Vogels Voorbeeldclausules

Vogels. In de groene ruimten is het verboden vogels te vangen en hun nesten te vernielen en alle andere dieren lastig te vallen.
Vogels. Para. 7.8 Para. 7.9 - Natuur WOZEP en KRM/VHR (MWTL) Programmering gereed Q3 2020; start uitvoering z.s.m. deel NCP (zie ook onderdeel 5) Intensivering datavergaring en versterking zeggingskracht. Mogelijk extra inspanning in relatie tot effecten op overige zee-, kust- en trekvogels (sterfte en aanwas van vogels) gevoelig voor drukfactoren zoals windenergie op zee. (zie ook onderdeel 5) Demografische vogelmonitoring. Formuleren van herstelmaatregelen op land.
Vogels. Indien werkzaamheden plaatsvinden in het broedseizoen (15 maart tot 15 juli), dient rekening te worden gehouden met broedende vogels binnen en in de directe omgeving van het projectgebied, waaronder ook weidevogels. De bomen langs werkwegen dienen in deze periode te worden gecontroleerd op de aanwezigheid van nesten en broedgevallen. Dit geldt ook voor het tracé en de werkterreinen door de graslandpercelen, waar weidevogels en moerasvogels (in oeverzones van sloten) voor kunnen komen. Een ter zake deskundige ecoloog dient een storingsvrije zone te bepalen, waarbinnen geen verstorende werkzaamheden mogen plaatsvinden. In het uiterste geval moeten werkzaamheden tot na het broeden worden opgeschort, dit is ter beoordeling van de ecoloog.
Vogels. Langs de A27 en de A1 bevinden zich op een aantal plaatsen broedgevallen van vogels (categorie 5 – geen jaarrond beschermde nesten). Op één plaats, A1 aansluiting Eemnes, zijn jaarrond beschermde nesten aanwezig (sperwer en buizerd). De bomen op de aansluiting blijven in principe behouden. Overtreding van verbodsbepalingen door de ingreep is uitgesloten, mits wordt gewerkt buiten het broedseizoen. Aanvragen van een ontheffing is niet nodig.
Vogels. In het opgaand groen kunnen algemeen voorkomende vogelsoorten als pimpelmees, koolmees, staartmees, roodborst, spreeuw, zanglijster en blauwe reiger. De opgaande begroeiing biedt mogelijk ook leefgebied aan kraaiachtigen en spechten. De aanwezige bebouwing kan vaste verblijfplaatsen bieden aan gebouwbewonende soorten als gierzwaluw, zwarte roodstraat en huismus. Binnen de watergangen in het plangebied komen naar verwachting veel algemene watervogels voor zoals wilde eend, knobbelzwaan, meerkoet, blauwe reiger en waterhoen. Daarnaast broeden mogelijk op de akkers enkele paren kievieten en scholeksters. De diverse biotopen in het plangebied bieden voldoende mogelijkheden voor vaste rust-, verblijf- en broedplaatsen voor al deze soorten. Zoogdieren Het gebied met veel opgaande begroeiing, gebouwen en open water, voldoet aan de biotoopeisen van veel vleermuissoorten, zoals gewone dwergvleermuis, watervleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis en laatvlieger. Mogelijk biedt het plangebied dan ook vaste rust-, verblijf- en paarplaatsen en zeer geschikt foerageergebied en belangrijke vliegroutes voor deze soorten. Ook biedt het plangebied geschikte biotopen voor algemene grondgebonden zoogdieren, zoals bosmuis, bunzing, egel, konijn, mol, rosse woelmuis, huisspitsmuis, veldmuis en woelrat.
Vogels. Loopvogelsoorten (CR 24) • Flamingosoorten (CR 17) • Ooievaar- en kraanvogelsoorten (CR 17) • Pinguïnsoorten (CR 22) • Pelikaansoorten (CR 21)
Vogels. Lokaal voorkomende vogels
Vogels. Voor de trekvogels zijn de gevolgen van het in gebruik hebben van het Windpark Agro-Wind getoetst aan de flyway-populatie en voor de lokale vogels aan de Nederlandse populatie. Wanneer de extra sterfte door het windpark wordt afgezet tegen de jaarlijkse natuurlijk sterfte per soort dan kan worden berekend dat de extra jaarlijkse sterfte voor alle soorten onder de 1% van de natuurlijke sterfte blijft. Zodoende wordt voor alle aangevraagde vogelsoorten voldaan aan het 1%-ORNIS-criterium en is daarmee aannemelijk gemaakt dat deze sterfte voor geen van de betreffende vogelsoorten leidt tot aantasting van de gunstige staat van instandhouding.
