Oudere medewerker Voorbeeldclausules

Oudere medewerker a. De medewerker van 55 jaar tot de AOW-leeftijd, die - op verzoek van werkgever - in een lager ingedeelde functie gaat werken, houdt zijn oorspronkelijke functie-uurloon. b. De medewerker van 60 jaar of ouder kan vragen om op een wachtlijst te worden geplaatst voor functies in de dagdienst. Voorwaarde is dat de medewerker in de afgelopen 5 jaar regelmatig in de bedrijfstak in ploegendienst heeft gewerkt. Bij plaatsing in de functie in dagdienst houdt de medewerker het oorspronkelijke loon.
Oudere medewerker. De medewerker van 55 jaar tot de AOW-leeftijd, die - op verzoek van werkgever - in een lager ingedeelde functie gaat werken, houdt zijn oorspronkelijke functie-uurloon.
Oudere medewerker. Als resultante van het jaarlijks overleg tussen de leidinggevende en de medewerker kan in voorkomende gevallen de conclusie worden getrokken dat de functie als (te) belastend wordt ervaren, zonder dat er sprake is van disfunctioneren. In die situatie heeft de leidinggevende de mogelijkheid de medewerker een andere, minder belastende functie voor te stellen. Daarbij kunnen de volgende faciliteiten worden aangeboden.
Oudere medewerker. Indien een medewerker wegens het bereiken van de 58-jarige leeftijd of het hebben van 40 dienstjaren zijn gemiddelde arbeidsduur heeft teruggebracht tot 32 uur per week zoals bedoeld in hoofdstuk 8, artikel 8.3.1, zal de pensioenopbouw worden voortgezet op basis van de oorspronkelijke arbeidsduur (met een maximum van 36 uur). Indien een medewerker vrijwillig een lagere functie aanvaardt gedurende maximaal 10 jaar vóór zijn pensionering, of zijn arbeidsduur per week terugbrengt, zoals bedoeld in hoofdstuk 8, artikel 8.3.2, zal de pensioenopbouw worden voortgezet op basis van zijn inkomen respectievelijk zijn arbeidsduur die golden vóór de teruggang in functie. Indien een medewerker wegens onvoldoende inzetbaarheid (binnen 3 jaar) een lagere functie aanvaardt zoals bedoeld I N G - C A O 1 M E I 2 0 0 4 T / M 3 1 D E C E M B E R 2 0 0 6 in hoofdstuk 8, artikel 8.4 a) zal de pensioenopbouw worden voortgezet op basis van zijn nieuwe inkomen. Indien een medewerker vrijwillig geplaatst wordt in een functie die lager is ingeschaald zoals bedoeld in hoofdstuk 8, artikel 8.5 zal de pensioenopbouw worden voortgezet op basis van zijn nieuwe inkomen.

Related to Oudere medewerker

  • Medewerker Een werknemer met wie u een arbeidsovereenkomst heeft gesloten, die op de (verzamel)loonstaat staat en voor wie u premies werknemersverzekeringen afdraagt. Onder medewerker wordt ook een oproepkracht verstaan. Voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst is o.a. vereist dat de werknemer in de praktijk in een gezagsverhouding bij u werkzaam is. De directeur-grootaandeelhouder van verzekeringnemer zoals bedoeld in de “regeling aanwijzing directeur- grootaandeelhouder 2016” is geen medewerker in de zin van deze verzekering. Xxxxxxx wordt als medewerker in de zin van deze verzekering beschouwt de werknemer die directeur en grootaandeelhouder is van verzekeringnemer, maar als gevolg van statutair bepaalde stemverhoudingen tegen zijn wil ontslagen kan worden en om die reden geen DGA in de zin van de regeling is.

  • Werkloosheid 1 Bij gehele of gedeeltelijke werkloosheid kan de (gewezen) werknemer aanspraak maken op een uitkering ingevolge de WW alsmede aanspraak maken op een bovenwettelijke uitkering ingevolge de BWRHBO indien hij voldoet aan de bepalingen van deze regelingen. 2 In afwijking van lid 1 kan bij gehele of gedeeltelijke werkloosheid ontstaan voor 1 januari 2001 de (gewezen) werknemer als bedoeld in artikel T-1, aanspraak hebben op een uitkering ingevolge de BWRHBO, indien hij voldoet aan de bepalingen van de BWRHBO. 3 Ter voorkoming en beperking van werkloosheid heeft de werknemer recht op een persoonsgebonden re-integratietraject indien hij voldoet aan de in deze cao vastgestelde voorwaarden. Deze voorwaarden en de uitwerking van het persoonsgebonden re-integratietraject zijn opgenomen in bijlage XI van deze cao.

