Institutioneel kader Voorbeeldclausules

Institutioneel kader. 1. De partijen handhaven het Gemengd Comité dat bij de samenwerkingsovereenkomst met Midden-Amerika van 1985 is ingesteld en ook bij de Raamovereenkomst inzake samenwerking van 1993 is gehandhaafd. 2. Het Gemengd Comité is verantwoordelijk voor de algemene tenuitvoerlegging van de overeenkomst. Het bespreekt voorts alle vraagstukken die van invloed zijn op de economische betrekkingen tussen de partijen, waaronder ook die met afzonderlijke lidstaten van Midden- Amerika. 3. De agenda van het Gemengd Comité wordt in onderling overleg vastgesteld. Het Gemengd Comité stelt zelf voorschriften vast betreffende de frequentie en de locatie van zijn vergaderingen, zijn voorzitterschap en andere vraagstukken die zich voordoen, en zal indien noodzakelijk sub- comités instellen. 4. Om het Gemengd Comité bij te staan wordt een Gemengd Raadgevend Comité ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van het raadgevend comité van het Midden-Amerikaanse Integratiestelsel (SG-SICA) en het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC). Dit Gemengd Raadgevend Comité heeft tot taak de dialoog met economische en maatschappelijke organisaties van het maatschappelijk middenveld te stimuleren. 5. De partijen moedigen het Europees Parlement en het Midden-Amerikaanse parlement (Parlacen) aan een interparlementair comité in te stellen in het kader van deze overeenkomst en in overeen- stemming met hun oprichtingsverdragen.
Institutioneel kader. 1. Er wordt een gezamenlijke raad voor de kader- overeenkomst voor samenwerking, hierna de gezamen- lijke raad genoemd, opgericht, die toezicht zal houden op de toepassing van de overeenkomst. De gezamenlijke raad zal op ministerniveau bijeenkomen, op gezette tijden en telkens wanneer de omstandigheden dat vereisen. 2. De gezamenlijke raad zal belangrijke problemen onderzoeken die zich in het kader van de overeenkomst voordoen, alsook alle overige bilaterale of internationale kwesties van gemeenschappelijk belang, met het oog de verwezenlijking van de doelstellingen van deze overeen- komst. Tevens kan de gezamenlijke raad, met wederzijdse instemming van beide partijen, passende voorstellen for- muleren. Bij de uitoefening van deze taken belast de raad zich in het bijzonder met het doen van aanbevelingen die bijdragen tot verwezenlijking van het uiteindelijke oog- merk van politieke en economische associatie. 1. De gezamenlijke raad zal bestaan uit, enerzijds, leden van de Raad van de Europese Unie en van de Europese Commissie en, anderzijds, de vertegenwoordigers van Chili. 2. De gezamenlijke raad neemt zijn huishoudelijk regle- ment aan. 3. Het voorzitterschap van de gezamenlijke raad zal bij toerbeurt worden uitgeoefend door een vertegenwoordi- ger van elke partij. 1. De gezamenlijke raad wordt in de vervulling van zijn taken bijgestaan door een gemengde commissie, die bestaat uit vertegenwoordigers van de Raad van de Europese Unie en van de Europese Commissie enerzijds en vertegenwoordigers van Chili anderzijds. 2. In de regel komt de gemengde commissie eenmaal per jaar bijeen, afwisselend te Brussel en in Chili. De datum en de agenda van deze vergadering worden in onderling overleg vastgesteld. Met instemming van beide partijen kunnen buitengewone vergaderingen worden bijeengeroe- pen. Het voorzitterschap van de gemengde commissie wordt bij toerbeurt door een vertegenwoordiger van elke partij uitgeoefend. 3. De gezamenlijke raad stelt in zijn huishoudelijk regle- ment de wijze van functioneren van de gemengde com- missie vast. 4. De gezamenlijke raad kan alle of een deel van zijn bevoegdheden overdragen aan de gemengde commissie, die de continuïteit van zijn vergaderingen zal verzekeren. 5. De gemengde commissie staat de gezamenlijke raad bij bij de uitoefening van zijn functies. In dit verband zal de gemengde commissie in het bijzonder belast zijn met de volgende taken: a) de handelsbetrekkingen stimuleren overeenkomstig de doelstellingen die deze ove...
Institutioneel kader aLGEMENE EN SLOTBEPaLINGEN BIJLaGE III TOEPaSSINGSGEBIED VaN HOOFDSTUK 8 (OVERHEIDSOPDRaCHTEN) VaN TITEL III (HaNDEL EN ZaKELIJKE aC­ TIVITEITEN) MEDIa VOOR DE BEKENDMaKING VaN INFORMaTIE OVER aaNBESTEDINGEN EN aaNKONDIGINGEN aLS BE­ DOELD IN HOOFDSTUK 8 (OVERHEIDSOPDRaCHTEN) VaN TITEL III (HaNDEL EN ZaKELIJKE aCTIVITEITEN)
Institutioneel kader. 3.1 Het College als toezichthouder
Institutioneel kader. De Overeenkomst zal beheerd worden door het Handelscomité, dat voorgezeten wordt door de Koreaanse Handelsminister en de Europese Commissaris voor Handel. Verder worden zes gespecialiseerde commissies en zeven werkgroepen geïnstalleerd. De Commissie heeft tevens het voornemen om nauw samen te werken met alle relevante stakeholders bij de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst. Hiertoe zal ze consultaties houden met ondernemersorganisaties, vakbonden en milieuorganisaties.12

