Beroepsprocedure. 1. De werkgever is verantwoordelijk voor de juiste indeling van de werkne- mers naar functie.
2. Indien de werknemer het niet eens is met de indeling c.q. van mening is dat zijn functie zodanig is gewijzigd dat de indeling moet worden herzien kan hij een schriftelijk verzoek tot herziening van de indeling indienen bij de werkgever. Deze bevestigt schriftelijk de ontvangst van dit verzoek. De werkgever zal (eventueel na overleg met de werkgeversorganisatie) binnen twee maanden na de indiening van het verzoek de (nieuwe) inde- ling schriftelijk bekend maken aan de werknemer.
3. Indien langs de in lid 2 aangegeven weg geen bevredigende oplossing wordt verkregen kan de werknemer zijn bezwaar voorleggen aan de vakvereniging, partij bij de CAO, waarbij hij is aangesloten. Deze zal het bezwaar in behandeling geven aan haar functieclassificatiedeskundige, welke samen met de functieclassificatiedeskundige namens de werkge- versorganisatie (de deskundige van de systeemhouder Orba-systeem) een onderzoek zal instellen waarbij voor zover nodig de werknemer en/of werkgever gehoord zullen worden. De functieclassificatiedeskundige van de werkgeversorganisatie zal, indien door een van beide deskundigen gewenst, ten behoeve van het onderzoek een functieomschrijving opstel- len waarover met werkgever én werknemer overeenstemming dient te worden bereikt.
4. De deskundigen zullen streven naar een eensluidende uitspraak welke bindend zal zijn. Mochten de deskundigen niet tot overeenstemming ko- men dan zal de groepsindeling aan de Vakraad worden voorgelegd, die een bindende uitspraak doet.
5. De uiteindelijke uitspraak zal schriftelijk aan de betrokken partijen wor- den medegedeeld. In geval van herindeling op verzoek van de werkne- mer geldt de uitspraak met ingang van de datum waarop het verzoek tot herindeling is gedagtekend. In alle andere gevallen geldt de uitspraak met ingang van de datum van indeling.
6. Indien de werknemer zich niet kan verenigen met de onder 2 bedoelde uitspraak en niet is aangesloten bij een vakvereniging als bedoeld onder 3, kan hij schriftelijk een beroep doen op de werkgever die een her- nieuwd onderzoek zal instellen binnen een periode van twee maanden.
Beroepsprocedure. 1. Indien een werknemer het niet of niet meer eens is met de beschrijving van de functie waarin hij is aangesteld en/of bezwaar heeft tegen zijn functie-indeling in een der loonschalen genoemd in artikel 25, dient hij te streven naar een oplossing van het bezwaar langs normale wegen van overleg, als weergegeven in bijlage I.
2.a. Indien langs de in lid 1 aangegeven weg niet binnen een maand een bevredigende oplossing wordt verkregen, kan de werknemer zijn bezwaar schriftelijk voorleggen aan de Beroepscommissie Functiewaardering Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen. Het reglement voor deze commissie is opgenomen in bijlage II.
2.b. Een beroep van een ex-werknemer kan in behandeling worden genomen als de uitspraak gevolgen kan hebben voor een op het laatst genoten loon gebaseerde wettelijke uitkering, dan wel als door de kantonrechter daarom wordt verzocht in een civiele procedure. Dit geldt slechts, indien de arbeidsovereenkomst niet langer dan een jaar geleden geëindigd is.
3. Indien een bezwaar tegen de indeling in een loonschaal bij de beroepscommissie wordt kenbaar gemaakt, is de datum van indiening van dat bezwaar bepalend voor de eventuele indeling in de juiste loonschaal.
4. Beroepszaken dienen te worden gericht aan de Beroepscommissie Functie- waardering Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen, Xxxxxxx 000, 0000 XX Xxxxx.
Beroepsprocedure. Werknemer is het niet eens met zijn functie-indeling. Werknemer* neemt contact op met zijn werkgever** (directe chef of personeelsfunctionaris). Werknemer vraagt een toelichting op zijn functie-indeling. Werkgever motiveert de indeling, mede aan de hand van de beschikbare functietyperingen. Indien hij dit wenst kan de werkgever zich wenden tot het Sectorinstituut Transport en Logistiek om gezamenlijk tot een juiste functie- indeling te komen. Indien werkgever en werknemer het niet met elkaar eens worden, kan de werknemer in beroep gaan tegen zijn functie-indeling, door zijn bezwaar schriftelijk kenbaar te maken aan de BFB***. De BFB stuurt aan de werknemer, binnen één week na ontvangst van het beroep, een informatieformulier (met toelichting). Na terug-ontvangst van het volledig ingevulde formulier, stuurt de BFB ook aan de werkgever een informatieformulier (met toelichting). Het informatieformulier wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 2 weken, volledig ingevuld retour gezonden aan de BFB, waarna de BFB het beroep in behandeling neemt. De BFB stelt een onderzoek in of laat een onderzoek instellen door het Sectorinstituut Transport en Logistiek. De BFB doet schriftelijk uitspraak. * De werknemer die georganiseerd is, kan advies inwinnen bij zijn vakorganisatie. ** De werkgever kan zijn organisatie raadplegen, of advies vragen aan het Sectorinstituut Transport en Logistiek (zie lid 3 bij artikel 18 CAO). *** BFB: Beroepscommissie Functiewaardering voor het Beroeps- goederenvervoer over de Weg en de verhuur van mobiele kranen, Xxxxxxx 000, 0000 XX Xxxxx.
