Common use of Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking Clause in Contracts

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 8 contracts

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) overweging d, artikel 2.1, 2.2, 2.4, artikel 2.5 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 3.2 van de overeenkomst, waarin de instructiebevoegdheid van de opdrachtgever nadrukkelijk wordt beperkt. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 2 contracts

Samples: Model Agreement, Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 2 contracts

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.51.4, 1.64.1, 28.1, 5.1, 5.3 8.3 en 5.7 8.5 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.3. In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit artikel 1.6 van de bijgevoegde overeenkomst. De beoordeelde overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én werkgeversgezag ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 2 contracts

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep, Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.51.4, 1.6, 1.7, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 5.6 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 2 contracts

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.51.4, 1.64, 28.1, 5.1, 5.3 8.3 en 5.7 8.5 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 2 contracts

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezagpersoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om strikte vereisten, die voor iedereen nodig zijn om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen en kunnen verrichten. Objectieve criteria zijn niet: ervaringsvereisten, functie- of taakprofielen. Objectieve criteria zijn (in ieder geval): Beroepsspecifieke vergunningen en certificaten. Bijvoorbeeld: een rijbewijs vereist voor een chauffeur. Registratie in kwaliteits- of beroepsregister. Bijvoorbeeld: een BIG-registratie voor een arts of op het tableau staan van een advocaat. Verklaring omtrent gedrag (VOG). Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomstbijlage bij deze modelovereenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in art. 4. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst; de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze overeenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 2 contracts

Samples: Model Agreement, Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 1.2 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 2 contracts

Samples: Branche Overeenkomst ‘Geen Gezag Resultaatverplichting’, Branche Overeenkomst ‘Geen Gezag Inspanningsverplichting’

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 21.7, 5.1, 5.3 2 en 5.7 5 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 2 contracts

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst, Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat zowel aan de eerste voorwaarde (verplichting om de werkzaamheden zélf uit te voeren) als de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 3c en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 3d van de overeenkomst en artikel 3.5 van de algemene voorwaarden. Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de bijlage bij deze overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria (voldoen aan de wettelijke vereisten die worden gesteld aan een gebruiker op een binnenvaartschip). De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in artikel 3d en in artikel 3.5 van de algemene voorwaarden. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval door de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever ervan uitgaan samengestelde lijst. • de opdrachtgever mag niet aangeven dat geen loonheffingen vervanging slechts is toegestaan na zijn verschuldigdtoestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Een uitzondering geldt evenwel Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de mogelijke aanwezigheid opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een fictieve dienstbetrekkingopdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Zie hiertoe punt 4Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Tot slot is van belang dat de vervanging ook realiteitswaarde moet hebben. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn.

Appears in 2 contracts

Samples: Modelovereenkomst Afloskapitein, Modelovereenkomst Afloskapitein

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, ontstaat als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag dus niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is dus beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaanwillen, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de algemene voorwaarden en de overeenkomst van opdracht niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de algemene voorwaarden en de overeenkomst van opdracht hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevuldeingevulde algemene voorwaarden en de overeenkomst van opdracht zijn zodanig verwoord, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit Dit oordeel is gebaseerd op verschillende elementen van de algemene voorwaarden en de overeenkomst van opdracht die ik in samenhang heb bezien. In artikel 5 leden 1,2 3 en 9 (geel gemarkeerde bepalingen) is vastgelegd dat opdrachtnemer de werkzaamheden naar voren in de overwegingen eigen inzicht en zonder leiding of toezicht van intermediair (zie gele markeringenopdrachtgever) en artikelen 1.1derde (cliënt) verricht en onder eigen verantwoordelijkheid. In artikel 6 lid 1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 onderdeel d is vastgelegd dat de opdrachtnemer bij de uitvoering van de overeenkomstwerkzaamheden gebruik maakt van eigen gereedschap, hulpmiddelen of materialen tenzij het gezien de aard van de werkzaamheden of veiligheidseisen noodzakelijk is dat gebruik gemaakt wordt van gereedschappen, hulpmiddelen of materialen van de derde (cliënt). Voor In artikel 8 lid 1 is bepaald dat opdrachtgever en opdrachtnemer indien nodig in onderling overleg de afwezigheid plaats van de werkzaamheden bepalen. Tenslotte is in artikel 15 lid 1 uitdrukkelijk vastgelegd dat het gezag de opdrachtnemer is belangrijk toegestaan gedurende de overeenkomst van opdracht en daarna voor andere opdrachtgevers of derden te werken. Deze artikelen leiden in gecombineerd verband tot de conclusie dat de opdrachtgever instructiebevoegdheid van de intermediair (opdrachtgever) en de derde (cliënt) nadrukkelijk wordt beperkt. De intermediair (opdrachtgever) mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever ) kan worden uitgesloten, mits intermediair (opdrachtgever) en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag ook gedragen zoals zij in de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen algemene voorwaarden en de overeenkomst van opdracht hebben afgesproken. Of de intermediair (opdrachtgever) loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor moet inhouden en betalen is dan nog afhankelijk van de mogelijke aanwezigheid van vraag of een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4dienstbetrekking van toepassing is.

