Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid Voorbeeldclausules

Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid. 1. Het formatieplaatsenplan is bepalend om te beoordelen of er sprake is van boventalligheid. Het boventallig verklaren gebeurt op basis van het afspiegelingsbeginsel. Plaatsing geschiedt op basis van het formatieplaatsenplan, met in achtneming van het principe ‘mens volgt werk’ en het afspiegelingsbeginsel. Een nieuwe functie is een functie die in de periode voor de reorganisatie niet in de organisatie bestond. De (combinatie van) resultaatgebieden en/of functie-vereisten van zo’n nieuwe functie zijn nieuw. Het is dus geen gewijzigde functie met een nieuwe naam. 2. Functies met een hoog gekwalificeerd en/of specialistisch karakter die essentieel zijn voor de output van een bedrijfsonderdeel worden door de Raad van Bestuur benoemd op basis van geschiktheid. Werkgever stelt in overleg met de ondernemingsraad vast welke functies hieronder vallen en legt dit vast. De werknemer is verplicht om in alle redelijkheid mee te werken aan een voorgestelde plaatsing. Dit geldt ook voor de, naar het oordeel van de werkgever, noodzakelijke om-, her- en bijscholing. De studiekosten zijn voor rekening van de werkgever. Indien de benodigde studietijd de reguliere werktijd van de werknemer overschrijdt worden er maatwerkafspraken gemaakt.
Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid. A Bij plaatsing geldt als eerste uitgangspunt dat de werknemer zijn functie volgt. B Het tweede uitgangspunt is dat de werknemer voldoet aan de functie-eisen op grond van kennis, ervaring en/of opleiding of daar binnen redelijke termijn (in principe binnen 12 maanden) aan kan voldoen. C Wanneer het aantal in aanmerking komende kandidaten het aantal beschikbare formatieplaatsen overtreft wordt het anciënniteitprincipe toegepast oftewel degene met de meeste dienstjaren wordt als eerste geplaatst en bij gelijke uitkomst van diensttijd gaat de oudere werknemer bij plaatsing voor de jongere werknemer. Begeleiding vindt plaats door de afdeling HRM.
Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid. 1. Bij plaatsing geldt als eerste uitgangspunt dat de werknemer zijn functie volgt. 2. Het tweede uitgangspunt is dat de werknemer bij verandering van functie voldoet, of binnen afzienbare tijd door middel van scholing zal kunnen voldoen, aan de functie-eisen zoals deze in de betreffende functiebeschrijvingen zijn opgenomen. 3. Het derde uitgangspunt is dat plaatsing in eerste instantie binnen de organisatorische eenheid plaatsvindt. Daarna wordt het plaatsingsproces organisatie-breed voortgezet. 4. Wanneer het aantal in aanmerking komende kandidaten het aantal beschikbare formatie- plaatsen overtreft, wordt het anciënniteitprincipe toegepast. 5. Indien de aard van de werkzaamheden dat noodzakelijk maakt, wordt uit oogpunt van inzetbaarheid, bij de plaatsing rekening gehouden met de woonplaats c.q. het verblijfadres en de persoonlijke omstandigheden van de werknemer. 6. Het onder lid 1 genoemde uitgangspunt geldt niet automatisch als de eigen functie na reorganisatie voor een minder aantal uren of slechts voor een deel zal worden voortgezet. Herplaatsing uitsluitend voor het gedeelte van de functie dat vervalt kan immers leiden tot versnippering van het oorspronkelijke contract. In dat geval vindt overleg plaats met de werknemer. De arbeidsovereenkomst zoals die bestond is leidend bij de herplaatsing. Als herplaatsing plaats vindt in meer dan één functie, dan dient het totaalaanbod passend te zijn, rekening houdend met reistijd, reiskosten en werktijden. Het op elkaar afgestemde functieaanbod wordt geformaliseerd in één arbeidsovereenkomst.
Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid. De plaatsingscommissie bestaat uit: • Locatiemanager • Adviseur P&O • Lid Ondernemingsraad En situationeel: • hiërarchisch leidinggevende • functioneel leidinggevende Alle vacatures, gedurende de looptijd van het Sociaal Plan worden aangeboden aan de plaatsingscommissie en aldus eerst opengesteld voor de plaatsing van herplaatsingskandidaten, op basis van het anciënniteitsprincipe. Zijn er geen herplaatsingskandidaten in de vacature te plaatsen dan wordt de functie vrijgegeven voor werving. 4.1.1 Bij plaatsing geldt als eerste uitgangspunt dat de werknemer zijn functie volgt. 4.1.2 Het tweede uitgangspunt is dat niet 1 op1 te plaatsen werknemers herplaatsingskandidaten worden. De te herplaatsen werknemer dient te voldoen aan de functie-eisen of door opleiding, begeleiding te kunnen gaan voldoen aan de functie-eisen van een functie waarop de werknemer te plaatsen is. Een passende, gewijzigde, nieuwe of geschikte functie. a. De werknemer is te plaatsen, dat wil zeggen: hij voldoet volledig aan de normale, gemiddelde, eisen om de functie naar behoren te kunnen vervullen; b. De werknemer is plaatsbaar te maken, dat wil zeggen: hij voldoet (nog) niet aan de normale, gemiddelde, eisen om de functie goed te kunnen vervullen, maar kan met een looptijd van maximaal 1 jaar getraind of opgeleid en begeleid worden om binnen dat jaar volledig te gaan voldoen aan de eisen; c. De werknemer is niet plaatsbaar, dat wil zeggen: hij voldoet niet aan de normale, gemiddelde, eisen en de verwachting is dat hij niet binnen een jaar daaraan zal kunnen voldoen. 4.1.3 Wanneer het aantal in aanmerking komende herplaatsingskandidaten voor eenzelfde functie het aantal beschikbare formatieplaatsen overtreft, wordt bij plaatsing het anciënniteitsprincipe toegepast.

