Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s) van de overleden (Gewezen) Deelnemer maakt aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het Bijzonder Partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt, maar uiterlijk op de AOW-leeftijd van de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en). Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fonds.
Appears in 7 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement, Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s) 1 Het jaarlijks partnerpensioen wordt opgebouwd volgens een voorwaardelijk geïndexeerd middelloonsysteem. Het opgebouwde partnerpensioen bedraagt 50% van het volgens artikel 9 opgebouwde ouderdomspensioen.
2 Bij overlijden van de overleden deelnemer vóór de pensioendatum bedraagt het in lid 1 genoemde percentage 70 en wordt het ouderdomspensioen voor de toepassing van lid 1 vastgesteld in de veronderstelling dat de deelnemer vanaf de datum van overlijden tot de standaard pensioendatum zou hebben deelgenomen met de laatstelijk voor hem geldende pensioengrondslag en de laatstelijk voor hem geldende deeltijdfactor . Voor het geval dat deze pensioengrondslag door de campagne gerelateerde toeslag(en) meer dan 5% hoger of lager is dan de pensioengrondslag in het voorgaande kalenderjaar, wordt verondersteld dat voor de toekomstige deelnemersjaren de pensioengrondslag gelijk is aan het gemiddelde van de grondslagen van de laatste vijf kalenderjaren, of indien een kortere periode dan vijf kalenderjaren van toepassing is het gemiddelde van de grondslagen over die kortere periode.
3 Indien op grond van artikel 25 een bijzonder partnerpensioen is toegekend, wordt dit bijzonder partnerpensioen met inbegrip van hierover toegekende toeslagen als bedoeld in artikel 26, op het volgens lid 1 vastgestelde partnerpensioen in mindering gebracht. Deze vermindering wordt ongedaan gemaakt met ingang van de eerste dag volgend op de maand waarin de ex-partner die aanspraak heeft op het betreffende bijzonder partnerpensioen overlijdt.
4 Het partnerpensioen gaat in op de dag volgend op die van het overlijden van de (Gewezengewezen) Deelnemer maakt aanspraak op Bijzonder Partnerpensioendeelnemer. Het Bijzonder Partnerpensioen Indien het overlijden een gepensioneerde betreft gaat het partnerpensioen in afwijking van het voorgaande in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner gepensioneerde overlijdt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op de laatste dag van wordt uitbetaald tot en met de maand waarin de Gewezen Partner nabestaande overlijdt, maar uiterlijk .
5 Het opnemen van onbetaald verlof tot een maximum van achttien maanden door de deelnemer is niet van invloed op de AOW-leeftijd dekking uit hoofde van het partnerpensioen.
6 Indien een nabestaande een nieuwe relatie aangaat wordt het ingegane partnerpensioen vanaf het moment dat de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan nieuwe relatie wordt aangegaan gereduceerd tot het (tijdelijk) tijdsevenredige partnerpensioen dat zou voor de deelnemer ten tijde van zijn verkregen indien overlijden binnen het fonds was opgebouwd, vermeerderd met eventuele verhogingen als bedoeld in artikel 26 voor zover toegekend in de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en). Indien de Scheidingsdatum ligt na periode tussen de datum waarop de deelneming deelnemer is geëindigd, treedt overleden en de beëindigingsdatum voor datum waarop de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels nabestaande een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fondsnieuwe relatie aangaat.
Appears in 3 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pension Regulations, Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s1. Ingevolge de module Basispensioen, en met inachtneming van artikel 30.8, heeft de nagelaten partner waarmee de (gewezen) deelnemer of de gepensioneerde een partnerrelatie had recht op een partnerpensioen.
2. In afwijking van hetgeen in het eerste lid is bepaald, bestaat er geen recht op partnerpensioen indien de overleden gepensioneerde die na de (Gewezenvervroegde) Deelnemer maakt aanspraak pensioendatum een partnerrelatie is aangegaan, binnen drie jaar na het aangaan van deze partnerrelatie overlijdt. Als de gepensioneerde op Bijzonder Partnerpensioende (vervroegde) pensioendatum het partnerpensioen aan een bepaalde partner heeft toegewezen en deze partner is na (vervroegde) pensioendatum overleden, of het partnerpensioen op de (vervroegde) pensioendatum voor een hoger ouderdomspensioen heeft uitgeruild, bestaat er eveneens geen recht op partnerpensioen.
3. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend volgende op die waarin de (Gewezengewezen) Deelnemer deelnemer of Gepensioneerde overlijdtgepensioneerde is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de maand van overlijden van de partner.
4. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op partnerpensioen bedraagt 70% van het ouderdomspensioen.
5. Indien de laatste deelnemer voor het bereiken van de pensioenrichtdatum overlijdt, wordt bij de berekening van het partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de eerste dag van de maand waarin deze deelnemer de Gewezen Partner overlijdtpensioenrichtdatum zou hebben bereikt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op Voor de laatste dag deelnemersjaren tussen de datum van overlijden en de pensioenrichtdatum wordt een eventuele verlaging van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt, maar uiterlijk op de AOW-leeftijd van de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en)jaarlijkse opbouw volgens artikel 5 lid 5 buiten beschouwing gelaten.
6. Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigder krachtens artikel 17B aanspraken jegens Pensioenfonds Croda bestaan op een bijzonder partnerpensioen, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van zullen deze aanspraken op bijzonder partnerpensioen in mindering worden gebracht op het partnerpensioen berekend volgens dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomstreglement. De overeenkomst is slechts geldig vermindering vindt niet of gedeeltelijk plaats indien aan deze overeenkomst die aanspraken op een verklaring bijzonder partnerpensioen zijn vervallen als gevolg van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit gewezen partner(s) voordat dit bijzondere partnerpensioen of het ouderdomspensioen van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fondsdeelnemer is ingegaan.
Appears in 3 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement, Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s1. Jaarlijks verkrijgt de partner van de (gewezen) deelnemer of pensioengerechtigde een aanspraak op partnerpensioen. De hoogte van de aanspraak is bepaald in de toepasselijke sectorbepalingen (deel II) van de overleden (Gewezen) Deelnemer maakt het pensioenreglement.
2. Op een volgens deel II van het pensioenreglement vastgesteld jaarlijks partnerpensioen wordt een op grond van artikel 22 vastgestelde aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenbijzonder partnerpensioen in mindering gebracht. Indien het een bijzonder partnerpensioen betreft als bedoeld in artikel 22 lid 7, zal de vermindering plaatsvinden nadat door een of beide partners een van de in artikel 22 lid 8 genoemde stukken aan het fonds zijn overgelegd. De in de in dit lid bedoelde vermindering vindt plaats ongeacht het in leven zijn van de gewezen partner.
3. Indien de deelnemer vóór het ingaan van het ouderdomspensioen overlijdt, wordt het in het eerste lid bedoelde partnerpensioen verhoogd overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 letter b onderdeel II van het pensioenreglement.
4. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen voor een gewezen deelnemer is gelijk aan het partnerpensioen, waarop volgens het tweede en derde lid aanspraak zou hebben bestaan bij overlijden op de dag, waarop zijn deelneming laatstelijk is geëindigd, mits:
a. de gewezen deelnemer overlijdt binnen 6 maanden na het einde van zijn deelneming; en
b. de gewezen deelnemer op de dag van zijn overlijden een uitkering ontvangt ter zake van niet-verwijtbare werkloosheid, dan wel ter zake van ziekte, zwangerschap of bevalling tijdens niet-verwijtbare werkloosheid; en
c. voor de partner van de gewezen deelnemer geen partnerpensioen is verzekerd op grond van een na het einde van de deelneming aangevangen (en inmiddels weer geëindigd) dienstverband.
5. Het partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die maand, waarin de (Gewezengewezen) Deelnemer deelnemer of Gepensioneerde gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen wordt vervolgens levenslang aan de partner uitgekeerd en eindigt op de laatste dag van de maand maand, waarin de Gewezen Partner partner overlijdt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt, maar uiterlijk op de AOW-leeftijd van de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en). Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fonds.
Appears in 3 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement, Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s) 1. Het jaarlijks partnerpensioen bedraagt 70% van het jaarlijks ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 6 lid 1. Bij overlijden van de overleden Deelnemer voor de Pensioendatum wordt het ouderdomspensioen vastgesteld onder de veronderstelling dat de Deelnemer tot de Pensioendatum, zoals deze geldt op het moment van overlijden, zou hebben deelgenomen met de laatstelijk voor hem geldende pensioengrondslag risicodekking (Gewezenartikel 5 lid 5 sub) Deelnemer maakt aanspraak en de laatstelijk voor hem geldende deeltijdfactor.
