Arbeidsduur oudere werknemers Voorbeeldclausules

Arbeidsduur oudere werknemers. 1. De werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft recht op de volgende arbeidsduurvermindering: in het jaar waarin de 60-jarige leeftijd wordt bereikt: 2 uur per week in het jaar waarin de 61-jarige leeftijd wordt bereikt: 3 uur per week in het jaar waarin de 62-jarige leeftijd wordt bereikt alsmede in de eventuele dienstjaren gelegen na het jaar waarin hij de 62-jarige leeftijd bereikte: 4 uur per week Bovenstaande arbeidsduurvermindering geldt bij een arbeidsduur van 1976 uur per jaar. Werknemers die in deeltijddienstverband werken hebben recht op arbeidsduurvermindering naar evenredigheid. In combinatie met art. 3.1 lid 2 leidt dit tot de mogelijke onderstaande arbeidsduur per week: Leeftijd Xxxxxx uren keuzemenu Aantal uren arbeidsduurvermindering Totaal aantal vermindering uur Arbeidsduur per week 59 4 - 4 34 60 4 2 6 32 61 4 3 7 31 62 of ouder 4 4 8 30 2. De arbeidsduurvermindering zal worden opgenomen in uren per dag of per week. In incidentele gevallen kan de werknemer in overleg met de werk- gever, indien de bedrijfsomstandigheden dit toelaten, de arbeidsduur- vermindering op andere wijze opnemen. 3. Gedurende gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid alsmede tijdens vakanties, ontstaat geen aanspraak op arbeidsduurvermindering. 4. De arbeidsduurvermindering welke de werknemer geniet, zal in principe niet mogen leiden tot aantasting van zijn functieniveau.
Arbeidsduur oudere werknemers. Werknemers van 60 jaar en ouder hebben recht op extra verlofdagen, waarbij de volgende staffel wordt toegepast: 60 jaar: 20 dagen 61 jaar: 20 dagen 62 jaar: 20 dagen 63 jaar: 20 dagen 64 jaar: 20 dagen 65 jaar: 20 dagen 66 jaar: 20 dagen Deze dagen worden overeenkomstig de gebruikelijke verlofregelingen per 1 januari van ieder kalenderjaar toegekend, waarbij rekening dient te worden gehouden met bestaande deeltijdpercentages. Deze dagen mogen niet worden gespaard, maar moeten in overleg gelijkmatig gespreid (minimaal een dagdeel) worden ingeroosterd. Bij wijziging van de AOW leeftijd treden partijen in overleg over aanpassing van dit artikel.
Arbeidsduur oudere werknemers. 1. Voor werknemers die de leeftijd van 55 jaar bereiken, geldt, met ingang van de maand waarin zij 55 jaar worden, een arbeidsduurverkorting van 2,5 uur per week met behoud van salaris. Deze 2,5 uur kan tot maximaal 8 uur per week worden uitgebreid op verzoek van werknemer. De kosten van deze uitbreiding, maximaal 5,5 uur, komen voor 30% voor rekening van de werkgever en 70% voor de werknemer. 2. De uit lid 1 voortkomende bijdrage van de werknemers heeft geen verlaging van de pensioengrondslag en de werknemersbijdrage in de pensioenpremie tot gevolg. 3. Gedurende de arbeidsduurverkorting blijft de oorspronkelijke arbeidsovereenkomst in stand. Het reguliere verlof wordt over deze oorspronkelijke arbeidsovereenkomst opgebouwd en over de oorspronkelijke arbeidsduur per dag opgenomen. 4. Tijdens vakantie en arbeidsongeschiktheid bouwt een werknemer die gebruik maakt van arbeidsduur oudere werknemers geen arbeidsduurverkorting van 2,5 uur per week op met behoud van salaris. 5. Indien een werknemer van 55 jaar en ouder gebruik maakt van deze regeling, kan geen gebruik worden gemaakt van ADV. 6. Voor het berekenen van de overwerktoeslag blijft het volledig dienstverband, zoals van kracht vóór het moment waarop krachtens dit artikel vermindering van uren is overeengekomen, het uitgangspunt. 7. De werkgever stelt de werknemer gedurende drie jaar voor zijn pensionering desgevraagd in de gelegenheid in totaal 5 werkdagen extra betaald verlof op te nemen voor het bijwonen van cursussen ter voorbereiding op de aanstaande pensionering. 8. Werknemers van 55 jaar en ouder met een deeltijddienstverband, hebben naar evenredigheid recht op de in lid 1 genoemde arbeidsduurverkorting.