Related to Uitgangspunten (her)plaatsingsbeleid

  • Uitgangspunten 1. Bij een reorganisatie zijn de volgende uitgangspunten van toepassing: a. de werkgever streeft ernaar om gedwongen ontslagen zoveel mogelijk te voorkomen; b. de werkgever zal de met ontslag bedreigde werknemer zo goed mogelijk ondersteunen bij het verwerven van een passende functie binnen of buiten de universiteit; c. de werknemer en de werkgever spannen zich aantoonbaar, optimaal en actief in om de met ontslag bedreigde werknemer binnen of buiten de instelling aan het werk te houden; daarbij nemen werkgever en werknemer de verplichtingen in acht uit artikel 72a WW en de uitwerking daarvan in de Werkwijzer 72a WW; d. de werknemer uit de doelgroep van de Participatiewet behoudt een takenpakket van vergelijkbare aard of omvang en kan niet worden ontslagen vanwege het vervallen van de functie. 2. Bij iedere reorganisatie geldt het Kader voor Sociaal Beleid bij reorganisaties uit deze cao. De werkgever kan met werknemersorganisaties in het lokaal overleg aanvullend op de artikelen 9.8 tot en met 9.14 een eigen kader voor sociaal beleid vaststellen. 3. De artikelen 9.8 lid onder 1b tot en met 1d, 9.9 en 9.10 tot en met 9.14 zijn niet van toepassing op de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.

  • Uitvoeringsbepalingen De werkgever kan met instemming van de ondernemingsraad bepalen, dat de medewerker behoudens in geval van overmacht de aanvraag voor vakantie of snipperdagen een bepaalde termijn voor de begeerde datum moet indienen.

  • Afwijking Individuele afwijkingen, met inbegrip van aanvullingen dan wel uitbreidingen van deze Algemene Voorwaarden, moeten schriftelijk tussen de ondernemer en de consument worden vastgelegd.

  • Loondoorbetalingsplicht Uw verplichting om het loon van een arbeidsongeschikte medewerker maximaal 104 weken door te betalen. Hoeveel procent van het loon u moet doorbetalen, is vastgelegd in: - het Burgerlijk Wetboek; - de cao die op u en uw medewerkers van toepassing is; - de arbeidsovereenkomst die u met uw medewerkers heeft afgesloten.

  • Overgangsbepalingen De werkgever garandeert de werknemer zijn individuele rechten voortvloeiend uit: a Titel V van het Rechtspositie Besluit Onderwijspersoneel (Staatsblad 1985, 110) zoals dat luidde op 1 augustus 1993; het Sociaal BeleidsKader behorende bij de operatie gericht op Schaalvergroting, Taakverdeling en Concentratie (SBK-STC 1986-1990); dan wel

  • Onderwerp en opdracht Verwerkersovereenkomst 1. Deze Verwerkersovereenkomst is van toepassing op de Verwerking van Persoonsgegevens in het kader van de uitvoering van de Product- en Dienstenovereenkomst. 2. De Onderwijsinstelling geeft Verwerker conform artikel 28 AVG opdracht en Instructies om Persoonsgegevens te verwerken namens de Onderwijsinstelling. De Instructies van de Onderwijsinstelling kunnen onder meer nader omschreven zijn in deze Verwerkersovereenkomst en de Product- en Dienstenovereenkomst. 3. De bepalingen uit de Verwerkersovereenkomst gelden voor alle Verwerkingen zoals opgenomen in Bijlage 1, die plaatsvinden ter uitvoering van de Product- en Dienstenovereenkomst. Verwerker brengt Onderwijsinstelling onverwijld op de hoogte indien Verwerker reden heeft om aan te nemen dat Verwerker niet langer aan de Verwerkersovereenkomst kan voldoen.

