Certificatieprocedure Voorbeeldclausules

Certificatieprocedure. De certificatieprocedure is de procedure die gevolgd moet worden om een Productcertificaat Vleeskalveren te verkrijgen. Deze procedure is schematisch weergegeven in BIJLAGE 3 van het PCR, genaamd ‘Certificatieschema’. De procedure bestaat uit aanmelding, controle, beoordeling en certificatie. In dit hoofdstuk wordt deze procedure beschreven.
Certificatieprocedure. 4.1. De Klant verbindt er zich toe om, voorafgaand aan het afsluiten van een certificatieovereenkomst, TÜV NORD INTEGRA schriftelijk in kennis te stellen van alle informatie (inclusief technische, organisatorische, juridische, risico- en kwaliteits-gerelateerde aspecten) die nuttig of nodig is om een correct en volledig beeld te vormen over de Klant en het Product/Systeem waarvoor de Klant in de certificatieovereenkomst certificering zal vragen. De Klant is uitsluitend verantwoordelijk voor de volledigheid en juistheid van de afgeleverde informatie. De Klant is ervan op de hoogte dat het verstrekken van onjuiste of onvolledige informatie kan leiden tot stopzetting van de certificatieprocedure, dan wel het schorsen of intrekken van het afgeleverde certificaat. 4.2. Door ondertekening van de certificatieovereenkomst aanvaardt de Klant zijn kandidaatstelling voor certificatie door TÜV NORD INTEGRA, en verbindt hij er zich toe om zich aan alle inspecties van TÜV NORD INTEGRA te onderwerpen. De klant verleent volledige medewerking aan de voorbereiding, uitvoering en opvolging van de inspecties, verstrekt op eerste verzoek van TÜV NORD INTEGRA alle opgevraagde gegevens en verleent toegang tot de bedrijfslocaties, producten, documenten, archieven, processen, medewerkers, enz die relevant zijn voor de dienstverlening. Hij verleent TÜV NORD INTEGRA toestemming om ongelimiteerd monsters te nemen en voorziet op eerste verzoek van TÜV NORD INTEGRA in de nodige vergaderruimte. Hij stelt, zo gevraagd, een woordvoerder aan die gemachtigd is om de communicatie met TÜV NORD INTEGRA te voeren en de opgevraagde informatie te verstrekken. 4.3. De Klant erkent en aanvaardt dat TÜV NORD INTEGRA de inspecties kan laten bijwonen door vertegenwoordigers van de bevoegde overheid, de accreditatieinstellingen, de Certificatieschema-beheerders en de door TÜV NORD INTEGRA aangestelde auditors. Tevens aanvaardt de Klant dat betrokken instanties zelf inspecties kunnen organiseren teneinde de kwaliteit van de Certificaten te garanderen. 4.4. De Klant zal gedurende de looptijd van de certificatieovereenkomst alle andere voorwaarden opgelegd door de Regelgeving naleven.
Certificatieprocedure. Er dient een auditprocedure opgesteld te worden die beschrijft hoe de audit zal verlopen, gaande van de aanvraag van een offerte tot en met het uitreiken van het certificaat en de opvolging van de audit en toezichtsaudits. Deze procedure dient rekening te houden met de volgende principes:
Certificatieprocedure. 3.1 De certificatieprocedure van alle normeringen bestaat uit twee of drie delen: het vooronderzoek (= documenten- onderzoek op afstand), desgewenst tegen meerkosten een pré-audit op locatie (= proef-audit), gevolgd door het eigenlijke certificatieonderzoek (= audit of bij ISO 12647-certificering ook wel de oplageaudit genoemd). 3.2 Ten behoeve van de uitvoering van het certificatieonderzoek worden één of meerdere auditoren door de SCGM aangewezen. Het documentenonderzoek en certificatieonderzoek worden in principe door dezelfde auditor uitgevoerd. De SCGM houdt zich echter het recht voor hiervan af te wijken. 3.3 De SCGM-auditor dient tijdens de certificatieprocedure te allen tijde vrije toegang te hebben tot: 3.3.1 Alle door de SCGM-auditor gevraagde documentaties (schriftelijk dan wel in digitale vorm), welke direct dan wel indirect te maken hebben met de te certificeren norm. 3.3.2 Alle door de SCGM-auditor aangewezen ruimten binnen het te certificeren bedrijf. 3.3.3 De opdrachtgever is gerechtigd te weigeren mee te werken aan een of aan beide van de bovenstaande voorwaarden (artikel 3.3.1 en/of 3.3.2), waarop de SCGM zich het recht voorbehoudt het certificatietraject per direct stop te zetten. Mogelijke annuleringskosten, waarvan de hoogte door SCGM bepaald wordt op basis van de tot het moment van annulering gemaakte kosten, zijn voor rekening van de opdrachtgever. Van haar keuze tot stopzetting van het certificatieproces brengt de SCGM de opdrachtgever schriftelijk op de hoogte. 