Related to Institutioneel kader

  • WANNEER KRIJGT U GEEN VERGOEDING? Premie niet betaald 6.1 Wij vergoeden geen kosten en verlenen geen hulp als u de premie voor deze verzekering niet heeft betaald.

  • Schoonmaak Het huis dient netjes en schoon te worden aangetroffen. Is dit niet het geval, dan moet dit onmiddellijk gemeld worden aan de conciërge – of degene die het property management doet - zodat deze het een en ander kan herstellen. Bij vertrek dient de huurder de vakantiewoning netjes opgeruimd en bezemschoon achter te laten en vindt er een verplichte eindschoonmaak plaats. De kosten hiervan dienen bij de tweede betaling voldaan te worden. Meubels, zowel binnen als buiten, dienen bij vertrek op dezelfde plek als bij aankomst achtergelaten te worden.

  • Waarmerking De Verkrijger verklaart een afschrift te hebben ontvangen van de navolgende documenten welke een onverbrekelijk geheel vormen met deze overeenkomst:

  • Waar sturen we onze berichten naartoe? Als we u willen informeren over de verzekering sturen we een brief of e-mail naar u of uw verzekeringsadviseur.

  • De aanbieding De aanbieding van de verkoper wordt mondeling, schriftelijk, of elektronisch uitgebracht en is -indien een termijn voor aanvaarding is gesteld- van kracht gedurende de daarbij aangegeven termijn. De aanvaarding van de aanbieding door de koper is slechts geldig indien deze binnen de gestelde termijn plaatsvindt. De elektronische aanvaarding van de aanbieding door de koper is voorts slechts geldig als deze door de verkoper is bevestigd. Indien geen termijn voor aanvaarding is gesteld, blijft het aanbod gedurende twee werkdagen van kracht, mits de tweewieler onverkocht is gebleven.

  • Thuiswerkvergoeding a. De werknemer die anders dan incidenteel thuis werkt, heeft recht op een vergoeding van € 2,00 netto per thuiswerkdag om de dienstbetrekking vanuit thuis goed te kunnen uitvoeren. Onder anders dan incidenteel thuiswerken in dit artikel wordt verstaan: a. de werknemer werkt over een tijde- lijke periode van tenminste één maand minimaal 50% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van twee werkdagen per werkweek of b. de werknemer werkt structureel minimaal 20% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van één werkdag per werkweek. b. Het recht op de (standaard) thuiswerkvergoeding wordt door deugdelijke administratie bijgehouden door de werkgever. c. De werknemer die recht heeft op de in lid a genoemde vergoeding, heeft op een thuiswerkdag geen recht op een kostenvergoeding woon-werkverkeer zoals genoemd in artikel 6.2 van deze cao. De werknemer die op een thuiswerkdag een noodzakelijke dienstreis maakt, heeft aanspraak op een vergoeding voor de gemaakte reiskosten.

