Probleemstelling Voorbeeldclausules

Probleemstelling. Op 20 december 2011 hebben wij tevens besloten de bestaande overeenkomst op basis van de AVGN 1993 tussen de gemeente en Eneco op te zeggen teneinde een nieuwe overeenkomst te sluiten op basis van de OGN 2011. Inmiddels is N.V. Stedin Netten Weert de energienetbeheerder voor het grondgebied van de gemeente, met uitzondering van Stramproy. Op 2 december 2003 heeft de gemeente een raamovereenkomst gesloten met Eneco over te sluiten grondtransacties ten behoeve van voorzieningen voor de energielevering. De raad heeft daar op 18 maart 2004 wensen en bedenkingen over kenbaar kunnen maken. Deze raamovereen- komst was eveneens gebaseerd op de AVGN 1993. Nu de AVGN 1993 is vervangen door de OGN 2011, is het wenselijk een vervangende raamovereenkomst te sluiten op basis van de OGN 2011.
Probleemstelling. De extra impuls van het kabinet heeft zodanige vernieuwende ontwikkelingen tot gevolg (hierover bent u reeds in een eerder stadium geïnformeerd), dat aanpassing van de subsidie-uitvoeringsovereenkomst noodzakelijk is. Er is gekozen voor een nieuwe opzet van de uitvoeringsovereenkomst, waarbij aangesloten wordt bij de richtlijnen van het VOB (kernfuncties), die in het kader van de bibliotheekvernieuwing richtinggevend zijn. In deze overeenkomst zijn de kernfuncties benoemd. Aan al deze kernfuncties dient invulling te worden gegeven. Helaas bestond nog niet de mogelijkheid om ook producten en prijzen aan deze kernfuncties te koppelen. In de overeenkomst is opgenomen dat in de jaarplannen de kernfuncties gekoppeld worden aan het aantal formatieplaatsen dat wordt ingezet om de kernfuncties te kunnen uitvoeren. Hierdoor worden kosten steeds inzichtelijker en bestaat steeds meer de mogelijkheid op basis hiervan sturing te geven. Per 1 januari 2006 is er sprake van een basisbibliotheek, waarvan de Openbare Bibliotheek Noordoostpolder deel uitmaakt. Deze basisbibliotheek is op dat moment nog een lege stichting, die in de loop van dat jaar gevuld wordt. Totdat de nieuwe stichting is vormgegeven, voert het huidige stichtingsbestuur van de Openbare bibliotheek Noordoostpolder haar taken uit. Zij ondertekent dus ook nog deze overeenkomst. In de considerans van deze overeenkomst is vastgelegd dat de basisbibliotheek de afspraken één op één overneemt. Het stichtingsbestuur van de Openbare bibliotheek Noordoostpolder heeft op 5 september 2005 reeds ingestemd met de concept-subsidieuitvoeringsovereenkomst.
Probleemstelling. Uit de stress- en motivatieenquête, evenals uit persoonlijke gesprekken met tal van medewerkers wordt ondermaats presteren van sommige collega’s ervaren als een factor die een verhoogde druk legt op andere collega’s en ook een negatieve impact heeft op de werksfeer. Het is daarom belangrijk dat deze problemen op korte termijn worden opgelost. Ondermaats presteren kan zowel het gevolg zijn van een gebrek aan kennis als van een gebrek aan inzet en motivatie. Het kan eveneens het gevolg zijn van een slechte werkrelatie tussen de medewerker (N) en zijn rechtstreekse chef (N+1)*. Elke medewerker heeft te allen tijde het recht om een onderhoud aan te vragen met het afdelingshoofd (N+2, overste van de rechtstreekse chef). Deze procedure wil bijdragen tot het oplossen van de problemen die voortvloeien uit een tekort aan inzet en motivatie. Zij dient beschouwd te worden als de laatste stap in het normale werkoverleg tussen chef (N+1)* en medewerker (N). Dit is een gesprek "onder vier ogen", dat met wederzijds respect en met de nodige discretie dient gehouden te worden. Indien deze stap dit gesprek niet het gewenst resultaat oplevert (b.v. indien de medewerker weigert om concrete afspraken tot verbetering te maken) zal sanctionerend moeten opgetreden worden. Het is niet de bedoeling om deze procedure te gebruiken naar aanleiding van feiten uit het verleden, maar om vanaf nu, in geval van ondermaats presteren, onmiddellijk te reageren volgens de geest van deze nota. Elke chef wordt dan ook geacht de nodige objectieve informatie met concrete feiten / problemen te verzamelen; hij dient hierbij echter de nodige discretie aan de dag te leggen. * In de productieafdeling wordt voor de toepassing van deze procedure de area manager of eerstaanwezende (EAW) beschouwd als rechtstreekse chef (N+1), zowel voor de operators als voor de hulpoperators. Met afdelingshoofd (N+2) wordt hier het hoofd (BTL) van de betrokken uitbatingszone bedoeld
Probleemstelling. Het aantal Belgische non-profitorganisaties dat te kampen heeft met dalende overheidssubsidies blijft al gedurende jaren stijgen. De nood om de inkomstenbronnen te diversifiëren en private fondsen te werven blijft aan belang toenemen. • Vele Belgische non-profitorganisaties lijden onder verschillende crisisperiodes (financieel, sociaal en econo- misch). → • De concurrentie binnen de Belgische non-profitsector voor het verkrijgen van private fondsen stijgt. → Belang van private fondsenwerving blijft stijgen. Een professionele aanpak van fondsenwerving is noodzakelijk. Organisaties hebben nood aan ondersteuning bij een strategische aanpak via onderzoek, vorming en begeleiding.