Appears in 1 contract

Samples: Algemene Voorwaarden

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringengedachtestreepje 3 en 11) en de artikelen 1.12.1, 1.34.3, 1.54.4, 1.65.2, 25.3, 5.15.4, 5.3 5.5, 5.7, 7.5 en 5.7 8.1 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.3. In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit gedachtestreepje 10 van de overwegingen in de bijgevoegde overeenkomst. Deze algemene overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én werkgeversgezag ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Incidentele Waarneming Huisarts

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezagpersoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om strikte vereisten, die voor iedereen nodig zijn om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen en kunnen verrichten. Objectieve criteria zijn niet: ervaringsvereisten, functie- of taakprofielen. Objectieve criteria zijn (in ieder geval): (i) Beroepsspecifieke vergunningen en certificaten. Bijvoorbeeld: een rijbewijs vereist voor een chauffeur. (ii) Registratie in kwaliteits- of beroepsregister. Bijvoorbeeld: een BIG-registratie voor een arts of op het tableau staan van een advocaat. (iii) Verklaring omtrent gedrag (VOG). Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomstbijlage bij deze modelovereenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in art. 4. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst; • de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze overeenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Practice Cooperation Paramedics

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringengedachtestreepje 3 en 11) en de artikelen 1.12.1, 1.34.3, 1.54.4, 1.65.2, 25.3, 5.15.4, 5.3 5.6, 5.7, 7.5 en 5.7 8.1 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 Zie hiervoor artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de De opdrachtgever mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de ) kan worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. In dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Huishoudelijk Reglement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, algemene nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in overweging g en de overwegingen (zie gele markeringen) artikelen 3, 4, 5, 6 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomst7. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. De niet-limitatieve opsomming van auteursinstructies uit bijlage 1 zijn naar mijn oordeel passend bij artikel 7, omdat deze zien op het resultaat. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering Hierbij gelden twee voorbehouden. Als eerste voorbehoud geldt evenwel dat de Opdrachtgever er op dient te letten dat hij geen personen op basis van deze overeenkomst laat werken (als zzp’er en freelancer), terwijl hetzelfde werk wordt verricht door één of meer personen in loondienst. Het andere tweede voorbehoud geldt voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Freelance Auteurs en Redactiemedewerkers

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) overweging d, artikel 2.1, 2.2, 2.4 eerste en artikelen 1.1tweede volzin, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 artikel 2.5 en 5.7 artikel 3.2 van de overeenkomst, waarin de instructiebevoegdheid van de opdrachtgever nadrukkelijk wordt beperkt. In de derde volzin van artikel 2.4 is het kenmerk van een inspanningsverbintenis opgenomen. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (zie HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 1.2 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Branche Overeenkomst ‘Geen Gezag Inspanningsverplichting’