Vogels. Voorstel van decreet van de xxxx X. Xxxxxxxxx houdende wijziging van het de- creet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen 155 (1985-1986)-Nrs 1 tot 3 Hoofdelijke stemming, blz. 1564 Spreker : de xxxx X. Xxx Elewyck Moties tot besluit van de interpellatie van de xxxx X. Xx Loor tot de xxxx X. Xxxxx- mans, Gemeenschapsminister van Huis- vesting, over een discriminatie in verband met de beperking van de reële huurprijs voor sociale woningen Hoofdelijke stemming, blz. 1565 Spreker : de xxxx X . Van Elewyck Moties tot besluit van de interpellatie van de xxxx X. Xxxxxxx tot de heer X. Pede, Gemeenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ruimtelijke Orde- ning, over de jongste ontwikkelingen in het dossier Voeren Hoofdelijke stemming, blz. 1566 Spreker : de xxxx X. Xxxxxxx Interpellaties (R.v.O. art. 72) (Voortzet- ting) Interpellaties van de xxxx X. Xx Beul tot de xxxx X. Xxxxxx, Gemeenschapsminis- ter van Cultuur, over de conclusies te trekken uit de doorlichting van de BRT, blz. 1568 Sprekers : de heren X. Xx Xxxx, X. Xxx Xxxxxxx, X. Xxxxx, Minister X. Xxxxxx Interpellatie van de xxxx X. Xxxxxxxxx tot de xxxx X. Xxxxxx, Gemeenschapsmi- nister van Cultuur, over het uitblijven van uitvoeringsbesluiten betreffende de subsi- diëring van particuliere sportinfrastruc- tuur, blz. 1573 Sprekers : de xxxx X. Xxxxxxxxx, Mi- nister X. Xxxxxx Minister X. Xxxxxx Interpellatie van mevrouw M. Vogels tot de xxxx X. Xxxxxx, Gemeenschapsminis- ter van Cultuur, over de toepassing van besluiten van rangschikking van land- schappen of monumenten en de daarop gemaakte uitzonderingen, blz. 1581 Sprekers : mevrouw X. Xxxxxx, Mi- nister X. Xxxxxx Interpellatie van de xxxx X. Xxx Durme tot de xxxx X. Xxxxx, Voorzitter van de Vlaamse Executieve, Gemeenschapsmi- nister van Economie en Werkgelegen- heid, over de resultaten van de DIRV-ac- tie, blz. 1584 Sprekers : de xxxx X. Xxx Durme, Minister X. Xxxxx, de xxxx X. Xxxxx xxxx, X. Xx Beul, Minister X. Xxxxx Interpellatie van de xxxx X. Xxxxxx tot xxxxxxx X. Xxxxxxxx, Gemeenschapsmi- nister van Gezin en Welzijnszorg, over de financiële moeilijkheden van de instelling Kind en Gezin, blz. 1596 Sprekers : de xxxx X. Xxxxxx, Minis- ter X. Xxxxxxxx van de werkzaamheden, blz. 37e vergadering Donderdag, 25 juni 1987 Middagverga. dering VOORZITTER : de xxxx X. xxxx
Vogels het behoud van monumenten en landschappen als het decreet van 13 juli 1972 tot wijziging van de voor- noemde wet, voorzien dat de Koning om bepaalde redenen toelating kan verlenen om af te wijken van de be- perkingen die op een beschermd landschap rusten. Deze mogelijkheid is terecht, daar het instandhouden van een landschap soms maatregelen vereist die kunnen ingaan tegen alge- meen geldende beperkingen, die op de meeste beschermde landschappen van toepassing zijn. Ook is het soms mogelijk dat sommige kleine ingre- pen niet afdoen aan de waarde en het karakter van een beschermd landschap. Uit de geest van de wet en de toepas- sing van artikel 6 van deze wet, door al uw voorgangers, blijkt duidelijk dat het uiteindelijke doel van de wet het beschermen en instandhouden van merkwaardige landschappen door deze afwijkingen niet mag ge- schaad worden. Tevens voorziet de wet dat een landschap kan gedeklas- seerd worden wanneer dit nodig is voor het landsbelang of in geval van heirkracht. Waarschijnlijk moeten wij u er niet van overtuigen dat in een dichtbevolkt landsgedeelte als het onze, de weinige beschermde landschappen die wij bezitten deze bijzondere zorg verdienen. Om dezelfde redenen treden er dan ook vaak conflicten op tussen het al- gemeen belang en verschillende maatschappelijke of privébelangen die aanspraak maken op het gebruik van bepaalde landschappen. Het meest recente voorbeeld is dit van de promotoren van de golfsport in Vlaanderen, die gezien hun behoefte aan grote aaneengesloten oppervlak- ten, vaak in conflict komen met de belangen van de landbouw of met doelstellingen van de wet op het be- houd van monumenten en landschap- pen. Dit probleem zal u zeker niet onbekend zijn. Wij verwijzen hier naar uw houding in verband met het Floordambos te Melsbroek, waar u de ingezette beschermingsprocedure tot een goed einde gebracht hebt, on- danks de druk van machtige groepen die het golfproject steunden. Onze waardering daarvoor. U kan dan waarschijnlijk ook wel on- ze verbazing begrijpen die ontstond toen we via de pers vernamen dat u de aanleg van een golfterrein in het beschermde landschap Bossenstein te Ranst wel toegelaten had. Het do- mein Bossenstein, dat gelegen is rondom het historisch waterslot, werd reeds in 1962 beschermd om zijn esthetische waarden. Het water- kasteel werd enkele jaren daarvoor in 1958 als monument beschermd. Het gaat hier om een uitzonderlijk geheel, waarvan de bescherming reeds op het einde van vorige eeuw gevraagd werd. ...