Probleemstelling. De hedendaagse economie is competitiever en harder dan ooit. Niet alleen de vele overnames, mergers, superwinsten van bedrijven en zelfs toplonen voor managers, maar ook de talloze faillissementen en frauduleuze praktijken getuigen hiervan. Het voornaamste doel van Westerse bedrijven is hun aandeelhouders tevreden te stellen en daarom grote winsten te boeken (Butler, 2000: 8). Om deze doelen te bereiken, moeten managers optimale relaties onderhouden met hun klanten, leveranciers en andere belanghebbenden. Het is dan ook een ‘must’ met hen goede contacten op te bouwen en te onderhouden. Turkije is in de huidige economie een zeer belangrijke speler voor Vlaanderen. Vlaanderen exporteerde in 2006 voor bijna € 2 134 miljoen naar Turkije, of een stijging met net geen 8% in vergelijking met 2005. Zonder echt spectaculair te groeien, staat Turkije op de 16de plaats van Vlaamse exportbestemmingen (FIT, online, 2008). Op de website van Flanders Investment & Trade (2008) lezen we tevens: “Turkije is ongetwijfeld een van de belangrijkste groeimarkten voor de nabije toekomst. Een vaak gehoorde uitspraak van Vlaamse zakenlui die er zaken doen is: “Men wil vooruit!” De industrie expandeert in sectoren als automobiel, textiel, en voeding, met grote aandacht voor kwaliteit en innovatie. Kansen liggen bij toelevering aan exportgerichte en groeiende sectoren: technologie, industriële inputs en vernieuwende producten.” In € miljoen Export Var in % Import Var in % Handels balans 2005 1.980,3 4,62 1.223,9 10,46 + 756,4 2006 2.133,9 7,75 1.327,6 8,48 + 806,2
Probleemstelling. De boomteeltregio Boskoop is in de Nota Ruimte als Greenport aangewezen en dit concept dient uitgewerkt te worden.
Probleemstelling. Oudere kwekers willen stoppen en vrijkomende percelen zijn te klein voor moderne bedrijfsvoering; • Grotere kwekers willen uitbreiden, maar er is geen ruimte; • De huidige trend in de sector is ruimtelijke groei en die ruimte is op den duur eindig; • Boomteeltbedrijven buiten het concentratiegebied landschappelijk ongewenst.
Probleemstelling. Het boomteeltgebied in zowel oost als west Boskoop is onvoldoende ontsloten, waardoor grote verkeersdruk ontstaat in Boskoop en Rijnwoude. Dit leidt enerzijds tot transportproblemen voor de boomteeltsector en anderzijds tot onveilige situaties.
Probleemstelling. Het boomteeltgebied leent zich voor recreatieve functies, die onderontwikkeld zijn; • Het boomteeltcentrum Boskoop staat nog onvoldoende op de kaart.
Probleemstelling. De ontwikkeling van bedrijventerrein Riegmeer vraagt om invulling van het afvalwatertransport naar RWZI Echten. Hiervoor heeft Arcadis een tracéstudie uitgevoerd. Hieruit is een voorkeursvariant afgeleid door de gemeente. Deze voorkeursvariant is door de gemeente ingetekend en dit tracé vormt de basis voor onze aanbieding (met een kleine nuancering voor wat betreft de locatie van het geprojecteerde rioolgemaal Riegmeer).