Arbeidsduur oudere werknemers. 1. Werknemers van 58 jaar en ouder kunnen op verzoek - in afwijking van de normale arbeidsduur als bedoeld in artikel 4 in het kader van leeftijds- en gezondheidsbeleid dat integraal deel uit maakt van het personeelsbeleid - korter gaan werken met een arbeidsduur van 32 uur gemiddeld per week1. De wens daartoe dient de werknemer tijdig aan de werkgever kenbaar te maken. In overleg met betrokken werknemer stelt de werkgever, in beginsel voor een periode van één jaar, het rooster vast waarin de verkorte wekelijkse arbeidsduur van de werknemer is vastgelegd. 2. Voor de werknemer als bedoeld in lid 1 van dit artikel zijn de bepalingen van deze CAO op overeenkomstige wijze van toepassing als voor een deeltijdwerknemer, met uitzondering van de aanspraken op pensioen. De opbouw van pensioenaanspraken wordt onverkort door de werkgever voortgezet alsof de werknemer werkzaam is op basis van de tot dat moment voor hem geldende arbeidsduur per week. 1 In het algemeen in een rooster van 4 dagen. 3. Vanaf 1 januari 2003 ontvangt de werknemer als bedoeld in lid 1 en 2 over de als gevolg van de verkorte arbeidsduur niet gewerkte uren 73,1% van het tijdloon exclusief de in het tijdloon begrepen beloning voor overwerk. Werknemers, die op grond van dit lid een beloning ontvangen voor niet gewerkte uren verrichten in principe geen meerwerk dan wel overwerk. Ingeval het toch noodzakelijk is meerwerk of overwerk te verrichten vervalt voor de betreffende uren, de beloning conform dit lid. De vakantietoeslag en eindejaarsuitkering worden ook toegekend over de beloning voor de niet gewerkte uren. 4. Werknemers met wie een parttime dienstverband is overeengekomen op basis van 32 uur of minder gemiddeld per week komen niet in aanmerking voor de regeling als bedoeld in lid 1 t/m 3. De werknemer, die gebruik maakt van de regeling als bedoeld in lid 1 t/m 3 en die in deeltijd gaat werken met een arbeidsduur korter dan 32 uur gemiddeld per week, komt met ingang van de datum waarop deze kortere arbeidsduur per week ingaat niet meer in aanmerking voor de beloning als genoemd in lid 3. Cumulatie van de regeling als bedoeld in lid 1 t/m 3 en de regeling als bedoeld in lid 5 t/m 10 is niet toegestaan. 5. Werknemers van 61, 62, 63 en 64 jaar kunnen, voor zover zij niet deelnemen aan de regeling zoals genoemd in lid 1 t/m 3, op hun verzoek extra vrije uren opnemen tot ten hoogste: 2 uur per week voor 61-jarigen; 3 uur per week voor 62-jarigen; 4 uur per week voor 63-jarigen; 5 uur per week voo...
Arbeidsduur oudere werknemers. 1. De werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft bij minimaal een basis werkweek recht op de volgende - per werkdag of per werkweek in te roosteren - arbeidsduurvermindering: a. ingaande 1 januari van het kalenderjaar waarin de 60-jarige leeftijd wordt bereikt: 2 uur per week; b. ingaande 1 januari van het kalenderjaar waarin de 61-jarige leeftijd wordt bereikt: 3 uur per week; c. ingaande 1 januari van het kalenderjaar waarin de 62-jarige leeftijd wordt bereikt: 4 uur per week. x. xxxxxxxx 1 januari van het kalenderjaar waarin de 63-jarige leeftijd wordt bereikt: 6 uur per week e. ingaande 1 januari van het kalenderjaar waarin de 64-jarige leeftijd of hoger wordt bereikt: 8 uur per week 2. Voor de werknemer met een kortere individuele werkweek dan de basis werkweek geldt de onder lid 1 genoemde arbeidsduurvermindering naar evenredigheid. 3. Geen aanspraak op arbeidsduurvermindering ontstaat tijdens geheel of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van de werknemer of tijdens zijn vakantie. 4. Als gevolg van de onder lid 1 of lid 2 genoemde arbeidsduurvermindering blijft de inschaling van de functie van de werknemer bij handhaving van de bestaande functie ongewijzigd en behoudt de werknemer het voor hem geldende individuele salaris.
Arbeidsduur oudere werknemers. Voor oudere werknemers in dienst vóór 1 januari 2018 is een overgangsregeling overeengekomen. Deze overgangsregeling is opgenomen onder bijlage III. Voor werknemers in dienst per 1 januari 2018 geldt geen bijzondere regeling.