3.4 Desgewenst zal de SCGM-auditor - op verzoek van de opdrachtgever - een geheimhoudingsverklaring onder- tekenen en aanzien van de bescherming van specifieke bedrijfsgegevens van de opdrachtgever. Deze geheimhoudingsplicht strekt zich niet uit tot – door de SCGM-auditor – vastgestelde omisies ten aanzien van de naleving van de nationale en internationale wet- en regelgeving, waarbij het om strafbare feiten gaat. 3.5 Het certificatieonderzoek dient binnen één jaar na inschrijving plaats te vinden, conform de afspraken die zijn gemaakt met de opdrachtgever. De SCGM behoudt zich het recht voor - na overleg met de opdrachtgever - het certificatieonderzoek naar een nader te bepalen tijdstip te verplaatsen. Indien hierdoor de termijn van één jaar wordt overschreden, heeft dit geen financiële consequenties voor de opdrachtgever. 3.5.1 Indien het certificatieonderzoek door toedoen van de opdrachtgever later plaatsvindt dan één jaar na intekening, houd de SCGM zich het recht voor om...
Certificatieprocedure. Na ontvangst van het volledig door de Klant ingevulde aanvraagformulier van de Certificatie-Instelling, krijgt de Klant een offerte toegestuurd met een overzicht van de aangeboden diensten en kosten van de dienstverlening. De offerte bevat ook het huidige Certificatiereglement en de algemene verkoopvoorwaarden van de Certificatie-Instelling als bijlagen. De getekende offerte zal worden beschouwd als de overeenkomst (inclusief aanvaarding van het huidige Certificatiereglement en de algemene verkoopvoorwaarden van de Certificatie-Instelling) tussen Certificatie-Instelling en de Klant (hierna de “Certificatie-overeenkomst”). Zodra de Certificatie-overeenkomst gesloten is, zal de opdracht ingepland worden met inachtneming van de procedures van de Certificatie-Instelling. Door ondertekening van de Certificatie-overeenkomst verbindt de Klant zich er toe om medewerking te verlenen aan (al dan niet vooraf aangekondigde) audits met inbegrip van het aanleveren en beschikbaar stellen van documenten en registraties, de toegang verlenen tot alle faciliteiten vereist voor de uitvoering van de audit, faciliteren van open communicatie met management van de Klant, betrokken personeel en relevante subcontractoren. Het certificatieproces, met inbegrip van de audit, de beslissing en de publicatie, zal worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel van de Certificatie-Instelling. De Klant moet desgevraagd het nodige doen om de audit te laten bijwonen door waarnemers, zoals onder meer de accreditatie toezichthouder, schema eigenaar, witness auditoren, auditoren in opleiding. Indien de audit-activiteit uitbesteed wordt aan derden, zal de Certificatie-Instelling erop toezien dat die derde het Certificatiereglement eveneens toepast en de van toepassing zijnde “Code of conduct and compliance” van de Certificatie-Instelling respecteert. De Certificatie-Instelling voert de audits objectief en onpartijdig uit en neemt de betrokken certificatie beslissing eveneens objectief en onpartijdig. Indien de Klant niet kan voldoen aan de eisen, gesteld in het Certificatiereglement en de van toepassing zijnde normen en standaarden van de schema-eigenaar, zal de Klant een redelijke termijn krijgen, om alsnog aan deze eisen te voldoen. De termijn is afhankelijk van de voorwaarden van het betrokken schema die in de schema certificatie regels beschreven zijn. De termijnen zijn door de auditor tijdens de audit bevestigd. De Klant verplicht zich ertoe om, zolang het certificaat geldig is, te voldoen ...
Certificatieprocedure. 1. CI is verantwoordelijk voor het voldoen aan ISO/IEC 17065 in combinatie met de certificatie- schema’s als vermeld onder bepaling 3. 2. De certificatieprocedures zoals beschreven in het Handboek NEN Schemabeheer zijn van toepassing. 3. CI zal het certificatieschema onverkort zonder beperkingen en zonder toevoegingen hanteren. 4. De in te zetten auditoren volgen eenmalig de Better Biomass basistraining. 5. Minimaal één (1) afgevaardigde van de CI neemt deel aan de Better Biomass auditorenoverleggen die tenminste jaarlijks worden gehouden. 6. CI voldoet aan de aanvullende eisen binnen de werkingssfeer van Richtlijn (EU) 2018/2001: — bijwoning van NEN van minimaal één (1) representatieve audit op jaarbasis; — medewerking aan onderzoeken naar het functioneren van certificatieschema op verzoek van lidstaten of Europese Commissie.

