Wraking Voorbeeldclausules

Wraking. 1. Een arbiter kan worden gewraakt wanneer gerechtvaardigde twijfel bestaat aan zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid. Om dezelfde redenen kan een juridisch secretaris van de arbitragecommissie worden gewraakt. 2. Een partij kan een door de algemeen voorzitter aangewezen of een door de voorzieningenrechter van de rechtbank benoemde arbiter niet wraken, wanneer zij in diens benoeming heeft berust, tenzij de reden van wraking haar eerst later bekend is geworden. 3. Wanneer zich na zijn aanwijzing een feit voordoet waardoor een arbiter of de juridisch secretaris niet meer voldoet aan het bepaalde in artikel 5 lid 1 dan trekt hij zich alsnog terug en doet daarvan onmiddellijk mededeling aan de algemeen voorzitter. De algemeen voorzitter voorziet dan zo spoedig mogelijk in de benoeming van een andere arbiter of juridisch secretaris. 4. De wrakende partij brengt de wraking, onder opgave van redenen, schriftelijk ter kennis van de betrokken arbiter, de algemeen voorzitter en van de wederpartij. De algemeen voorzitter kan het geding schorsen vanaf de dag dat hij de kennisgeving ontvangt. 5. Trekt een gewraakte arbiter zich niet binnen twee weken na de dag van de ontvangst van bedoelde kennisgeving terug, dan doet hij hiervan mededeling aan de algemeen voorzitter en wordt op verzoek van de meest gerede partij over de gegrondheid van de wraking door de voorzieningenrechter van de rechtbank beslist. Xxxxx dit verzoek niet binnen vier weken na de dag van de ontvangst van de kennisgeving gedaan, dan vervalt het recht tot wraking en wordt het geding, indien het geschorst was, hervat in de stand waarin het zich bevindt. Wanneer de betrokken arbiter, één der partijen of beide partijen buiten Nederland wonen of feitelijk verblijf houden, geldt een termijn van drie onderscheidenlijk zes weken. 6. Trekt de gewraakte arbiter zich terug of wordt diens wraking door de voorzieningenrechter van de rechtbank gegrond bevonden, dan vervangt de algemeen voorzitter hem door een andere arbiter uit de arbitragecommissie. Het bepaalde in artikel 7 lid 3 vindt dan toepassing.
Wraking. 1 De voorzitter kan worden gewraakt indien gerechtvaardigde twijfel bestaat over zijn onafhankelijk- of onpartijdigheid. 2 De andere leden kunnen worden gewraakt indien gerechtvaardigde twijfel bestaat over de onpartijdigheid van het lid of over het functioneren zonder last of ruggenspraak. 3 De wrakende partij brengt het wrakingsverzoek, onder opgave van redenen, onverwijld ter kennis van de commissie. 4 Als gevolg van het wrakingsverzoek wordt de behandeling van de zaak geschorst. De andere twee leden van de commissie beslissen, na het horen van het gewraakte lid, zo spoedig mogelijk of het wrakingsverzoek wordt gehonoreerd. Bij staking van de stemmen wordt het wrakingsverzoek gehonoreerd. 5 De beslissing op een wrakingsverzoek wordt zo spoedig mogelijk genomen en voorzien van een motivering aan beide procespartijen en het commissielid wiens wraking is verzocht, medegedeeld. De beslissing wordt eerst mondeling medegedeeld aan het gewraakte lid en partijen en vervolgens schriftelijk bevestigd. 6 Een volgend wrakingsverzoek met betrekking tot hetzelfde commissielid wordt niet in behandeling genomen, tenzij feiten of omstandigheden worden voorgedragen die pas na het eerdere wrakingsverzoek aan de wrakende partij bekend zijn geworden.
Wraking. 1. Zodra bekend is welke personen tot lid van de Geschillencommissie zijn aangewezen, stelt de secretaris de betrokken partijen hiervan op de hoogte. 2. De betrokken partijen kunnen één of meer leden van de Geschillencommissie wraken indien gerechtvaardigde twijfel bestaat aan zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid. 3. Een lid van de Geschillencommissie kan ook worden gewraakt om redenen die voorafgaand aan zijn benoeming zijn opgekomen. 4. De wrakende partij brengt de wraking, onder opgave van redenen, schriftelijk ter kennis van het desbetreffende lid, de andere leden van de Geschillencommissie en de wederpartij. Deze kennisgeving wordt gedaan binnen 14 dagen nadat de wrakende partij kennis heeft gekregen van de redenen voor wraking. 5. De zaak kan door de Geschillencommissie worden geschorst vanaf de dag van de ontvangst van de kennisgeving. 6. Trekt het gewraakte lid zich niet binnen twee weken na de dag van de ontvangst van de kennisgeving terug, dan wordt over de wraking op verzoek van de meest gerede partij door de President van de Rechtbank beslist.
Wraking. Partijen hebben het recht om overeenkomstig artikel 626 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering één of meer leden van de Commissie te wraken, doch uitsluitend om één of meer van de in artikel 30 van voornoemd Wetboek vermelde reden(en).
Wraking. Een arbiter kan door een partij worden gewraakt indien er feiten of omstandigheden bestaan, waardoor in het algemeen de onpartijdigheid van arbiters schade zou kunnen lijden, of op grond dat de arbiter op enigerlei wijze is betrokken of is betrokken geweest bijeen der gedingvoerende partijen.
Wraking. 17.1 Zowel de klager als de aangeklaagde kan, binnen een door de voorzitter vastgestelde termijn, gemotiveerd bezwaar maken tegen de samenstelling van de zittingscommissie. 17.2 De zittingscommissie beslist over bezwaren tegen haar samenstelling. 17.3 Als een bezwaar gegrond wordt verklaard, trekt het betreffende commissielid zich terug en benoemt de voorzitter een ander lid van klachtencommissie tot lid van de zittingscommissie. Als het de voorzitter betreft, treedt diens plaatsvervanger in zijn plaats.
Wraking. In de commissie kunnen geen personen benoemd worden die rechtstreeks bij het geschil zijn betrokken.
Wraking. 12.1 Een lid of een fungerend plaatsvervangend lid van de Vaste Commissie kan worden gewraakt indien gerechtvaardigde twijfel bestaat over zijn onpartijdigheid.
Wraking. De president van het TACE doet een uitspraak over de onbevoegdheid van de bemiddelaar op verzoek van een van beide partijen, op het moment dat het verzoek om bemiddeling is ingediend, of later, binnen een termijn van dertig dagen na de indiening van een dergelijk verzoek. In dit geval stelt het secretariaat van de bemiddelaar de bemiddelaar en de tegenpartij daarvan op te hoogte en legt het secretariaat dit verzoek binnen twee weken na ontvangst voor aan de president van het TACE. Na het verzoek onderzocht te hebben, neemt de president van het TACE een met redenen omkleed besluit, dat binnen dertig dagen na de ontvangst van het verzoek door de griffier van dit tribunaal aan beide partijen wordt meegedeeld.
Wraking. Wraking van de Bemiddelaar is mogelijk volgens de wrakingsregeling in dit Reglement rentederivaten.