Brugdagen. 1 De werkgever kan voor één of meer groepen van medewerkers bepalen dat de medewerker op ten hoogste drie als zodanig aan te wijzen werkdagen in een kalenderjaar vakantie heeft.
2 Deze aanwijzing vindt, voorafgaand aan ieder nieuw kalenderjaar, uitsluitend met instemming van de ondernemingsraad plaats.
Brugdagen. Als u niet in volcontinudienst werkt, kunt u worden verplicht om twee van de onder artikel 43 vermelde vakantiedagen op te nemen op door de NAM te bepalen data (zogeheten brugdagen).
Brugdagen. 17.1. De werknemer in dagdienst, twee- en drieploegendienst heeft elk kalenderjaar recht op 2 brugdagen. De werknemer heeft recht op brugdagen indien hij in dienst en ingeroosterd is op de data van de brugdagen.
17.2. De onder 17.1 genoemde brugdagen worden door de werkgever in overleg met de ondernemingsraad collectief vastgesteld vóór 1 december van het voorafgaande jaar.
17.3. Voor brugdagen geldt dat geen vervangend vrij wordt gegeven bij arbeidsongeschiktheid. Bij samenvallen met een dag waarop de werknemer ingevolge artikel 28.A.1 tot en met 28.A.3 recht heeft op buitengewoon verlof wordt wel vervangend vrij gegeven. Wanneer het wegens bedrijfsomstandigheden noodzakelijk is werkzaamheden te verrichten, ontvangt de werknemer ingedeeld in de salarisgroepen 1 tot en met 11 overwerkvergoeding en vergoeding voor extra opkomst.
17.4. De werknemer in dagdienst, twee- en drieploegendienst heeft elk kalenderjaar recht op 9½ extra roostervrije dagen. (Voor elke kalendermaand waarin de werknemer in dienst is of zal zijn, bedraagt het recht op extra roostervrije dagen dus 1/12e deel van het voor de betreffende werknemer geldende recht op extra roostervrije dagen per jaar).
17.5. De werknemer kan voor 1 januari van het desbetreffende kalenderjaar verzoeken om uitbetaling van een of meer van de niet ingevolge het bepaalde onder 17.4 vastgestelde extra roostervrije dagen. De betaling geschiedt uiterlijk inde maand januari na afloop van het desbetreffende kalenderjaar op basis van 4,5% per dag van het maandinkomen.
17.6. De extra roostervrije dagen moeten in datzelfde jaar door de werknemer worden genoten en ze kunnen niet worden meegenomen naar het volgende jaar.
17.7. Eén of meer van deze extra roostervrije dagen kunnen in overleg met de ondernemings- raad voor een afdeling collectief worden vastgesteld. Voor deze collectief vastgestelde extra roostervrije dagen geldt het in artikel 17.2 en 17.3 bepaalde omtrent brugdagen.
17.8. De werknemer die in de loop van een kalenderjaar in of uit dienst treedt heeft recht op extra roostervrije dagen naar rato van de duur van het dienstverband in dat kalenderjaar. Artikel 27.A.3 is analoog van toepassing.
17.9. Ten aanzien van de werknemer die tengevolge van ziekte/arbeidsongeschiktheid zijn werkzaamheden niet heeft verricht, gaat de opbouw van zijn extra roostervrije dagen geduren- de die ziekte/arbeidsongeschiktheid door, maar nooit langer dan over een tijdvak van 6 maanden.
17.10. Voor de berekening van de in artikel 17.9...
Brugdagen. Jaarlijks kan de gemeentesecretaris brugdagen vaststellen. De gemeentesecretaris heeft hierover vooraf overleg gevoerd met de ondernemingsraad.
Brugdagen. Lid 1 Burgemeester en Wethouders leggen jaarlijks maximaal 2 verplichte vakantiedagen vast. Deze dagen vallen op een werkdag tussen twee vrije dagen. Deze dagen worden brugdagen genoemd en de vast- stelling van de data valt jaarlijks onder het instemmingsrecht van de OR.
Lid 2 Niet deelname aan brugdagen:
a. gezien de aard van de werkzaamheden kan een dienstdirecteur bepalen, dat door een bepaalde groep niet aan de brugdagen deel genomen wordt.
b. de dienstdirecteur kan er voor kiezen op andere gronden groepen ambtenaren niet aan de brugdagen deel te laten nemen. Dit besluit valt onder het instemmingsrecht van de Onderdeelcommissie.
Lid 3 De ambtenaar kan deze vastgelegde vakantiedagen compenseren, door op andere dagen langer te werken
1. De ambtenaar die in de loop van een kalenderjaar is aangesteld of wordt ontslagen heeft recht op zoveel maal 1/12 gedeelte van de vakantie als er volle maanden zijn in dat kalenderjaar gedurende welke hij zijn betrekking vervult.
2. Voor de ambtenaar die door oorzaken anders dan die bedoeld in het eerste lid niet gedurende het volle kalenderjaar zijn betrekking vervult, wordt de duur van de vakantie, zo mogelijk van het lopende en overigens van een volgend kalenderjaar, naar evenredigheid verminderd, behoudens het bepaalde in het derde lid.
3. Onverminderd het bepaalde in artikel 6:1:1, eerste lid, wordt een vermindering als bedoeld in het tweede lid, niet toegepast:
a. gedurende de laatste zes maanden van de periode van afwezigheid, wegens zwangerschap en bevalling of niet aan schuld of nalatigheid te wijten ziekte van de ambtenaar, voorafgaand aan het herstel of het ontslag van de ambtenaar;
b. in geval van verblijf in militaire dienst, anders dan voor eerste oefening. Een vermindering van de duur van de vakantie vindt evenmin plaats indien en voor zolang de ambtenaar voor ten hoogste 55% van de voor hem vastgestelde werktijd wegens niet aan zijn schuld of nalatigheid te wijten ziekte verhinderd is zijn betrekking te vervullen. Deze verhindering wordt voor het bepalen van de in dit lid onder a bedoelde periode van zes maanden buiten beschouwing gelaten. Een opnieuw ingetreden verhindering tot het vervullen van de betrekking wegens ziekte wordt voor het bepalen van de in dit lid onder a bedoelde periode van zes maanden als een voortzetting van de vorige verhindering beschouwd, tenzij die verhindering zich voordoet nadat tenminste vier weken zijn verstreken sedert de ambtenaar zijn be-trekking volledig heeft hervat.
Brugdagen. Lid 1 Burgemeester en Wethouders leggen periodiek maximaal 2 verplichte vakantiedagen per jaar vast. Deze dagen vallen op een werkdag tussen twee vrije dagen. Deze dagen worden brugdagen genoemd en de vaststelling van de data valt onder het instemmingsrecht van de OR.
Lid 2 Niet deelname aan brugdagen:
a. gezien de aard van de werkzaamheden kan een afdelingsmanager bepalen, dat door een bepaalde groep niet aan de brugdagen deel genomen wordt;
b. de afdelingsmanager kan er voor kiezen op andere gronden groepen ambtenaren niet aan de brugdagen deel te laten nemen. Dit besluit valt onder het instemmingsrecht van de OR.
Lid 3 De ambtenaar kan deze vastgelegde vakantiedagen compenseren, door op andere dagen extra te werken