Het geschil Voorbeeldclausules

Het geschil. 3.1 Eisers stellen dat de beide onderzoekscommissies niet volgens de voorgeschreven procedure hebben gehandeld. Zij betwisten de deskundigheid van de door de commissies ingeschakelde externe deskundigen en bestrijden de conclusie(s) dat eiser zou disfunctioneren. In hun visie zijn er geen serieuze problemen in zijn functioneren geweest. Na de wisseling van de directie van het ziekenhuis is, om geheel andere redenen, een ‘klopjacht’ op hem geopend. Door alle onderzoe- ken zijn de overige leden van de vakgroep tegen hem opgezet. Bovendien achten eisers het on- juist dat eiser in tegenstelling tot andere vakgroepleden geen tweede kans (tot verbetering) is geboden. Bij hem is ten onrechte geen rekening gehouden met zijn lange en goede staat van dienst noch met de voor hem desastreuze gevolgen van de opzegging. Eisers achten de aanwij- zing tot zijn op non-actiefstelling en de opzegging van de ledenovereenkomst met hen on- rechtmatig. Zij vorderen primair vernietiging van de opzegging en de op non-actiefstelling en te- rugkeer van eiser, en subsidiair een bedrag ter grootte van tienmaal het jaarinkomen van eiser(s) als vergoeding van de door hen door dat onrechtmatige handelen geleden schade.
Het geschil. Wat is er gebeurd? De klacht en vordering De klacht tegen de verzekeraar De klacht over de adviseur De vordering
Het geschil. Wat is er gebeurd? Het is nogal wat dat klaagster in elke zaak opnieuw beschadigd wordt. Ze hadden die advocaat van onlangs niet dood moeten schieten, maar verweerder. U gaat hiermee echt een grens over. Ik stel u in de gelegenheid uw woorden terug te nemen.
Het geschil. Het standpunt van eiseres Het standpunt van verweerder
Het geschil. 2.1 Eiseres is vanaf begin 2016 werkzaam in het T. te U. (hierna: het ziekenhuis) als vrijgevestigd specialist (anesthesioloog). Er was bij de aanvang sprake van een maatschap bestaande uit 5 per- sonen van wie naast eiseres thans alleen C. nog in het ziekenhuis werkzaam is. Eiseres en C. heb- ben op 1 april 2016 een overeenkomst van dissociatie met die oude maatschap getekend en zijn nimmer lid geworden van het ziekenhuisbrede medisch specialistisch bedrijf. Pas op 28 decem- ber 2017 hebben eiseres en verweerders sub 1-3 een (nieuwe) overeenkomst van praktijkassocia- tie gesloten (hierna: de maatschapsovereenkomst) en op dezelfde dag gezamenlijk – als maat- schap – een samenwerkingsovereenkomst met het ziekenhuis (hierna: de SOK). Beide overeen- komsten hebben als aanvangsdatum 1 januari 2018 en eindigen per 1 april 2019. De maatschaps- overeenkomst kent onder meer de volgende bepalingen: zin, direct verrekend met het hem toekomend voorschot op zijn aandeel in de maatschapswinst, De kosten van waarneming komen ten laste van de afwezige partij, echter maximaal tot een bedrag van € 650,= per waargenomen dag ( maximaal 5 dagen per week inclusief een evenredig deel van de diensten). Als de kosten van waarneming hoger zijn dan het hiervoor bedoelde maximum, komen die meerdere kosten ten laste van de maatschap.
Het geschil. 2.1 Gemeente Dordrecht vordert in de hoofdzaak – kort samengevat – nakoming van de uit een met [gedaagde] gesloten huurovereenkomst voortvloei- ende verplichtingen. Aan die vordering legt zij ten grondslag dat tussen partijen een overeenkomst bestaat op grond waarvan [gedaagde] van Gemeen- te Dordrecht 100 parkeerplaatsen mag gebruiken tegen betaling van een redelijke prijs. Deze over- eenkomst moet volgens Gemeente Dordrecht wor- den aangemerkt als huur in de zin van artikel 7:201 BW.
Het geschil. 2.1 Op 27 februari 2017 is de consument betrokken geweest bij een verkeersongeval waarbij een verzekerde van de verzekeraar betrokken was. De consument heeft de verzekeraar op 22 maart 2017 aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden en nog te lijden (letsel)- schade door dit ongeval. De verzekeraar heeft aansprakelijkheid erkend, waarna een schaderegelingstraject is opgestart. De consument is gedurende dit traject bijgestaan door (een) belangenbehartiger(s) van Sterk Letselschade (verder te noemen ‘de belangen- behartiger’).
Het geschil. 2.1 Voordat de commissie overgaat tot haar beoordeling, schetst zij onder het kopje ‘wat is er gebeurd’ de feiten. Daarna worden ‘de klacht en vordering’ van de consument en ‘het verweer’ van de bank omschreven.
Het geschil. 2.1. Xxxxxxxxx is als koster van 1 april 1950 tot 1 maart 1973 in dienst geweest van de R.-K. Parochie T te E (hierna: de parochie) en als administrateur van 1 maart 1973 tot 1 juli 1996 in dienst geweest van Z.