2. Indien een bijzonder partnerpensioen als bedoeld in artikel 16 is toegekend, wordt dit op Bijzonder Partnerpensioenhet volgens lid 1 vastgestelde partnerpensioen in mindering gebracht.
3. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen op grond van dit artikel gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die de maand waarin de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdtis overleden.
4. De aanspraak op partnerpensioen kan zonder toestemming van de Partner niet bij overeenkomst tussen de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde en het Bestuur worden verminderd anders dan bij afkoop zoals voorzien bij of krachtens de PW. Elk beding strijdig met het bepaalde in de vorige zin is nietig.
5. Bij overlijden van de Deelnemer voor de Pensioeningangsdatum heeft de Partner recht op een tijdelijk partnerpensioen zoals beschreven in lid 6, 7 en 8. Dit tijdelijk partnerpensioen is op risicobasis verzekerd waardoor de verzekering hiervan eindigt zodra het deelnemerschap wordt beëindigd. De regels met betrekking tot de ingang en de uitbetaling van het tijdelijk partnerpensioen dat wordt uitgekeerd, bij het overlijden gedurende het deelnemerschap zijn vastgelegd in de verzekeringsovereenkomst zoals gesloten door het Pensioenfonds met een Verzekeraar. Bij wijziging van de verzekeringsvoorwaarden zullen deze bepalingen hierop aangepast worden. De voorwaarden zoals door de Verzekeraar gesteld in de verzekeringsovereenkomst en opgenomen in Bijlage IV zijn bepalend voor de mate waarin door de uitvoerder premievrijstelling aan de Werkgever wordt verleend.
6. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt gaat in op de laatste dag na overlijden van de maand waarin Deelnemer en wordt uitgekeerd tot de Gewezen 68-jarige leeftijd van de Partner overlijdt, maar uiterlijk op dan wel de AOW-gerechtigde leeftijd van de Gewezen PartnerPartner indien deze eerder wordt bereikt. De regels met betrekking tot de ingang en de uitbetaling van het tijdelijk partnerpensioen zijn vastgelegd in de verzekeringsovereenkomst zoals gesloten door het Pensioenfonds met een Verzekeraar. De Verzekeraar zal voor directe uitbetaling aan de daarvoor in aanmerking komende Pensioengerechtigde zorgdragen. De voorwaarden voor deze verzekering zijn vastgelegd in Bijlage IV.
7. Het Bijzonder Partnerpensioen jaarlijkse tijdelijk partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) bedrag als opgenomen in Bijlage I voor een Deelnemer met een volledige werktijd. Voor Pensioenaanspraken op tijdelijk partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien zal het bedrag per 1 januari van ieder jaar worden aangepast met de deelneming zou zijn geëindigd Prijsindex. Deze verhoging geldt niet voor Pensioenrechten op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en)tijdelijk partnerpensioen.
8. Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum een Deelnemer bij opname in de plaatsPensioenregeling of op een latere Peildatum minder dan de bij de Werkgever geldende volledige werktijd werkzaam is, wordt het in lid 7 vermelde bedrag vermenigvuldigd met de deeltijdfactor. Het Fonds informeert Deze deeltijdfactor is gelijk aan de Gewezen Partner over breuk, waarvan de hoogte teller gelijk is aan het gemiddelde aantal wekelijkse werkuren van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit Deelnemer en de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen noemer aan het fondsgemiddelde aantal wekelijkse werkuren bij de Werkgever bij een volledige werktijd.
Appears in 1 contract
Samples: Middelloonregeling
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s) 1. Het jaarlijks partnerpensioen bedraagt 70% van het jaarlijks ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 6 lid 1. Bij overlijden van de overleden Deelnemer voor de Pensioendatum wordt het ouderdomspensioen vastgesteld onder de veronderstelling dat de Deelnemer tot de Pensioendatum, zoals deze geldt op het moment van overlijden, zou hebben deelgenomen met de laatstelijk voor hem geldende pensioengrondslag risicodekking (Gewezenartikel 5 lid 5 sub) Deelnemer maakt aanspraak en de laatstelijk voor hem geldende deeltijdfactor.