Related to Certificatieprocedure

  • SELECTIEPROCEDURE Door onvoorziene omstandigheden kan het mogelijk zijn dat we de timing en/of aard van de selectie onverwacht zullen aanpassen. Als dat het geval is, brengen we je tijdig op de hoogte Deze selectieprocedure verloopt via een objectief wervingssysteem. Als je hiervoor geschikt wordt bevonden, kan je later deelnemen aan een bevorderingsfunctie of een functie via de horizontale mobiliteit.

  • Aanvraagprocedure De betrokken werknemersorganisatie zullen jaarlijks in november aan een werknemer die lid is van een vakorganisatie en heeft ingestemd met het verrekenen van de in dat jaar betaalde contributie een verklaring afgeven dat deze werknemer lid is van de werknemersorganisatie. In deze verklaring staan naam, adres, woonplaats, vestiging van bedrijf en de hoogte van de werkelijk betaalde contributie van dat betreffende kalenderjaar. De werknemer dient schriftelijk te verklaren door middel van het bijgevoegde declaratieformulier dat hij afstand doet van een deel van zijn loon van december, welk deel gelijk is aan de vergoeding voor de kosten die de werknemer in het betreffende kalenderjaar betaalt aan de werknemersorganisatie. Om aanspraak te kunnen maken op een vergoeding van de lidmaatschapskosten dient de werknemer uiterlijk op 25 november van het betreffende kalenderjaar het declaratieformulier en de verklaring van de betrokken werknemersorganisatie aan de werkgever te overleggen. Overschrijding van genoemde datum leidt tot uitsluiting van deelname.

  • Klachtenprocedure 1. Klachten over de uitvoering van de Overeenkomst moeten Schriftelijk, volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij de Ondernemer. De Ouder moet de klacht indienen binnen bekwame tijd nadat hij het gebrek in prestatie heeft ontdekt of redelijkerwijze had behoren te ontdekken, waarbij een klacht binnen een termijn van twee maanden na ontdekking tijdig is. 2. De Ondernemer behandelt de klacht overeenkomstig haar interne klachtenprocedure. Bij het opstellen of wijzigen van deze procedure heeft de Oudercommissie adviesrecht conform het bepaalde in de Wet Kinderopvang. 3. Indien de klacht niet in der minne kan worden opgelost ontstaat een geschil dat vatbaar is voor de geschillenregeling van artikel 20.