  • Schadevergoeding De verzekeraar betaalt de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding volgens de bepalingen van de overeenkomst. De verzekeraar betaalt, zelfs boven de vergoedingsgrenzen de intrest op de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding, de kosten betreffende burgerrechtelijke rechtsvorderingen, met inbegrip van de rechtsplegingvergoeding in strafzaken, alsook de erelonen en de kosten van de advocaten en de deskundigen, maar alleen in zover die kosten door hem of met zijn toestemming zijn gemaakt of, in geval van belangenconflict dat niet te wijten is aan de verzekerde, voor zover die kosten niet onredelijk zijn gemaakt. De kosten gerecupereerd ten laste van derden en de rechtsplegingvergoeding moeten aan de verzekeraar worden terugbetaald.

  • Schorsing a. De werkgever kan de werknemer voor maximaal 14 kalenderdagen schorsen als hij vermoedt dat een dringende reden in de zin van artikel 7:677 en 7:678 BW aanwezig is om de werknemer op staande voet te ontslaan en de werkgever van mening is dat schorsing in het belang van het werk dringend noodzakelijk is. Deze termijn kan hoogstens eenmaal met 14 dagen worden verlengd. b. De werkgever deelt het besluit tot schorsing en het besluit tot verlenging ervan direct aan de werknemer mee. Hij vermeldt daarbij de duur van de schorsing en de redenen voor de schorsing c.q. verlenging ervan. De werkgever bevestigt het besluit zo spoedig mogelijk schriftelijk en gemotiveerd aan de werknemer. c. De werkgever zal de werknemer uitnodigen zich te laten horen voordat hij tot schorsing overgaat. De werknemer kan zich laten bijstaan door een raadsman. d. Gedurende de schorsing behoudt de werknemer het recht op salaris. e. Als blijkt dat de schorsing ongegrond is, zal de werkgever de werknemer schriftelijk rehabiliteren. Als de werknemer zich heeft laten bijstaan door een raadsman, komen de kosten daarvan in dit geval voor rekening van de werkgever. f. De werknemer kan de werkgever verzoeken derden die door de werkgever van de schorsing op de hoogte zijn gesteld, mededeling te doen van de rehabilitatie. De werkgever is verplicht dit verzoek in te willigen. g. Als de werkgever – bij gebleken ongegrondheid van de schorsing - de werknemer niet rehabiliteert of de rehabilitatie van de werknemer niet tijdig schriftelijk meedeelt of bevestigt, kan dit voor de werknemer een grond opleveren voor onmiddellijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:679 BW.

  • Maaltijdvergoeding Indien de werkgever geen maaltijd verstrekt, heeft de medewerker recht op een vergoeding. Deze vergoeding is per 1 januari 2021 ten minste € 4,30. Overlegt de medewerker een kassabon van een genoten maaltijd op die dag met een hoger bedrag, dan ontvangt hij het bonbedrag tot een maximum van € 8,80.

  • Welke afspraken gelden bij vertrek? Als u vertrekt laat u de kamer of het appartement en onze daarin aanwezige eigendommen in goede staat achter. U verwijdert uw eigendommen uit de kamer of het appartement binnen zeven dagen na vertrek. Als u uw eigendommen niet op tijd verwijdert kunnen wij deze drie maanden ergens opslaan. Wij mogen u een vergoeding in rekening brengen voor het opslaan van uw eigendommen. Wij brengen u tijdig op de hoogte van de vergoeding die wij hiervoor vragen. Als uw eigendommen na drie maanden niet zijn opgehaald, mogen wij beslissen wat wij met uw eigendommen doen en ze bijvoorbeeld verkopen. Deze algemene voorwaarde geldt niet bij crisiszorg.