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); énén Beoordeling Belastingdienst nr. 905-2021-30544-1-0 | 30 september 2021 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.51.4, 1.64.1, 28.1, 5.1, 5.3 8.3 en 5.7 8.5 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden; én 3. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3) Op grond van artikel 2.5 van deze overeenkomst is voldaan aan het eerste criterium. een Ook aan het tweede criterium is naar het oordeel van de Belastingdienst voldaan vanwege artikel 5.1, eerste volzin (namelijk dat de vergoeding wordt betaald voor zijn/haar geleverde diensten). Deze overeenkomst is niet dusdanig verwoord dat de verrichte werkzaamhedenbetaling aan een auteur alleen wordt gedaan voor het afstand doen van alle rechten over het werk (zie artikel 5.1). Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden In deze overeenkomst is voldaan. Partijen kunnen de afwezigheid van het ontstaan gezagscriterium dus van doorslaggevend belang voor het oordeel dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) arbeidsovereenkomst. In deze overeenkomst ligt in een overeenkomst aan te geven algemene termen vast dat zij deze niet willende uitgever geen gezag uitoefent op de werkzaamheden van de auteur. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken Dit staat in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemeneartikelen 2.2, nog niet concreet ingevulde2.3, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) 2.6 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomst2.9. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) oplevert en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken De instructies waarnaar artikel 2.3 en bijlage 2 verwijzen betreffen de planning van de werkzaamheden (deadlines), minimumvereisten voor de content en de wijze van inleveren. Deze kwalificeren als resultaatsinstructie. Het gegeven dat de auteur verplicht is om een aantal voor hem relevante redactievergaderingen bij te wonen is begrijpelijk, omdat meerdere personen bijdragen aan een Onderwijsmethode die op elkaar afgestemd moeten worden. Deze verplichting is nog passend binnen artikel 2.3. Het onderscheid met een werknemer in dienst van de uitgever moet duidelijk door de uitgever worden gemaakt. Een auteur zal niet op basis van deze overeenkomst kunnen werken als hij een functie/rol vervult die normaal gesproken door een werknemer van de uitgever wordt gedaan (zoals opvang bij pieken in de werkzaamheden dat normaal door werknemers wordt gedaan of vervanging van een gezagsverhouding werknemer in geval van diens afwezigheid). Daarom ligt ook in deze overeenkomst vast dat: - de auteur geen werkruimte op het kantoor van de uitgever tot zijn beschikking heeft (artikel 2.7) - de kosten – denk aan kantoorartikelen, computer en mobiele telefoon – om het werk te kunnen doen voor eigen rekening van de auteur zijn (artikel 2.7) - dat de auteur specifieke deskundigheid en actuele ervaring op zijn vakkennis heeft Vanwege het gegeven dat in deze overeenkomst is vastgelegd dat de gezagsverhouding tussen de uitgever en de auteur ontbreekt, is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). Het gegeven dat de onderwijsmethode naar het ontwerp/idee van de uitgever is en dat het werk van de auteur een onderdeel is van een groter geheel dat de uitgever tot een onderwijsproduct maakt, zijn in dit geval meegewogen maar niet doorslaggevend bevonden, als aan het bovenstaande is voldaan. In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Geu Model Auteursovereenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringengedachtestreepje 3 en 11) en de artikelen 1.12.1, 1.34.3, 1.54.4, 1.65.2, 25.3, 5.15.4, 5.3 5.5, 5.7, 7.5 en 5.7 8.1 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Beoordeling Van De Overeenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Beoordeling Belastingdienst nr. 905-2021-30544-2-0 | 30 september 2021 Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.51.4, 1.64.1, 28.1, 5.1, 5.3 8.3 en 5.7 8.5 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 43.

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat zowel aan de eerste voorwaarde (verplichting om de werkzaamheden zélf uit te voeren) als de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) bijlage bij deze modelovereenkomst. In deze overeenkomst is uitsluitend de eerste vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus willekeurig en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen. De mogelijkheid tot vrije vervanging is in de modelovereenkomst opgenomen in art. 2, 5.1sub c. Mocht vervanging nodig zijn, 5.3 dan is (bij alle varianten van vervanging) het volgende van belang: · uitsluitend de opdrachtnemer (en 5.7 dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. · de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; · de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. In deze overeenkomst ontbreekt -naast de verplichting de werkzaamheden zelf te verrichten- ook de mogelijkheid van de opdrachtgever om leiding te geven en toezicht te houden op de werkzaamheden van de opdrachtnemer. Zie hiervoor artikel 2 sub b van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de De opdrachtgever mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de ) kan worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. In dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Opdracht Van Opdracht