2. Indien een bijzonder partnerpensioen als bedoeld in artikel 16 is toegekend, wordt dit op Bijzonder Partnerpensioenhet volgens lid 1 vastgestelde partnerpensioen in mindering gebracht.
3. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen op grond van dit artikel gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die de maand waarin de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdtis overleden.
4. De aanspraak op partnerpensioen kan zonder toestemming van de Partner niet bij overeenkomst tussen de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde en het Bestuur worden verminderd anders dan bij afkoop zoals voorzien bij of krachtens de PW. Elk beding strijdig met het bepaalde in de vorige zin is nietig.
5. Bij overlijden van de Deelnemer voor de Pensioeningangsdatum heeft de Partner recht op een tijdelijk partnerpensioen zoals beschreven in lid 6, 7 en 8. Dit tijdelijk partnerpensioen is op risicobasis verzekerd waardoor de verzekering hiervan eindigt zodra het deelnemerschap wordt beëindigd. De regels met betrekking tot de ingang en de uitbetaling van het tijdelijk partnerpensioen dat wordt uitgekeerd, bij het overlijden gedurende het deelnemerschap zijn vastgelegd in de verzekeringsovereenkomst zoals gesloten door het Pensioenfonds met een Verzekeraar. Bij wijziging van de verzekeringsvoorwaarden zullen deze bepalingen hierop aangepast worden. De voorwaarden zoals door de Verzekeraar gesteld in de verzekeringsovereenkomst en opgenomen in Bijlage IV zijn bepalend voor de mate waarin door de uitvoerder premievrijstelling aan de Werkgever wordt verleend.
6. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt gaat in op de laatste dag na overlijden van de maand waarin Deelnemer en wordt uitgekeerd tot de Gewezen 68-jarige leeftijd van de Partner overlijdt, maar uiterlijk op dan wel de AOW-gerechtigde leeftijd van de Gewezen PartnerPartner indien deze eerder wordt bereikt. De regels met betrekking tot de ingang en de uitbetaling van het tijdelijk partnerpensioen zijn vastgelegd in de verzekeringsovereenkomst zoals gesloten door het Pensioenfonds met een Verzekeraar. De Verzekeraar zal voor directe uitbetaling aan de daarvoor in aanmerking komende Pensioengerechtigde zorgdragen. De voorwaarden voor deze verzekering zijn vastgelegd in Bijlage IV.
7. Het Bijzonder Partnerpensioen jaarlijkse tijdelijk partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) bedrag als opgenomen in Bijlage I voor een Deelnemer met een volledige werktijd. Voor Pensioenaanspraken op tijdelijk partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien zal het bedrag per 1 januari van ieder jaar worden aangepast met de deelneming zou zijn geëindigd Prijsindex. Deze aanpassing geldt niet voor Pensioenrechten op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en)tijdelijk partnerpensioen.
8. Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum een Deelnemer bij opname in de plaatsPensioenregeling of op een latere Peildatum minder dan de bij de Werkgever geldende volledige werktijd werkzaam is, wordt het in lid 7 vermelde bedrag vermenigvuldigd met de deeltijdfactor. Het Fonds informeert Deze deeltijdfactor is gelijk aan de Gewezen Partner over breuk, waarvan de hoogte teller gelijk is aan het gemiddelde aantal wekelijkse werkuren van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit Deelnemer en de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen noemer aan het fondsgemiddelde aantal wekelijkse werkuren bij de Werkgever bij een volledige werktijd.
Appears in 1 contract
Samples: Middelloonregeling
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s1. Ingevolge de module Basispensioen, en met inachtneming van artikel 30.8, heeft de nagelaten partner waarmee de (gewezen) deelnemer of de gepensioneerde een partnerrelatie had recht op een partnerpensioen.
2. In afwijking van hetgeen in het eerste lid is bepaald, bestaat er geen recht op partnerpensioen indien de overleden gepensioneerde die na de (Gewezenvervroegde) Deelnemer maakt aanspraak pensioendatum een partnerrelatie is aangegaan, binnen drie jaar na het aangaan van deze partnerrelatie overlijdt. Als de gepensioneerde op Bijzonder Partnerpensioende (vervroegde) pensioendatum het partnerpensioen aan een bepaalde partner heeft toegewezen en deze partner is na (vervroegde) pensioendatum overleden, of het partnerpensioen op de (vervroegde) pensioendatum voor een hoger ouderdomspensioen heeft uitgeruild, bestaat er eveneens geen recht op partnerpensioen.
3. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend volgende op die waarin de (Gewezengewezen) Deelnemer deelnemer of Gepensioneerde overlijdtgepensioneerde is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de maand van overlijden van de partner.
4. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op partnerpensioen bedraagt 70% van het ouderdomspensioen.
5. Indien de laatste deelnemer voor het bereiken van de pensioenrichtdatum overlijdt, wordt bij de berekening van het partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de eerste dag van de maand waarin deze deelnemer de Gewezen Partner overlijdt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt, maar uiterlijk op de AOW-leeftijd van de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) partnerpensioen dat pensioenrichtdatum zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en)hebben bereikt. Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigder krachtens artikel 17B aanspraken jegens Pensioenfonds Croda bestaan op een bijzonder partnerpensioen, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van zullen deze aanspraken op bijzonder partnerpensioen in mindering worden gebracht op het partnerpensioen berekend volgens dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomstreglement. De overeenkomst is slechts geldig vermindering vindt niet of gedeeltelijk plaats indien aan deze overeenkomst die aanspraken op een verklaring bijzonder partnerpensioen zijn vervallen als gevolg van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit gewezen partner(s) voordat dit bijzondere partnerpensioen of het ouderdomspensioen van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fondsdeelnemer is ingegaan.
Appears in 1 contract
Samples: Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s) van de overleden (Gewezen) Deelnemer maakt aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen1. Het Bijzonder Partnerpensioen levenslange partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die de datum waarop de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde met achterlating van een partner is overleden en wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de (Gewezen) Deelnemer of Gepensioneerde partner overlijdt.
2. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt tijdelijke partnerpensioen gaat in op de laatste eerste dag van de maand volgend op de datum waarop de deelnemer of de gepensioneerde met achterlating van een partner is overleden en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand waarin de Gewezen Partner overlijdt. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op partner de laatste dag AOW-gerechtigde leeftijd bereikt of indien dit eerder valt tot het einde van de maand waarin de Gewezen Partner partner overlijdt.
3. Het jaarlijkse, maar uiterlijk levenslange partnerpensioen bedraagt:
a. voor de partner van een deelnemer 70% van het ouderdomspensioen, dat die deelnemer met behoud van de laatste voor hem vastgestelde basispensioengrondslag zou hebben bereikt ware hij tot zijn pensioenrichtleeftijd deelnemer gebleven.
b. voor de partner van een gewezen deelnemer 70% van het ouderdomspensioen waarop de gewezen deelnemer op het tijdstip van overlijden recht had.
c. voor de partner van een gepensioneerde 70% van het jaarlijks ouderdomspensioen dat die gepensioneerde genoot.
4. Het jaarlijkse, tijdelijke partnerpensioen bedraagt voor de partner van een deelnemer 10% van het ouderdomspensioen, dat die deelnemer met behoud van de laatste voor hem vastgestelde basispensioengrondslag zou hebben bereikt ware hij tot zijn pensioenrichtleeftijd deelnemer gebleven. Een en ander met dien verstande dat het tijdelijke partnerpensioen nooit meer kan bedragen dan 8/7 maal de nominale uitkering ingevolge de Algemene Nabestaandenwet, vermeerderd met de vakantie-uitkering en het verschil in verschuldigde premie voor de volksverzekeringen over het partnerpensioen voor en na de AOW-gerechtigde leeftijd van de Gewezen Partnerpartner.
5. Het Bijzonder jaarlijkse, tijdelijke Partnerpensioen is gelijk aan bedraagt voor de Partner van een gepensioneerde 10% van het (tijdelijk) ouderdomspensioen dat de gepensioneerde geniet op het tijdstip van zijn overlijden. Een en ander met dien verstande dat het tijdelijke Partnerpensioen nooit meer kan bedragen dan 8/7 maal de nominale uitkering ingevolge de Algemene Nabestaandenwet, vermeerderd met de vakantie-uitkering en het verschil in verschuldigde premie voor de volksverzekeringen over het partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en). Indien de Scheidingsdatum ligt voor en na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit van de pensioenaanspraken van de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerde, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fondsAOW-gerechtigde leeftijd.