Beroepsprocedure. De nieuwe kappers- en haarwerkersfuncties zijn met grote zorgvuldigheid opgezet. Dit neemt niet weg, dat het mogelijk is dat een werknemer het niet eens is met de wijze waarop hij of zij is ingedeeld door de werkgever. Voor dit soort situaties bestaat de volgende beroepsprocedure. Bij de behandeling van geschillen inzake functie-indeling worden drie fasen onderscheiden, te weten:
1. Interne overlegfase
2. externe herbehandeling door de landelijke indelingscommissie van cao partijen
3. toetsing indelingsbesluit door burgerlijke rechter
Beroepsprocedure. 1. Voor de werknemer staat beroep open bij de sectorberoepscommissie als hij op grond van een door hem ingediend bezwaarschrift als bedoeld in artikel 5 geheel of gedeeltelijk in het ongelijk is gesteld dan wel als de werkgever binnen de daarvoor gestelde termijn geen beslissing heeft genomen op het bezwaarschrift. De werknemer die geen bezwaarschrift indient of geen gebruik maakt van zijn recht van beroep, maar zich in de plaats daarvan wendt tot de civiele rechter, kan niet meer alsnog overgaan tot het indienen van een bezwaarschrift of het instellen van beroep.
2. Het beroep wordt ingesteld door toezending bij aangetekend schrijven van een beroepschrift aan de secretaris van de sectorberoepscommissie binnen dertig dagen na dagtekening van de desbetreffende beslissing van de werkgever. Indien de werkgever geen beslissing heeft genomen begint de termijn van dertig dagen te lopen vanaf de dag dat 6 weken zijn verstreken na ontvangst van het bezwaarschrift door de werkgever. De indiener zal uitstel worden verleend indien hij daarom verzoekt en indien de voorzitter het verzoek als redelijk beoordeelt.
3. Het beroepschrift dient te bevatten: - de gronden, waarop het beroep berust - het besluit dat van de sectorberoepscommissie wordt gevraagd. - de dagtekening - naam en adres van de indiener - omschrijving van het besluit waartegen beroep wordt ingesteld Als één van bovengenoemde zaken ontbreekt in het beroepschrift, wordt de indiener binnen een nader vast te stellen termijn in de gelegenheid gesteld het verzuim te herstellen
4. Zodra bij de sectorberoepscommissie een beroepschrift is binnengekomen wordt daarvan een afschrift verzonden naar de werkgever. Werkgever kan binnen dertig dagen na ontvangst hiervan een verweerschrift indienen bij de sectorberoepscommissie.
Beroepsprocedure. Het doelen stellen - en de halfjaarlijkse evaluatie kennen geen specifieke beroepsprocedure, de eindejaars- evaluatie wel (zie bijlage 2).
Beroepsprocedure. Indien een werknemer bezwaar heeft tegen zijn functieomschrijving en als gevolg daarvan tegen de indeling van zijn functie, kan hij gebruik maken van de volgende beroepsprocedure:
1. De werknemer dient eerst zijn bezwaren schriftelijk in bij de afdeling Human Resources , bij voorkeur na overleg met zijn naaste chef.
2. Indien de onder 1 aangegeven weg niet binnen 3 maanden leidt tot een bevredigende oplossing voor de werknemer, kan de werknemer zijn bezwaar voorleggen aan de vakvereniging, waarbij hij is aangesloten.
3. Bovengenoemde procedure geldt in principe voor georganiseerde werknemers.
4. Indien een beroepsprocedure leidt tot wijziging in de indeling van de functie, zal deze wijziging terugwerkende kracht hebben tot de datum van indiening van het bezwaarschrift.
Beroepsprocedure a) Indien de werknemer bezwaar heeft tegen zijn functiebeschrijving respectievelijk tegen de indeling in de desbetreffende functiegroep, legt hij binnen twee maanden dit bezwaar in overleg met zijn leidinggevende voor aan de Manager Plant HR. Indien binnen twee maanden, nadat de werknemer de behandeling van zijn bezwaar bij de Manager Plant HR kenbaar heeft gemaakt, nog geen overeenstemming is bereikt, is de werknemer bevoegd zijn bezwaar voor te leggen aan de districtsbestuurder van één van de vakbonden, partij bij de cao.
b) Naar aanleiding van het onder lid 6a genoemde, zijn de deskundigen van de vakbonden bevoegd een onderzoek ter plaatse in te stellen, dit in samenwerking met een deskundige van AWVN.
c) Indien tussen de deskundigen van beide partijen overeenstemming is bereikt, zal de daaruit voortvloeiende beslissing bindend en van kracht zijn vanaf het moment dat de in lid 6a bedoelde klacht is gedeponeerd.
Beroepsprocedure. Indien een dossier door de Belgian Cycling-Licentiecommissie geweigerd wordt, kan de financieel verantwoordelijke van het aanvragende team beroep aantekenen bij het Belgisch Arbitragehof voor de Sport (BAS). De beroepsprocedure bij het BAS kan tussen € 850,- en € 1.050,- kosten + verplaatsing van de arbiter. Het BAS bepaalt in zijn eindbeslissing wie de bedragen dient te betalen.
Beroepsprocedure. Je kan beroep instellen nadat je een bezwaarprocedure tegen je functie-indeling hebt ingesteld en je werkgever je geheel of gedeeltelijk in het ongelijk heeft gesteld of als je werkgever geen beslissing heeft genomen binnen de gestelde termijn.