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 1.2 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.3. In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit punt ‘h’ van de overwegingen. Deze algemene overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én werkgeversgezag ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (zie: HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezagpersoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de overwegingen (zie gele markeringen) opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 mag zich willekeurig en 5.7 zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in (de bijlage bij) deze overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in artikel 4.4. van deze overeenkomst. De geformuleerde objectieve kwalificaties zijn opgenomen in artikel 4.5 van deze overeenkomst. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. • de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Nogmaals, een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze overeenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Branche Overeenkomst ‘Geen Verplichting Tot Het Verrichten Van Persoonlijke Arbeid’

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, ontstaat als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag dus niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is dus beperkt), waardoor sprake is van een gezagsrelatie; én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaanwillen, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 Zie hiervoor artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever De intermediair (opdrachtgever) mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever ) kan worden uitgesloten, mits intermediair (opdrachtgever) en opdrachtnemer zich (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. In dit geval mag de opdrachtgever intermediair (opdrachtgever) bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Tussenkomst

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezagpersoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om strikte vereisten, die voor iedereen nodig zijn om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen en kunnen verrichten. Objectieve criteria zijn niet: ervaringsvereisten, functie- of taakprofielen. Objectieve criteria zijn (in ieder geval): Beroepsspecifieke vergunningen en certificaten. Bijvoorbeeld: een rijbewijs vereist voor een chauffeur. Registratie in kwaliteits- of beroepsregister. Bijvoorbeeld: een BIG-registratie voor een arts of op het tableau staan van een advocaat. Verklaring omtrent gedrag (VOG). Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomstbijlage bij deze modelovereenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in artikel 7 wat in samenhang met artikel 14 moet worden gelezen. Het objectieve criterium is opgenomen in artikel 14: de vervanger moet beschikken over een geldige KNLTB licentie. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst; de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze overeenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Overeenkomst Van Opdracht Vrije Vervanging

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Het feit dat in de considerans bij punt h is opgenomen dat partijen niet beogen een arbeidsovereenkomst aan te gaan, heeft derhalve geen functie. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in punt e van de overwegingen (zie gele markeringen) considerans en de artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 1.4 en 5.7 1.6 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst modelovereenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomstbijlage bij deze modelovereenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de eerste vervangingsvariant opgenomen De opdrachtnemer mag zich dus willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen. De mogelijkheid tot vrije vervanging is in de modelovereenkomst opgenomen in art. 2, sub c. Mocht vervanging nodig zijn, dan is (bij alle varianten van vervanging) het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. • de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Direct Hiring and Free Replacement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het Het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een (periodieke) vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst er niet reeds ertoe toe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 Zie hiervoor artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de De opdrachtgever mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de ) kan worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. In dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Afloskapitein

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, algemene nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) a, b en c en in artikelen 1.12.1, 1.32.2, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 2.3 en 5.7 van de overeenkomst3.2. Voor de afwezigheid van het gezag is het belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe (inspanning) de werkzaamheden worden verricht. Hieraan is voldaan, omdat uit deze overeenkomst blijkt dat de inhoud en de artistieke leiding van een activiteit geheel zelfstandig door de opdrachtnemer worden bepaald en dat hij/zij het resultaat naar eigen inzicht verwezenlijkt. De volgende omstandigheden zijn mede doorslaggevend om het gezag niet aanwezig te achten: (i) dat er geen onderwijsinspectie/- toezicht van toepassing is op de kunst- en cultuureducatie die de opdrachtnemer verzorgt, (ii) dat de educatie niet tot een wettelijk geregeld examen c.q. diploma leidt, en (iii) dat de opdrachtgever een sociaal-culturele instelling is zonder winstoogmerk. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Overeenkomst Van Opdracht Kunst en Cultuureducatie 2022