  • Medewerkingsplicht De verzekeringnemer en de verzekerde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van verzekeraar zou kunnen benadelen. Zij zijn verplicht zich te onthouden van het erkennen van aansprakelijkheid.

  • Medewerking 1. Verwerker verleent Onderwijsinstelling medewerking bij het nakomen van de op Onderwijsinstelling in de hoedanigheid van Verwerkingsverantwoordelijke rustende verplichtingen op grond van de AVG en andere Toepasselijke wet- en regelgeving betreffende de Verwerking van Persoonsgegevens, waaronder, maar niet beperkt tot: a. het – voor zover redelijkerwijs mogelijk – vervullen van de plicht van Onderwijsinstelling om aan verzoeken van de in hoofdstuk III van de AVG vastgelegde rechten van de betrokkene binnen de wettelijke termijnen te voldoen, zoals een verzoek tot inzage, rectificatie, wissing of beperking van de verwerking van Persoonsgegevens; b. het uitvoeren van controles en audits zoals bedoeld in artikel 7 van deze Verwerkersovereenkomst; c. het uitvoeren van een gegevensbeschermingseffectbeoordeling (GEB/DPIA) en een eventuele daaruit voortkomende verplichte voorafgaande raadpleging van de Autoriteit Persoonsgegevens; d. het voldoen aan verzoeken van een Toezichthoudende Autoriteit of een andere overheidsinstantie; e. het (voorbereiden van) onderzoeken (naar), beoordelen en melden van Datalekken zoals bedoeld in artikel 8 van deze Verwerkersovereenkomst. 2. Een klacht of verzoek van een Betrokkene of een verzoek of onderzoek van een Toezichthoudende Autoriteit met betrekking tot de Verwerking van de Persoonsgegevens, wordt door de Verwerker, voor zover wettelijk is toegestaan, onverwijld doorgestuurd naar Onderwijsinstelling, die verantwoordelijk is voor de afhandeling van het verzoek of de klacht. 3. Partijen brengen, onverlet het bepaalde in artikel 7 lid 7 sub e, artikel 8 lid 6 en artikel 13 lid 3, elkaar voor in redelijkheid verleende bijstand geen kosten in rekening. In het geval dat één van de Partijen kosten in rekening wil brengen, brengt deze Partij de andere Partij hiervan vooraf op de hoogte.

  • Werkwijze 1. De aanvragen om subsidie als bedoeld in artikel 13, lid 3 van de statuten dienen schriftelijk bij het bestuur te worden ingediend en wel: - voor éénmalige subsidies: zo spoedig mogelijk na het nemen van het besluit een subsidie aan te vragen; - voor periodieke subsidies: jaarlijks voor de 1e september voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft. Uitgangspunt bij besteding van de gelden is dat 1/3 deel van de gelden wordt besteed via de werkgeversorganisaties en 2/3 deel via de werknemersorganisaties. Bij de aanvragen dient een begroting betreffende de besteding van de aangevraagde gelden te worden meegezonden, gespecificeerd volgens de in artikel 3 van de Statuten genoemde bestedingsdoelen en activiteiten. 2. De verantwoording omtrent de besteding van de ontvangen gelden als bedoeld in artikel 13, lid 3 van de statuten dient schriftelijk bij het bestuur te worden ingediend en wel: - voor éénmalige subsidies: zo spoedig mogelijk na de besteding van deze gelden; - voor periodieke subsidies: jaarlijks voor de 1e juli volgend op het jaar waarop de subsidie betrekking had. De subsidie ontvangende instellingen dienen jaarlijks een door een registeraccountant gecontroleerde verklaring te overleggen over de besteding van de gelden. Deze verklaring moet tenminste zijn gespecificeerd volgens de in artikel 3 van de Statuten genoemde bestedingsdoelen en activiteiten en een geïntegreerd onderdeel uitmaken van het (financieel) jaarverslag. 3. Het bestuur is bevoegd nadere voorschriften te geven waaraan de bij de subsidieaanvraag mee te zenden begroting c.q. de schriftelijke verantwoording dient te voldoen. 4. Op beslissingen van het bestuur omtrent de subsidieaanvraag kan geen beroep worden ingesteld, onverlet de mogelijkheid een nieuwe aanvraag in te dienen.