Related to Arbeidsduur oudere werknemers

  • Arbeidsduur 8.1. De arbeidsduur bij een voltijds dienstverband bedraagt 38 uur per week. 8.2. Voor werknemers van tenminste 60 jaar wordt de normale arbeidsduur, berekend op jaarbasis, met 5 werkdagen of diensten verminderd. Bij deeltijd worden deze werkdagen of diensten naar rato toegepast. Bedoelde werkdagen of diensten worden toegekend naast de in artikel 17 lid 1 sub b extra toegekende vakantiedagen voor werknemers van 60 jaar en ouder. 8.3. Aan een verzoek van een werknemer om vermindering of vermeerdering van zijn arbeidsduur binnen de eigen functie, is de werkgever verplicht tegemoet te komen. Indien het verzoek van de werknemer naar oordeel van de werkgever vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen niet gehonoreerd kan worden, zal de werkgever de werknemer hiervan schriftelijk en gemotiveerd in kennis stellen. De werknemer kan tegen deze beslissing bij de Bezwarencommissie in beroep komen. 8.4. De uitspraak van de Bezwarencommissie op het beroep dat wordt ingesteld tegen een afwijzende beslissing van de werkgever om aanpassing van de arbeidsduur heeft het karakter van een bindend advies. 8.5. De werkgever stelt de werktijden, na overleg met de werknemer, vast. 8.6. Indien de werktijden bij rooster worden vastgesteld, dient de werkgever de dagen waarop gewerkt moet worden zo spoedig mogelijk, met inachtneming van artikel 4 lid 2 van de Arbeidstijdenwet, ter kennis te brengen van de betrokken werknemer. Daarbij zijn werkgever en werknemer zich ervan bewust dat op korte termijn wijzigingen in het rooster noodzakelijk kunnen zijn in verband met calamiteiten en/of onvoorziene omstandigheden, waarbij bij dit laatste vooral gedacht moet worden aan afgelastingen en weersomstandigheden. 8.7. De invulling van de normale arbeidsduur van 38 uur per week gemiddeld bij een voltijds dienstverband vindt plaats binnen de volgende bandbreedtes: minimaal 7 uur per dag en minimaal 35 uur per week en maximaal 9 uur per dag en maximaal 45 uur per week waarbij een maximum geldt van gemiddeld 40 uren per week in elke periode van 13 achtereenvolgende weken. 8.8. In dagdienst wordt als regel gewerkt op de eerste vijf dagen van de week tussen 07.00 en 23.00 uur. 8.9. Indien de aard van de functie met zich meebrengt dat ook het werken op zaterdag en zondag als normaal kan worden aangeduid, geldt, in afwijking van het in lid 6 bepaalde, dat op alle dagen van de week kan worden gewerkt tussen 07.00 en 23.00 uur. 8.10. Incidentele afwijkingen van de normale dagelijkse arbeidsduur van een half uur of minder worden geacht deel uit te maken van de normale arbeidsduur. 8.11. De werknemer is in bijzondere gevallen ook gehouden buiten de op het rooster aangegeven uren arbeid te verrichten. 8.12. Indien het belang van de organisatie zich daartegen niet verzet en dit binnen de bestaande mogelijkheden kan, zal de werkgever op verzoek van de werknemer deze in de gelegenheid stellen om ten behoeve van zorgtaken extra verlof op te nemen. Jaarlijks kunnen werkgever en werknemer afspraken maken over de wijze waarop dit verlof opgebouwd c.q. gecompenseerd zal worden. 8.13. Indien het belang van de werkgever zich er niet tegen verzet en dit binnen de bestaande mogelijkheden kan, kan de werkgever de werknemer, onder in onderling overleg te bepalen condities, volgens met het medezeggenschapsorgaan overeengekomen richtlijnen, toestemming verlenen tot thuiswerken of telewerken.