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 1.2 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.3. In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit punt ‘h’ van de overwegingen. Deze algemene overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én de persoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden door de opdrachtnemer ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) overweging d, artikel 2.1, 2.2, 2.4 eerste en artikelen 1.1tweede volzin, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 artikel 2.5 en 5.7 artikel 3.2 van de overeenkomst, waarin de instructiebevoegdheid van de opdrachtgever nadrukkelijk wordt beperkt. In de derde volzin van artikel 2.4 is het kenmerk van een inspanningsverbintenis opgenomen. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (zie: HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezagpersoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: de overwegingen (zie gele markeringen) opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 mag zich willekeurig en 5.7 zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in (de bijlage bij) deze overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de overeenkomst opgenomen in artikel 4.4. van deze overeenkomst. De geformuleerde objectieve kwalificaties zijn opgenomen in artikel 4.5 van deze overeenkomst. Mocht vervanging nodig zijn, dan is het volgende van belang: uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Nogmaals, een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze overeenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingdienstbetrekkingen’. Zie hiertoe Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit punt 4.‘h’ van de overwegingen. Deze algemene overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én de persoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden door de opdrachtnemer ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst modelovereenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede eerste voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 van de overeenkomstbijlage bij deze modelovereenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in In deze overeenkomst is geen sprake uitsluitend de tweede vervangingsvariant opgenomen en spelen de objectieve criteria dus een belangrijke rol. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, modelovereenkomst is zodanig verwoord dat aan de eerste voorwaarde niet is voldaan. De opdrachtnemer hoeft het werk niet zelf te doen en mag zich dus zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen, tenzij deze derde niet voldoet aan de vooraf vastgestelde objectieve criteria. De mogelijkheid tot vervanging is in de modelovereenkomst opgenomen in art. 4, leden 2 en 3. Mocht vervanging nodig zijn, dan is (bij alle varianten van vervanging) het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. • de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Opdracht

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikelen 1.1 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Agricultural Work Without Employer Authority

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) overweging d, artikel 2.1, 2.2, 2.4, artikel 2.5 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 3.2 van de overeenkomst, waarin de instructiebevoegdheid van de opdrachtgever nadrukkelijk wordt beperkt. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. : het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. én door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. én een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willenwillen (zie HR 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746). Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, ingevulde overeenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikel 1.2 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 artikel 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.3. In gevallen waarin geen sprake is van een echte dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als een fictieve dienstbetrekking van toepassing is, moet de opdrachtgever toch loonheffingen inhouden en betalen. Met betrekking tot de fictieve dienstbetrekkingen voor ‘thuiswerkers’ en ‘gelijkgestelden’ kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer ervoor kiezen deze buiten toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Van belang is dat partijen de gezamenlijke keuze vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In deze overeenkomst blijkt de gezamenlijke keuze uit punt ‘h’ van de overwegingen. Deze algemene overeenkomst is specifiek opgesteld voor situaties, waarin sprake is van directe inhuur én de persoonlijke verplichting tot het verrichten van werkzaamheden door de opdrachtnemer ontbreekt. Deze overeenkomst kan niet worden gebruikt voor situaties, waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing kunnen zijn. Het is derhalve van belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer vóór het aangaan van deze overeenkomst nagaan of sprake is van de volgende fictieve dienstbetrekkingen: Aanneming van werk Tussenpersonen, agenten Stagiaires Meewerkende kinderen Bestuurders van lichamen