  • Ouderschapsverlof 1. De werknemer die als ouder in familierechtelijke betrekking staat tot een kind, onderscheidenlijk de werknemer die blijkens verklaringen uit de gemeentelijke basisadministratie op hetzelfde adres woont als een kind en duurzaam de verzorging en opvoeding van dat kind als eigen kind op zich heeft genomen, heeft recht op verlof in verband met ouderschap. Indien de ter zake van het recht op het verlof in de eerste volzin gestelde voorwaarden ten aanzien van meer kinderen van de werknemer met ingang van hetzelfde tijdstip worden vervuld, bestaat het recht op verlof ten aanzien van ieder van die kinderen. 2. Geen recht op verlof bestaat over tijdvakken gelegen na de datum waarop het kind de leeftijd van acht jaren heeft bereikt. 3. Het totaal aantal uren verlof waarop de werknemer ten hoogste recht heeft bedraagt 26 maal de arbeidsduur per week gerekend over een periode van 12 maanden. 4. Het verlof wordt per week opgenomen gedurende een periode van ten hoogste 12 maanden. Het aantal uren verlof per week bedraagt ten hoogste de helft van de arbeidsduur per week. In afwijking van de eerste dan wel de tweede volzin kan de werknemer de werkgever verzoeken om verlof voor een langere periode dan 12 maanden onderscheidenlijk om meer uren verlof per week dan de helft van de arbeidsduur per week. De werkgever stemt in met het verzoek tenzij een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang zich daartegen verzet. 5. Over de periode en de omvang van het verlof geniet de betrokkene geen salaris. 6. Voor zover in dit artikel niet anders is bepaald zijn de bepalingen van hoofdstuk 6 van de Wet arbeid en zorg van toepassing. 7. In afwijking van en in aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk 6 van de Wet arbeid en zorg geldt voor de werknemer die van het recht op ouderschapsverlof gebruik wil maken dat tijdens het ouderschapsverlof het werkgeversaandeel in de pensioenpremie over de opgenomen verlofuren voor rekening van de werkgever komt.

  • Toepasselijke bepalingen Op de verhouding tussen de werkgever en de werknemer is van toepassing de geldende Xxx Xxxxxxxxxx- zorg, verder te noemen ‘cao’, en de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen, voor zover daarvan niet in de arbeidsovereenkomst of de van toepassing zijnde cao rechtsgeldig is afgeweken.

  • Gegevensbeheer 5.01 Indien u een bestelling plaatst bij xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx, dan worden uw gegevens opgenomen in het klantenbestand van xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx houdt zich aan de Wet Persoonsregistraties en zal uw gegevens niet verstrekken aan derden. #5.02 Xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx respecteert de privacy van de gebruikers van de internetsite en draagt zorg voor een vertrouwelijke behandeling van uw persoonlijke gegevens. #5.03 Xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx maakt in sommige gevallen gebruik van een mailinglijst.

  • Vertrouwelijkheid van gegevens 1. Elk der partijen garandeert dat alle van de andere partij ontvan- gen gegevens waarvan men weet of dient te weten dat deze van vertrouwelij- ke aard zijn, geheim blijven. De partij die vertrouwelijke gegevens ontvangt, zal deze slechts gebruiken voor het doel waarvoor deze verstrekt zijn. Ge- gevens worden in ieder geval als vertrouwelijk beschouwd indien deze door een der partijen als zodanig zijn aangeduid. TPM kan hieraan niet worden gehouden indien de verstrekking van gegevens aan een derde noodzakelijk is ingevolge een rechterlijke uitspraak, een wettelijk voorschrift of voor correcte uitvoering van de overeenkomst.

  • Gebruiksbeperkingen Deze dienst is alleen beschikbaar als het voertuig stilstaat, de deur van de bestuurder is gesloten, het ontstekingsmechanisme is uitgeschakeld en de sleutel niet in het contactslot zit. Aanvullende beperkingen kunnen van toepassing zijn in overeenstemming van land- specifieke voorschriften.