  • Arbeidstijden 1. Gemiddelde arbeidstijd per week

  • Arbeidsduur en werktijden 1. De arbeidsduur volgens dienstrooster bedraagt op jaarbasis gemiddeld 37,5 uur per week. Voor werknemers werkzaam in roosters, zoals bedoeld in protocol 1, bedraagt de gemiddelde jaarlijkse arbeidsduur 36 uur per week. Voor werknemers werkzaam in roosters zoals bedoeld in protocol 2 bedraagt de gemiddelde arbeidsduur 33,6 uur per week, verdeeld over 7 dagen per week, op jaarbasis. a) De werktijden volgens dienstrooster liggen voor de werknemers in dagdienst tussen 07.00 uur en 18.00 uur op de eerste 5 werkdagen van de week. b) De werktijden volgens dienstrooster liggen voor de werknemers in 2-ploegendienst als regel tussen 04.00 uur en 24.00 uur, behoudens in geval met een dag- respectievelijk ochtend- en nachtdienst wordt gewerkt. c) De werktijden volgens dienstrooster voor de werknemers in 3-ploegendienst worden zodanig vastgesteld, dat tussen het einde en het begin van de dienstroosters een ononderbroken rustperiode van tenminste 36 uur bestaat, waarvan 24 uur op zondag, die geacht wordt te lopen van 00.00 uur - 24.00 uur. d) Werknemers kunnen in geval van gewetensbezwaren de werkgever verzoeken om vrijgesteld te worden van de verplichting om roostermatig zondagsarbeid te verrichten. Werkgever zal in dat geval de werknemer niet verplichten tot het verrichten van genoemde zondagsarbeid, doch een ander tijdstip bepalen waarop deze arbeid wordt verricht. a) Een dienstrooster mag niet in strijd zijn met de bestaande wetgeving en het in dit artikel bepaalde. b) De werkgever zal, indien daarbij meer dan negen werknemers zijn betrokken, niet tot invoering van een andere werktijdenregeling overgaan dan in overleg met de vakbonden, onverminderd de bevoegdheid van de OR hierover overleg te plegen met de werkgever. c) Indien de nieuwe werktijdenregeling echter tot gevolg heeft dat arbeid op een zondag moet worden verricht, zal de werkgever overleg plegen met de vakbonden. 4. De werkgever kan voor chauffeurs, portiers, bewakingspersoneel en voor werknemers werkzaam in de energiediensten een regeling vaststellen die afwijkt van hetgeen in dit artikel en in artikel 10 is bepaald. In dat geval zal zij dit doen in overleg met de vakbonden. 5. De in lid 1 bedoelde gemiddelde arbeidstijd wordt geëffectueerd overeenkomstig de in bijlage 4 nader vastgestelde bepalingen.

  • Arbeidstijdenwet Voor deze cao gelden, tenzij anders bepaald, de normen van de Arbeidstijdenwet en de daarop berustende bepalingen, met dien verstande dat in werkroosters maximaal 5 nachtdiensten achter elkaar mogen worden ingeroosterd.

  • Als arbeidsongeschiktheid van een medewerker te verwachten is Raakt een medewerker binnen zes maanden na de start van de module of van zijn dienstverband arbeidsongeschikt? En was zijn gezondheidstoestand bij de start van de module of van zijn dienstverband al zodanig dat u de arbeidsongeschiktheid had kunnen verwachten? Dan kunnen we de aanvulling tijdelijk of blijvend, geheel of gedeeltelijk weigeren. Had u direct voor de start van de module een soortgelijke verzekering, dan is bovenstaande bepaling bij de start van de module niet van toepassing. De bepaling is wel altijd van toepassing bij nieuwe medewerkers.

  • Onderaannemers 9.1. De waarborg is verworven indien de burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekeringnemer in het gedrang komt ingevolge schade veroorzaakt aan derden door onderaannemers, ten gevolge van werken uitgevoerd in het kader van de verzekerde activiteit. 9.2. Blijven uitgesloten: - de persoonlijke aansprakelijkheid van de onderaannemers, - de schade die niet zou gedekt zijn als de onderaannemer de hoedanigheid van verzekerde had. 9.3. De maatschappij behoudt zijn verhaalsrecht tegen de onderaannemer.