  • interne klachtprocedure 5.1 Indien een cliënt het kantoor benadert met een Klacht, dan wordt de Klacht doorgeleid aan de Klachtenfunctionaris. 5.2 De Klachtenfunctionaris stelt degene over wie is geklaagd in kennis van het indienen van de Klacht en stelt de Klager. 5.3 Zowel de Klager als degene over wie wordt geklaagd worden in de gelegenheid gesteld een toelichting te geven op de Klacht. 5.4 Degene over wie is geklaagd tracht samen met de cliënt tot een oplossing te komen al dan niet na tussenkomst van de Klachtenfunctionaris. 5.5 De Klachtenfunctionaris handelt de Klacht af binnen vier weken na ontvangst van de Klacht of doet met opgave van redenen mededeling aan de Klager over afwijking van deze termijn met vermelding van de termijn waarbinnen wel een oordeel over de Klacht wordt gegeven. 5.6 De Klachtenfunctionaris stelt de Klager en degene over wie is geklaagd schriftelijk op de hoogte van het oordeel over de gegrondheid van de Klacht, al dan niet vergezeld van aanbevelingen. 5.7 Indien de Klacht naar tevredenheid is afgehandeld, tekenen de Klager, de Klachtenfunctionaris en degene over wie is geklaagd het oordeel over de afhandeling van de Klacht.

  • Interne klachtenprocedure Klachten die betrekking hebben op de totstandkoming en uitvoering van deze verzekering kunnen worden gericht aan: • Reaal Ter attentie van de afdeling Klachtenservice Xxxxxxxxxxxxxx 000 0000 XX Xxxxxxx Fax 072 - 000 00 00 E-mail xxxxxxxx@xxxxx.xx Klachten- en geschillenprocedure KiFiD Wanneer na het doorlopen van de interne klachtenprocedure het oordeel van de directie van de verzekeraar voor een belanghebbende niet bevredigend is én belanghebbende een consument is in de zin van de reglementen van het KiFiD, kan belanghebbende zich binnen drie maanden na de datum waarop de directie van de verzekeraar dit standpunt heeft ingenomen, wenden tot: • Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (‘KiFiD’) Xxxxxxx 00000 0000 XX Xxx Xxxx Telefoon 0900 - FKLACHT (0900 - 3552248) xxxxx.xx Voor meer informatie over de klachten- en geschillenprocedure en de daaraan verbonden kosten wordt verwezen naar (de website van) het KiFiD. Bevoegde rechter Als belanghebbende geen gebruik wil maken van de hiervoor genoemde klachtenbehandelingsmogelijkheden of wanneer de klachtenbehandeling of de uitkomst daarvan voor belanghebbende niet bevredigend is, kan belanghebbende het geschil inhoudelijk voorleggen aan de bevoegde rechter, tenzij er sprake is geweest van een bindend advies.

  • Procedure na beëindiging A.4.1 Partijen zijn over en weer verplicht om na beëindiging van de Overeenkomst enig goed waarvan de andere Partij eigenaar of rechthebbende is en die bij de ene Partij in bezit is, onverwijld terug in het bezit te brengen van de andere Partij. Bepaalde goederen, zoals gegevens(dragers), kunnen ook worden gewist of vernietigd in plaats van teruggegeven, indien de rechthebbende partij daar Schriftelijk toestemming voor heeft gegeven. A.4.2 Alle door Opdrachtnemer verstrekte dan wel ingevoerde gegevens blijven te allen tijde eigendom van Opdrachtnemer. Opdrachtgever verkrijgt alleen een niet-exclusieve, overdraagbare licentie welke nodig is voor het uitvoeren van de Overeenkomst.

