Bedrijvenwerk. 1. Activiteiten van de werknemersorganisaties in het kader van het bedrijvenwerk in de onderneming zijn toegestaan, mits hierdoor de voortgang van de werkzaamheden en het functioneren van de personeelsvertegenwoordiging niet geschaad worden en mits de voorzitter en andere bestuursleden van de bedrijfsledengroep als zodanig bij werkgever bekend zijn.
2. Tussen de werkgever en de werknemersorganisaties zal overleg gepleegd worden over de aard, omvang en vorm van de eventueel nodige faciliteiten. Hierbij wordt in het bijzonder gedacht aan:
a. het toestaan van aankondigingen op publicatieborden van bijeenkomsten van bedrijfsledengroepen van de werknemersorganisaties;
b. de mogelijkheid van contact binnen het bedrijf maar buiten de werktijd met leden van de werknemersorganisaties;
c. contact van de voorzitter der bedrijfsledengroep met bezoldigde functionarissen van de werknemersorganisaties binnen de werktijd indien dit door bijzondere omstandigheden buiten de werktijd niet mogelijk is;
d. beschikbaarstelling door de werkgever – als regel buiten de werktijd – van vergaderruimten.
3. De werkgever zal er nauwgezet op toezien dat de werknemers die een functie in een vakvereniging vervullen, niet op grond daarvan in hun positie worden benadeeld en dat ook inzake ontslag ten aanzien van hen dezelfde maatstaven worden aangelegd als die, welke gelden voor werknemers, die niet met een dergelijke vakbondsfunctie zijn belast.
4. Tenzij een bestuurslid van een bedrijfsledengroep aanleiding geeft tot een dringende reden als bedoeld in artikel 678 BW, zal de werkgever, met inachtneming van het bepaalde in artikel 670 BW, geen ontslag toepassen dan na overleg met een bezoldigde vertegenwoordiger van de betrokken werknemersorganisatie en alleen bij wijze van uitzondering schorsing met behoud van loon toepassen.
5. De werkgever die wil overgaan tot ontslag van een bestuurslid van een bedrijfsledengroep die als zodanig bij de werkgever bekend is, kan de dienstbetrekking niet doen eindigen dan na voorafgaande toestemming van de kantonrechter. Deze verleent de toestemming slechts indien het hem aannemelijk voorkomt dat de opzegging geen verband houdt met de bovenomschreven hoedanigheid van de werknemer. Xxxxxxxx toestemming is niet vereist wanneer de beëindiging geschiedt wegens een dringende reden of wegens ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van gewichtige redenen. Het bepaalde in dit lid geldt voor een maximaal aantal leden van het bestuur van een bedrijfsledengroe...
Bedrijvenwerk. Tussen de werkgever en de werknemersorganisaties zal overleg gepleegd worden over de aard, omvang en vorm van de eventueel nodige faciliteiten zonder verplichting voor werkgever. Daarbij wordt rekening gehouden met de (on)mogelijkheden in de onderne- ming. De vakbonden respecteren de eigen taak en functie van de ondernemings- raad. Ook is het niet de bedoeling dat het verlenen van de faciliteiten de goede gang van zaken in de onderneming verstoort. Bij de faciliteiten wordt in het bijzonder gedacht aan:
a. het toestaan van aankondigingen op publicatieborden van bijeenkom- sten van bedrijfsledengroepen van de werknemersorganisaties;
b. de mogelijkheid van contact binnen de onderneming maar buiten werk- tijd met de districtbestuurder van de vakbond. Werkgever behoudt het recht in dat geval om er op toe te zien dat de goede gang van zaken in de onderneming niet wordt verstoord. De werkgever zal op verzoek van de vakorganisatie de bedrijfskantine, dan wel een geschikte overlegruimte ter beschikking stellen voor overleg aan- gaande cao uitleg aan zijn leden en overige werknemers binnen het bedrijf. Het overleg zal plaatsvinden binnen werktijd en duurt maximaal 2 uur. Het vaststellen van het tijdstip zal in overleg met het betreffende bedrijf en de vakorganisatie worden afgestemd. Het bespreken van de ruimte en bepalen van tijden kan bij de vakorganisaties worden uitgevoerd door kaderleden werkzaam binnen het bedrijf.