  • Werknemers 1. De gebruiker staat ervoor in dat de door hem in te zetten werknemers goed opgeleid en vakbekwaam zijn, de Nederlandse taal zodanig beheersen dat zij de voor een goede uitvoering van de werkzaamheden noodzakelijke instructies begrijpen en op de hoogte zijn van de inhoud van het werkprogramma. 2. Bij duurovereenkomsten zal de gebruiker op verzoek van de wederpartij de namen, voornamen en woonplaatsen van de door hem ten behoeve van de wederpartij ingezette werknemers doorgeven aan de wederpartij evenals iedere wijziging in de bezetting. Het voorgaande geldt met inachtneming van de wettelijke bepalingen inzake privacybescherming. 3. Alle werknemers hebben de instructie zich te conformeren aan de algemeen bij de wederpartij geldende huisregels, voor zover deze huisregels tijdig aan de gebruiker of de werknemers bekend zijn gemaakt. 4. De wederpartij zal alle voorkomende vragen met betrekking tot de werknemers schriftelijk aan de gebruiker stellen. 5. Het is de wederpartij niet toegestaan om tijdens de looptijd van de overeenkomst, evenals gedurende een periode van 6 maanden na einde daarvan, aan werknemers van de gebruiker een arbeidsovereenkomst aan te bieden of deze werknemers op enigerlei andere wijze, direct of indirect en buiten de gebruiker om, in te schakelen voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de wederpartij. 6. Indien de werknemer zelf pogingen in het werk stelt om voor of via de wederpartij anders dan voor of via de gebruiker werkzaamheden te gaan verrichten, moet de wederpartij de gebruiker daarvan zo spoedig mogelijk op de hoogte stellen, gevolgd door een schriftelijke bevestiging hiervan aan de gebruiker. 7. Bij overtreding door de wederpartij van het bepaalde in de leden 5 en 6 is de wederpartij aan de gebruiker een onmiddellijk en volledig opeisbare boete van € 4.500,00 per overtreding verschuldigd. Een en ander laat onverlet het recht van de gebruiker op vergoeding van de daadwerkelijk geleden schade. 8. De in dit artikel opgenomen beperkingen inzake overname van werknemers van de gebruiker gelden niet indien dwingendrechtelijke wettelijke bepalingen of bepalingen in een van toepassing zijnde CAO zich hiertegen verzetten.

  • Arbeidsduur en arbeidstijden 1. De uitzendonderneming maakt afspraken met de uitzendkracht over het aantal te werken uren per dag/week/periode. 2. De arbeids-, pauze- en rusttijden van de uitzendkracht zoals bedoeld in de Arbeidstijdenwet zijn gelijk aan die bij de opdrachtgever. 3. In overleg met de opdrachtgever en uitzendonderneming, is het de uitzendkracht toegestaan af te wijken van de bij de opdrachtgever geldende arbeidsduur en/of arbeidstijden. Dit kan bij aanvang van de uitzendovereenkomst, dan wel gedurende de uitzendovereenkomst worden overeengekomen. Hierbij geldt dat: x. xx xxxxxxxxx niet de voor de opdrachtgever uiterste grenzen van de wet en/of cao van de opdrachtgever (voor zover deze ruimer is) overschrijdt; b. de pauze- en rusttijden voor de uitzendkracht niet korter zijn dan bij de opdrachtgever.

  • Toepasselijke wetgeving De overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving betreffende individuele levens- en aan- vullende verzekeringen in het algemeen en betreffende Riziv-overeenkomsten die beantwoorden aan de wettelijke voorwaarden van een sociale overeenkomst ‘vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen’ in het bijzonder. Mocht de aangeslotene buiten België gevestigd zijn, dan wordt, indien de wet het zo toe- laat, door de partijen uitdrukkelijk gekozen voor de toepassing van het Belgisch recht betreffende indivi- duele levens- en aanvullende verzekeringen.

  • Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd De werknemer treedt in dienst voor onbepaalde tijd tenzij artikel D-3 of artikel D-4 van toepassing is.