te dekken. 2002 1.121.727 1.160.804 39.077 – 2003 1.142.568 1.278.784 136.216 – 2004 (raming) 1.140.000 1.305.000 165.000 – De omslag is dus te laag om de uitkeringslasten te betalen.
Financieel beleid. In het kader van de eenheid en de harmonie van het financieel beleid van de NMBS- groep is de NMBS-Holding belast met: - het opmaken van de geconsolideerde rekeningen van de NMBS-Holding, de NMBS en hun dochterondernemingen, alsook de geconsolideerde rekeningen van het consortium dat gevormd wordt met Infrabel; - het centraliseren van de thesaurieoperaties van de drie vennootschappen, met daarbij, als « in-house bank », de dagelijkse en wekelijkse cash pooling, alsook de beleggingen en schulden op korte en lange termijn, de rating en de alternatieve financieringsoperaties voor de drie vennootschappen samen; - het uitbrengen van adviezen in functie van het belang van de groep, aangaande principes en regels die gelden voor het voeren van de algemene boekhouding binnen de drie vennootschappen (meer bepaald in het kader van de IFRS-hervorming) en het beheren van de contracten sale & rent back en sale & lease back waarin de NMBS- Holding partij is, alsook de bijhorende back- to-back contracten; - het nauwgezet volgen van de evolutie van de financiële toestand van Xxxxxxxx, van de NMBS en van de consolidatieperimeter van de drie vennootschappen. Om de eenheid van het financiële beheer van de NMBS-groep te waarborgen, pleegt de NMBS- Holding regelmatig overleg aangaande de uitwerking en de uitvoering van de ondernemingsplannen en de investeringsplannen en -budgetten, met uitsluiting van de essentiële functies die worden uitgeoefend door Infrabel;