  • Beroepsprocedure 1. Indien een werknemer het niet of niet meer eens is met de beschrijving van de functie waarin hij is aangesteld en/of bezwaar heeft tegen zijn functie-indeling in een der loonschalen genoemd in artikel 25, dient hij te streven naar een oplossing van het bezwaar langs normale wegen van overleg, als weergegeven in bijlage I. 2.a. Indien langs de in lid 1 aangegeven weg niet binnen een maand een bevredigende oplossing wordt verkregen, kan de werknemer zijn bezwaar schriftelijk voorleggen aan de Beroepscommissie Functiewaardering Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen. Het reglement voor deze commissie is opgenomen in bijlage II. 2.b. Een beroep van een ex-werknemer kan in behandeling worden genomen als de uitspraak gevolgen kan hebben voor een op het laatst genoten loon gebaseerde wettelijke uitkering, dan wel als door de kantonrechter daarom wordt verzocht in een civiele procedure. Dit geldt slechts, indien de arbeidsovereenkomst niet langer dan een jaar geleden geëindigd is. 3. Indien een bezwaar tegen de indeling in een loonschaal bij de beroepscommissie wordt kenbaar gemaakt, is de datum van indiening van dat bezwaar bepalend voor de eventuele indeling in de juiste loonschaal. 4. Beroepszaken dienen te worden gericht aan de Beroepscommissie Functie- waardering Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen, Xxxxxxx 000, 0000 XX Xxxxx.

  • Verzoeningsprocedure 18.1 Ingeval van betwisting moeten de partijen eerst onderling een minnelijke regeling nastreven. 18.2 Mislukt deze poging tot minnelijke regeling, dan kan elk van de betrokken partijen aan de vzw Geschillencommissie Reizen vragen om een verzoeningsprocedure op te starten. Alle partijen dienen ermee in te stemmen. 18.3 Hiertoe zal het secretariaat aan de partijen een verzoeningsreglement en een "overeenkomst tot verzoening" bezorgen. 18.4 Overeenkomstig de in het reglement beschreven procedure, zal een onpartijdige verzoener daarna contact opnemen met de partijen teneinde een billijke verzoening tussen de partijen na te streven. 18.5 Het eventueel bereikte akkoord zal in een bindende schriftelijke overeenkomst vastgelegd worden.

  • Energieprestatiecertificaat (Schrap wat niet van toepassing is. Er is maar één optie mogelijk.) A. De verhuurder verklaart dat hij aan de hoofdhuurder een kopie van het energieprestatiecertificaat (EPC) voor het verhuurde goed heeft overhandigd. Het energieprestatiecertificaat is opgemaakt door , in zijn hoedanigheid van , op (datum) en vermeldt een kengetal van kWh/m²jaar. Het energieprestatiecertificaat is minder dan tien jaar oud vanaf de datum van opmaak. De hoofdhuurder erkent dat hij een kopie van het energieprestatiecertificaat heeft ontvangen. De verhuurder wijst de hoofdhuurder erop dat het energieprestatiecertificaat alleen adviezen en inlichtingen verstrekt en in geen geval de basis kan vormen om de kosten voor de aanbevolen aanpassingswerken op de verhuurder te verhalen. B. Als er voor het gehuurde goed een energieprestatiecertificaat moet worden aangevraagd, zijn de kosten daarvan voor de verhuurder. De verhuurder bezorgt de hoofdhuurder uiterlijk bij het verlijden van de akte een kopie van het energieprestatiecertificaat. Als de woning nog niet is opgeleverd, zal de verhuurder uiterlijk één maand na de oplevering van de woning een kopie van het energieprestatiecertificaat bezorgen. De verhuurder wijst de hoofdhuurder erop dat het energieprestatiecertificaat alleen adviezen en inlichtingen verstrekt en in geen geval de basis kan vormen om de kosten voor de aanbevolen aanpassingswerken te verhalen op de verhuurder.

  • Afgifte weigering Woningborg-certificaat Deze overeenkomst wordt aangegaan onder de bij vervulling ontbindende voorwaarde, dat de afgifte van een Woningborg-certificaat wordt geweigerd.