Bedrijvenwerk. Werkgever en vakorganisaties geven jaarlijks de namen en de commissies waar de (kader)leden van de vakorganisaties aan deel zullen nemen aan elkaar door.
1. Activiteiten van de vakverenigingen in het kader van het bedrijvenwerk zijn toegestaan, onder de voorwaarden dat:
a. de voortgang van de werkzaamheden niet wordt geschaad , en
b. de voorzitter en andere bestuursleden van de kaderledengroep bij de werkgever bekend zijn.
2. In de regel zullen de activiteiten in het kader van het bedrijvenwerk in eigen tijd van de betrokkenen plaatsvinden. Afspraken op het bedrijf vereisen voorafgaande instemming van de Human Resources & Communications Director.
3. De werkgever stelt in totaal maximaal 30 werkdagen per jaar beschikbaar aan de vakverenigingen om hun kaderleden in de gelegenheid te stellen tot het bijwonen van vergaderingen van statutaire organen van de vakverenigingen en voor het bijwonen van cursussen die door de vakverenigingen worden gegeven. Verzoeken daartoe dienen tijdig bij de afdeling Human Resources te worden aangemeld.
4. Werkgever zal ervoor zorgdragen dat de medewerkers, die een functie in een vakvereniging vervullen, niet op grond daarvan in hun positie worden benadeeld.
5. De vakvereniging kan voor het doen van feitelijke mededelingen (zoals het aankondigen van vakbondsvergaderingen/mededelingen) na voorafgaande toeste mming door de werkgever en via de normale bedrijfskanalen, gebruik maken van de door de werkgever aan te wijzen publicatieborden.
6. Bestuursleden van de bedrijfsledengroep kunnen, in redelijke mate, gebruik maken van kopieermachine, de telefoon en, als regel buiten werktijd, van vergaderruimte binnen het bedrijf.
7. De vakverenigingen kunnen, na overleg met de werkgever, in de kantine ledenvergaderingen houden.
8. De te verlenen faciliteiten kunnen worden opgeschort, als:
a. door bestuursleden van de bedrijfsledengroep of de vakverenigingen in strijd wordt gehandeld met deze afspraken, of
b. indien er anderszins sprake is van een conflictsituatie met de werkgever.
Bedrijvenwerk. Activiteiten van de werknemersorganisaties in het kader van het bedrijvenwerk in de onderneming zijn toegestaan mits hierdoor de voortgang van de werkzaamheden en het functioneren van de personeelsvertegenwoordiging niet geschaad worden en mits de voorzitter en andere bestuursleden van de bedrijfsledengroep (groep werknemers die lid zijn van een werknemersorganisatie binnen de betreffende onderneming) als zodanig bij de werkgever bekend zijn.
Bedrijvenwerk. 1. Om contacten mogelijk te maken tussen de organisatie en hun leden en tussen deze leden onderling, zal de werkgever aan de vakorganisaties waar mogelijk de volgende faciliteiten, die de normale voortgang in het bedrijf niet mogen schaden, verlenen:
a. Ruimte op publicatieborden beschikbaar stellen voor het doen van mededelingen van huishoudelijke en organisatorische aard de brouwerij betreffende.
b. Buiten bedrijfstijd ruimte beschikbaar stellen voor het houden van vergaderingen.
c. Kaderleden, die op grond van hun dienstrooster die vergaderingen niet zouden kunnen bijwonen, zonodig daartoe betaald vrijaf geven.
d. Indien nodig aan bezoldigde functionarissen van de vakorganisaties de gelegenheid geven tijdens werktijd contact te hebben met in het bedrijf werkzame kaderleden en hun daartoe ruimte beschikbaar stellen.
2. In voorkomend geval zal tijdig worden overlegd, teneinde een goede voortgang der bedrijfswerkzaamheden te waarborgen.
3. Gebruik van bovenstaande faciliteiten zal steeds geschieden in voorafgaand overleg met de werkgever en onder uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de betrokken vakorganisaties, die terzake passende richtlijnen zullen geven.
4. De werkgever zal er nauwgezet op toezien, dat de werknemers, die een functie in een vakorganisatie vervullen, niet op grond daarvan in hun positie worden benadeeld en dat ook inzake ontslag ten aanzien van hen dezelfde maatstaven worden aangelegd die gelden voor werknemers, die niet met een dergelijke vakbondsfunctie zijn belast.