Appears in 1 contract
Samples: Pensioenreglement
Partnerpensioen. Xx Xxxxxxx Partner(s1. Het jaarlijkse op te bouwen partnerpensioen bedraagt 70% van het in het desbetreffende jaar van deelname voor de deelnemer op te bouwen ouderdomspensioen, als bedoeld in het eerste lid van artikel 14.
a) Bij overlijden van een actieve deelnemer wordt het partnerpensioen berekend als de opgebouwde aanspraak op partnerpensioen op moment van overlijden, plus 70% van het op te bouwen ouderdomspensioen indien de deelneming tot de pensioenrichtleeftijd had voortgeduurd op basis van en ongewijzigde arbeidsduur en het op het tijdstip van overlijden van de overleden (Gewezendeelnemer geldende pensioengevend salaris en de franchise tot de pensioenrichtleeftijd ongewijzigd zou zijn gebleven.
b) Deelnemer maakt Voor de partner van een gewezen deelnemer is het partnerpensioen na overlijden van de gewezen deelnemer gelijk aan de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenpartnerpensioen op het moment van overlijden van de gewezen deelnemer.
c) Voor de partner van een gepensioneerde is het partnerpensioen na overlijden van de gepensioneerde gelijk aan de aanspraak op partnerpensioen op het moment van overlijden van de gepensioneerde, behoudens voor zover de aanspraak op partnerpensioen is uitgeruild voor een extra aanspraak op ouderdomspensioen.
2. Op het uit te keren partnerpensioen wordt: - het bijzonder partnerpensioen als omschreven in artikel 17; en - de korting op partnerpensioen wegens groot leeftijdsverschil als omschreven in artikel 26 in mindering gebracht.
3. Het Bijzonder Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de datum waarop de (Gewezengewezen) Deelnemer deelnemer of Gepensioneerde overlijdt. Het Bijzonder Partnerpensioen eindigt op de laatste dag van gepensioneerde overlijdt en wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de Gewezen Partner nagelaten partner overlijdt.
4. Het bijzonder tijdelijk partnerpensioen eindigt op de laatste dag De nagelaten partner van een gepensioneerde ontvangt eenmalig bij overlijden van de maand waarin gepensioneerde een uitkering ter grootte van het laatstelijk vastgestelde maandelijkse ouderdomspensioen.
5. De partner als bedoeld in artikel 2, onderdeel j, sub 3 heeft geen aanspraak op partnerpensioen indien de Gewezen Partner overlijdt, maar uiterlijk op de AOW-leeftijd partner niet door middel van een uittreksel van de Gewezen Partner. Het Bijzonder Partnerpensioen is gelijk aan het (tijdelijk) partnerpensioen dat zou zijn verkregen indien de deelneming zou zijn geëindigd Basisregistratie personen kan aantonen op de Scheidingsdatum, verminderd met al eerder toegekend(e) Bijzonder Partnerpensioen(en). Indien de Scheidingsdatum ligt na de datum waarop de deelneming is geëindigd, treedt de beëindigingsdatum voor de toepassing van dit artikel voor de Scheidingsdatum in de plaats. Het Fonds informeert de Gewezen Partner over de hoogte van de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen. Het bepaalde in dit artikel kan door beide partners worden uitgesloten middels een daartoe bestemde overeenkomst. De overeenkomst is slechts geldig indien aan deze overeenkomst een verklaring van het Fonds is gehecht, waaruit blijkt dat het Fonds bereid is een uit de afwijking voortvloeiend pensioenrisico te dekken. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de (Gewezen) Xxxxxxxxx, dan maakt de aanspraak op Bijzonder Partnerpensioen vanaf het moment van overlijden van de Gewezen Partner weer deel uit (gewezen) deelnemer of gepensioneerde met deze (gewezen) deelnemer of gepensioneerde te hebben samengewoond. De voorgaande volzin is eveneens van toepassing indien de pensioenaanspraken van partner geen samenlevingsovereenkomst kan overleggen die voldoet aan de (Gewezen) Deelnemer. Indien de Gewezen Partner met een recht op Bijzonder Partnerpensioen eerder overlijdt dan de Gepensioneerdein artikel 2, dan vervalt het Bijzonder Partnerpensioen aan het fondsonderdeel j, sub 3 gestelde eisen.
Appears in 1 contract
Samples: Pension Regulations