  • Woonplaatskeuze De Koper kiest terzake van de uitvoering van de koopovereenkomst woonplaats op het in de aanhef van de overeenkomst vermelde woonadres, dan wel bij aangetekende brief met of e- mailbericht met verzendbericht aan de Verkoper opgegeven gewijzigd woonadres.

  • Overgangsbepaling In afwijking van het bepaalde in artikel 5 en met gebruikmaking van de overgangsbepaling in de akte van oprichting van Stichting PAWW is het eerste Bestuur van de Stichting PAWW bij de akte van oprichting benoemd, bestond zij uit twee (2) leden en werden die bestuursleden geacht te voldoen aan de kwaliteitseisen als bedoeld in artikel 5 lid 4.

  • Beleggingsbeleid Het Fonds tracht zijn beleggingsdoel te verwezenlijken door hoofdzakelijk te beleggen in Aandelen en aan Aandelen gerelateerde effecten (inclusief warrants en converteerbare effecten) van bedrijven van eender welke marktkapitalisatie die zijn gevestigd of hun voornaamste bedrijfsactiviteiten uitvoeren in Europese landen. Het Fonds zal in het bijzonder proberen om inkomsten te realiseren via belegging in Aandelen die volgens de Beleggingsbeheerder een aantrekkelijk aandelenrendement (dividend yield) bieden bij aankoop en in de toekomst een aantrekkelijk aandelenrendement kunnen hebben. Blootstelling aan effectenleentransacties Het verwachte niveau van de mogelijke blootstelling aan effectenleentrans- acties is 5% van het nettovermogen van het Fonds, met een maximum van 50%. Profiel van Xxxxxxxxx Rekening houdend met de boven- staande beleggingsdoelen kan het Fonds Beleggers aantrek- ken die: Risico-overwegingen Voornaamste risico’s voor de Globale blootstelling De Globale blootstelling van het Fonds Beleggingsbeheerder(s) Xxxxxxxx Xxxxxxxxx Investment

  • Tegenstrijdigheid en wijziging Verwerkersovereenkomst 1. In het geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen uit deze Verwerkersovereenkomst en de bepalingen van de Product- en Dienstenovereenkomst, dan zullen de bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst leidend zijn. 2. Indien Partijen van de artikelen in de Model Verwerkersovereenkomst door omstandigheden moeten afwijken, of deze willen aanvullen, dan zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen door Partijen worden beschreven en gemotiveerd in een overzicht dat als Bijlage 3 aan deze Verwerkersovereenkomst zal worden gehecht. Het bepaalde in dit lid geldt niet voor aanvullingen en/of wijzigingen van de Bijlagen 1 en 2. 3. Bij belangrijke wijzigingen in het product en/of de (aanvullende) diensten die van invloed zijn op de Verwerking van de Persoonsgegevens wordt, alvorens de Onderwijsinstelling de keuze hiertoe aanvaardt, de Onderwijsinstelling in begrijpelijke taal geïnformeerd over de consequenties van deze wijzigingen. Onder belangrijke wijzigingen wordt in ieder geval verstaan: de toevoeging of wijziging van een functionaliteit die leidt tot een uitbreiding ten aanzien van de te Verwerken Persoonsgegevens en de doeleinden waaronder de Persoonsgegevens worden Verwerkt. De wijzigingen zullen in Bijlage 1 worden opgenomen. 4. Wijzigingen in de artikelen van de Verwerkersovereenkomst kunnen uitsluitend in gezamenlijkheid worden overeengekomen. 5. In het geval enige bepaling van deze Verwerkersovereenkomst nietig, vernietigbaar of anderszins niet afdwingbaar is of wordt, blijven de overige bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst volledig van kracht. Partijen zullen in dat geval met elkaar in overleg treden om de nietige, vernietigbare of anderszins niet afdwingbare bepaling te vervangen door een uitvoerbare alternatieve bepaling. Daarbij zullen partijen zoveel mogelijk rekening houden met het doel en de strekking van de nietige, vernietigde of anderszins niet afdwingbare bepaling.