5. Indien bedrijfskadergroep vergaderingen samenvallen met reeds geplande ATV-dagen kunnen de betrokken werknemers het hoofd van dienst verzoeken de ATV-dag te verschuiven. Deze verschuiving wordt toegestaan, indien de bedrijfsomstandigheden of functie-uitoefening dit toelaten, voor een maximum van 6 dagen.
Bedrijvenwerk. Bavaria zal waar mogelijk aan de vakorganisaties de noodzakelijke faciliteiten bieden om voldoende contact te kunnen onderhouden met hun leden. Deze faciliteiten omvatten: - ruimte op de publicatieborden, - interne ruimte(s) voor het houden van vergaderingen, - waar organisatorisch mogelijk, betaald vrijaf geven aan kaderleden voor het bijwonen van die vergaderingen, evenals van statutaire vergaderingen en trainingen, - vakbondsbestuurders de gelegenheid bieden om onder werktijd kaderleden te spreken,
Bedrijvenwerk. Desgewenst krijgen de vakverenigingen - met inachtneming en erkenning van de eigen functie en taak van de ondernemingsraad - via een vertrouwenspersoon, die aan de directie bekend moet zijn, binnen de grenzen van de mogelijkheden in de onderneming de gelegenheid hun leden te informeren en te raadplegen omtrent bedrijfsaangelegenheden, daarbij inbegrepen het incasseren van vakbondscontributies, mits de goede gang van zaken in het bedrijf daardoor niet wordt verstoord. Deze activiteiten zullen slechts zo nodig binnen werktijd plaatsvinden. Ten behoeve van activiteiten die verband houden met een eventueel decentralisatieproces verkrijgt de vertrouwenspersoon per onderneming een maximaal aantal dagen vrijaf met behoud van loon volgens de onderstaande staffel: Onderneming met: Aantal dagen vrijaf: 0 tot 50 werknemers: 3 51 tot 10 werknemers: 5 101 of meer werknemers: 7 Indien voor een onderneming meer vertrouwenspersonen zijn aangesteld, geldt bovenstaand aantal dagen voor alle vertrouwenspersonen gezamenlijk. De werkgever ziet er op toe dat een vertrouwenspersoon door het uitoefenen van deze functie geen nadelige invloed zal ondervinden in zijn positie als werknemer. Met name zal dit toezicht betrekking hebben op beloning, beoordeling en promotie. De werkgever stelt kantoorfaciliteiten beschikbaar aan de vertrouwensperso(o)n(en).
Bedrijvenwerk. Indien een vakvereniging overgaat tot aanwijzing van één of meerdere vertrouwenspersonen, zal de leiding van de betrokken onderneming daarover onmiddellijk worden geïnformeerd. Ten behoeve van activiteiten die verband houden met een eventueel decentralisatieproces verkrijgt de vertrouwenspersoon per onderneming een maximaal aantal dagen vrijaf met behoud van loon volgens de onderstaande staffel: 0 tot 50 medewerkers: 3 51 tot 100 medewerkers: 5 101 of meer medewerkers: 7 Indien voor een onderneming meer vertrouwenspersonen zijn aangesteld, geldt bovenstaand aantal dagen voor alle vertrouwenspersonen gezamenlijk. De werkgever ziet er op toe dat een vertrouwenspersoon door het uitoefenen van deze functie geen nadelige invloed zal ondervinden in zijn positie als medewerker. Met name zal dit toezicht betrekking hebben op beloning, beoordeling en promotie. De werkgever stelt kantoorfaciliteiten beschikbaar aan de vertrouwensperso(o)n(en).
Bedrijvenwerk. Om contacten mogelijk te maken tussen de vakverenigingen en hun leden en tussen deze leden onderling, alsmede om de vakverenigingen in staat te stellen gekozen leden van de personeelsvertegenwoordiging in hun werk te ondersteunen, zal de werkgever aan de vakverenigingen waar mogelijk faciliteiten verlenen.
Bedrijvenwerk. De werkgever geeft aan de leden van de vakverenigingen faciliteiten ten behoeve van het zogenaamde Bedrijvenwerk. (Zie voor uitwerking van de regeling Bijlage II).