Appears in 1 contract

Samples: Modelovereenkomst Voor Branche of Beroepsgroep

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst modelovereenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is vervolgens belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst ingevulde modelovereenkomst is zodanig verwoord verwoord, dat zowel aan de eerste voorwaarde (verplichting om de werkzaamheden zélf uit te voeren) als de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren Een vrije vervanging kan op de volgende twee manieren in een overeenkomst zijn geregeld: A. de opdrachtnemer xxxxx het werk niet zelf te doen en mag zich willekeurig en zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen; en/of B. de opdrachtnemer mag zich in principe laten vervangen door een derde, maar de opdrachtgever mag deze derde eventueel weigeren in geval hij of zij niet voldoet aan zogenaamde objectieve criteria. Bij objectieve criteria gaat het om vereisten, die voor iedereen gelden om bepaalde werkzaamheden bij een onderneming te mogen verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een Verklaring omtrent Gedrag (VOG), welke door een kinderopvang organisatie kan worden gevraagd. Er worden door de Belastingdienst maar enkele objectieve criteria toegestaan. Opdrachtnemer en opdrachtgever spreken samen vooraf af welke van toepassing is/zijn en nemen deze vervolgens op in de overwegingen (zie gele markeringen) bijlage bij deze modelovereenkomst. In deze overeenkomst is uitsluitend de eerste vervangingsvariant opgenomen. De opdrachtnemer mag zich dus willekeurig en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, zonder toestemming van de opdrachtgever door een derde laten vervangen. De mogelijkheid tot vrije vervanging is in de modelovereenkomst opgenomen in art. 2, 5.1sub c. Mocht vervanging nodig zijn, 5.3 dan is (bij alle varianten van vervanging) het volgende van belang: • uitsluitend de opdrachtnemer (en 5.7 dus niet de opdrachtgever) kan/mag de vervanging regelen. Dit betekent ook dat de opdrachtnemer zich niet mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een door de opdrachtgever geselecteerde pool van personen of staat op een door de opdrachtgever samengestelde lijst. • de opdrachtgever mag niet aangeven dat vervanging slechts is toegestaan na zijn toestemming; • de werkzaamheden mogen niet zodanig door de opdrachtgever zijn georganiseerd dat feitelijke vervanging eigenlijk niet mogelijk is. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het werk direct moet worden gedaan en dus voor de opdrachtnemer geen tijd is om een vervanger te regelen. Ook als persoonlijke kennis en kunde van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de manier, waarop de werkzaamheden moeten worden verricht, dan kan dit de feitelijke vervanging ook in de weg staan. Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer dus zelf of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Het informeren van de opdrachtgever over een aankomende vervanging staat dit recht niet in de weg, mits de opdrachtgever niets te zeggen heeft over de keuze van de vervanger. Een arbeidsovereenkomst kan bij vrije vervanging worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Dit betekent concreet dat vervanging in de praktijk echt mogelijk moet zijn. Slechts in dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. In deze overeenkomst ontbreekt -naast de verplichting de werkzaamheden zelf te verrichten- ook de mogelijkheid van de opdrachtgever om leiding te geven en toezicht te houden op de werkzaamheden van de opdrachtnemer. Zie hiervoor artikel 2 sub b van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de De opdrachtgever mag alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de ) kan worden uitgesloten, mits opdrachtgever en opdrachtnemer zich nogmaals (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, ook gedragen zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. In dit geval mag de opdrachtgever bij deze modelovereenkomst ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Direct Hiring Without Employer Authority

Geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking. Een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) ontstaat, kort gezegd, als: 1. het werk door een persoon zélf moet worden gedaan (vervanging mag niet); én 2. door de opdrachtgever aangegeven kan worden hoe het werk moet worden verricht (de vrijheid is beperkt); én 3. een vergoeding wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. Er ontstaat alleen een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) als aan alle drie voorwaarden is voldaan. Partijen kunnen het ontstaan van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) niet uitsluiten door (vooraf) in een overeenkomst aan te geven dat zij deze niet willen. Mochten zij geen arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking) wensen aan te gaan, dan is ten eerste van belang dat hetgeen partijen met elkaar afspreken in de overeenkomst niet reeds ertoe leidt dat is voldaan aan bovengenoemde voorwaarden. Ten tweede is belangrijk dat partijen feitelijk ook werken zoals zij in de overeenkomst hebben afgesproken. Deze algemene, nog niet concreet ingevulde, overeenkomst is zodanig verwoord dat aan de tweede voorwaarde (gezag) niet is voldaan. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (zie gele markeringen) artikelen 1.1 en artikelen 1.1, 1.3, 1.5, 1.6, 2, 5.1, 5.3 en 5.7 2 van de overeenkomst. Voor de afwezigheid van het gezag is belangrijk dat de opdrachtgever alleen aanwijzingen en instructies mag geven met betrekking tot wat de opdrachtnemer gaat doen (inspanning of resultaat) en niet hoe de werkzaamheden worden verricht. Door het ontbreken van een gezagsverhouding in deze overeenkomst is geen sprake van een arbeidsovereenkomst (echte dienstbetrekking). In geval de opdrachtgever en opdrachtnemer (feitelijk) werken volgens deze overeenkomst, mag de opdrachtgever ervan uitgaan dat geen loonheffingen zijn verschuldigd. Een uitzondering geldt evenwel voor de mogelijke aanwezigheid van een fictieve dienstbetrekking. Zie hiertoe punt 4.

Appears in 1 contract

Samples: Model Agreement for Agricultural Work Without Employer Authority