Voortzetting pensioenopbouw Voorbeeldclausules

Voortzetting pensioenopbouw. Voor degenen die een bovenwettelijke aanvulling ontvangen, zoals bedoeld in het voorgaande lid van dit artikel, kan de pensioenopbouw gedurende de loongerelateerde uitkering vrijwillig worden voortgezet, voor zover het pensioenreglement dit toestaat. Voortzetting van de pensioenopbouw vindt alleen plaats indien de werknemer dit wenst en bereid is om zelf het werknemersdeel van de premie die gold voor de ontslagdatum, bij te dragen. In dit geval continueert de werkgever het werkgevers deel van de premie.
Voortzetting pensioenopbouw. De pensioenopbouw wordt tijdens onbetaald verlof beperkt tot 50% gedurende de eerste 26 weken, berekend op basis van het inkomen voorafgaand aan het verlof. In geval van deeltijd onbetaald verlof wordt de periode van 26 weken evenredig verlengd. De medewerker die onbetaald verlof opneemt, kan – rekening houdend met fiscale grenzen – de pensioenopbouw voor eigen rekening aanvullen tot 100%. Bij verlof langer dan 26 weken kan de medewerker de pensioenlasten geheel voor eigen rekening nemen. De vrijwillige aanvulling is gemaximeerd tot een periode van 1 jaar na ingang van het verlof. Het bepaalde over voortzetting pensioenopbouw geldt, om fiscale redenen, niet voor medewerkers die onbetaald verlof opnemen voorafgaand aan pensionering.
Voortzetting pensioenopbouw. Tijdens het ouderschapsverlof zal de pensioenopbouw worden voortgezet en zal de pensioenpremie worden geheven alsof door de journalist geen gebruik van ouderschapsverlof is gemaakt.
Voortzetting pensioenopbouw. 1. Tijdens een tijdvak van ouderschapsverlof of geboorteverlof als omschreven in de CAO, heeft de deelnemer de mogelijkheid om de opbouw van de pensioenen ook over het tijdvak van het ouderschapsverlof of geboorteverlof voort te zetten.
Voortzetting pensioenopbouw. 1. Tijdens een tijdvak van non-activiteit als omschreven in de CAO kan de pensioenopbouw van de deelnemer worden voortgezet overeenkomstig hetgeen daarover in de CAO is vastgelegd. Het bepaalde in artikel 1 met betrekking tot maximering van de bruto pensioengrondslag is onverkort van kracht.
Voortzetting pensioenopbouw. Artikel 35
Voortzetting pensioenopbouw. Gedurende deelname aan deze regeling wordt de opbouw van prepensioen en/of levenslang ouderdomspensioen voortgezet alsof Werknemer volledig werkzaam was gebleven en zijn vol- ledige pensioengevende Jaarinkomen was blijven ontvangen. Werknemer blijft gedurende deze periode de bijdrage in de pensioenpremie verschuldigd op basis van de voor hem geldende pensioengrondslag.‌‌‌
Voortzetting pensioenopbouw. De werknemer blijft deelnemer in de bij werkgever geldende pensioenvoorziening. • De werkgever betaalt over de verlofperiode 50% van de premie berekend over het verschil tussen het jaarsalaris van de werknemer direct voorafgaand aan de verlofperiode en het nieuwe jaarsalaris van de werknemer op grond van zijn arbeidsuren tijdens de verlofperiode. • De werknemer betaalt over de verlofperiode 50% van zijn eigen bijdrage berekend over het verschil tussen het pensioengevend salaris van de werknemer direct voorafgaand aan de verlofperiode en het nieuwe pensioengevend salaris van de werknemer op grond van zijn arbeidsuren tijdens de verlofperiode. • De kosten van de eigen bijdrage over het verlof worden vóórdat het verlof ingaat, en over de gehele verlofperiode, in één keer met het salaris van de werknemer verrekend. Als het om deeltijdverlof gaat kan de werknemer er ook voor kiezen de eigen bijdrage over het verlof maandelijks te laten verrekenen met zijn salaris. • De werknemer kan – rekening houdend met fiscale grenzen – de pensioenpremie(s) voor eigen rekening aanvullen tot 100%. Voor de hoogte van de eigen bijdrage van de werknemer voor zijn pensioenopbouw verwijzen wij naar de cao.
Voortzetting pensioenopbouw. Indien de medewerker kiest voor prepensionering op basis van het in 2.a, 2.b of 2.c gestelde, wordt de pensioenopbouw in de basispensioenregeling respectievelijk de beschikbare premieregeling, voortgezet tot het moment dat de pensioenrichtleeftijd van 62 jaar wordt bereikt.
Voortzetting pensioenopbouw. Voor de werknemers die een uitkering krachtens artikel 20 ontvangen zal werkgever gedurende de uitkeringsperiode de pensioenpremie voor 37,5% blijven afdragen. Voor de werknemers die een uitkering krachtens artikel 20 ontvangen en bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst 60 jaar of ouder zijn, zal werkgever gedurende de uitkeringsperiode tevens 50% van het werknemersdeel van de pensioenpremie afdragen.